Verdrijf die knellende hoofdpijn neem 'n "AKKERTJE" Landbouw. Motie: De Raad der Gemeente Axel, In vergadering bijeen op 5 Nov. 1935, ter behandeling van de gemeentebegrooting voor het jaar 1936. Gezien de ingekomen missive van Ged. Staten van Zeeland, dd. 11 October, omtrent verlaging van de salarissen van Burgemeester, Secretaris, Wethouders, Ontvanger en Ambtenaar van den Burgelij ken Stand, waarin het voornemen wordt kenbaar gemaakt over te gaan tot een korting van 21/, pet. op deze salarissen Gelet op de verschenen me morie van antwoord der regee ririg vorige week op de algemeene beschouwingen in de Tweede Kamer, waarin de voorgenomen salarisverlaging ingaande 1 Jan. 1936 bij het Rijk zal bedragen 5 ten honderd Overwegende dat het College van Burg. en Weth. dezer ge meente op het standpunt staat dat een korting van slechts 2Vs pet. onbeduidend genoemd moet wor den en deze vooral t.a.v. de sa larissen in deze provincie met haar agrarisch karakter meer in griipend zou dienen te zijn Besluit: Aan Ged. Staten kenbaar te maken, dat naar de meening van den Raad dezer gemeente een beduidend hoogere korting ge wenscht wordt geacht en zich voorts te wenden tot alle ge meentebesturen in Zeeland met het verzoek, aan dit adres aan Ged. Staten adhesiebetuiging te willen verleenen. Deze motie is geteekend door dhrn. 't Gilde, de Jonge en P. van Bendegem. De VOORZ.Er zit dus enkel dat verschil in de motie en het prae-advies, dat men de motie aan alle gemeenten in Zeeland wil zenden. Dhr. 't GILDE zou dat voor stel liever bij de begrooting be handelen. De VOORZ. vindt dat hetzelfde en zal het daarom nu maar af werken. Dhr. HAMELINK merkt op, dat de aangelegenheid der korting los van de motie onaan genaam wordt voor den Ambte naar van den Burg. Stand spe ciaal in deze gemeente. Men weet, dat hij het werk zgn. pro Deo doet en dan zou nu zijn salaris nog eens met 2'/2 pet. verminderen. De VOORZ, Neen, dat kan niet, er ligt een besluit, waarbij de vermindering automatisch bij zijn salaris komt. Dhr. HAMELINK Dan trek ik mijn opmerking in. Maar dhr. Van Bendegem heeft bij het af- deelingsonderzoek gezegd, dat hij de verlaging der ambtenaren nog grooter wilde en daarbij zou ko men tot vermindering van de lagere inkomens. Op grond daar van zal spr. tegen de motie stemmen. Dhr. VAN BENDEGEM ont kent dat. Wel had hij liever ge zien, dat de bedoelde salarissen met 25 pet. verminderden er, in dat geval zou hij genegen zijn om mede te werken aan vermin dering der lagere salarissen. Maar niet als die hoogere, van Burg., Secr. en Ontv., maar met 5 pet. verminderen. Dhr. OGGEL zegt, dat het voorstel wel in de lijn ligt van de meerderheid van B. en W alleen zou spr. geen actie willen voeren voor geheel Zeeland. We hebben dat al eens gedaan en het haalt niets uit. Men zou echter aan Ged. St. kennis kunnen geven, dat de korting wel 5 pet. kon zijn, omdat ook de Regeering de Rijksambtenaren met 5 pet. vermindert. Dhr. DE RUIJTER zegt dat hij de motie niet kan steunen, omdat hij Axel niet tot schande wil maken van geheel Zeeland. Het is zooals dhr. Oügel zegt. dat het resultaat een fiasco is. In de 2e plaats is de strekking van de motie dezelfde als die van het voorstel van B. en W. Eigenaardig vindt spr. het, dat hier een motie komt, die getee kend is door een wethouder en ook de andere wethouder die nu steunt. Dhr. 't GILDE Dat is klein Dhr. OGGEL ziet daarin geen bezwaar. De beide voorstellen loopen paralel en er blijkt uit beide voorstellen, dat we niet meegaan met een korting van 2,5 pet., omdat we die onvol doende vinden. Alleen zij, die voor een korting van 2,5 pet. zijn, zullen tegen stemmen en wie voor een korting van 5 of hooger percentage zijn, kunnen er vóór stemmen. Dhr. DE RUIJTERDan had ik een verkeerde meening. Ik dacht, dat dhr. Oggel zich had uitgesproken om de motie te steunen is dat niet zoo, dan trek ik mijn woorden terug. Dhr. 't GILDE zegt, dat de voorstellers uit de motie willen wegnemen, dat er adhaesie zal gevraagd worden bij de overige gemeenten. Maar overigens ge looft hij, dat de motie meer in druk zal maken op Ged. Staten, dan het voorstel van B. en W omdat daarin is gewezen op de houding van de Regeering, die tot 5 pet. gaat. En als dhr. De Ruijter het eigenaardig vindt, dat dhr. Oggel wethouder Van Bendegem steunt, dan vind ik het eigenaardig van dhr. De Ruijter dat hij dat zoo zegt. Dhr. DE RUIJTER Dat was, omdat ik de woorden van dhr Oggel verkeerd had opgevat. Dhr. VAN 't HOFF wenscht het voorstel van B. en W. te steunen, omdat in dat voorstel genoeg staat en ook Ged. Staten heel goed weten, wat ermee be doeld wordt. Er is al zóóveel over die kwestie gesproken en Ged. St. vinden het goed, dat er over gesproken wordtmaar Ged. St. vinden ook goed, dat we er over zwijgen. Dhr. SEGHERS zegt ook het voorstel van B en W. te zullen steunen. Dit voorstel wordt in stemming gebracht en aangenomen met 11 tegen 1 stem van dhr. De Jonge. 2 I. Dit behelst het reeds vermelde verzoek aangaande dansmuziek en kermis Dhr. HAMELINK vraagt hier voor het woord en verwijst naar het prae advies (zie vorig no waarin staat, dat de kermisver maken uitsterven en men andere amusementen zoekt. Spr. j_ looft dat ook, maar ook is waar, dat de kerm s door de bevolking nog op hoogen prijs wordt ge steld. We zien dat wel, zegt spr., als er in een naburige ge meente kermis is, dat er heel wat Axelsche menschen heen gaan. Dat de kermis zijn dood sterft, is natuurlijk, maar daarom behoefde men die nog geen ontijdigen dood te bezorgen. En als we de lasten op het hoogste peil brengen, dan is het niet goed, om de inkom sten te belemmeren. Spr. zou daarom de kermis in eere willen herstellen Wat dansmuziek betreft, zegt het prae-advies, dat het toelaten daarvan tot de taak van den burgemeester behoort. Maar spr. zou er prijs op stellen, dat de Raad er zich dan over uit sprak, dan is dat gemakkelijk voor den burgemeester om er zijn houding naar te bepalen. Spr. dient daarom de volgende motie in en vraagt den Raad om die te willen steunen. Motie: „Gezien het verzoek van ver schillende inwoners dergemeente genoemd onder 2i der agenda, tot het houden van dansmuziek, het geven van gelegenheid tot dansen op daarin genoemde „dagen enz. „gehoord de besprekingen daar over in den Raad „van oordeel dat door het vol doen aan het verzoek een be langrijk stuk broodwinning aan „vele ingezetenen zal toekomen „gehoord de mededeeling van den „burgemeester omtrent de be voegde macht in deze „geeft den burgemeester in err> „stige overweging de in het ver- „zoek gevraagde vergunning te „willen verleenen". Deze motie was onderteekerd 1 door dhrn. C. Hamelink, C. van Bendegem, A. Esselbrugge en A. t van 't Hoff. Dhr. 't GILDE zegt, dat het hem genoegen doet, dat dit ver zoek aan den Raad gepresenteerd wordt, hetwelk niet uitsluitend van herbergiers uitgaat, maar waarop door ingezetenen van al lerlei gezindten, zooals R. K., Gereformeerden en Hervormden meer vrijheid verzocht wordt tot gepaste ontspanning op bepaalde data. Ik hoef in dit opzicht op geen oud stramien te borduren, maar meen mij gevoegelijk aan te kunnen sluiten bij de adres santen en zal mijn stem er gaarne aan geven. Persoonlijk heb ik er geen behoefte aan, doch dat neemt niet weg, dat ik een ander op gezette tijden een dag van plezier wil gunnen. Van zoolang er menschen zijn en zoolang deze er zullen zijn, heeft een eik op gezette tijden elk op zijn eigen wijze ontspanning gezocht en ge vonden en het getuigt van weinig breedheid van opvattingen daar aan paal en perk te stellen. Ik hoop dus dat er ditmaal in den Raad een meerderheid zal blijken te zijn, die elk de gelegenheid voor gepaste pret op bepaalde tijden verschaft. Wie naar geen kermis gaan wil, neme wat an ders, maar men neme niet alle leven en vertier weg uit een plaatsje als Axel. Bovendien is het, zooals door adressanten te recht wordt betoogd, een belang rijk nadeel voor tal van ingeze tenen, als al dit geld, hetwelk hoofdzakelijk door de jeugd wordt verteerd, naar buiten de gemeente of over de grenzen gaat. Spr. voor zich heeft geen behoefte aan dansmuziek, maar hij wil toch gaarne de motie Hamelink steunen Dhr. OGGEL merkt op, dat er gesproken wordt van gerefor meerden, maar ik heb er maar één onder het adres zien staan, dat is dhr. Johannes Deij. Maar spr. acht het niet ge- wenscht om die gebruiken weer in te voeren en begrijpt ook niet het standpunt van dhr. Hamelink De vertegenwoordigers van zijn partij hebben de kermis helpen afschaffen, omdat die gebruiken op de bevolking demoraliseerend werken. Dhr. SEGHERS zegt het ook gewenscht te achten, dat de oude gebruiken weer terugkomen. Dat er menschen zijn, die de kermis liever afschaffen, dat is hun goed recht. Maar spr. zegt, dat het juist gebleken is bij de afschaffing der kermis, dat te jeugdige kin deren naar de herbergen worden gedreven, ofschoon dat niet op zettelijk gebeurde. Spr. zou ech ter bij invoering van dansmuziek het sluitingsuur een uur vroeger willen vaststellen. Dhr. P. VAN BENDEGEM sluit zich aan bij de woorden van dhr. Oggel. Spr. is tegen de kermis, tegen dansmuziek en tegen dansen. Dhr. VAN 't HOFF zal er na het gesprokene niet veel meer van zeggen. Alleen dit: gestel dat er een besluit wordt ge nomen tegen de kei mis; dan is spr. toch van meening, dat aan een minderheid niet alles mag worden onthouden. Spr. hei ft toch ook menigmaal gezien, dat b.v. met Paschen hier de men schen, die uit willen gaan, allen naar andere gemeenten gingen, waar vermaak was. En dan vindt spr. het toch beter, dat de centen, die zij elders besteden, hier blij ven, aangezien de middenstanders het hier ook hard noodig hebben. Dhr. HAMELINK zegt, dat een beroep op zijn partij is gedaan. Hij weet niet niet, of het eigens gebeurd is, waarop dhr. Oggel wees, maar spr. wil toch wel zeggen, dat als we eens een proef namen, en de menschen gingen weer als beesten te keer, zooals vroeger, hij er dan ook voor zou zijn, om dat af te schaffen. Maar dat gebeurt niet meer, men amu seert zich thans op gezellige wijze en spr. is niet bang van het woord „kermis". Eigenaardig vindt spr. ook, dat men niet tegen een avond dans muziek blijkt te zijn, maar wel is men er tegen, dat de jeugd zich een paar dagen vermaakt met een mallemolen. Spr. gelooft, dat de opvattingen zich wel in zóódani- gen zin zullen hebben gewijzigd, I die doffe pijn, alsof Uw hoofd in 'n tang zit. Ge behoeft U nu niet meer te laten kwellen door hoofdpijn, kiespijn, zenuwpijn, spierpijn! Neem nu daarvoor een "AKKERTJE" (AKKER-CACHET) een bijzondere vinding van Apotheker Dumont. Prettig innemenGe proeft nietsOnschadelijk Werkt snel en zeker, verwekt geen maagpijn. Neem 'n buisje in voorraad. Als Ge pijn krijgt: dat er tegen het verzoek wel geen bezwaar meer is. Blijkt dat we), dan is men practisch ook tegen stander van de economische vooruitgang onzer gemeente, want het gaat eigenlijk om de nering doenden. Dhr. DIELEMAN gaat de adres santen eens na en ziet dan, dat er allerlei bedrijven onder zijn, wolhuizen, manifacturiers en sla gers ook is dat slechts een 25 tal, dus is dat niet de bevol king. Dhr. HAMELINK Het is geen petitionnement, dat is heel wat anders. Dhr. DIELEMAN meent toch, dat er weinig menschen bij zijn, die direct voordeel van de kermis hebben. Maar afgezien daarvan, is spr. overtuigd, dat een kermis en danspartijen steeds zedelijke verwording met zich brengen en we die niet moeten aanmoedigen. Op principiëele gronden is spr er dus tegen. Het gaat niet uit sluitend over de verdiensten, maar over de moreele verantwoordelijk heid. De VOORZ. wijst er dus op, dat er eigenlijk 2 voorstellen zijn. Een voor de kermis en dansge legenheid, die hij aan elkaar koppelt en het voorstel van B. en W daartégen. Spr. brengt het laatste in stem ming, waarover de stemmen sta ken met 6-6. Voor dhrn. De Jonge, Oggel, De Ruijter, P. van Bendegem, Dieleman en Fanoy. Tegen de hrn. Hamelink, Seghers, C. van Bendegem, Esselb ugge, 't Gilde en van 't Hoff. 2 j Verzoek van de slagers om het gebruik van het slacht huis te beperken tot de ingeze tenen uit Axel. Z.h s. wordt dit verzoek afge wezen. Voor het overige verwijzen we naar het vorig verslag. (Wordt vervolgd). Levering van varkens aan de Centrale. In de leveringskringen zal de opgave voortaan rechtstreeks aan de Centrale moeten geschieden met gebruikmaking van daartoe verkrijgbare kaarten. Op deze kaarten moeten o.m. de letters en nummers van de oormerken der varkens worden vermeld. De opgave moet geschieden vier weken vóór de levering. Ten tijde der levering moet het levend gewicht der varkens tus- schen de 75 en 90 K G. liggen. Dezelfde varkens mogen slechts éénmaal ter levering worden opgegeven. Blijken ze bij de levering te zwaar of te licht, dan kunnen ze worden geweigerd. Wanneer levering kan plaats vinden, krijgt degene, die de varkens ter leveling heeft aange boden, een antwoord-kaart, waarop plaats, dag en uur, waarop gele verd kan worden. Bij de levering moet deze antwoordkaart worden worden overgelegd. Het aanbod tot levering is gedurende veertien dagen van kracht Heeft men binnen veertien dagen geen antwoordkaart ont vangen, dan is men vrij, de varkens aan anderen te verkoopen. Heeft men wél zulk een kaart ontvangen, dan is men verplicht te leveren en is de Centrale verplicht tot afname. Vindt leve ring niet plaats of blijken de varkens niet binnen de gestelde gewichtsgrens te vallen of andere oormerken te hebben, dan stelt men zich aan uitsluiting van verdere levering aan de Centrale bloot. Worden aan de Centrale teveel varkens ter levering opgegeven, dan zullen de opgavekaarten volgens alphabet worden gerang schikt en zai door het lot worden uitgemaakt, bij welke letter de afname zal beginnen. Wie aan de beurt komt, kan een maximum van vijf stuks leveren. Natuurlijk zal iemand nooit meer varkens mogen leveren, dan hij heeft opgegeven. Met deze leveringskaarten is op 4 November een aanvang gemaakt. In de week van 3 tot 9 November zal men dus moeten opgeven de varkens, welke men in de week van 1 tot 6 December1 wenscht te leveren. De varkens, welke men vóór 1 December a s, wenscht te leveren, moeten nog op de gewone wijze aan de zaakvoerders worden opgegeven» ln de navolgende kringen in Zeeland zal met ingang van ge* noemden datum de nieuwe wijze van opgave worden ingevoerd Zierikzee, Tholen, Vlissingen, Goes, Sluis, Breskens, Terneuzen en Hulst» Glazen buisje met 12 stuks 52 cent. Metalen zak-etui met 3 stuks 20 cent.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1935 | | pagina 2