Nieuws- eu Advertentieblad
voor Zeeuwscb- V1 a a n d er e n,
Gevatte koude - Griep - Rheumatische pijnen - Spit - Hoofd- en Kiespijn
No. 12
VRT.TD 13 MEI 1938
54* .ïa^rg.
J. C. VINK - Axel.
Raadsverslag.
ic*a<8
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DKUKKER-UITUEVER
Bureau Markt 12.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENT1ÊN van 1 tot 5 regels bU Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Mijnhardtjes (dit zijn hartvormige cachets, gevuld met de allerbeste medicijnen) helpen altijd vlug en goed. Koker 50 ct. Proefdoos 10 ct. Bij Apothekers en Drogisten.
Zitting van 10 Mei 1938.
Zooals gemeld, is er j.l. Dins
dagmiddag alhier openbare ver
gadering gehouden van den Ge
meenteraad.
Gezegd kan worden, dat het
verloop dier vergadering weer
het echte karakter droeg van
vroeger dagen, toen deze op
minder hoog peil stonden en zich
kenmerkten door breedsprakerig-
heid, insinuatie's over en weer,
blijken van wantrouwen tegen
voorzitter en college van Burg.
en Weth., als gevolg van het
eenerzijds willen doordrijven en
anderzijds zijn zin niet krijgen,
terwijl natuurlijk de partijen toch
elk voor zich de meening zijn
toegedaan te handelen in het al
gemeen belang, althans in dat van
de gemeente, zooals eed en wet
dat voorschrijven.
Laten we hopen, dat de ge
volgen hiervan niet zullen leiden
tot nog scherper verhoudingen of
debatten, want zeer zeker kan
dat althans niet in het belang
van ons gemeentebeleid dienen.
Met verwijzing dan naar het
geen aangaande de voorstellen in
het preadvies van Burg. en Weth.
reeds in ons vorig nummer is
gemeld, laten we hier beknopt
de behandeling van een en ander
door den Raad volgen.
1. Ingekomen stukken.
b. Accountantsrapport gasfa
briek.
Dhr. C. VAN BENDEGEM
zeide daarin gelezen te hebben, dai
het kolenverbruik niet pecontro;
leerd kon worden. Spr. begrijpt
dat niet, hij zou gaarne weten
wat de oorzaak daarvan is.
De VOORZ. zeide, dat dit niet
alleen dit jaar in het rapport
staat, maar ook vorige jaren dat
het geval was. Hij wil daarom
trent nog eens informatie inwinnen
bij de gascommissie.
Dhr. OGGEL zeide, dat het
hem ook was opgevallen en hij
er naar geïnformeerd heeft. Men
acht dat niet mogelijk, omdat men
dan iedere lading zou moeten
wegen.
Dhr. C. VAN BENDEGEM
zeide dat niet te kunnen beoor-
deelen, maar als het in andere
bedrijven kan, zou het z.i. hier
ook moeten kunnen. Het is geen
zaak van wantrouwen, maar het
is z.i. om als overheid sterk te
staan tegenover de controle.
d. Uurloon voor gemeente
werken in lossen dienst.
Dhr. C. VAN BENDEGEM
dankte voor de bekomen inlich
tingen en ofschoon hij zich ver
heugt over den vooruitgang, vroeg
hij toch of nu 26 cent een
fatsoenlijk uurloon is voor over-
heidswerken. In particuliere be
drijven is het zelfs hooger. Zoo
geeft men aan de ammoniakfa-
briek 38 cent en aan wegwerken
35 cent. 't Is toch alles werk dat
gebeuren moet en waarom moet
men dan de minimumloonen stel
len in plaats van een paar cent
hooger te gaan Spr. stelt voor
het loon voor lossen arbeid op
4 cent hooger te nemen we zijn
dan nog lager dan de vakarbei
ders. We weten, dat de men-
schen van 26 cent per uur niet
leven kunnen en daarom wil hij
|tst tot 30 cent verhoogen.
Dhr. SEGHERS kan zich daar
mede wel vereenigen, maar acht
het niet noodig om het loon van
38 cent nog te verhoogen.
Dhr. C. VAN BENDEGEM zei,
dat het ook niet zijn bedoeling
was, om daarin verandering te
brengen, want dat moeten de or-
ganisatie's in de vakbedrijven
maar vinden.
De VOORZ. zeide dit voorstel
aan B en W. te zullen mede-
deelen, die het dan nader in
overweging kunnen nemen.
Hierna deelde de Voorz. mede,
dat dhr. Fanoy wegers on
gesteldheid en ook wegens uit-
stedigheid verhinderd is aanwezig
te zijn.
f. Adres J A. van Hoeve.
Dhr. SEGHERS vroeg of het
niet mogelijk is om in verband
met een latere straat, de West
zijde van die perceelen vrij te
houden.
De VOORZ. zeide niet vooruit
te kunnen loopen cp wat later
gebeuren zal, maar dhr. Van
Hoeve is in de gelegenheid ge
steld om den grond te huren,
doch dat wilde hij niet.
Dhr. VAN 't HOFF zeide dat
het zijn aandacht trok, dat reeds
in Augustus 1937 dat verzoek was
ingekomen en het nu in Mei pas
wordt behandeld.
De VOORZ. schreef de oorzaak
daarvan toe aan het feit, dat het
adres was blijven liggen tot de
verpachting der perceelen had
plaats gehad. De belangheb
bende is uaar echter niet de dupe
van geworden, want alles is in
overleg met hem geregeld.
q. Vragen over stopzetting van
steun en werkverschaffing.
De VOORZ. voegt aan het ge
geven antwoord nog toe den in
houd van het schrijven van den
Minister van soc. zaken, waaruit
blijkt, dat de plannen, die daar
omtrent worden gekoesterd, van
hooger hand komen. Als alles
normaal gaat, dan kunnen we den
steun stop zetten, maar als daar
geen reden voor is, zullen B. en
W. ook wel het noodige doen
om den menschen tegemoet te
komen.
Spr. zei nog gisteren geconfe
reerd te hebben met de bestuur
dersbonden en werkgevers, waar
een en ander is besproken. Zoo
werd o.a. gevraagd of iemand,
die jaren vakarbeider was, naar
een landbouwer kon worden ge
zonden, waarop spr. dan ant
woordde, dat aan ieder zooveel
mogelijk passenden arbeid zal
worden gegeven.
Dhr. HAMELINK dankte voor
de beantwoording. Hij begreep
daaruit, dat het college van B. en
W. niet tot stopzetting van steun
zal overgaan, als het niet noodig is.
Al volgt men dus zijn gedachten-
gang, toch was spr. niet tevreden,
want het vorige jaar is dat ook
gezegd en zijn toch veel menschen
gedupeerd. Zij moesten worden
geholpen door het Burg. Arm
bestuur, dat haar taak lofwaardig
vervulde en niet vroeg, waarom
de menschen hulp vroegen. Maar
nu zal dat niet kunnen, wegens
de voorgestelde regeling.
Spr. gelooft, dat die maatregel
rechterlijk onjuist is, want het
armbestuur moet alleen vragen
of hulp noodig is en niet uit wcike
oorzaak. Door de gezonden cir
culaires is nu vanwege den Mi*
nister medegedeeld, dat als de
werkloozen komen om hulp, men
met gerustheid kan zeggen we
kunnen je niet helpen, hetgeen
•volgens spr. ntet te rechtvaardigen
is.
En als nu B. en W. dat ongerief
voelen en zeggen we zullen den
menschen, als 't noodig is, wel aan
werk heipen, dan vraagt spreker,
heeft dat wel waarde Spr. was
overtuigd, dat men de menschen
in nooddruft zal laten. Ook het
schrijven van den Minister wijst
erop. Spr. voorziet, dat ais tien
tallen arbeiders bij de stopzetting
zonder werk zijn, zij de eindjes
niet bij elkaar weten te knoopen.
Op crediet moeten ze niet rekenen,
dus staan ze voor een fait accompli:
zonder eten. Moeten wij nu de
menschen tot bedelaars maken,
zoo vroeg spr., want dat zal
gebeuren, als helpen niet mogelijk
is en de menschen wachten moe
ten, als langs den langen hierar-
chieken weg aan den Minister
hulp gevraagd wordt en intus-
schen de arbeiders verpauperen
Spr. had graag gezien, dat het
College zich tegen de bewuste
circulaire had gericht, omdat men
nu hier eenmaal niet buiten een
steunregeling kan. Er is geen
enkel maatschappelijk motief om
de werkloozen van een bestaan
uit te schakelen. Spr. weet, dat
het college zegtja, we zetten de
steun stop, want het kan. Maar
dan wijst hij op de periode van
13 Juni tot 27 Nov. en vraagt dan
hoe moeten we in die weken werk
vinden
Immers als er volop werk is,
kan de steun nog altijd stop gezet
worden. Het college van B. en
W. staat toch niet vreemd tegen
over die kwestie
Spr komt ook tot de principiëele
houding in deze zaak en gelooft
dat hij er dan diametraal tegenover
staat en daarom zou hij gaarne
zien, dat het college dat standpunt
inzag en ook namens den Raad op
sterke inkrimping van genoemde
periode aanstuurde. Principië 1
is spreker natuurlijk tegen elke
stopzetting, maar als dat niet te
bereiken is, wil hij probeeren den
termijn te beperken. Hij noemi
het dan schande voor onze ge
meente, dat in de Noordstraat,
waar de best gesitueerden wonen,
er tal van menschen aan de bel
trekken, om een stuk kleeren ot
wat eten te krijgen. Hij verzocht
daarom, dat men zich zal ver
zetten tegen de aangekondigde
maatregelen.
Dhr. SEGHERS vroeg wanneer
de steun het vorig jaar is stopgezet.
De VOORZ wist het met, maar
dhr. C. VAN BENDEGEM zeide
18 Juli.
Dhr. SEGHERS meende uit een
loonboekje gezien te hebben, dat
op 3 Juli erwten getrokken waren.
Hij acht ook den termijn van 12
Juni te vroeg en zou liever hee-
lemaal geen termijn noemen, maar
omdat dat met kan, steunde hij
het voorstel-Hamelink.
Dhr. 't GILDE was ook sterk
verwonderd over de circulaire.
Hij gelooft echter niet, dat die van
den Minister komt, maar dat die
komt op advies van den een of
ander en dan is het wel een heel
onkundig advies in dezen. Een
advies, dat getuigt van zeer ge
ringe kennis van zaken, en dat
van welke instantie, hetzij van
gemeentebesturen of taudoouw-
organisaties het dan ook afkomt,
toch blijk geeft van groot gemis
in kennis.
Als men weet, dat zelfs nu,
onder de nog in functie zijnde
regelingen, er in vele gezinnen
broodsgebrek is en de boterham
men voor de verschillende maal
tijden voor de gezinsleden moeten
afgeteld, dan moet men Hiet vra
gen wat het straks zal worden
als op den eisch van den Min.
de steunverleening en de werk
verschaffing worden stopgezet.
Voor de arbeiders beteekent dit
niet veel minder dan een ramp
en de reeds nijpende tekorten en
de achterstanden in de gezinnen
en op de huishoudelijke bud
getten zullen dan van dien aard
worden, dat er straks dingen
moeten gebeuren waar men ach
en wee over zal roepen en die
wij geen van allen, zooals wij
hier zitten kunnen wenschen.
Kan de bakker brood blijven
leveren zonder geld en kunnen
dat de andere neringdoenden van
wie het grootste gedeelte het al
even moeilijk heeft als vele wer
keloozen
Als wij als gemeenteraad onze
taak en onze roeping dan ook
behoorlijk verstaan, dan mogen
wij ons hierbij niet neerleggen
en ligt dat stuk hier feitelijk al
.veel te lang onbeantwoord Het
spreekt dan ook vanzelf dat ik
mij volkomen refereer aan het
betoog van den vragensteller dhr
Hamelink en daar slechts weinig
aan heb toe te voegen.
Het antwoord dat B. en W
geven laat weinig aan hoop en
aan twijfel over.
Wat er in de practijk terecht
komt van de uitzonderingsbepa
lingen die als een soort veilig
heidskleppen moeten fungeeren,
weten wij wel bij ondervinding.
Daar komt in den regel niets,
maar dan ook 1 e 11 e r 1 ij k
niets van terecht. En waar
nog weinige voorjaren er zoo
donker hebben uitgezien voor wat
de perspectieven betreft met het
werk meen ik dat de Raad vai
zijn negatieve tot een meer posi
tieve houding zal moeten over
gaan en bij den Mm. van Soc.
Zaken met den meest bekwamen
spoed moet trachten te bereiken
dat deze aangekondigde maatre
gel wordt ingetrokken.
Op dit oogenblik, zoo ver
volgde spr., in half Mei zijn er
nog 178 werkloozen otficiëel ge
boekt in Axel. Er is van de
f44000, die voor steun beschik-
oaar zijn, reeds f 11000 betaaid,
terwijl er nog maar een half jaar
achter den rug is.
De VOORZ. merkte op, dat die
getallen niks met de zaak te
maken hebben. Het gaat er niet
om of wij teveel of te weinig aan
steun geven, het gaat over al of
niet stopzetten van den steun en
over verzorging in de toekomst.
Men dient eenig vertrouwen te
hebben in B. en W. en niet te
spreken over bezwaren, welke
niet bestaan, zooals ook dhr
Hamelink deed. We hebben nog
altijd geholpen waar 't noodig
was en zelfs heeft spr. persoon
lijk het vorige jaar nog de stop
zetting van steun telefonisch over
boord gegooid Het is met, zoo
ais dhr. Hameiink zegt, dat er
weken over heen loopen en ook
is het niet het armbestuur, dat
voor (ie menschen sorgt, De
Minister zorgt voor de werke-
loozen en zegt subsidie toe, het
geen wij te aanvaarden hebben.
Kunnen we daarmee niet voort,
dan moet er ingegrepen worden
en dat doen we ook, dat is het
vorige jaar nog gebleken.
De Minister wil niet zei spr.
dat de werkloozen naar het
armbestuur gaan als dat gebeurt,
dan wordt de subsidie voor werk-
loozenzorg ingetrokken. De ver
zorging der werkloozen berust dus
oij den Minister en de stopzetting
daarvan gaat in overleg met B.
W En als dan dhr Hamelink
zegt, dat is onjuist, dan zeggen
wij daartegenover, dat we den
toestand afwachten en blijkt het,
dat ingrijpen noodzakelijk is, dan
wordt dat gedaan. Zoo is het ook
aan de organisaties medegedeeld
en die vonden dat goed.
Dhr. 't GILDE: Dat geloof ik
niet.
De VOORZ.Dus als lid van
den Raad zegt u vlakaf in het
gezicht van den Voorz., dat hij
onwaarheid spreekt? De beide
wethouders zijn hier om te getui
gen, dat het zoo is.
Dhr. 't GILDE herhaalt, dat
hij niet kan gelooven, dat de
besturen der organisaties dat goed
vinden.
De VOORZDe wethouders
zijn hier om het te verklaren.
Dhr. HAMELINK: Ja, als u
zegt ze leggen er zich bij neer,
dan geloof ik dat, maar niet, dat
ze er hun goedkeuring aan
nechten.
Dhr. P VAN BENDEGEM
deelde als wethouder mede, dat
de afgevaardigden der organisa-
tie's, voor zoover aanwezig heb
ben gezegdwe juichen het toe,
dat we naar de conferentie zijn
gegaan en zij hebben zich met
het besluit vereenigd. Ook is
medegedeeld, hoe het vorig jaar
is gewerkt en daarop is gezegd
door de menschen, dat zij blij
waren, dat het zoo was geregeld.
Dhr. DE JONGE vond toch
den termijn, waarin de steunver
leening wordt stopgezet, ook veel
te lang.
De VOORZ. zeide, dat over
een termijn niet is gesproken,
men sprak in 't algemeen.
Dhr. DE JONGE: Dan moesten
we toch in elk geval den minister
bekend maken, dat die periode
voor hier veel te lang is,
Dhr DIELEMAN zeide dat die
kwestie ook in de steuncommissie
is besproken en dat is beter dan
in een openbare raadsvergadering,
waar de zaak hier al veel te zwart
is geschilderd. We zijn het ermee
eens, dat de datum veel te vroeg
is bepaald, en ookde vakbeweging
is het daarmede wel degelijk eens,
maar men was van meening, dat
men tenvolle vertrouwen kan
stellen in het college van B. en
W., gezien wat het vorig jaar is
gedaan.
Spr. gelooft, dat we wel ver
trouwen kunnen stellen in een
college, dat 10-jarige ervaring
heeft en dat het hier goed gaat
is wel bewijs, dat verscheidene
andere gemeenten er een lesje aan
kunnen nemen. Spr. legde er den
nadruk op, dat de vakbonden over
het verloop van het vorig jaar hun
lof uitspraken. De menschen
moeten niet de dupe worden van
politiek. Het was beter geweest,
dat die vragen van dhr Hameiink
niet gesteld waren geweest.