De witte Bloem Nieuws- eu Advertentieblad voor Zeeuwsch- VI aan deren. No. 37. VRIJDAG 12 AUGUSTUS 1938. 54e JaaCg. J. C. VINK - Axel. VREUGDE Binnenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-U1TGEVER Bureau Markt 12. Telef. 56. - Postrek. 60263. ADVERTENTlEN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franc® ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagveormiddag 11 ure. Eerste J31ad. Van de vroegste tijden af heb ben denkers en filosofen steeds den nadruk gelegd op de begee- renswaardigheid van kalmte, ge lijkmatigheid van humeur, blij moedigheid. Vooral dit laatste, de vreugde, werd en wordt be schouwd als één van de grootste, mooiste dingen des levens, waar naar het goed was te streven en die binnen ons bereik lagen, binnen ieders bereik. Wanneer we slechts wilden zien, „dat de wereld vol mooie dingen is". Het is ook buitengewoon pret tig, een blijmoedig mensch te zien en te spreken. Er gaat iets zoo buitengewoon opmonterends van uit, iets lichts en goeds, dat op heft en verwarmt. Dat wil zeggen, wanneer men de juiste vreugde ontmoet. Want er zijn soorten „vreugde". Er is een soort van vreugde, die voorkomt uit holle luchthar tigheid, een gevoelen van „profi- teeren-van-het-oogenblik", dat is als een stroovuui. Even fel- oplaaiend en daarna slechts een hoopje asch. Wanneer de aan leiding voor de vreugde voorbij is, is het met de vreugde gedaan en blijft slechts een gevoel van verveeldheid, wat grauwe asch. Of wel, we hebben de voorge wende vreugde, de gewilde, luid ruchtige opgewektheid van den mensch, die gaarne voor een interessante, optimistische per soonlijkheid doorgaat, de geveins de vreugde, die slechts een door zichtig voorwendsel isluchthar tigheid, die met struisvogelpoli tiek de vraagstukken, die zich in het leven voordoen, niet wil zien. En, zooals een publicist onlangs opmerkte, deze soort van vreugde is nog meer te schuwen, dan welke eerlijke droefgeestigheid ook. „Lachen en vreugde zijn heel verschillende dingen natuur lijk, en zoo sterk zelfs, dat de een zonder den ander gevonden kan worden. Toch is er een soort van lachen, niet te omschrijven, maar tegelijkertijd onmiskenbaar, die slechts voort kan komen uit een gezond en gelukkig hart". En dat is de soort van vreugde nu, die waarde heeft voor den mensch en door de denkers zoo hoog geschat wordt, omdat die het resultaat is, de weerspiegeling van den toestand van rust en voortdurende blijdschap in onze gedachten, die dan noodzakelijker wijs wel steeds gericht moeten zijn op de mooie, goeie dingen des levens, die dus „goed" en vriendelijk gezind jegens ieder, helpensbereid moeten zijn en bovenal vervuld van een grenzen- loos, rotsvast vertrouwen, of beter nog van een bewust „weten", dat volgens de onwrikbare wetten, die den kosmos beheerschen, slechts de goede dingen, de goede gedachten en motieven, de goede beweegredenen en de goede eigenschappen uiteindelijk alle macht bezitten om alles wat hen ongelijk is, te niet te doen. Van deze vreugde, van dit soort „la chen", kunnen we nooit te veel hebben. Maar natuurlijk, slechts wijzen kunnen zoo lachen; slechts de moedigen, die wijd en diep in de wereld hebben rondgekeken, niets schuwend". Dit is de vreugde van een Socrates, wiens blijmoedigheid steeg tot een po sitieve vreugde, die door niets verduisterd of verstoord kon wor den. Want hoe dieper hij peilde in het innerlijkste wezen der menschheid, zooveel te meer re den vond hij voor zijn geloof in essenlieele rechtschapenheid. De ze vreugde is het, die we zoozeer in anderen kunnen bewonderen en zelfs zoo ernstig zouden moeten nastreven, omdat het de diepgewortelde en eerlijk verwor ven vreugde is van een mensch, die noch als een struisvogel het hoofd in het zand stak, noch bangelijk het leven schuwde, maar de menschelijke ervaring vierkant in het gezicht kijkt en ....glim lacht. Omdat hij gelooft in de macht van al wat goed is. Een mensch behoeft zich nooit te schamen om te bekennen, dat FEUILLETON (Duilsehe vertaling). -I- Wat staat dat costnum u goed I Als aan uw lijf geschil derd. Nu zal ik gaan zien, of mijn Gretchen ook klaar is Zie hier de plaat, daar kunt u zien, welke pose gij moet aannemen. Daarna trippelde zy bedryvig weg. Met een kloppend hart beschouw de Gerrald de plaat. Zoo zou hy den arm om haar slaan, zoo Opgewonden sloeg hij het boek dicht en liep met drittige schreden de kleine ruimte op het tooneel heen en weer. Uit de zaal drong het gegons van stemmen tot hem door, weldra door het orkest over stemd. Het was een pauze tusschen de tableaux vivants. Theobald was koortsig opge wonden by de gedachte aan het geen hem wachtte. Hij durfde nog niet geleoven, dat h y het was, wiens beeld zoo fiar in deu spiegel werd weerkaatst, dat wel dra het meisje, dat hem liet was en dierbaart zich zoude bij ham hij verkeerd heeft gedaan. Want daarmee zegt hij slechts, in an dere woorden, dat hij heden wijzer is, dan hij gisteren was, aldus luidt een gezegde van Dean Swift. Misschien kunnen enkelen onder ons, dit gezegde van toe passing maken op hun opvattin gen omtrent vreugde. Laten ze eens „met zich zelf uitmaken" wat ze lezen en waar ze naar zien en waarover ze denken; laat ze eens nagaan, of ze niet teveel naar de macht van het kwaad keken, en te weinig geloof hadden in de macht, de almacht van het goede. Laten ze niet beschroomd zijn, ongelijk te bekennen. Want waarlijk, de wereld is vol mooie dingen. Zien we ze wel voegen. Hg trad dichter bij deu spiegel eu sloeg deu mantel over ijju schouders, drukte de baret met wuivende veder diep op het voorhoofd, dan liep hij weder het tooneel op en neder, met lang zame schreden, alsof hij door deze gelijkmatige beweging het on stuimig kloppen van zyn bart weder tot bedaren wilde brengen. Verja bracht haar Gretchen op het tooneel. Nog een paar minuten, zeide zy. I it kom dadelyk om het tableau te regeleu. Op bet oogeu blik worden in de zaal verver- schingen rondgediend. Meteen was zy weer verdwenen. Lieflijk blozend stond het jonge meisje voor Theobald. Oowille' keurig naderde hij haar, om haar met stille bewondering te be schouwen. Tante Verja heeft mij ge zegd, mijnheer Gerrald, dat u de plaats van graaf Von Lannera wilt innemen. Ik dank u voor die bereidwilligheid. Die weinige woorden bad zij byna aarzelend gefluisterd en zy waagde het nauwelijks haar oogen op te slaan, toen zy zijn stralen- den blik ontmoette Het ia aan mij a m^jn dank te betuigen, treule,antwoordde by. Minister Patjjn en de Oxford-beweging. Minister Patijn heeft ter ge legenheid van zijn deelneming aan de conferentie van de Oslo- staten een verklaring afgelegd voor de internationale Oxford- groepen. Wat de wereld noodig heeft, aldus zeide minister Patijn is, dat de verschillende naties elkaar beter begrijpen. De kleine naties hebben het groote voordeel, dat zij er niet van verdacht kunnen worden, gebieden van andere naties te begeeren of te streven naar machtsuitbreiding of ex pansie. Zij zijn in een betere positie dan de groote naties om de mo- reele beginselen toe te passen, waarop het internationale ver trouwen berust. De Oslo-staten in het bijzonder hebben slechts één wensch vrede. Doch het is niet voldoende vredelievend te zijn. Wij moeten vredestichters zijn. Wij moeten één zijn, niet in een gemeenschappelijke vrees, doch in een gemeenschappelijke roeping als verzoeners der naties. Wij hebben door God geleide staatslieden noodig, menschen van karakter en moreelen moed, die en ik verzoek u dien uit deD grond mijD8 harten te aanvaarden. Ik kan dit plotseling geluk ter nauwernood gelooven, kan mij niet aan het denkbeeld gewennen, dat mij zoo onbereikbaar toescheen eu zoo plotseling verwezenlijkt wordt. Vergeet mij, als het mis schien te stoutmoedig van my is, aan nwe zijde te treden, dat ik aan de roepstem van mevrouw uw tante gehoor heb gegeven. Met een blyden glimlach zag zij tot hem op. Eindelijk was het décor in >de tuin van Martha* veranderd. Is doctor Brand er nog niet, riep Verja. Brand .Doet die ook mee? vroeg Tneobald verbaasd. Ja, ik vergat, dat het nu voor u geen verrassing meer mag zyn 1 Brand is natuurlijk onze Mephisto. Kijk, daar is euze Martha eok 1 Gerrald wendde het hootd om, een hand werd zwaar op zijn schouder gelegd en een gelaat, dat bijna schrikbarend op Mt-phis- topheles geleek, zag hem lacnend aan. Zeer goed, doctorzeide Verja met een goedkeurend knik je. Mes zou haast bang voor u werden, Ga nu dadelijk op den vrij zijn van zelfzuchtige nei gingen en vrees voor het volk. Moreele moed is wat de wereld heden ten dage noodig heeft in haar staatslieden en haar burgers. Wanneer ge ervan overtuigd zijt dat God u gezegd heeft, iels te doen, dan kunt ge het doorzetten en den moed hebben, dienover eenkomstig te handelen. Wanneer ik een belangrijke beslissing heb te nemen, zoo ging Minister Patijn verder, heb ik van de Oxford-groep geleerd, in een rustig oogenblik van luis teren naar God erover na te denken. lederen morgen na ons rustig oogenblik bespreken mijn vrouw en ik de leiding die God ons heeft gegeven, en vaak kan zij mij helpen bij het nemen van de juiste besluiten. Dit geeft mij een gevoel van grootere objecti viteit en na een rustig oogenblik heb ik dikwijls een geheel anderen kijk op een zaak dan daarvoor. Ik heb zoo den grootsten steun ondervonden bij de oplossing van persoonlijke en familiemoeilijk heden en bij mijn arbeid als Minister van Buitenlandsche Zaken. Het voornaamste werk van de Oxford-groep is het uitwisselen van personen. Doch door het uitwisselen van een voldoende aantal personen is zij van grooten invloed op de natie als geheel. Dit is de beteekenis van de Noordsch-Baltische bijeenkomst te Visby. De staatslieden, die het pro gramma van de Oxford-groep aanvaarden, kunnen niet beter doen dan deze beginselen van absolute eerlijkheid, zuiverheid, onzelfzuchtigheid en liefde op zichzelf toe te passen. Deze maatstaven zijn evenzeer geldig voor den staatsman als voor den particulier, bij openbaren arbeid en in het particuliere leven. Boven het tumult van de zelf zuchtigheid van groepen of landen uit moeten wij de waarheid laten hooren, wij moeten onze stem hoog verheffen. Temidden van het op eigen belang gerichte reclame-maken van onzen tijd, achtergrond. Ziet u die plaat Zóó moet u met Martha wandelen. Marie met mijnheer Gerrald hier op deu vóórgrond. Het was Diet moeiliik dit paar te groepeereD. Kou ééo wel met meer natuurlykheid een bewoD- derenden blik op dit bekoorlyke gelaat vestigen, kon ééo teederder haar slanke gestalte in deu arm houden Alles was nu gereed. GreteheD telde da witte bloemblaadjes en Mephisto wandelde met Martha op den achtergrond. Langzaam werd het gordyn opgehaald. Het orkest speelde fragmenten uit Gounod's Faust. Id zwygende bewondering staarden de toeschouwers op het uitmuntende, geslaagde tableau. Gretehen beeft iu den arm van den slanken jonkman, zy waagt het niet de donkere wimpers op te slaan, daar zy meent, dat hy het hevig kloppen van haar hart kan hooren. Het gordijn gaat weder omlaag, nog is het doodstil in de zaal, maar eensklaps barsteen daverend applaus, een geroep van da capo uit, totdat do verrukte meDigte veor de tweede maal het tableau, dat het glanspunt vormt van dan avond, aanschouwt. wijst de Oxford-groep onzelf zuchtig den weg naar een betere wereld voor geheele naties. Daar om wensch ik, zoo eindigde Z.Ex., dat deze boodschap van de Oxford-groep zoo wijd moge lijk verbreid wordt en de grootst mogelijke uitwerking heeft. N. R. Crt. De Koningin. H. M. de Koningin is gister morgen per auto uit Den Haag naar paleis Soestdijk vertrokken voor een verblijf van enkele dagen. Omstreeks 12 uur is H M aldaar aangekomen. Er was buiten veel publiek, dat de Koningin hartelijk toejuichte. Prinses Juliana kwam naar buiten om haar moeder te verwelkomen. Minister Coiyn. Naar wij vernemen, is minister Colijn thans weer geheel hersteld en zal dezer dagen zijn werk zaamheden ten departemente her vatten. Steonregeling voor const? mptieaardappelen. Het Tweede Kamerlid de heer Van der Weijden heeft de vol gende vragen gesteld aan den minister van economische zaken I. Is de minister bereid, om trent de steunregeling voor con sumptieaardappelen, waaruit blijkt dat de uitvoeringskosten circa 25 pet. van het totaal steunbedrag beloopen, naar meer bevrediging schenkende maatregelen uit te zien 2. Is de minister niet van meening, dat een garantie van een loonenden minimumprijs voor de aardappelbouwers, waarbij de kosten voor den inkoop van een eventueel teveel ten laste van de algemeene middelen van het land bouwcrisisfonds gebracht zouden worden evenals dit in hoofdzaak geschiedt bij de groente en het truit, beter tot het gestelde doel zou leiden dan de bestaande regeling, die volgens het in vraag 1 genoemde verslag ongeloofelijk veel arbeid en geld kost? Onwillekeurig vlyt Gretchen zich vaster iu Faust's arm en voor de tweede maal raadpleegt zy het orakel, iu de witte blaadje* verscholen: »hy bemint my hij bemint mij niethy be mint mij Nooit was Theobalds edele ge stalte beter tot haar recht gekomen dan op dit eogeoblik, nu bij daar stond in eeD fiere houding, de baret een weinig achterover, zoo dat de krullende blonde lokkeu over bet blanke voorhoofd golfden eu met een uitdrukking vol be zielende verrukking op zyn fijn- besneden gelaat. Wie waren die twee vroeg men elkaar, nadat het gordyn voor de tweede maal gevallen was. RotterswylGerrald Dia beide namen klonken als een tnomtkreet door de zaal. Twee oogen echter waren itrak en somber op het tableau gericht geweest. Twee handen hadden zich bevend van verontwaardiging aan het zwarte kleed van moirée ant que geklemd die van de oude barones. (Wordt vervolgd), AXELSCHEiffi COURANT. 20)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1938 | | pagina 1