Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- VI aan deren, SPORT sn LIEFDE. N«. 11. Dl NS OA O 12 MEI 193(1. ■V2<' .Jaarg. Buitenland. FEUILLETON. J. C. VINK - Axel. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. Annexatie ran Abessinië. Na de bezetting van Addis Abeba heeft geheel Italië eenige dagen feest gevierd en zich aan overwinningsvreugde overgege ven. Zaterdagavond heeft deze zijn hoogtepunt bereikt. Om 10 uur is de groote fas cistische raad bijeengekomen, waarin gewichtige besluiten zijn genomen, die over het lot van Abessinië hebben beslist. Alles liep vlug van stapel, ook in de zitting van den ministerraad. Op het Piazza Venezia hadden zich tienduizenden Italianen ver zameld, in afwachting van de genomen besluiten. Na eenig wachten verscheen Mussolini op het balcon en deelde mede, dat de grondgebieden en volkeren, die deel uitgemaakt hebben van het Abessinische keizerrijk, onder de volle en volledige souvereini- teit van Italië worden gesteld. Koning Victor Emanuel heeft naast den titel van koning van Italië den titel van keizer van Ethiopië aangenomen, welke ook erfelijk is voor zijn opvolgers. Maarschalk Badoglio zal na mens den Koning-keizer Abessinië besturen als gouverneur-generaal, met den titel van onderkoning. Deze mededeelingen werden door de saamgestroomde menigte met donderende toejuichingen begroet. Mussolini sprak vervolgens Officieren, onderofficieren, solda ten van alle wapens in Afrika en in Italië, zwarthemden van de revolutie, Italianen en Italiaan- schen in het vaderland en over zee, luistert 1 Met deze beslissingen, die door den Grooten Raad bij acclamatie zijn goedgekeurd, voltrekt zich een groote gebeurtenis. Het lot van Abessinië wordt heden be zegeld. Alle knoopen zijn doorgehakt met ons overwinnende zwaard. De overwinning in Afrika blijft ongerept in de geschiedenis van het vaderland, zooals de gevallen Prachtig, Elly glimlachte ^lomfaotellk, dat is dus afgespro- en de overlevende strijders haar hebben geschapen en gewild. Italië heeft eindelijk zijn keizerrijk. Het is een fascistisch keizerrijk, omdat het de onuitwischbare teekenen draagt van den wil en de macht van de Romeinsche fascio. Want dit is het doel, waarop sedert 14 jaar de sterke en gedisciplineerde energie van de Italiaansche jeugd gericht is geweest. Het is een rijk van vrede, want Italië wil den vrede voor zich en voor allen, en het besluit slechts tot den oorlog, wanneer gebiedende vitale om standigheden het hiertoe nood zaken. Het is een rijk van beschaving en menschelijkheid voor alle vol keren van Abessinië. Dit ligt geheel in de traditie van Rome, dat na de overwinning steeds het lot der overwonnen volkeren aan het zijne verbond. Het Italiaansche volk heeft met zijn bloed het keizerrijk in het leven geroepen. Het zal het be vruchten met zijn arbeid en het zal het tegen iedereen met de wapens verdedigen. Verheft voor dit hoogste besluit uw vaandels, uw wapenen en uw harten en begroet na 15 eeuwen den terugkeer van een imperium op Rome's heilige heuvelen. Daarop riep Mussolini de me nigte toeZult gij dit waardig zijn? en de tienduizenden ant woordden met een daverend ,ja". Deze kreet, vervolgde de Duce, is als een heilige eed, die u bindt voor God en voor de menschen, voor het leven en voor den dood. Vervolgens bracht de Duce onder onbeschrijflijk enthousias me der menigte een heil op den koning uit. Nadat het volk Mussolini mi nutenlang had toegejuicht werd een adres bekend gemaakt, dat de Groote Raad tot den Duce hacf gericht, en waarin hij hem de grootheid van het vaderland toe schrijft en hem daarvoor dankt. Na nieuwe geweldige ovaties be gaven de menigte en de troepen zich naar het Quirinaal om den koning als keizer te huldigen. DRUKKER-U1TGEVER Acht militaire kapellen lieten voortdurend marschen hooren telkens weer zong de menigte volksliederen. Verscheidene malen verscheen Mussolini, na het houden van zijn toespraak, op het balcon. Telkens weer schalden de ba zuinen, telkens weer klonk het geestdriftig gejuich der menschen, dat een hoogtepunt bereikte, toen de kreet werd aangeheven „Stich ter des rijks", welke door allen werd overgenomen. Of door deze besluiten de Abessinische kwestie zonder meer zal zijn opgelost, blijft inmiddels nog een groote vraag. Men mag dan ook wel als vaststaand aan nemen, dat hieromtrent het laatste woord nog niet gesproken is en er nog heel wat verwikkelingen uit kunnen voortvloeien. De opheffing der sancties. In Italiaansche kringen te Lon- den is men van meening, dat Mussolini geneigd zou zijn, in overleg te treden met de koloniale deskundigen der andere mogend heden, betreffende de te volgen methode voor de moderniseering van Abessinië. Op deze wijze zou zich een weg openen voor een verbetering der betrekkingen tusschen Italië en den Volkenbond, In de commissie van buiten- landsche zaken der Engelsche conservatieve partij hebben de meeste sprekers de eventueele intrekking der sancties bepleit, maar tevens de meening uitge sproken, dat daarbij met omzich tigheid moet worden te werk gegaan en dat niet van de Britsche regeering het initiatief zou moeten uitgaan voor de intrekking der sancties. De Negns te Jeruzalem. De speciale trein uit Haifa, waarin keizer Haile Selassie, met zijn gezin en Abessinische hoog- waardigheidsbekleeders hadplaats genomen, is Vrijdagmiddag te Jeruzalem aangekomen. De keizer heeft zich direct naar hotel Koning David begeven. Tijdens de begroeting glimlachte ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels öU Cent; voor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. de Negus, hetgeen sedert zijn vertrek uit Djiboeti niet was voor gekomen. Op den tocht van het station naar het hotel juichten drieduizend personen den Negus toe, die plechtig en met een triest lachje dankte. De kleurlingentroepen. Frankrijk was het eerste land, dat zijn koloniën of protectoraten gebruikte om er strijdkrachten van inboorlingen te vormen op groote schaal. Men weet, dat het deze Afrikaansche troepen in Europa heeft gebruikt, in en na den groo ten oorlog. In Engeland is men hevig gekant tegen een politiek, die ten doel heeft legermachten te maken van inboorlingen, met geen ar.der doel, dan ze eventueel te gebruiken in de oorlogen van het koloniseerende land. Musso lini heeft het voorbeeld van Frank rijk gevolgd en, naar men in En geland zegt, op ontstellender en grooter schaal. De afgeloopen maanden is aan Italiaanschen kant herhaaldelijk gewaagd van de groote waarde van de inboorlin gen van Afrika als materiaal voor de vorming van groote strijd machten. De inheemsche troepen van Erithrea en Somaliland, voor den oorlog geoefend en toegerust, hebben de kastanjes voor de Italianen uit het vuur gehaald en de hachelijkheid van den krijg voor de Italiaansche soldaten zeer verminderd. Hoe weinig men ook kan vertrouwen op verliezen- cijfers, door de Italianen gegeven, zij hebben toch wel doen beseffen, dat het aantal inheemsche slacht offers aanzienlijk grooter is ge weest dan het aantal Italiaansche. In Engeland komt de vrees tot uiting, dat Mussolini, nu hij met zijn inboorlingenlegers zooveel succes heeft gehad, voornemens zou kunnen zijn van de millioenen weerbare mannen van Abessinië een reusachtig leger te maken. De uitvoering van een dergelijk plan zou op den duur leiden tot militarisatie van gansch Afrika. Indien andere daar koloniseerende mogendheden tot een zelfde po litiek worden gedreven, zou men enorme door Westersche mogend heden gecontroleerde legers krij gen. In Engeland acht men dit een verschrikkelijk gevaar voor Afrika, evenzeer als voor de Euro- peesche beschaving. De Londensche Mornmgpost deelt mede, dat een de laatste dagen te Londen verspreid be richt, volgens hetwelk Italië voor mens zou zijn, in Abessinië een „zwart leger" te recruteeien, door een formeele verklaring van den Italiaanschen ambassadeur te Lon den tegenover de Britsche regee ring is gedementeerd. De Brit sche regeering is ervan in kennis gesteld, dat de garnizoenen in Abessinië dermate zullen worden besnoeid, dat zij slechts voldoende zullen zijn voor de handhaving van orde en rust. Mogelijk zullen te dien einde eenige inboorlingen in dienst worden genomen, maar een recruteering van Abessiniërs op groote schaal, tot versterking van het Italiaansche leger, ligt niet in het voornemen. Pleidooi voor den Volkenbond. Het Engelsche conservatieve Hoogerhuis-lid Rennell, het woord voerend in de vergadering van den senaat, herinnerde aan het feit, dat onlangs de instelling van drie Volkenbondsraden werd be pleit, waarvan één voor Europa. Hij voegde er aan toe, dat het voornaamste beletsel voor een Europeesche eenheid en voor een groot gedeelte ook voor de doel matigheid en de stabiliteit van den Volkenbond, gelegen is in den geest van bijna onoverkomenlijk wederzijdsch wantrouwen tus schen Frankrijk en Duitschland. Hij verklaarde te gelooven, dat het Britsche volk bereid is de door Duitschland toegestoken hand te drukken, doch dat aan den anderen kant de Britsche belangen noodzakelijk gebonden zijn aan die van Frankrijk Groot Brittannië heeft een groote rol te spelen en moet trachten een Fransch-Duitsche toenadering, welkeonmisbaar is voor den vrede en de economische opleving, tot stand te brengen. (Wordt ver?olgdi) AXELSCHE COURANT 8> Elly lachte. Ik voel mij in der gelijke gelegenheden altijd eciit op mijn gemak en zoo fit. Net alsof ik cham pagne gedronken heb, het verjongt mij. Tenslotte zijn wij beiden nog erg jong, ik ben vier en twintig en u vroeg .ze openhartig. Vijf en twintig, antwoordde Lucie. Ejn lictite verwondering steeg in haar omhoog. Was ze werkelijk nog too jong, ze voelde zich jaren en jaren ouder. Eily keek geamuseerd rond. Nu hebben wij nog tijd om van het leven te genieten, zeide ze ccquet en boog zich vertrouwelijk naar Lucie over. Vindt U het ook zoo prettig, als iedereen naar u kijkt? vroeg ze. Lucie dacht een oogenblik na. Eerlijk gezegd neen, antwoordde zij. Ik krijg op zulke oogenblikken altijd het onbehagelijke gevoel, alsof er iets met mijn toilet niet in orde is. Elly schudde het hoofd. Neen, Zeide ze, zulke blikken bedoel ik niet. Ze dronk bedachtzaam haar thee. Plotseling hief ze het heofd op. U moest eens met uw man bij ons komen thee drinken. Mijn zusje wooni bij ons in, een gezellig vlot meisje, spoi- tief en een beetje excentriek. Ze speelt intusschen prachtig piano. Houdt u van muziek Lucie knikte levendig, O, ja, erg veel, ik speel ook. ken. Als uw man terug is, komt u beiden een avondje op theevisite bij ons. Graag, stemde Lucie toe. Elly leunde achterover in haar stoel en dacht er vaag aan, hoe het mogelijk was, dat iemand zooveel van een man hield, om er haar leven door te laten bederven. Zij hield ook veel van Luc, heel veel zelfs, misschien nog wel meer dan Lucie van haar man, maar dat liet haar toch best toe een beetje te coquetteeren en vroolijk te zijn, ook ais hij weg was. Hemel, je moest je toch in de dingen schikken, daarvoor was je vliegeniersvrouw, voor een dergelijke positie moest je vanzelf wel wat over hebben. Stel je voor, dat ik ook eens zoo was, Wat zou Luc dan wel zeggen. Hij zou haast denken, dat ik omgekeerd was als een blad van een boom. En mijn zusje wat zou die dan wel moeten denken. Nee, dat zou geen leven meer zijn. Denk je eens in dat, als Luc weg was, ik ook achter de radio zou gaan zitten om te luisteren naar ja, naar wat. Ze ging weer rechtop zitten. Ik ben een saaie gastvrouw, zeide ze verontschuldigend en keek tersluiks naar Lucie's gezicht. Deie keerde zich naar El y toe. O, neen, In tegendeel, weerlegde ze, u is erg vriendelijk en geduldig voor me, ik heb weinig vrienden, ziet u, en daar door ben ik misschien een beetje een zelvig geworden. Dan Is het het beste, dat wij maar vriendinnen worden, stelde Elly voortvarend voor. Dat geeft ons allebei een beetje afleiding en wij hebben zooveel aanknoopingspunten, tic denk dat wij het heit met elkaar Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. zullen kunnen vinden. Heel graag, stemde Lucie toe, ik zal het prettig vinden, maar het klor.k niet van harte. Elly hoorde het, maar deed alsof ze niets merkte. Ik heet Elly en uw naam is Lucie, dat zei Fokke mij van morgen, we zullen elkaar dus nu maar tutoyeeren, niet waar, dat hoort er soo bij, Ja, dat hoort er bij, Eily, ant woordde Lucie zacht. HOOFDSTUK IV. Lucie «at doelloos uit het raam te staren. Zij wachtte op bericht van Fokke. Sedert zijn telegram van aan komst had zij niets meer van hem gehoord, In ieder geval was hij dus veilig geland, maar wanneer hij zou teragkomen, daarvan stond niets in het telegram. Lusteloos vouwde zij haar handen en legde haar hoofd achterover. Hoe anders had zij zich in haar verlovingstpd het huwelijk met Fok voorgesteld. Waaraan lag het, dat alles zoo veranderd was Zij hield immers nog meer van hem dan vroeger? Waarom was Fokke nu zoo ongedurig en mopperig geworden Zij deed toch werkelijk haar best hem niets van haar angst, die met den dag groeide, te laten merken. Als hg thuis was, deed ze opgewekt en vrooigk en probeerde het hem dan zoo veel mogeigk naar den zin te maken, Ja, zg xou de uitnoodiging van Elly overbrengen, het zou voor Fokke prettig zün kennissen te hebben en bg de Belders te kunnen oploopeu zoo dikwgis hg daar tin in had, Mannen Boeten onder elkander kunnen praten, ze hebben aan een vronw alleen niet genoeg, er zqn zooveel dingen in de wertld. die een man interesseeren en dan is er ook het vliegen. Neen, ik geloof, dacht Lucie gepgnigd, ik geloof, dat het goed voor Fokke zal zgn om met Beider te praten. Fokke idealiseert zijn vak te veel en Beider is nuchter, 't zal Fok goed doen. Ze sloot de oogen en dacht aan haar man. Plotseling hoorde zg de straat deur met een slag in het slot vallen. Ze schrok op. Waar gaat Annie heen, er waren toch geen boodschap pen, ze heeft niets gezegd. Lucie wilde opstaan om te zien wie er weggegaan was Juist toen ze naar de kamerdeur liep, werd deze geopend en trad Fokke binnen. Lucie greep naar haar hart. Een glans trok over haar vefmoeid ge zichtje. Fokke, fluisterde ze, Fokke, dat jg daar bent. Hg glimlachte verlegen en ver wonderd. Luclt's groote liefde voor hem, die hg meer vermoedde dan wist, was hem altijd een beetje pgnigk. Hq kreeg daardoor steeds het gevoel, alsof hg haar tekort deed en dit hin- derigke, nooit geuite zelfverwgt, maakte hem dikwgis kregelig en kort aangebonden. Zoo ook nu weer. Schrik Je van mg? vroeg hg met opgetrokken wenkbrauwen, ik dacht altijd, dat je big was als ik kwam, Maar Fokke, lieverd, ik ben big, o, ik ben zoo blii, zeide Lucie zacht en durfde plotseling niet meer om een zoen te vragen. Waarom kwam hij haar niet een beetje tegemoet) Als hg nu plotseling zgn arm om haar heen sloeg, soa alles Immers goed zgn. Maar hg dacht er waar- schqnlqk niet aan, Fokke zak'e neer op een stoel. Heb je koffie, Luus We hadden een prachttocht. lx geloof, da> ik binnenkort wel een mooie opdracht zal krggen. Lucie, die druk bezig was met koffie klaar te maken, bleef plotseling stil staan. Ze begreep heel goed, wat „die mooie opdracht" beteekende. Dat was natuurigk de vlucht naar Ino Zou je denken begon ze lang zaam, zou je denken, dat deze opdracht gauw kwam Aiie blijd schap was uit haar weggezakt. Lus teloos goot ze het warme water in den finer. Haar gezicht stond stug en gesloten. Fokke ergerde zich. Mgn hemel, Lucie voelde nu nooit eens mee met hem 1 Elke vltegersvrouw zou trotsch op hem geweest zqn. -- Ik weet het niet, antwoordde hg kort. Waar schijnlijk de volgende maand. Lucie zeide niets meer. Zg bracht hem zgn koffie en ging weer voor het raam zitten. Fokke iweeg. Hij dacht aan de toekomst. Sjonge, acht dagen in de lucht. Zou hü eens even laten zien wie hg was. Beider had het er indertijd zoo schitterend afgebracht met zgn Kerstvlucht, hg zou hel wel tegen hem op durven nemen. Fokke glimlachte stil voor zich heen en slurpte langzaam zgn koffie. Sjjnge, jonge, zou dat eens even een fqne tocht zgn. Hg hunkerde er al naar Lucie bewoog zich en Fokks keerde naar de werkeiqkheid terug,

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1936 | | pagina 1