«rtl
èii
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwscli - VI aan d eren,
EEN GIFTMENGSTER
VRIJDAG 29 APR! Tv 1938.
54** Jaar».
J. C. VINK - Axel.
Onze Kroonprinses jarig.
Binnenland.
MO. 8.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITüEVER
Bureau Markt 12.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENTlEN van 1 tot 5 regels 6U Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Qroote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Eerste J31ad.
Het is de eerste maal, dat H.
K. H Prinses Juliana als Moeder
jarig is en daarom is Zij nog meer
dan voorheen het centrum onzer
belangstelling genaderd. Was Zij
reeds bij Haar geboorte op 30
April 1909 een vervulling van den
wensch vanons Volk, dat hunkerde
naar een nieuwe loot aan den
Oranjestam, thans nu Zij Moeder
geworden is en alzoo naar men-
schelijke berekening het voort
bestaan van den Oranjestam weer
voor een generatie is verzekerd,
nu is de band tusschen Nederland
en Oranje weer strakker aange
haald.
Wij kunnen ons immers ons
Vorstenhuis niet meer voorstellen
zonder de gracieuse beeldtenis
van Prinses Juliana in gedachten
te zien naast de hoogwaardige
gestalte onzer Koningin. En zoo
zien we dan ook bij den jaardag
van de Kroonprinses weer dien
vriendelijken, hartelijk gemeenden
glimlach, waarmede Zij de geest
drift van het Volk, dat eenmaal,
zoo God wil, haar Volk zal zijn,
begroet en toewuift.
Maar meer nog zien we nu in
Haar in den vollen zin des woords,
de Moeder van het Kind, dat Zij
te verzorgen heeft als Haar Doch
tertje, maar dat Zij ook verzorgen
zal als het Kind van het Neder
landsche Volk. Het Volk, dat ook
Prinses Juliana heeft lief gekregen,
dat zij offers heeft gebracht en dai
zij krachtens Haar afstamming zal
beschermen en bewaken.
Wij hebben Prinses Juliana reeds
doen kennen als „Vrouwe" mei
een groot en gevoelig hart we
zijn overtuigd, dat Zij ook als
„Moeder" aan het Nederlandsche
Volk zal denken.
En daarom kunnen we nu voor
het eerst de Prinses als Moeder
met Haar jaardag gelukwenschen
en willen we bij herhaling, maar
steeds dringerder den wensch uit
spreken, dat H. M. de Koningin,
Een kind heeft nooit eerbied voor een
groot mensch die zijn bedaardheid verliest.
FEUILLETON
H. K. H. Prinses Juliana en Z.
K.H Prins Bernhard nogvelejaren
dezen geboortedag mogen her
denken tot heil ook van de jongste
telg, H. K. H. Prinses Beatrix.
Het Eegeeringsjublleum.
Bekend is, dat officieel het
40-jarig regeeringsjubileum van
H. M. de Koningin te Amsterdam
zal gevierd worden in de week
van 5 tot en met 10 Sept. a.s.
Ter nadere bekendmaking zijn
door de feestcommissie aan de
pers mededeelingen gedaan over
het programma dat daartoe glo
baal is vastgesteld.
De feestweek zal worden inge
zet met den luisterrijken intocht
van H. M. de Koningin, langs een
weg, die ongeveer 5 km. zal
worden.
Des Maandagsavonds zullen
muziekuitvoeringen worden ge
geven, die de geheele week wor
den herhaald, zoodat er muziek
tenten zullen worden neergezet,
waaromheen zich een feestelijke
menigte kan verzamelen, die ook
gelegenheid krijgt, een dansje te
maken.
Üp Dinsdag 6 Sept. vindt om
half twaalf in de Nieuwe Kerk
de plechtige gedachtenisviering
plaats, waarbij dr. H. Colijn de
herdenkingsrede zal uitspreken.
Des middags het nationale hulde
betoon, uit alle provincies zullen
fficiëele deputaties (in totaal
9600 personen) provinciegewijs op
den Dam worden opgesteld en
voor de Koningin defiieeren.
Verder een estafetteloop uit 300
kust- en grensplaatsen van ons
land, waarin jeugdige fakkeldra
gers de brandende toorts naar de
hoofdstad zullen brengen. Dins
dagavond zullen de 300 laatste
loopers met de brandende toort
sen op den Dam aankomen en
daar een groot vreugdevuur ont
steken, dat de geheele verdere
feestweek zal blijven branden.
Op Woensdag een aubade op
den Dam. Vermoedlijk zal H. M.
de Koningin Donderdag het nieu
we motormailschip de „Oranje"
te water laten.
Tenslotte zal Zaterdag een groot
feest worden georganiseerd, dat
door ;H. M. de Koningin wordt
bijgewoond. Een combinatie van
muziekgezelschappen van 5C0
personen zal concert geven, terwijl
1500 zangers en zangeressen een
zanguitvoering zullen geven.
Hierop volgt een groot ballet
van 180 personen, eindigende met
een apatheose, waarna in het
Stadion de historische optocht
wordt opgesteld, die een beeld
zal geven van de geschiedenis
van het Oranjehuis. Deze optocht
wordt met de grootste zorg voor
bereid en belooft een der hoogte
punten van de feestelijkheden te
worden.
Ter bruiloft gevraagd.
Naar gemeld wordt, zullen
Prinses Juliana en Prins Bernhard
op 4 Mei aanwezig zijra bij het
sluiten van het huwelijk te D iorn
tusschen Prins Lodewijk Ferdi
nand van Pruisen, kleinzoon van
den ex-keizer van Duitschland,
met Prinses Kyra van Rusland.
Omzetbelasting op vleesch.
De Ned. Slagershond en de
Ned. R.K. Hanzebond van Slagers
patroons hebben een adres aan
de Tweede Kamer gericht, waarin
zij verzoeken bij de behandeling
van het wetsontwerp tot wijziging
van de Omzetbelasting, het vleesch
aan de lijst van vrijgestelde pro
ducten toe te voegen.
Adressanten wijzen speciaal op
de groote daling van het vleesch-
verbruik, dat als volksvoedsel
toch reeds zeer zwaar belast is
door de accijns op het geslacht
en de gemeentelijke bedrijfswin
sten gemaakt in verband met de
invoering van de Vleeschkeurings-
wet (abattoirs).
De zaak-Oss.
Bij de Tweede Kamer is thans
ingediend het voorstel van den
heer Wendelaar, om een parle
mentaire enquête te houden om
trent de maatregelen, welke zijn
genomen tegen de marechaussee
te Oss.
Uit het Engelaeh.
De voorzitter had aan het hoetd
der tafel plaats genomen en toen
allen gezeten waren, keek hy eerst
naar rechts, toen naar liDks, het
geen hy zelt geheel overeenkom
stig zijn waardigheid van «leider*
en teveDS voer de anderen een
passende blik achtte. Hy zou zon
derling verrast, ja deerlyk uit het
veld geslagen zyn, zoo hij den
waren stand van zaken was te
weten gekomen, nameljjk, dat nie
mand van die negen mannen op
hHn voorzitter gesteld was.
Twee gezworenen begoDnen met
een hoestbnitje. O ngeduldig wach
tend tot zij klaar waren, opende
mijnheer Leroy Moispor, zooals
hij het zon nebbeu genoemd >het
process.
Hjj begon Ik veronderstel,
dat wij het allen eens zijn
Maar hier beetde Nora Norwieh
»v«n van voldaauing, daar het
lid naast haar scherp inviel met
de woorden Ik veronderstel,
dat dit heel onwaarschijnlijk is,
mijnheer de voorzitter.
In de oogen van mynheer Le
roy Motspur liehtte een vlammeije
van strijdlust op Maar hij be
heerschte zich, naar hij zelt vond
«meesterlijk* En op minzamen
toon ging hy voort: Ik wilde
zeggen, dat wij 't er waarschijn
l(jk allen over eens zijn, dat dit
geval niet zooveel moeilijkheden
oplevert als enkele van de be
langrijkste moordzaken der laatste
vyttig jaar hebben gebracht.
Hierop zorgvuldig de feiten
schikkend en nagaand, kwam hjj
volgens het gevoelen der aanwe
zigen niet verder dan het vreese-
lijke, hun allen nu waarlijk wel
bekend terrein, eu elk woord dat
hy sprak was een meedoogentoos
betoog tegen de vrouw, over wier
lot de menschen die daar verga
derd waren, moesten beslissen.
Eindelijk sprak een klDn ijzer-
handelaartje uit Kennington be
dachtzaam U hebt nog geeu
enkel woord gezegd, mijnheer de
voorzitter over 't volgens my be
langrijkste deel van het geval
En wat kan dat dan wel
zijn? vroeg da voorzitter der jury,
op eau toon, waarin hot (jser-
Aan de memorie van toelich
ting ontleenen wij het volgende
Het verloop van deze zaak in
de Kamer is wel zeer bijzonder
snel geweest. En nu is vlug
werken prijzenswaardig, mits de
degelijkheid er niet onder lijdt
Van de abnormale snelheid, in
deze zaak, welke de voorsteller
aanvankelijk mede bevorderd
leeft, is echter achteraf als be
zwaar gebleken, dat voor de
eden der Kamer de tijd ontbroken
heeft om de aigumenten van flen
minister op haar volle waarde te
toetsen.
Hoe het zij, de minister van
ustitie toonde zich bereid den
interpellant, den heer Drop, te
beantwoorden en verschafte zijner
zijds uitvoerige inlichtingen, van
welker degelijkheid de Kamer zóó
onder den indruk kwam, dat zij
die voldoende achtte. Daarmede
had de zaak uit kunnen zijn en
ze zou ongetwijfeld ook uit zijn
geweest, wanneer de door den
minister gegeven inlichtingen ook
voor hen, die beter dan de leden
der Kamer op de hoogte van de
eilen waren, afdoende waren
geweest.
Maar het is gebleken, dat de
zaak niet uit is. De voorsteller
wijst erop, dat in verschillende
serieuze bladen zeer gereserveeide
artikelen hebben gestaan, waaruit
men den indruk krijgt, dat de
Kamer en, naar men mag aan
nemen. ook den minister zeer be
langrijke inlichtingen onthouden
zijn.
Daar komt nog iets anders bij
De minister heeft het goed ge
vonden, hangende deze zaak de
marechaussee nog eens hun zwijg
plicht in te scherpen. Inderdaad
behoort de politie bij de vervul
ling van haar dikwijls zoo kiesche
taak te kunnen zwijgen en er is
geen bezwaar tegen, dat de mi
nister haar daaraan af en toe eens
doet herinneren.
Maar in dil geval heeft de zaak
een onaangenamen bijsmaak. Men
heeft den indruk gekregen, dat
deze herinnering op dit oogenblik
minder noodig was ter bescher
ming van rechtmatige belangen
van het publiek dan om de mare
chaussee te beletten, zich te ver
dedigen. En ook dat geeft een
gevoel van onbevredigdheid men
kan zich den rechtsstaat nu een
maal niet denken zonder een zoo
ruim mogelijk recht van verdedi
ging van ieder, die wordt aange
vallen.
Gezien de diepte van de heer-
schende ontstemming, ook in vol
komen rustige en beheerschte
deelen der bevolking, zou de
voorsteller het ernstig betreuren,
wanneer de Kamer deze ontstem
ming zou laten voortwoekeren.
Het vertrouwen van ons volk in
den rechtsstaat is geschokt en dat
moet zoo spoedig mogelijk wor
den hersteld.
Tenslotte: Het geval Oss wordt
door velen, te recht of ten on
rechte de heer Wendelaar
houdt zich daarbuiten be
schouwd als een toetssteen voor
het parlementair-democratisch
systeem. Als overtuigd voorstan
der daarvan acht hij het nood
zakelijk, dat de Kamer doet wat
in haar vermogen is om de goede
werking daarvan te bevorderen.
De doofpot moge het attribuut
zijn voor andere systemen, het
onze blijve gekenmerkt door de
behandeling van zelfs de moei
lijkste zaken in het volle licht
der openbaarheid.
Nederland te gevaarlek
Men kan er eens om lachen,
maar toch is het gevaar niet zoo
gering te achten als sommigen
zich indenken, dat men op een
goede dag het in Duitschland in
z'n hoofd krijgt ook Nederland
maar in te palmen.
Hoe gemakkelijk ging dat met
het zooveel prootere Oostenrijk
niet en als die het niet konden
verhinderen, wat zou men dan
in Nederland
Zoo dacht men er eenige weken
in Engeland over, waar blijkens
het „Handelsblad" 150 personen
zich lieten inschrijven voor een
vacantiereis met Paschen naar
Nederland, doch de helft zich
terugtrok, omdat een reis naar
Nederland hun te gevaarlijk toe
scheen in deze critieke tijden.
handelaartje iets van spot voelde,
Dat is mijnbeer het feit, dat
zooals de rechter ons heelt voor-
geboudeo, wij zorgvuldig en nauw
gezet moeten overwegen, ik be
doel de komst in de hall, op den
avond dat mijnheer Raydon ge
storven is, van een geheimzinnig
persoon en die engetwyteld uit
den tain binnenkwam, nadat het
blad met drinkwaren door juffrouw
Powell, het kamermeisje was
ueergezet.
Aan die geschiedenis hecht
ik voiairekt geen waarde, zei
Leroy Motspur geprikkeld.
Het ging door zyn hootd, hoe
jammer het was, dat een jury met
aliyd kan wordeD gekozeu uit
menschen van behoorlijke ontwik
keling, menschen aan wie je kan
zeggen, zonder verkeerd begrepen
te worden, dat alle jonge dienst
meisjes op hun vryen avond lan
ger uitblijven, dan hun tyd is,
als zij er kans toe zien, en dat
dit natuurlijk op dien ongelukki-
g-n aveud óók was gebeurd. En
dat de dienstboden elkander
nooit verradenen dat daarom
de entkenniog zelfs onder eeds,
van de keukenmeid, dat de werk
meid dea 4eu 8 ptemoer op haar
uitgaansavoud niet te laat tnuis
was gekomen van geen waarde was.
Maar dat kon je allemaal niet
uitleggen aan dat kemphaantje,
dat winkeliertje. Hij had stellig
een «Miss Powell* in zijd familie.
En daarom zei de voorzitter
nuchter U hebt gehoord, wat
de procureur-generaal daarover ge
zegd heeft.
Hierop bracht de fotograaf met
een piepstem in bet midden
Het was zijn taak, licht te
ontsteken in die zonderlinge ge
beurtenis, mijnheer de voorzitter.
Maar de reohter, die deze zaak in
het midden liet, om zoo te zeggen,
ontstak er geen licht in. Eu als
u spreekt van den proeurenr-ge-
Deraal, mijnheer de voorzitter, zon
ik myn mede juryleden een ge
deelte van het pleidooi in herin
nering willen brengen.
Even hield hy ep am adem te
scheppen.
Die geschiedenis van dat
meisje in een Fransch dorp, dat
den argeloezen ouden dominee ver
gittigde, enkel omdat hij haar op
haar moeders verzoek berispte om
haar lichtzinnigheid nou, dat
verhaal heeft een diepen indruk
op mij gemaakt, E'i ik heb me
ZÓÓ loen ik het hooide, afgevraagd,
ot die arme, jongen, Amos Purcell,
dia neu dood is, eigenlek met
diegene is, die ffiljehiet Birtky
R«ydon heeft vergiftigd. We weten
dat mejuffrouw Jameson die kast
open heelt laten staan met die
flinch arsenicum, den dag, dat
mevrouw E a Raydon naar het
ziekenhuis ging. Als juffrouw
Jameson het op dien dag deed,
kau ze het evengoed op een an
deren dag gedaan hebben. Zoo
veel heeft ze ook bekend in de
getuigenbank. Aangenomen, dat
ze de kast dus ook op een andere
dag heett open laten staan en aan
genomen, dat die joegen, Amos
Purcell, zoo na die ruzie met dien
man, dien Raydon wam het
schynt een hoogioopende t wist ge
weest ta zyn, mijnbeer de voor
zitter daar in de apotheek
kwam, gak van opwinding an ge
rechtvaardigde woede, als ik het
zoo mag zeggen, want bij was
voor dief uitgescholden En dat
daar die stopfleseh stond, di we
allemaal gezien hebben, me h t
woord «Arsenicum* in dui"»-lnke
drukletters er op. Wat was daa
nainurlyker, dan dat die j» fe. u
een Deeije van dat zwaie veigit
wegnam, in afwachting van de
gelegenheid om ziju wraak ta
koeieu
(Wordt vam)|ds)