"e)ntv^ is die touxtiw fwvfdpynf Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- Vlaanderen. EEN GIFTMENGSTER No. 89. DINSDAG 8 FEBRUARI 1938 53e Jaarg. J. C. VINK - Axel. Dierenbescherming. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-UITGEVER Bureau Markt 12. Telef. 56. - Postrek. 60263. ADVER 1 ENT lEN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. Ons Wetboek van Strafrecht voorziet onder den titel„Mis drijven tegen de zeden" o.m. ook in zekere mate in dierenbescher ming en wel onder art. 254, dat luidt als volgt Mishandeling van een dier wordt gestraft met gevangenis straf van ten hoogste 3 maanden of geldboete van ten hoogste f 120. Indien het misdrijf in het open baar gepleegd wordt, wordt de straf resp. hoogstens 4 maanden of f 120. In verband met dezen wettelijke vorm van dierenbescherming ont vingen we ter plaatsing van de hand van mr. dr. W. Hugenholtz, adv. en proc. te Leiden, het vol gende schrijven onder den titel „Art. 254 W. v. S en het coupeerea van paarden en honden". Bij het tot stand komen van de wet van 16 April 1920, Stb. no. 194, waarbij de artt. 254 en 455 W. v. S. werden gewijzigd, werd in het Voorloopig Verslag van de Comm. van Rapporteurs E. K. (W. 10547) opgemerkt, dat men er zich over verblijdde, dat de nieuwe bepalingen „veel ruimte gaven voor eene rechtspraak, die het dier ten goede zoude komen en den mensch langzamerhand leeren om zijn medemenschen en het dierenrijk zender wreedheid te behandelen". Sinds 1920 is er wederom na de verbeteringen van 1886 veel ten goede veranderd, doch zijn wij op het gebied der wet telijke dierenbescherming al daar, waar wij, als beschaafde natie behooren te zijn M.i. in geenendeele I Er zijn helaas nog maar al te veel gevallen denkbaar, die niet strafbaar zijn. Niemand toeet, welk geluk hij nog kan bereiken. FEUILLETON Uit het Eogelsch. Maar u wilt deze dame toch zeker dat pijnlijke ik wil niet zeggen die blaam, want daarvan is hier geen sprake dat pijnlijke, om te moeten verschijnen voor een verhoor, niet aandoen Zij zon de hoofdgetuige afgezien natuurlijk van mijzelf zijn. En ik zou gaarne ook een ver klaring afleggen, want ik heb mijn zoon nog twee dagen vóór zijn over lijden gezien en gesproken en hij kwam mij voor toen in blakende gezondheid le verkeeren. HQ kan heel wel geschenen heb ben. viel Eva in maar hq klaagde dikwijls, vooral wanneer we gedanst hadden, over een hevigen steek in si) i zij. Ik weet, dat hij zich gisterochtend erg onolesierlg gevoelde, want Ade laide S'rain zei me, dat hij geklaagd had. Ik vergeef het me zelf nooit, dar ik niet op hem gewacht heb, om met hem naar de stad te gaan, Opnieuw barstte Eva in een krampachtig snikken nit. Mevrouw Raydon Het een blik vol afkeer en achterdocht op haar schoon dochter rusten, toen wendde zfl zien tot den dokter met de woorden Ik zie, dat neck m|n weerden, Het is dan ook hoog noodig, dat de wetgever, die de laatste jaren zulk een ontstellende massa wetten heeft geproduceerd, ook eens even zijn aandacht wijdt aan het vraagstuk der wettelijke die renbescherming, om te komen tot een volledige algemeene wet, waarin alle reeds bestaande over tredingen en misdrijven worden ondergebracht, benevens de noo- dige nieuwe. De Noorsche „Lov on dyrevern" van 7Juni 1935 zou hier zeer zeker tot richtsnoer kunnen worden genomen. Tevens kon dan meteen de vivisectie eens behoorlijk geregeld worden, o.a. om onnoodige en overbodige experimenten te beteugelen. De rechtspraak omtrent de be reids strafbaar gestelde misdrijven en overtredingen stemt tol tevre denheid, niet tot optimisme. Be schouwen wij meer speciaal art. 254 sub 1 W. v. S. Het moest m.i. geen vraag meer zijn of het coupeeren van paarden en honden al dan niet onder dit artikel valt. Bij dit coupeeren is immers ieder redelijk doel af wezig, wordt althans zeker steeds overschreden, hetgeen eventueel toelaatbaar zou zijn te achten. Terecht oordeelde de Rb. Zut- phen op 25 Oct. 1935 (ongepu bliceerd) dan ook geen redelijk doei aanwezig in het geval, dat een paard, uit winstbejag, opzet telijk pijn of letsel was toege bracht. Opzettelijk had men dit paard met een coupeerschaar een stuk vaa den staartwortel afge knipt, waarna vervolgens de daar door ontstane wonde met een gloeiend ijzer was dichtgebrand Ook sprak de Politierechter te Maastricht op 10 Juni 1933 (on gepubliceerd) het schuldig uit over iemand, die op meer dan schandelijke wijze de ooren van een hond had afgesneden. Hiertegenover staat echter een noch mijn zienswijze in staat zijn u tot andere gedachten te brengen, dokter Durham. Het spqt me, dat ik u ben lastig gevallen met mijn verzoek ml] hier te komen spreken. Och neen, zegt u dat niet, riep nq uit, ik ben heel giaag gekomen en ik hoop.hij aarzelde, stokte ik hoop, dat u wei overtuigd zuli wilien zijn van mqn innige deelneming in uw droevig verlies. Maar zij slak hem de band niet toe, waarop hij met een buiging zich uil de voeten maakte. Er volgde een pijnlQke stilte tusschen "e twee vrouwen. Eindelijk zei Eva zenuwachtig Ik heb in 't geheel geen trek om te lunchen. Wilt u mij txcuseeren, als ik boven wat ga liggen Ik heb den heelen nacht geen oog dicht gt- daau. Toen vroeg haar schoonmoeder iets, wat de jonge weduwe bijna een ou- beacheideu vraag vond. Is er iemand op 't oogenbiik bij Birtley Neen, ten minste ik ik geloot het niet. Dan wil ik wel even in die kamer. Wenscht u niet eerst iets te ge bruiken Neen, ik dank je? Het hinderde Eva geducht, dat de oude mevrouw Roydon haar geen en kele maal eens „uevc" of „kind" ge noemd had, noch één woord van ge bruikelijke deelneming had geuit, sinds zQ dien morgen op Töe Mill Housï was aangekomen. Langzaam heengaand, voelde het Jonge vrouwtje weer heete tranen op komen in baar vermoeide oogen en er kwam een gevoel van akelige een- vonnis van de Arnh. Rb. d.d. 29 Juni 1927, W. 11737. Een deskundige had ten pro- cesse beweerd, dat coupeeren van paarden noodig kon zijn in ver band met de handelswaarde. Dit coupeeren was in casu geschied op de wijze, welke ook aan de Veeartsenij-school werd geleerd. Op grond van een en ander nam de rechtbank aan, dat niet zonder redelijk doel was gehandeld, dat althans niet was overschreden hetgeen, ter bereiking van zoo danig doel, toelaatbaar was. M.i. heeft het coupeeren van paarden en honden in geen enkel geval een „redelijk doel". Het geschiedt enkel en alleen uit winstbejag en om tegemoet te komen aan excentrieke mode grillen In ieder geval geschiedt het coupeeren steeds op een pijnlijke, ontoelaatbare wijze. In dit ver band moge ik nog een enkel woord opmerken over het arrest van H. R. 11 Oct. 1920, W. 10635, eveneens betreffende het coupee ren van paarden. Ik wil op den voorgrond stellen, dat dit geval werd berecht volgens art. 254 oud. De verdachte had opzettelijk gewelddadig van een paard een gedeelte van het staartbeen afge knipt met een schaar en de daar door ontstane wonde dichtge schroeid, tengevolge waarvan het paard pijn had ondervonden en verwond werd. De H. R. achtte een redelijk doel aanwezig, om dat volgens art. 1, lid 2, der wet tot regeling van de uitoefening der veeartsenijkunst van 8 Juli 1874, Stb. no. 98, het doen van heelkundige operatiën op gezond vee, met uitzondering van inenten, aan ieder geoorloofd is en omdat in de M. v. T. was gezegd, dat „het angliseeren (dat is: cou peeren) van paarden en alle an dere bewerking op gezond vee zaamheid, van verlatenheid in haar hart. Het leek zoo iets absurds, dat Birtley, haar liefhebbende heer en meester die overigens in zekeren zin als was in haar handen was geweest nu dood en koud lag en haar nooit meer zou liefkozen en berispen. Hoewel zij het voor sich had gi- aouaen, het zelfs niet aan naar vnei,- dm had verteld, die zoo hartelijk en hulpvaardig was geweest in die vei- scunxkeiqke uren, was het nu toch de eerste maai, dat Eva Raydon ietnard had zien sterven. En zij was diep geschokt en ontroerd door het nieuwe besef, hoe broos de draad is tusschen leven en dood. Toen zij weer op Adelaide's bui was gaan liggen, hoorde zij de oude meviuuw Raydon zacht de tiappei, opkomen, de sterfkamer ingaan en den sleutel in het i'ot omdraaien. Haar gezichtje in de kussens be gravend, snikte Eva haar brandend verdnet uit. Het geluid van den sleu tel in het slot van haar slaapkamerdeut had plotseling een levendige herinne ring in haar gewekt aan de heerlijke verzoening, die eergisteren was gevoigr op net kinderachtige gekibbel lusschei haar en haar lieven Birtley. HOOFDSTUK XVIII. Na de ruime, thans duistere slaap kamer ie zijn doorgeloopen, ging me vrouw Raydon niet raar het bed, on het laken van haar gestorven soors gelaat op te siaan, zooals menige moeder in haar plaats zou hebbei gedaan, Ook knielde zij niet bij ht bed, om mogelijk wat berusting er gelatenheid iu een gebed te vinder gelijk zij had gedaan toen zQ voor bet eetst alleen was gelaten bij het iqk toegepast, zonder nadeel voor derden, verricht konden worden". De H. R. nam tevens aan, dat de verdachte door zijn handelin gen, niet had overschreden, het geen toelaatbaar was. M.i. is deze beslissing onjuist. In de eerste plaats, omdat hier een oude wet van 1874 tot richt snoer werd genomen. Een wet, dateerend uit den tijd, dat in ons land nog geen enkel wetsvoor schrift bestond op het gebied van dierenmishandeling; uit den tijd, dat katknuppelen, palingtrekken en dassebijterij nog heel onschul dige volksvermaken werden ge acht 1 Secundo is die wet van 1874 m.i. verkeerd geïnterpreteerd. Te recht merkte de Adv. Gen. Besier reeds op in zijn conclusie, vooraf gaande aan het arrest, dat lid 2 van art. 1 der wet van 1874, moest worden gelezen in verband met lid 1 van dat artikel, waarin was (en noe is) bepaald, dat het verleenen van genees- en heel kundigen raad of bijstand voor vee als bedrijf, alleen aan hen is veroorloofd, die daartoe een examen hebben afgelegd. Lid 2 is een uitzondering op lid 1. Heelkundige operatiën "op gezond vee mogen n.l. door een ieder worden uitgeoefend. „Dit beteekent echter geenszins, dat ieder nu een vrijbrief heelt in gezonde dieren het mes te zetten, ook wanneer hij hiermede in botsing zoude komen met an dere verbodsbepalingen", zoo merkte de Adv. Gen. zeer terecht op. Heelaas heeft de H. R deze juiste interpretatie terzijde gesteld, hetgeen ook daarom zoo te be treuren is, waar er nog steeds geen nieuw arrest op dit stuk door ons hoogste rechtscollege is gewezen en lagere rechters zich mogelijk zullen laten beïnvloeden door die oude uispraak van 1920. vau haar echtgenoot, dien zij harts tochtelijk en vol jaiouzie had beminu. Neen, inpiaats daarvan ging zij re gelrecht naar haar schoondochter kap tafel, die nog overladen was met nu> telooze, kostbare prulletjes. Van het begin af nad zq haarsoort mooie vrouw gevreesd, gehaa', veracht en veroordeelde In den loop van dei tijd was haar antipathie nog verscherpt, „icgetqk met tiaar felle jaiouzie op de vrouw, die Birtley's hart geheel hao 'ugepaltnd, die hem vasthield op een wqze, waarvan zq, demoeder, die heet weinig wist van den manneiqken aaro nieis Dcgreep. Hoewel zij het ijskoud sou ontken nen, het ooa zich zeif mei zou willet, loegeven, had zq twee dagen geledti de vertrouwelijke mededeelmg vat. naar zoon met een gevoel van zegt - praai en van voidueaing aangehoord. Sinds dat gesprek met Birtley haddm Eva en Eva's dwaze spilzucht de ge dachten der oude vrouw voorldurem bezig gehouden. Toen was dien morgen die vreeselijkt beproeving gekomen om vqf urn al met de plotselinge gewaarwoi- d tig nog in baar slaap, dat de telefoon nt-neden, belde, belde EmdetQk was zq naar heneden gr aan, met grouten tegenzin, z-ch bi kunnende voorstellen, dat zq zelf were jpgebeld. Maar de wreede waaiht - <ionk haar door het toestel daarop i (1 ooren: het verschrtkkeiqke bench, dat haar zoon hopeloos ziek was, e- de drogende vraag, of zq terston. wilde komen. Weer waren thans haar gedach't net Eva bezig. Vastberaden draait zq zich om, vermqdend den blik na -inks te siaan, waar het lage, breeot Terloops zij opgemerkt, dat de H. R ten onrechte coupeeren gelijk stelde met angliseeren. Coupeeren wil zeggen, een paard „kortstaart maken, in welk geval er een stuk van den staartwortel wordt afgeknipt of afgehakt. Angli- seeren (engliseeren, meteeren) is heel iets anders Daaroij worden de spieren, die den staart naar beneden trekken, doorgesneden, waardoor men het paard een meer sierlijken staart wfl verschaffen. Tenslotte acht ik de beslissing van 1920 nog daarom zoo ge vaarlijk, omdat blijkens de M. v. T. ook honden onder vee in den zin van de wet van 1874 vallen. Het wordt hoog tijd, dat dit verouderd arrest plaats maakt voor een beslissing, die beter weer klank vindt in het rechtsgevoel van beschaafd Nederland. De lagere jurisprudentie geeft over het algemeen het goede voorbeeld! Meer en meer breekt de overtui- ging baan, dat winstbejag en modegrillen niet als een redelijk doel, in den zin van art. 254, mogen worden opgevat. En zij, die een zoodanige overtuiging hebben, zijn zeker allerminst zie kelijke of sentimenteele moralisten, doch over het algemeen menschen, die met beide beenen in de wer kelijkheid van het dagelijksche leven staan en een afkeer hebben van een dergelijke wreede en noodelooze mishandeling als het coupeeren van paarden en honden nu eenmaal is. Ik eindig met de hoop uit te spreken, dat er spoedig een gun stige beslissing in hoogste instan tie zal vallen. Hoeveel staarten van paarden en staarten en ooren van honden zullen het anders zonder eenig redelijk doel nog moeten ont gelden fed met haar dooden zooh stond. Ouderzoekend, speurend liet zq de oogen gaan over eik meubelstuk elke gesloten kast in het groote vertrek. Ofschoon zq ztek nooit door onbe stemde vooistelltngen liet leiden, was iet toch alsof iets haar zei, dat zq in deze duistere slaapkamer de bevestiging on vtuden van naar sterk vermoeden, dat haai zoon geen natuurl|ken dood was gestorven. Plotseling draaide zq zich om en bleef zq siaren op de kleerkast. Hei was een piachtig menbelije, een neine la'afel, van achttiende eeuwsche stqt, steriqk van vorm. Een van de ware spotkoopjes, die het echtpaar Birtley R.-.ydon nad bemach"g1, toen g in net oesit kwamen van Tne Mill House en Inboedel. Voorover gebogen, opende zq de «ovenste lade en met een kleur van panning op haar bleek gelaat begon '.q den inhoud zotgvuldig. zaakkundig e onderzoeken. Dii was met zoo heel emakketqk, want Eva was, geiqk zoo ■eet veel vrouwtjes van haar soort, oewel Uiterst kieskeurig in alles wat aar eigen manieren en gewuomen -etrof, buitengewoon slordig, om de -nvouaige reden, dat zq ais k-nd en leisje nooit geleerd had nt-j stesqr. Biiiiey R yuoi.'s moeder was meer n diep veroniwaardigd over alles vat zq vond en zq vond heel veel wai op Klinkklare onzinnigheid en 'iuegaande verspilzucht wees. E-a, weer geiqk zoo veel vrouwtjes van aar soort, was een soort van vei- amelaarster. (Wordt vervolgd). AXELSCHEffi COURANT 1 2 cachets 50 ct. Proefdoosje 2 cachets 10 ct. BijApoth.enDrog. 49)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1938 | | pagina 1