Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch - Vlaanderen.
Bij de Marmergroeven
No. 2.
DINSDAG 6 APRIL 1937.
53 pi Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Buitenland.
FEÜILLETON.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Cent; franco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENT1ÊN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
België.
Dat een land als België te
midden van een bewapenings
politiek, zooals deze thans door
de haar omgevende landen wordt
gevoerd, en zich herinnert wat
in 1914 is gebeurd, zich niet erg
rustig gevoelt, is geen wonder.
En het is dan ook zeer verstandig
dat men er naar maatregelen zoekt
om zoo mogelijk een herhaling te
voorkomen, nu wel meer en meer
blijkt, dat men niet veel ver
trouwen meer kan stellen in be
loften en uitspraken, maar in
tegendeel er weer een toestand
is geschapen, die de ergste ge
volgen kan hebben.
Toen in Maart 1936 aldus
schrijft de Brusselsche correspon
dent van de „Mdb. Crt."
Duitschland Locarno heeft ver
laten, hebben de andere Locarno-
landen de plechtige verklaring
afgelegd dat zij zich niet van hun
verplichtingen tegenover België
ontheven gevoelen. Herhaaldelijk
is nadien nog de Belgische quaes-
tie ter sprake gekomen en op 27
November j.l. heeft de Britsche
minister van buitenlandsche zaken
verklaard, dat de Belgische onaf
hankelijkheid een levensquaestie
is voor Engeland, en dat België
dan ook op den volledigen En-
gelschen steun rekenen kan.
Anderzijds heeft de Fransche
minister Delbos verklaard, dat de
Fransche legermacht spontaan en
onmiddellijk zou optreden ter
verdediging van België, indien
zijn onafhankelijkheid werd be
dreigd, door een niet uitgelokten
aanval. Deze verklaringen heb
ben daar te lande een diepen
indruk gemaakt en de houding
van de Fransche pers, die het
•voorstelt alsof de Belgische be
volking een egoïstische politiek
zou willen volgen, wordt er stellig
afgewezen als van niet het minste
belang.
Men is er geleidelijk de reali
teit gaan inzien. Men begrijpt,
dat België niet meer kan beloven
of zich niet tot iets meer ver-
plichten kan, dan tot datgene
waartoe het in staat is. Het volk
heeft geen ingewikkelde beschou
wingen noodig om het standpunt
uiteen te zetten dat het aanvaard
baar acht voor de Belgische bui
tenlandsche politiek.
België is niet in staat de gren
zen van andere landen te garan
deeren. Het eenige wat van Bel
gië kan geëischt worden, is, dat
het zijn eigen landsgrenzen be
veiligt tegen een onverhoedschen
aanval. Daardoor werkt het land
mee aan de algemeene veiligheid
en beschermt het ook nabuur
landen zooals Frankrijk. Daar
de onafhankelijkheid van België
wordt beschouwd als een element
voor het internationaal evenwicht
in West-Europa, is het natuurlijk,
dat België op hen een beroep
doet om zijn grenzen tegen alle
schending te waarborgen. Hier
door ook zullen zij hun eigen
belang dienen. België wil zijner
zijds doen wat het kan en ander
zijds verwacht het van de andere
groote mogendheden slechts wat
zij normaal te doen hebben uit
eigen belang. Hieraan moet
slechts een vorm worden gegeven.
De internationale positie van
België verschilt op dat gebied met
deze van Nederland. Waar beide
landen elkaar echter ontmoeten,
is bij de interpretatie, die moet
worden gegeven aan artikel 16
van het Volkenbodspact. Het is
opvallend, dat dit in België wordt
aangegeven niet alleen in Vlaam-
sche kringen, maar ook in officieele
en Fransch sprekende milieux.
Naar aanleiding van een nogal
hevige polemiek, die onlangs heeft
plaats gehad tusschen enkele
Parijsche en Brusselsche bladen
over de veranderde Belgische
buitenlandsche politiek, waarin
het Volkenbondspact tegen België
werd uitgespeeld, werd met klem
van Belgische zijde aangetoond,
dat het pact aan België geen
andere verplichtingen oplegt dan
deze, die door Nederland worden
gedragen en dat Nederland noch-
thans nooit een andere politiek
heeft gevolgd dan deze van een
feitelijke en onafhankelijke neu-
traliteit. Aan Fransche zijde was
het duidelijk, dat men op het oog
had de eventualiteit van een door
tocht van Fransche troepen door
België bij een Duilschen aanval.
Aan Belgische zijde werd hierop
geantwoord, dat een dergelijke
eventueele aanval nog niet het
recht geven zou aan Frankrijk, om
België als manoeuvreterrein te
beschouwen.
Het recht van doortocht bestaat
slechts volgens het Volkenbonds
pact, voorzoover er een collectieve
actie wordt gevoerd en dan nog
moet het recht zich beperken tot
een transport van troepen.
Anderen gaan nog verder en
brengen de verklaringen in her
innering, die werden afgelegd door
minister De Graeff, nopens artikel
16 van het Volkenbondspact. Er
is alle reden om aan te nemen,
dat de Belgische regeering het
Nederlandsche standpunt in dit
opzicht tot het zijne maakt. België
zal evenmin als Nederland toe
passing toelaten van artikel 16,
voor het geval een conflict uit
breekt tusschen twee naburige
groote mogendheden. En wat de
schending van zijn eigen grond
gebied betreft, wordt er met
grooten nadruk op gewezen, dat
België zelf heer en meester wil
blijven over het beoordeelen van
de omstandigheden, die een beroep
op de hulp van de garandeerende
mogendheden zouden rechtvaar
digen. Men zou te gemakkelijk
kunnen „ter hulp komen", van
welke zijde ook, en zoodoende
zou België nog in een geschil
kunnen worden betrokken.
De verklaringen, of het accoord,
dat wordt tegemoet gezien en dat
waarschijnlijk voor de nabije toe
komst een van de belangrijkste
documenten zijn zal van de in
ternationale politiek, zal dan ook
zeer kort kunnen zijn, maar tevens
zeer duidelijk. Het zal de be
zegeling zijn van een standpunt,
dat door de Vlamingen steeds met
kracht in België is verdedigd
geworden en dat den binnen-
landschen toestand op ernstige
wijze zal verstevigen, zoo oordeelt
men daar te lande.
Verschillende berichten.
Een geheimzinnige misdaad
houdt thans de politie van Nice
bezig.
Op een voetbalveld van deze
stad heeft men het lijk gevonden
van den vroegeren belasting
inspecteur Coignard. De auto
riteiten staan voor een raadsel,
wie deze man om het leven kan
hebben gebracht. Zelfmoord acht
men uitgesloten.
Men heeft slechts een vinger
wijzing in het feit, dat Coignard
een bekende figuur was in de
speelzalen van de casino's aan de
Fransche kust.
Ernstig spoorwegongeluk.
Vrijdagochtend is nabij het
Victoria-station te Londen een
ernstig spoorwegongeluk voor
gevallen, waarbij 8 merischen om
het leven kwamen en ongeveer
30 min of meer ernstig werden
gewond.
Twee electrische treinen waren
op weg naar het Victoria station.
Een der treinen was iets te laat
en stortte zich met donderend
geweld op den stilstaanden trein,
die door een onveilig signaal was
gereden. Enkele wagons werden
geheel in elkaar gedrukt, terwijl
de brokstukken overal heengeslin-
gerd werden. Beide treinen waren
geheel bezet met passagiers, die
zich naar hun werk in de stad
begaven. Dit is ook de reden,
dat er zooveel dooden en ge
wonden bij dit ongeluk zijn te
betreuren.
Granaat ontploft.
In het legerkamp Mourmelon
bij Reims schopte een Marok-
kaansch tirailleur ongelukkiger
wijze tegen een granaat, waardoor
het projectiel ontplofte. De soldaat
werd op slag gedood, evenals 5
anderen, die in de nabijheid
waren. Zestien tirailleurs werden
ernstig gewondvan 7 hunner
zijn de beenen geamputeerd.
Bovendien werden bij deze ont
ploffing nog 6 andere militairen,
die zich op eenigen afstand be
vonden, door de rondvliegende
stukken licht gewond.
JA ZEKER, ROOKT U GERUST,
MAAR DENK ER OM ALLEEN
RIJPE TABAK?
Familiedrama.
Een jonge vrouw uit een voor
stad van Mainz verdacht haar echt
genoot reeds eenigen tijd van het
onderhouden van betrekkingen
met een jong meisje. Vrijdag nam
zij, na het vertrek van den echt
genoot naar zijn kantoor, haar
beide kinderen, een meisje van 7
en een jongetje van bijna 6 jaar
mee naar Gaulsheim aan den Rijn.
In een cafétje met terras aan het
water heeft de vrouw eenige glazen
alcohol gedronken en eensklaps
het jongetje in het water gegooid.
Het meisje trachtte te vluchten
maar werd door de moeder ge
grepen en ook in het water ge
worpen. De kindeien werden on
middellijk door den snellen stroom
meegesleept en zijn onder de brug
van Gaulsheim verdronken. De
moeder viel bewusteloos neer en
werd in dien toestand door den
waard aangetroffen die haar weer
bij kennis bracht. Zoodra het be
sef van wat zij gedaan had bij de
jonge moeder terugkeerde, ont
vluchtte zij en wierp zich ook in
het water, maar de waard en
eenige andere personen haalden
haar eruit en gaven de politie
kennis van het gebeurde. Den
nacht heeft de vrouw in het zie
kenhuis doorgebracht, vanwaar
zij naar de gevangenis te Mainz
is overgebracht.
(Wordt vervolgd).
AXELSCHE
COURANT.
Uit het Engelsch
23)
Ik hoop niet, dat a me indringerig
vindt, 'r is alleen om u te helpen, zei
hij als juffrouw Calloway plotseling
op reis zou zijn gegaan, aan moet ze
toch een mantel en een hoed hebben
meegenomen. Zonder verder iets te
zeggen verdween hij weer. Het was
Budge, die de stilte verbrak.
Hij heeft misschien gelijk, sei hij
rustig. Kijk eens boven in haar
kamertje, of se ook iets heeft mee
genomen. Kijk me maar niet soo boos
aan, ik heb mijn redenen om dit te
vragen.
Martha ging weer de trap op naar
Bessie's kameitje. Een oogenblik later
deed een luide kreet den trouwen
Budge naar boven stormen. Hij vond
Martha, geknield voor de commode,
waarvan de onderste Iade opengetrok
ken was. Een hoedendoos, met het
deksel eraf, stond leeg naast haar.
Haar beste mantel en rok zijn weg,
riep ie, en haar Zosaagsche hoed
ook. O, John, wat is er met mijn
kind gebeurd
HOOFDSTUK VIII.
Aan boord van de „Meermin".
Toen Hector de eetkamer in zijn
Londensche flat binnenkwam en daar
lord Purbeck vond zitten in een van
de gemakkelijke stoelen, stond de
onverwachte bezoeker op en kwam met
uitgestrekte hand op hem toe, lachend
om de verbazii g van den ander.
Mijn waarde meneer Yeldham,
ik vraag duizendmaal excuus, dat ik
u op zulk een onmogelijk uur lastig
kom vallen. Een uur geleden vroeg
ik naar u aan de Daily Lynx en hoorde,
dat u al weg wasmen gaf mij uw
adres, waar ik al even weinig succes
had. Uw hospes was evenwel zoo
vriendelijk, om mij toe te staan hier
op U te wachten en het feit, dat ik
dit heb gedaan, zal overtuigen, dat
de reden van mijn komst dringend is.
Gaat u toch zitten, myiord. en
vertel me, waarmee ik u van dienst
kan 2ij], zei Hector. Hij herinnerde
zich nu, dat, toen hij dien middag in
de Abbey was geweest, lady Madge
hem verteld had. dat haar vader in
Londen was. Maar dit qiaakte dit
middernachtelijk bezoek n|et minder
vreemd. Toen hij zijn bezoek op de
Abbey had gebracht, was hij nog on
kundig geweest van Wraxali's oproep,
om naar Londen te komen. Hij moest
dus besp.onneerd zijn en iemand moest
lord Purbeck telegrafisch bericht heb
ben, dat hij naar Londen wjs ver
trokken. Dit schokte hem, hij wist
niet, dat hij al zoo ver gekomen was.
Het feit ook. dat z|n beioeker hem
het eerst op zijn bureau had opgezocht,
wees er op, dat zijn motief voor dit
bezoek meer zakelijk dan persoonlijk
was Lord Pui beek ging weer zitten
en accepteerde de sigaar, die Hector
hem aanbood, terwijl hij nogmaals zich
verontschuldigde, over zijn iaat bezoek,
De zaak is deze, ging hij voort,
ik had gedineerd bfj Walter Menk-
house, den leider van de panij, waartoe
ik behoor, en toen ik in ons Londenich
bult ti QroaveRor Square terug was,
vond ik daar een telegram van mijn
dochter, waarin ze meedeelde, dat n
naar Londen was gegaan. Kijk eens,
meneer Yeldham, er is geen sprake
van persoonlijk wantrouwen, maar ik
heb een grooten afkeer van publiciteit,
waar het mijn particuliere aangelegen
heden betreft en ais man van de wereld
weet ik, dat voor 'n journalist, die iets
van het instinct van zijn vak bezit
een onderwerp, dat kan worden op-
gedischt met een beetje pikants, on
weerstaanbaar aantrekkelijk is. Daarom
liet ik mij zoo spoedig mogelijk naar
de Lynx brengen, in de hoop, dat als
u in uw grooten ijver een artikel over
mijn poging, om de marmerindustrie
te doen heileven, had geschreven, tk
u zou kunnen bewegen dat artikel niet
door te geven.
Dit was dus de verklaring. Deze
schatrijke edelman, met het breede lint
van zijn hooge orde over zijn blank
overhemd, die de grootste smokkelaar
van den nieuwen tijd was, kwam als
een smeekeling, deed een poging om
zijn schurkerijen uit de courant te
houden.
En Hector rilde bij de gedachte, dat
er al een moord was gepleegd, om deze
wandaden te bemantelen, de moord op
den Ier Cassidy, wiens drankzuchtige
oude moeder naar Londen wasgekomen,
om recht te eischen voor haar zoon.
Wat een prachtcopy zou hij een maand
geleden uit dit alles gehaald hebben
En nu dacht hij aan Madge St. Ald-
heim's heldere oogen en zonnig ge-
z'chije en spande zijn hersens in, of
hij geen eeriQk motief zou kunnen
vinden, om deze adellijken wetsovei-
treder te verontschuldigen, alleen om
dat hQ Madge's vader was, Z'n zwij
gen duurde zoo lang, dat lord Purbeck
ongeduldig werd. Hij pleitte
U is toch bij ons gekomen om
uit te rusten in uw vacantie. Ailes
wa» u ter oore mag zijn gekomen, heeft
u bij toeval gehoord en tot op zekere
hoogte als resultaat van persoonlijke
vriendschap. Mijn dochter zou zeker
heel onaangenaam getroffen zijn, als
u deze inlichtingen zou gebruiken voor
uw courant.
Maar mijn waarde lord Purbeck,
ik heb deze inlichtingen niet voor de
courant gebruikt. Zoover ik weet, staat
er morgen geen regel over u of uw
groeven in ons blad. Uw ongerustheid
is in ieder geval voorbarig.
Hit was duidelijk, dat deze laatste
woorden lord Puibeck niet erg gerus -
stelden. Hector bad 't met opzet zóó
gezegd, om Madge's vader te waai-
schuwen, dat hij niet voor altijd stil
zwijgen beloofde. Eu hij kreeg den
indruk, dat de graaf hem begrepen had.
Het doet me genoegen, dit te
haoren, zei de edelman, opslaande.
Ik mag u niet langer ophouden. U
gaat zeker terug, om uw vacantie
verder hij juffrouw Calloway door te
brengen
Morgenmiddag, antwoordde Hec
tor en, gedreven door dezelfde impuls,
die hem het woord .voorbarig" had
doen gebruiken, voegae hij er bij i
Ik ben alleen naar Londen ge
komen op verzoek van mijn hoofd
redacteur, in verband met de zaak van
iemand, die vermis: wordt. Zijn moe
der is er voor uit Ierland overgekomen j
een wonderlijk oud schepsel, haar
naam is Cassidy.
Gleed er een lichte trilling over lord
Purbeck's massief gezicht? Hector
was er niet heelemaai zeker van, maar
in leder geval getuigde het antweord
NIEMEIJERs STER TABAK VAN 5TOT15 CT. P. HALF ONS
van den graaf weinig belangstelling,
Wonderlijke uitvinding het mo
derne dagblad, mompelde hij. D«
heeren van de courant sch^neh overal
voor gebruikt ie worden. Her opsporen
van vermisten incluis- Nu, wel te
rHSten, mijneer Yeldham. B qft u gerust
boven. Ik vind den weg wel.
Maar natuurlijk bracht Hector zijn
bezoeker naar de voordeui en toen
bleek het, dat lord Purbeck no» een
vriendelijker verzoek had als afscheid.
Als a kunt. komt u dan morgen
bij mij lunchen, zei hg, te.wgi hg
Hector de hand drukte. Het kan
zijn, dat u mijn dochter nog ireft. U
kunr daarna nog best den trein van
3 15 halen.
Hector accepteerde de uitnoediging
dadelijk en toen hij de trap weer
opging, belette het blijde vooruitzicht,
om Madge zoo spoedig weer te zien,
kem, dat hij de cons quenties van het
gesprek met haar vader, ten volle
overzag. Bovendien, het was laat
geworden en hij had een vermoeienden
dag achter den rug.
Het was geen wonder, dat hij geeuw
de, toen hij zich uitkleedde, maar toen
hij zijn zakken leeg haalde, en weer
het portret in handen kreeg van Demp
ster Legrand, den beruchten bankbil
jetten-vervalscher, bekeek hij het nog
maals heel aandachMg. En weer had
hg de eigenaardige gewaarwording,
dat hij dien man eerder gezien bad,
maar hij kon het gezicht nog steeds
niet thuisbrengen. Hoe langer hij op
de foto staarde, hoe meer afschuw hg
er vaa kreeg.