Axelsche Courant
Nieuws-en Advertentieblad voor
Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 8. Vrijdag 1 Mei 1936
Raadsverslag.
Verschijnt
Dinsdag- en Vrijdagavond.
Drukker-Uitgever J. C. VINK
Axel.
rTweede JBlad.
Vergadering van 28 April 1936.
Aanwezig de heeren A. van
't Hoff, A. P. Esselbrugge, B.
Seghers, C. Th. v. d. Bilt, A.Th.
't Gilde, P. J. van Bendegem,
J. M. Oggel, F. Dieleman, A. P.
de Ruijter, C Hamelink, C. van
Bendegem én P. de Jonge.
Voorzitter de heer F. Blok,
burgemeester, secretaris de heer
J. L. J Maris.
Afwezig met kennisgeving de
heer J. Fanoy.
Te ruim 2 ure opende de
VOORZ. de vergadering met ge
bed en stelde daarna aan de orde
de agenda.
1. Notulen.
De notulen van de vergadering
van 20 Febr. j.l. werden zonder
op- of aanmerkingen vastgesteld
overeenkomstig het voorstel.
2. Ingekomen stukken.
a. Bericht van den Commis
saris der Koningin, dat Koninklijk
is goedgekeurd het besluit tot
wijziging van de heffing van per-
soneele belasting, voor wat be
treft de biljarten, ingaande 1 Jan.
1937.
b. Bericht van Ged. Staten
betreffende de Kon. goedkeuring
van de Verordening op de keu
ring van waren (art. 7 en 8 der
Warenwet).
c. Bericht van Ged. Staten
betreffende de goedkeuring van
de Raadsbesluiten
1. verhuring van de woning
aan den heer J Buma voor 1 jaar
tegen f 350 per jaar.
2. verkoop bouwgrond aan de
Prins Hendrikstraat aan A. van
Alten.
3. idem aan J. van Sluis.
4. wijziging van de Gemeente-
begrooting, dienst 1935.
d. Rapporten van het Accoun
tantsbureau Moret de Jong,
betreffende de contröle van de
diensten.
e. Procesverbaal van opname
van kas en boeken van den Ge
meente-ontvanger, waaruit blijkt,
dat alles in orde is bevonden.
f. Bericht van den heer J. C.
Bom, dat hij de benoeming aan
neemt als lid van de Comm. van
Toezicht op het L. O.
Deze stukken worden alle voor
kennisgeving aangenomen.
g. Een afschrift van het adres
van de Kamer van Koophandel
en Fabrieken in Zeeuwsch-Vlaan
deren, d.d. 11 Maart 1936 gericht
aan de Tweede Kamer der Sta-
ten-Generaal, betreffende de be
zwaren, die voor de bewoners
van Zeeuwsch-Vlaanderen kleven
aan het wetsontwerp tot het heffen
van een reisbelasting, met het
daaraan verbonden verzoek om
aan dat voorstel te willen amen-
deeren door aan artikel 3, om
schrijvende de categoriën aan
welke vrijstelling wordt verleend,
nog toe te voegen
e. de ingezetenen van Z.-Vh,
voor het overschrijden der Belgi
sche grens.
Aan dit adres hebben B. en W.
(onmiddellijk na ontvangst) als
Gemeentebestuur in het belang
van onze gemeente en van deze
streek, adhaesie betuigd aan de
Tweede Kamer der Staten-Gene-
raai.
De VOORZ. vraagt of iemand
hierover het woord wenscht.
Dhr. HAMELINK kan zich over
het algemeen wel vereenigen met
dit adres, doch vindt, dat de be
langen van den kleinen midden
stand wel wat over het hoofd zijn
gezien door de Kamer van Koop
handel. Het leven voor deze
lieden zal nog moeilijker worden
indien het ontwerp aldus wordt
aangenomen. De verkoopsmoge
lijkheden van eigen bevolking
worden tot geringe mate terug
gebracht, door den grooten trek
over de grens. We dienen in
het belang van deze groep mid
denstanders en neringdoenden
hierop nadruk te leggen en de
regeering daarop te wijzen. Spr.
vindt dat het college van B. en
W. dan ook wel wat voorbarig
is geweest met het verleenen van
adhaesie aan het adres.
De VOORZ.: Als ik dhr. Ha
melink goed begrepen heb, zouden
we den Minister er dan wel op
moeten wijzen om nog meer be
perkende bepalingen in het leven
te roepen.
Dhr. HAMELINK zegt dat de
door hem bedoelde categorie in
deze streek aan den rand van
den afgrond is gebracht, en ook
had de K. v. K. aan het adres
iets moeten toevoegen ten gunste
van de menschen in de levens
middelenbranche. Z. i. had de
Kamer hierop de aandacht moeten
vestigen, daar dit deel niet mag
verwaarloosd worden.
Dhr. OGGELDe K. v. K.
heeft wel degelijk rekening ge
houden met de almeene toestan
den in deze streek en niet de
belangen van den kleinen midden
stand min cf meer verwaarloosd.
We zitten hier feitelijk aan alle
kanten gevangenboven hebben
we de Schelde en onder ons de
grens. Als we een en ander goed
inzien, zullen we moeten toegeven,
dat het wetsontwerp de belangen
en het leven der bewoners van
Zeeuwsch-Vleanderen bijna on
mogelijk maakt, dus was er alle
reden om de Regeering kenbaar
te maken, dat het met die belas
ting te bar wordt. De K. v. K.
heeft zich dan ook op het stand
punt gesteld het algemeen belang
te moeten dienen.
Dhr. 't GILDE zegt dat het
eigenlijk mosterd na den maaltijd
is, om er hier nog over te spre
ken, daar B. en W. reeds adhaesie
hebben betuigd. Overigens kan
hij zich wel met het door dhr.
Hamelink gesprokene vereenigen.
Dhr. VAN 't HOFF vindt dat
de moeilijkheden van den mid
denstand hier hoofdzakelijk een
gevolg zijn van de devaluatie in
België. Wij hebben die hier niet,
dus zal de trek over de grens
wel blijven voortduren.
Dhr. P. VAN BENDEGEM zegt
dat men aan de grens niet zoo
gemakkelijk invoert als wel eens
wordt voorgesteld, daarvoor zijn
de bepalingen en het toezicht te
streng.
h. Adres van de smeden te
Axel, waarbij intrekking gevraagd
wordt van het besluit van B. en
W., waarbij bepaald is, dat het
hoefbeslag van de paarden uit
sluitend moet verricht worden
door de Gebr. Schieman.
Aangezien deze aangelegenheid
behoort tot die zaken, die uit
sluitend aan B. en W. bij de
Gemeentewet zijn opgedragen,
stellen zij voor, dit schrijven voor
kennisgeving aan te nemen.
B. en W. zijn echter niet on
genegen over de oorzaak daarvan
eenige mededeelingen te doen.
In het begin, toen de gemeente
over één eigen paard beschikte,
werd de hoefverzorging van het
paard overgelaten aan den smid,
aan wie het overige smidswerk
van de gemeente gedurende dat
jaar was toegewezen.
Dit was na verloop van een
korten tijd oorzaak, dat het paard
door kreupelheid tengevolge
van het hoefbeslag zijn dienst
eenige dagen niet kon verrichten.
Uit een ingesteld onderzoek bleek,
dat de verzorging van het hoef
beslag niet aan alle eischen vol
daan had.
B. en W. meenden toen, even
als iedere eigenaar van paarden
zou doen, een besluit te moeten
nemen hoe ongaarne ook
om het hoefbeslag aan één smid
toe te vertrouwen.
Hiertegen werd door een op
volger volgens rooster ten zeerste
gereclameerd, met het resultaat,
dat B en W. gezwicht zijn voor
diens verzoek en alzoo het hoef
beslag heboen laten uitvoeren
door dien. perssion.
Waar de verzorging van de
hoeven van het paard een belang
rijke factor is, zoowel voor de
gemeente als voor iedere particu
liere bezitter van paarden, hebben
B. en W. opdracht gegeven bij
zondere aandacht te wijden, dat
de verzorging uiterst nauwkeurig
zou zijn.
De resultaten waren verschil
lend, de eene smid besteedde er
meer zorg aan dan de ander, met
het resuliaat, dat B. en W. hebben
besloten, wanneer Gebrs. Schie
man aan de beurt waren voor het
smidswerk, zonder een bepaalde
smid te brandmerken, deze de
verzorging van het paard dat
inmiddels twee paarden zijn ge
worden in het belang van het
dier bij een en dezelfden smid
zou worden gehouden.
De VOORZ. zegt dat B. en W.
hebben besloten om de zaak te
laten zooals ze is.
Dhr. C. VAN BENDEGEM kan
deze handelwijze van B. en W.
niet goedkeuren. Hij is er voor
stander van om het werk zooveel
mogelijk over alle hier gevestigde
smeden te verdeelen. Degeen die
het werk niet goed doet kan
gestraft worden, doch het gaat
niet aan om alle smeden over
één kam te scheren. Men moet
dus niet alles naar de Gebr.
Schieman brengen.
De VOORZ. zegt dat het bij
een en dezelfde smid geschiedt,
omdat het daar goed gedaan
wordt.
Dhr. 't GILDE is van meening,
dat deze zaak eigenlijk tot de
competentie van B. en W. behoort,
doch ik lees in het praeadvies
zoo iets als een blamage voor
de andere gediplomeerde smeden,
en nu een beroep gedaan wordt
op den Raad, zou ik gaarne zien,
dat het werk verdeeld wordt
onder de smeden.
Dhr. OGGEL vindt het beter
dat de paarden bij denzelfden
smid beslagen worden en van
blamage der andere smeden is
dan ook geen sprake. Steeds
veranderen is ongewenscht, ook
voor het paard zelf, maar het is
niet de bedoeling om de andere
smeden te blameeren.
Dhr. C. VAN BENDEGEM Het
blameeren van zekere smeden is
een kwestie, die voorkomen moet
worden. En wat de goede ver
zorging van het paard betreft, de
anderen kunnen dit ook. De
goede mag in geen geval onder
de kwade lijden. Hij acht het
dan ook wenschelijk om het werk
te verdeelen.
Dhr. SEGHERS vindt het ook
het best dat het gemeentewerk
zooveel mogelijk wordt verdeeld
en dat niet alles naar één man
gaat.
Dhr. DIELEMAN vraagt of de
Gebr. Schieman behalve het hoef
beslag, thans ook het andere
werk hebben
VOORZ.: Ja, op hun beurt
hebben ze ook het andere werk.
Dhr. DIELEMANIs het nu
niet zoo op te lossen, dat Gebr.
Schieman alleen het paard beslaan
en het overige werk bij andere
smeden
VOORZ.Dus een middenweg
bewandelen
Dhr. OGGEL Dat gaat moei
lijk, want er is veel meer ander
werk.
VOORZ.Er kan wel eens
over nagedacht worden.
Dhr. DE JONGE acht het ook
beter om het werk te verdeelen
onder alle smeden.
Dhr. VAN 't HOFF vindt het
een moeilijke kwestie, omdat deze
bij B. en W. behoort. Deze be
kijken de zaak niet persoonlijk,
doch zakelijk, dus durf ik geen
oordeel uitspreken over deze
k wcsti g
De VOORZ. zegt dat de Raad
bevoegd is over deze zaak te
spreken en daarom mag iedereen
er zijn meening over zeggen. Zeer
waarschijnlijk zal deze kwestie
ook nog wel nader besproken
worden in het college van B. en W.
Dhr. P. VAN BENDEGEM staat
op het standpunt, dat als iemand
een fout heeft begaan bij het werk,
dit nog steeds geen aanleiding
mag zijn om ook anderen uit te
sluiten.
De VOORZ. vindt het pijnlijk,
dat dhr. Van Bendegem als wet
houder hierover spreekt in de
openbare raadsvergadering. Er
mag geen indruk gewekt worden
alsof de andere smeden minder
waardig werk leveren, dat is
heelemaal niet de bedoeling. We
zijn nu bij Schieman begonnen
en het gaat goed, dus waarom
dan te veranderen. Waren we
b.v. toevallig bij een andere smid
begonnen die het ook goed deed,
dan waren we daar gebleven, dus
van willekeur of uitsluiting is
geen sprake.
Dhr. DE RUIJTER vindt dat
B. en W. deze kwestie zakelijk
hebben bekeken en kan zich
verder ook vereenigen met hun
standpunt.
1. Adres van de Zeeuwsch-
Vlaamsche Slagerspatroonsver-
eeniging.
In dit adres verzoeken de h.h.
M. de Kraker te Axel, Spui en
Z. C. Eckhardt te Neuzen, resp.
voorz. en secr. der Z-VI. Slagers-
patroonsvereen. het le lid van
art. 6 der Verordening, regelende
het gebruik van het Gem.slacht
huis te Axel te wijzigen en te
doen luiden
Het slachtlokaal wordt in bruik
leen gegeven voor het slachten
van slachtdieren, toebehoorcnde
aan personen, die wel een aan
de eischen, krachtens art. 19 der
Vleeschkeuringswet gesteld aan
vleeschwinkels, voldoende ver
koop-gelegenheid hebben, maar
wien een slachtlokaliteit ont
breekt tegen een recht, vastge
steld bij de heffingsverordening.
Tevens zouden zij art. 7 gaarne
aldus zien aangevuld, dat de punt
achter het woord „toepassing"
wordt vervangen door een komma,
met toevoeging van de woorden
„indien die noodslachting wordt
afgekeurd. In alle andere ge
vallen zijn de rechten wel ver
schuldigd".
Aanleiding tot dit verzoek wa
ren de vele klachten van de leden
van boveng. Vereen, over de
concurrentie hen aangedaan door
personen, die in het Gem. slacht
huis hun volle bedrijf gaan uit
oefenen terwijl toch de opzet is
geweest bij den bouw, dat slagers
zonder slachtplaats daar konden
slachten, maar dat die slagers
zelf een winkel moesten hebben.
Het beschikbaar stellen van
het verkooplokaal voor den ver
koop van vleesch, afkomstig van
andere dan noodslachtingen,
brengt ongewenschte toestanden
mee. Immers het is voorgekomen
dat, terwijl er van een varken
niet uit nood geslacht in den
winkel ten verkoop aanwezig
was, er een noodslachting kwam
en het varkensvleesch toen werd
weggevoerd naar een andere lo
kaliteit, die niet aan de eischen
van de wet voldeed. Zulke toe
standen kunnen ernstige gevolgen
hebben voor de volksgezondheid.
Bovendien wordt de strijd om
het bestaan van den slager steeds
zwaarder.
Verminderde omzetten met
zware lasten op het bedrijf maken
het noodig, dat alles geweerd
wordt, wat de omzet van die be
drijven tracht te benadeelen. Op
grond van bovenstaande wordt
dan ook verzocht met deze grie
ven ernstig rekening te houden
en de gevraagde wijzigingen aan
te brengen.
Naar aanleiding van dit schrij
ven, deelen B. en W. mede, dat
de praktijk die moeilijkheden niet
heeft opgeleverd, die voorgesteld
zijn. Van de zijde der politie
wordt nauwlettend toegezien, dat
het niet verkochte vleesch op
onwettige wijze wordt verkocht
of ter aflevering in een bepaalde
ruimte aanwezig is, hetgeen in
strijd met de wet zou zijn.
Waar het slacht- en verkoop
lokaal van gemeentewege beschik
baar wordt gesteld behalve voor
noodslachtingen voor hen, onver
schillig voor een en dezelfde of
verschillende personen, die niet
over één aan wettelijke eischen
voldoende localiteit beschikken,
meenen zij, dat er geen reden
aanwezig is om deze verordening,
overeenkomstig het verzoek te
wijzigen en aan te vullen.
Voorgesteld wordt dan ook dit
schrijven voor kennisgeving aan
te nemen.
Dhr. DE RUIJTER kan zich
wel vereenigen met het advies
van B. en W., doch stelt toch
de vraag of er geen aanleiding
is geweest om dit verzoek tot den
Raad te richten.
De VOORZ. zegt dat steeds
nauwkeurig wordt toegezien of er
overtredingen worden begaan,
doch deze zijn niet geconstateerd,
niettegenstaande er wel veel over
gepraat wordt. Misschien is het
mogelijk dat eens een kleine
overtreding heeft plaats gehad,
doch z. i. zit er meer de concur
rentie tusschen, en daar kunnen
we ons niet inmengen.
3. Benoeming vertegenwoordi
ger in de N. V. Z -Vlaamsehe
Waterleiding MjJ.
Vorig jaar, toen de Raad tot
toetreding bij deze Maatschappij
besloot en de Burgemeester tot
vertegenwoordiger was aangewe
zen tevoren was door den Raad
van Commissarissen toegezegd,
dat in de vergadering van aan
deelhouders zou worden voorge
steld om het aantal commissaris
sen van die N. V. uit te breiden
en deze zetel te bestemmen voor
de gemeente Axel is deze in
de laatste vergadering van aan
deelhouders benoemd tot Com
missaris.
Tengevolge van deze benoe
ming moet de vacature van ver
tegenwoordiger worden aangevuld
en stellen B. en W. voor uit den
Raad een lid aan te wijzen.
Dhr. C. VAN BENDEGEM zou
gaarne zien dat zijn fractiegenoot
dhr. C. Hamelink werd aangewe
zen voor deze functie, aangezien
de soc. democraten, niettegen
staande hun groei, op verschil
lende plaatsen zoo'n beetje wor
den uitgesloten voor het beklee-
den van functie's. Vooral voor
de vervulling van deze vacature
bij de Waterleiding Mij. zou hij
het zeer gewenscht achten dat
dhr. Hamelink werd benoemd.
Dhr. OGGEL acht het beter
de politiek er buiten te houden.
Dhr. 't GILDE staat op 't zelfde
standpunt en zou liever iemand
van de vroegere oppositie zien
aangewezen, b.v. dhr. Dieleman.
Deze groep vertegenwoordigt toch
ook een zeer groot percentage
der bevolking.
VOORZ.We gaan over tot
stemming.
Bij eerste stemming verkregen
van de 12 uitgebrachte stemmen
dhr. Van de Bilt 5, Van 't Hoff 3,
Dieleman 2 en Hamelink 2 st.,
zoodat geen volstrekte meerder
heid behaald was.
Bij tweede vrije stemming be
kwam de heer v. d. Bilt 8 en de
heer Van 't Hoff 4 st., zoodat
dhr. v. d. Bilt gekozen werd.
Op de vraag van den VOORZ.
of dhr. Van de Bilt de benoeming
aanvaardde, antwoordde deze
daarop bevestigend, met dank
voor het in hem gestelde ver
trouwen.
4. Verzoek aankoop grond.
Een verzoek tot aankoop van
een perceel bouwgrond in de
Wilhelminastraat wordt aange
houden tot na de openbare zitting.
Voorstel op een verzoek om
afkoop van erfpacht van een
perceel, gelegen aan de Kanaal
kade.
Namens de nieuwe eigenaar
van het perceel gelegen aan de
Kanaalkade, kadastraal bekend
gemeente Axel, sectie G no. 1983
wordt een verzoek gedaan om te
besluiten tot verkoop van ge-
melden grond aan dezen, zulks
voor het twintigvoud van den
jaarlijkschen erfpachtscanon of in
totaal de som van f 15.80.
Het bewuste terrein heeft een
grootte van 55 c.A. en is gelegen
aan de Kanaalkade, waarop is
gebouwd een woning.
Het komt B. en W. voor dat
geen beletselen aanwezig zijn en
toekomstige mogelijkheden te ver
wachten zijn om dit verzoek niet
in te willigen, weshalve wordt
voorgesteld om aan M. A. Koole,
wonende te Utrecht, de erfpacht
te verkoopen van dat perceel,
voor de som van 20 X de jaarl.
erfpachtscanon of in totaal de
som van f 15.80. Z. h. s, wordt
hiertoe besloten.
(Slot volgt).