OBERT STANLEY Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch - Vlaan deren. No. 82 DINSDAG 17 JANUARI 1939. 54<* Jaar» J. C. VINK - Axel. Ontplooit de Driekleur! Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Cent; franco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-UITGEVER Bureau Markt 12. Telef. 56. - Postrek. 60263. ADVERTENTlEN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag II ure. Ja, medeburgers van Axel, ont plooit de Vaderlandsche driekleur aanst. Maandag, want dat is een feestdag voor onze stad, waarvan zelfs door den vertegenwoordiger onzer geliefde Koningin, de hoogste autoriteit in onze provin cie, de beteekenis zoo hoog wordt aangeslagen, dat de Commissaris zich verwaardigt om een extra reis naar Axel te maken, teneinde voor ons luister aan dien dag bij te zetten. We zeggen een extra reis, want het geldt hier niet het 5-jarig amb telijk bezoek, dat vanwege de democratische geestesgesteldheid meer en meer in gewoon dienst verband wordt beschouwd. Vroeger was dat anders. Als we denken aan onze eerste school jeugd onze tijdgenooten en ouderen zullen zich dat eveneens kunnen herinneren en er werd aangekondigd, dat de Commis saris der Koningin naar Axel kwam, dan was dat vooreerst al een buitenkansje, dat we dien dag vrij van school waren. Maar dan werd toch aan dat bezoek ook eenige plechtigheid verbon den, doordat er behalve van de openbare gebouwen ook van par ticuliere zijde werd gevlagd. Bovendien zien we daar nog in onze herinnering den Commis saris, met den Gritfier der Staten (welk ambt we natuurlijk als jongens nog niet kenden) en wijlen dhr. Quarles van Ufford en later wijlen dhr. D. J. Oggel als burgemeester in een open calèche met deftigen koetsier en portier op den bok, door de hobbelige straten rijden, gevolgd of voorafgegaan door de Axelsche fanfare .Concordia". We wilden dit den lezers nog eens schilderen, omdat daarin tjch iets, neen veel van hoog achting school voor onze autori teiten. En nu mcge de demo cratie daaraan veel afbreuk hebben gedaan, waar is het toch ook, dat die democratie al een heele stap is teruggekomen ook in de waar- FEUILLETON door H. Kuibbs 5) Ik h daar zal heenbrengen Longue RiViè/e Naar Long Riverin orde. Kom dan morgenochtend vroeg. Ik kom. Hoe lang wilt n blijven In deze plaats? Oat weet ik nog niet. Denkelijk een maand of zoo Dat is goedik kom I En Groote Jean liep fluitend heen. Herbert Stanley, vroeger eerste se cretaris van den president van een spoorwegmaatschappij in de Oostelijke Staten van Amerika en die president was bovendien zijn vader was een groot sportbeoefenaar, genoot een uil- stekende gezondheid en hield van avonturen. Zoodra hq op zijn kleine maar nette logeerkamer was gekomen, zette hij zich in een rieten stoel neer en keek door het raam naar de lang zaam stroomende rivier, de lange, ver vloeiende lijnen der lage heuvels, naar de wouden, die wazig blauw in de morgenzon lagen en zuchtte. Een bootje dteef rustig stroom afwaarts en twee schippets, in voor- en achtersteven gezeten, zongen onder het regelmatige pagaaien. Uit het bosch achter de herberg klonk het aanhoudende zachte gesjirp van allerlei vogels. Het woud ontwaakte in de zomerwarmte. De lacht was prikke» door do |o«roa m kon denao» Tegen Slapeloosheid, Overspanning, Onrust en Zenuwachtigheid, gebruike men de Zenuwstillende en Zenuwsterkende Mijnhardt's Zenuwtabletten Buisje 75 ct. deering van onze gezaghebbers, zoodat dergelijk vertoon niet meer uilsluitend als paradevertoon wordt bekeken. Naar onze opvatting zit vooral tegenwoordig in die waardeering eigenlijk een op voedende kracht, die naar beide zijden uitgaat, n.l. naar de auto riteiten, omdat zij meer en meer beantwoorden aan de taak, die van hen wordt verwacht en anderzijds naar de minderen, die tegenwoordig op een zoodanig peil van ontwikkeling staan, dat zij, al of niet voorgelicht, vrijwel kunnen beoordeelen de bekwaam heden en de activiteit, die ook van de autoriteiten uitgaat. En zoo herhalen we, dat de Axelsche bevolking nu hier. waar het geen ambtelijk bezoek, maar een bewijs van waardeering be treft, uiting moet geven, dat zij het gebaar van den Heer Com missaris der Koningin in ons Gewest om ons nieuwe stadhuis persoonlijk te willen openen, op hoogen prijs stelt. Een andere reden om aan dien dag een feestelijk karakter te geven, moge ook zijn dat de Axelsche bevolking in haar Bur gemeester ook het Gemeentebe stuur wil huldigen, nu daar een monumentaal gebouw is verrezen op de plaats waar het vroegere stadhuis stond. Het is waar, noode zagen de geboren Axelaren het gebouw sloopen, omdat men nu eenmaal gehecht was aan het cachet Men kon, en misschien kunnen som migen het nog niet, zich nu een maal Axel niet voorstellen zonder de Markt met zijn oude stadhuis, waarvan zelfs H. M. de Koningin bij een Harer bezoeken aan Axel getuigde, dat het een mooie gevel was en een sierlijke pui. Maar. de tijden veranderen en wij met hen. En dan moeten we toch willen begrijpen, dat zoo'n oud gebouw, hoHt, van de rivier en van het groeiende gras, waar de zon warm op scheen. Stanley diepte dadelijk uit zijn koffers zijn uitrusting op. Spoedig lagen allerlei mogelijke sportbenoodigdheden om hem heen. De meeste zou hq wei niet noodig hebben, naar alleen de gedachte, dat hq alles bij zich had wat hq noodig kon hebben, was reeds een prettige gedachte. HQ was nog met al die dingen bezig, toen hQ Rose Marie de smalle trap hoorde opkomen om hem te zeggen, dat zqn eten beneden klaar stond. Den namiddag besteedde hq met doelloos door het dorp rond te slen teren. Meer dan eens werd hij door een of anderei .voyageur" aangespro ken, die hem om werk verzocht. Hq liep den winkel vaa het dorp binnen en keek met belangstelling naar de bontmutsen en petten, naar de sneeuw- schoenen en geweren, en liep Argold, die met den winkelier stond te praten, bqna tegen 't lijf. Stanley kon een kreet van bewondering nauweiqks on derdrukken. Hier stond hq tegenover een nog krachtiger gebouwd man dan Groote Jean was. ZQn bewondering was hem zóó aan te zien, dat Argold zich naar hem toekeerde en hem be groette. Ik ben biq, dat ik weer eens En- gelsch praten kan, zei de facteur. Ik moet van hun patois niet veel heb ben. Is me dat een taaltje I Maar u spreekt het toch Ja. Maar ik bedoel eigenlgk die Franschen zeif. Ik vind het interessante 'lui, meende Sianley. Kent u ze? Nou, dut km ik a«| al«t precies HlWIj hoe het ook al gewijzigd was, niet meer kan beantwoorden aan 't doel waarvoor het dienstbaar is. Kom, laten we het ouwe stad huis nog even de revue passeeren ter bevestiging van de noodza kelijkheid der verandering. Zooals het op foto en in emaille is afgebeeld doet het weliswaar niet onaardig aan. Maar de pui was reeds jaren verweerd en verknoeid, zoodat daaraan geen historische waarde was toe te kennen. Figuren, guirlandes en namen, zij waren weggeschrapt. Het torentje deed het nog met zijn mooie wijzer- borden en zonnewijzers, vandaar dat besloten werd dit te behouden bij nieuwbouw, ofschoon tusschen haakjes daarvan alleen het model is overgebleven. Dan kregen we een leelijke scheeve zijgevel, die het geheel ontsierde. We gaan nu even naar binnen om de practische waarde. Links in de gang troffen we aan het burgemeesterskamertje, groot ge noeg voor één mun, maar niet om daar met enkele menschen te confereeren of te vergaderen. Door de tochtdeuren in de gang zag men links een soort volière voor het secretarie-personeel, die als allen op hun stoel gezeten waren tusschen de tafels en kas ten ruim genoeg was. Maar wee u, als daar menschen binnen kwamen en uit hoofde vaH hun dienst inlichtingen vroegen, zoo dat de ambtenaren verplicht wa ren in kasten of laden de noodige gegevens te zoeken dan liep men elkaar bijna omver. Achter of naast het bureau der secretarie had men het vroegere kadasterkamertje, dat nu diende voor arbeidsbemiddelingen zoo'n soort cel leek voor een cipier. Rechts van de gang was de zgn. groote zaal, waar de raads vergaderingen werden gehouden en ook andere bijeenkomsten plaats vonden, en die ook als trouwzaal diende, maar eigenlijk voor dit alles te klein was. De Argold's zwQgen was meer dan wel sprekend. Samen gingen ze den win kel nit en slenterden naar de herberg toe. Naast den grooten woudlooper voelde Stanley zich een kleine jongen en voor het eerst in zqn leven voelde hq zich lichamelQk onheteekenend, of schoon hq toch vrq lang en zeer goed gebouwd was. Argold had iets over zich, dat denken deed aan het noorden, aan sneeuw en qs en aan den nooit eindigenden strijd van den mensch tegen de onmeteiqke uitgestrektheid van die altqd bevroren streken, Toen ze de herberg binnenkwamen, kreeg Stanley de boodschap, dat Jean du Bols hem na het avondeten nog even zou komen spreken. Toen Stanley met Argold later op den dag onder het rooken van een pqp naar de langzaam stroomende rivier zat te kQken, in de vallende scheme ring, kwam Groote Jean aanstappen. De zaak, waarover hq praten kwam, was spoedig geregeld en Gioote Jrai rrad de herberg b nnen. De avond viel vrQ snel en de kille avondlucht kroop van de rivier landwaarts. Stanley hoorde nu en dan Rose zachtjes lachen en Groote Jean op innigen toon praten. Zal du Bois je gids zqn vroeg Argold. Ja. Ik wil je plezier niet vergallen.... maar als je biqft tot het najaar, dan kon dat toch wel eens gebeuren. Ik ben facteur aan de James Baai. Dn Bois is een vrtye trapper..., strooper begrfip je O zooMaar is hq verder een betrouwbare kerel Geen beleren te vinden, ik mag hern^graai Hdea,.,. ptrseaaiqk daa zaal zag er weliswaar fatsoenlijk uit, maar was toch niet geschikt voor de ontvangst van hooge auto riteiten, of vorstelijke bezoeken. Achter deze zaal, tegenover het loketje van het arbeidsbureau, had men nog een kamertje, dat zoowat voor alles gebruikt werd. Het was bodekamer, politiewacht, kof fiekamer, kleedkamer en misschien nog meer. Rechts achter in de gang kon men met een trap naar boven en kwam dan links terecht in een kamertje het kantoor van den gemeente-ontvanger. Was deze bezet, zoodat b.v. een paar men schen moesten wachten, dan was voorzichtigheid de boodschap, anders duwde men elkaar de trap af, vanwege het smalle gangetje, dat tevens naar het bureau van den gemeente-secretaris leidde, die toch ook nogal eens bezoek kreeg. Dit bureau was trouwens iets grooter en de hoofdambtenaar kon daar rustig werken, zoo niet afgeleid door de telefoontjes, die er gingen, de bewegelijkheid van het verkeer in de Gentsche Vaart straat of de bezoeken dergenen, die den voor ieder even ontvan- kelen secretaris om raad of in lichtingen vroegen. Behalve dan nog een kadaster kamertje was op deze afdeeling een trap, welke naar, ja laten we maar zeggen, den rommelzolder voerde Den laatsten tijd was daar weliswaar aan een en ander een meer geschikte bestemming gegeven, zoodat het archief er meermalen geordend en geborgen was, maar vóórdien (we bedoelen enkele tientallen jaren vroeger) moet er nogal het een en ander gekaapt zijn, omdat er nu een maal voor 't grijpen lag, wat men zich wenschte toe te eigenen, voor zoover men het met mein en dein niet nauw nam. Het is misschien een beetje sterk uitgedrukt, maar omdat schrijver dezes, als onbezoldigd klerk van den kapitein van de rustende schutterij alhier wel eens Ja, hq viel ook dadeiqk ia mgn smaak, Juist. HQ is eerlijk en ronduit en in het heele noorden vind Je geen kerel, die met het woudleven neter op de hoogte en bekend is. Ik heb hem een baantje bQ de Compagnie aangeboden, maar hq wil niet. De winteravonden moeten wel ver- schrikkelQk lang en saai zqn. daar bq jou in de buurt, merkte Sanley op. Het antwoord van Argold was een groote verrassing. Ik lees nog al veel, zei hq en voegde er tot groote verwondering van den man nit de stad aan toe, glim lachend en heel eenvoudig; Du Bois is een man met een eigen mee- ning en een goed verstand. Ik ben verscheidene dagen ver komen reizen om te probeeren, of hq mfjn inzichten niet wilde deelen, maar het gaf mr niets. Maar misschien voelt u niet wat dat zeggen wil. Ik denk van wel. Het moet al een heel flinke kerel zQn, dat een facteur pe-soonlQk op hem afkomt. Of een heel gevaarlQke. Du Bois is koppig en hq heeft een paar hander aan zqn iqf, maar hq blQft eeriqk op zQn stuk staan en dat is ook wat waard Ja dat is zeker wat waard, mom pelde Stanley. Eh in den geest sa> hq Ai gold, ingevroren in het hoog noorden, zitten lezen en regeeres ove zqn uitgestrekt domein, als een koning in afzondering, die in groote stede zich eer en roem kon verschaffen misschien maar danNee1 Argold was een man, die in de wil dernis thuishoorde. Is ben erg big, dat ik je entmeet heb, «ei Stanley tindelQk. Ik denk, dat lk na naar naar blaaea «al gaac, een lijst heeft bijgehouden van wat er niet meer was te vinden uit het archief van dat wapen, maken we daar melding vanmaar ook om te doen uitkomen, hoe men vroeger zoo gemakkelijk de voor 'n historicus waardevolle artikelen als oude rommel opruimde, want op te diepen is er niet veel meer geweest bij het sloopen van het oude gebouw. Maar we zijn afgedwaald. We hebben nog een paar kleinigheden te bezichtigen. Op den zolder was dan ook nog te zien het uurwerk van de klok. Hierna dalen we af tot het ondergrondsche, waar we dan rechts de oude veldwachterswo ning aantroffen. Dat deze „van alle gemakken voorzien" was, zal zich de familie Olijslager on getwijfeld nog best kunnen her inneren. Vandaar dat men deze afdeeling later maar als woning heeft afgekeurd en ingericht heeft als stempellokaal voor de werkloozen. Links waren een paar kelders, die in geval van nood moesten dienen voor cellen of bewaar plaatsen van menschen, die men voor het publiek verkeer schade lijk achtte. Maar ook de cellen waren al zoo danig in onbruik, dat van geen arrestantenlokaal meer kon wor den gesproken. Het was dus alles even pri mitief ingericht. Dat het oude stadhuis te klein was, om er de velerlei diensten, intusschen ontstaan als gevolg van ingediende wetten, onder te brengen, is voldoende bekend, zoodat er soms naar allerlei hulp middelen gezocht werd om zich te behelpen, doch afdoend waren er geen. En ais we dan ons in denken, dat een behoorlijke werk ruimte, bergruimte en ontvang kamer toch ten goede komt niet alleen aan den betrokken ambte naar, maar voor alles toch is een algemeen belang, ja dan moeten we zeggen, dat door de stichting Welterusten, «ei Argold, die nog wat zitten bleef. Stanley kleedde zich langzaam uit ea keek vaak door zqn venster naar den helderen sterrenhemel boven het bosch. Den velgenden morgen herinnerde hq zich, hoe kort zqn atscheid van A-gold was geweest. Lang voordat S anley opgestaan was, had Argold zqn reis naar het noorden reeds aan gevangen. Stanley moest glimlachen bq de ge dachte, dat de ander zoo gewoonweg „Wel te rusten had gezegd, net alsof sq alleen maar naar een andere her berg aan den overkant der straat ging en hq hem den volgenden morgen wel weer terug zsu zien. TerwQI Pierre hem toch verteld had, dat S anley, ais er zich niet iets heel ongewoons -n dringends voordeed, wel nooit van *0n leven meer in Bon Cceur «ou lerugkemen, Hé Du Bois I Jean I Geef me da' schepnet eens aan. Ou' 1 Dat net hem schrikken aat. H md hem nog even, aan hq nisschien moe wordt, geel gauw Kom nou, h| gaat nog een wed ren om de kano met me houden en tan raak ik hem misschien kwqi I Misschien nou dan u vangt zQn broer zeker? Heb zSn broer Biet noodig. Moet tem iK-ob n I Toe dan I Ja, je hebt h<"m. HoapIn ei, is het geen prach dler? W' zullen er een lekker hapje a«i nebben, «el Jean glimlachend. (Wardt vweigfW AXELSCHES courant HOOFDSTUK III,

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1939 | | pagina 1