Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwscli-Vlaanderen. HETTESTAMENT. No. 48 VRIJDAG '20 SEPTEMBER 1935 5Ie Jaarg. De Millioenen-Nota. FEUILLETON. J. C. VINK - Axel. Binnenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Cent; franco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. Eerste Blad. De millioenen-nota, zooals de Staatsbegrooting wordt genoemd, geeft al evenmin als de troonrede een opwekkenden indruk over wat ons land en ons volk inzonder heid de belastingbetalers wacht. Te verwonderen is dit evenwel niet. Als men links en rechts, voor- en achterwaarts klachten hoort van achteruitgang in 't be drijf, als millioenen worden ge schonken" zelfs op plaatsen waar dit meer ergernis dan nood- leniging verwekt, als men econo misch in velerlei opzicht blijft leven, alsof er nog hoog con junctuur bestaat, terwijl de in komsten, ondanks drastische ver hooging van belastingen, steeds verminderen, neen, dan is het niet te verwonderen, dat een mi nister van financiën zijn schuld ziet toenemen, in plaats van vr<-- minderen. En het is helaas niet de minister alleen, die dat onder vindt, maar tallooze ingezetenen van het «rijke" Nederland onder vinden hetzelfde. Wat wèl te verwonderen is, is dat de achteruitgang van den financiëelen toestand in ons land zoo snel gaat. In het gewone, degelijke zakenleven zou dat niet het geval zijn en zouden er wel licht termen gevonden worden om met uitgaven te stoppen, die niet noodzakelijk zijn. Maar dat begrip «noodzakelijk" schijnt bij sommige menschen en vooral in regeeringskringen hetzij lande lijk, provinciaal of stedelijk tamelijk ruim te zijn. Intusschen zitten we in de misère. De volgende beschou wing, die we aan de „Avp." ont- leenen, doet dit duidelijk zien. Als we de laatste jaren in oogenschouw nemen, ontwaren we de volgende tekorten 1931 1932: 1933: 1934: 1935: 45 5 millioen. 76 55.8 578 75 Dit laatste cijfer is nog slechts een raming, maar zoodoende zul len deze vijf jaren toch bijeen een tekort van 310 millioen heb ben opgeleverd. En wanneer men dan even bedenkt, dat de vijf daaraan voorafgaande een over schot brachten van ruim 300 millioen, dan ziet men hoe we met onze nationale geldmiddelen in den put zitten. Het verschil tusschen deze twee groepen van vijf jaar is niet minder dan ruim 600 millioen. De ramings-cijfers voor 1935 zien er al niet beter uit. Tegenover een uitgaven-cijfer van 710.9 millioen staan inkom sten van 591.7 millioen, zoodat er, in een rond cijfer, een tekort van 119 millioen wordt geiaamd. Dit tekort is niet alleen op zich zelf een geweldig cijfer, maar het bewijst tevens, hoe snel de toe stand in onzen tijd achteruit vliegt. Immers, in het groote Bezuinigingsontwerp werd het tekort voor 1936 nog «slechts" geraamd op 75 millioen, doch in de Memorie van Antwoord moest de Regeering al meedeelen, dat het waarschijnlijk «aanzienlijk hooger" zou zijn. Dit is juist gebleken het steeg van 75 tot 119 millioen. En terwijl de Re geering in April van dit jaar nog de mogelijkheid zag van eenige belasting-verlaging, moest in Juli die hoop al worden opgegeven, en is er thans weer belasting- „verhooging" noodig. Een zeer ernstig verschijnsel, dat onzen financiëelen toestand beïnvloedt, is de werkelijk on rustbarende daling der rijks middelen. Natuurlijk is er ook eenige stijging van uitgaven, maar deze zou wel op te vangen zijn en er staat trouwens een belangrijke bezuiniging tegenover. Doch de daling der middelen is het ergste. Voor 1936 moet de opbrengst al weer 41 millioen gulden lager worden geraamd dan over het loopende jaar: zoo zullen de in voerrechten 13 5 millioen en de omzet-belasting (die over het ge heel lang niet meevalt) 21.5 DRUKKER-U1TGEVER ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Cent; voor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën werden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- an Vrijdagvoermiddag' 11 ure. millioen minder opbrengen. De groote en nijpende vraag is nu, hoe dit geweldige tekort te dekken. De Regeering heeft daartoe een reeks maatregelen ontworpen, waarin het nog steeds aanhangige Bezuinigings-ontwerp de voor naamste rol speelt. Dit zal 76.9 millioen in de schatkist brengen. De tweede voornaamste post is de belasting-verhooging, namelijk 20 opcenten op verschillende hef fingen (omzetbelasting, successie belasting, zegelrechten, registra tierechten, dividend- en tantième belasting), benevens de invoering van een belasting op plezier reizen naar het buitenland. Met elkander zullen deze belasting maatregelen 26 2 millioen op brengen. De heffing op buiten- landsche reizen (waarbij de con trole op de vraag, of men voor zaken of voor zijn plezier gaat, niet gemakkelijk zal zijn) komt wel een beetje laat. Dan zijn er nog een aantal andere maatre gelen en heel dat zaakje zal on geveer 119 millioen gulden op brengen en dan zal het tekort zijn gedekt. In het bijzonder vestigt de Mi nister van Financiën er nog eens de aandacht op, dat de belasting- verhooging noodzakelijk is, om het Rijk in slaat te stellen zijn aandeel te leveren in de kosten der werkloosheids-uitkeeringen. De subsidie van het Rijk bedroeg over het loopende jaar 46 milli oen, zij 7al over 1936 nog hooger zijn, maar daaraan kan alleen worden voldaan, als de middelen worden versterkt en het eenige middel isbelasting-verhooging. We hebben dus nu „op papier" een sluitende begrooting. En op zichzelf is dat bij belasting-ver hooging niet zoo heel moeilijk. De hoofdzaak is maar, of de voorwaarden, waarvan het sluiten afhangt, een gunstig verloop heb ben, n.l.le of de Tweede en de Eerste Kamer zich met de regeeringsvoorstellen zullen ver eenigen, en 2e of 1936 geen tegenvallers zal opleveren, die de iets Je praat gr «ver alsof bet verwachtingen den bodem inslaan. Vermoedelijk zal er in de Kamers nog wel strijd worden gevoerd over de genoemde voor stellen. En wat 1936 zal brengen ligt in de toekomst, al vleien we ons niet met groote winsten. Maar laten we hopen en God bidden, dat de Regeering, die een zeer moeilijke taak heeft, de mid delen zullen worden geschonken, om het schip van Staat, dat nu eenmaal door de branding moet, in veilige haven te sturen. Merkwaardig is wat de Britsche Pers over onze Begrooting schrijft. De officieuze Times schrijft met betrekking tot de door de Neder- landsche regeering aangekondigde bezuinigingen, dat deze deflatio- nistisch zijn, en dat zij moeten leiden tot een verlaging van den levensstandaaid. Door devaluatie zouden de nieuwe bezuinigingen en belastingen voor een jaar ver meden kunnen worden maar de valuatie zelf zou reeds een ver laging van den levensstandaard beteekenen. Bovendien is de winst, die door devaluatie zou worden gemaakt, een niet-terug- keerende winst en het budget probleem zou door een derge- iijken maatregel alleen worden uitgesteld, tenzij intusschen een belangrijke verbetering van den handel zou intreden. Een duur zame oplossing van de econo mische moeilijkheden van Neder land kan alleen worden gevonden in een opleving van den inter nationalen handel, hetgeen een hervatting van het internationale betalingsverkeer en een stabilisa tie der valuta's beteekent, dat wellicht inhoudt, dat Nederland zou kunnen worden genoodzaakt tot eenigen maatregel voor de valuatie. De Financial News geeft als zijn meening te kennen, dat het programma, dat door de regeering in de Troonrede is uiteengezet, een vergulde pil is, die waarschijnlijk slecht zai smaken. Het feit, dat een verdere belas- tingverhooging niet te ontwijken Dan heeft hl haar ion brief was om de regeering in staat te stellen voort te gaan met nemen van sociale maatregelen, was min of meer verborgen in een lange opsomming van piannen om den handel te bevorderen, aan de in dustrie een uitbreiding te geven, nieuwe ondernemingen op te richten en het werkverschaffings plan uit te breiden. De lang verwachte bezuiniging en het in evenwicht van het budget werd gedaan ©p een wijze alsof aan het publiek een cadeautje w^rd. gedaan. Voortgaande merkt het blad op, dat niets meer „reflatie" zou kun nen beteekenen dan dit program ma, en niets minder in overeen stemming met de belangen van het handhaven van den gouden standaard. Wanneer wij een overeenkomst maken met Frank rijk, dan wordt het duidelijk, dat dr. Colijn thans gekomen is in de Flandin-phase van de gouden standaard-politiek, de phase van tegenspraak bestaande in het verdedigen van den gouden stan daard en het uitbreiden van een binnenlandsch economisch pro gramma. Tweede Kamer. Bij Koninklijk Besluit van 18 September is tot voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal herbenoemd jhr. mr. Ch. J. M. Ruijs de Beerenbrouck. Eerste Kamer. Bij de installatie der leden van de Eerste Kamer had een buiten gewone gebeurtenis plaats ten aanzien van de beide gekozen fascistische leden, dhrn. graaf de Marchant et d'Ansembourg en Ant. van Vessem. Van eerstgenoemde die niet aanwezig was, achtte men het Nederlandschap niet bewezen, omdat hij in Duitschen krijgs dienst stond en daarom wilde de commissie de toelating aan de Kamer overlaten. Als protest daartegen verliet dhr. Van Vessem de zaal. (Wordt vervolgd.j COURANT (Engelsche vertaling*. 28* Wat? riep Eldrlck uit. - jy geparenteerd aan de Mallathorpe's Hoe kan dat Zijn rechtkundig hart sprong dade- lqk op bij de gedachte aan familiere laties, bloed- af aanverwantschap, erf recht en dat alles, in connectie met Harold Mallathorpe, die zoogenaamd gestorven was zonder eenige manne lijke verwanten. Neen, niet van de Mallathorpe's zelf, gaf Pratt toe. Maar van haar, mevrouw. Mijn moeder was haar nicht. Ik heb dat bij toeval ontdekt en toen ik het wist, heb ik er verder onderzoek naar Ingesteld, en de data overgenomen uit hel doop- en trouw register van onze kerk. Ik heb ze allemaal keurig overgeschreven hier by me. en mevrouw Mallathorpe heeft de lijst ook gezien. Dus ik heb wel eenig recht al is het dat van armen bloedverwant. Eldrlck nam de vellen folio, die Pratt hem overreikte en keek ze met belang stelling in. Hij was een soort autori teit op dit gebied en had al een paar maal gehelpén met het uitgeven van registers en stamboomen. Een kort overzicht van de data van geboorten en huwelijken, ovettuigde hem, dat Pratt gelijk had. Ik vind hei een min en armzalig spellefje, ging Pratt door, terwijl zqn Vorige patroon zoo bezig was, een heel min spelletje voor r§ke lui zoeals mijnheer Robson en mijnheer CfcUing- waed, om te trachten mij te bena- deeler, in een zaak, die hen niet aan gaat. Ik zal mijn plicht doen in den dienst van mevrouw Maliathoipe. U weet even goed als ik, dat ik daar volkomen toe in staat ben. en Ik zal werkelijk het salaris verdienen, dat ze my zal geven. Met welk recht komen die lui, Ik zou haast zeggen, met welk recht komt de dochter tusschen mij en myn broodwinning? O, kom, kom, suste Eldrlck, toen hy hem de papleren teruggaf, dat is weer een van die zaken, waarbij men elkander niet begrepen heeft. Je hebt verkeerd gedaan, zie je, Pratt, toen je gisteren mevrouw Mallathorpe ging bezoeken, terwijl de dochter niet thuis was. Dat had je niet moeien doen. Pratt trok een la open en na wat tusschen de papieren gescharreld te hebben, baalde hf| er een brief uit. Kent u het handschrift van me vrouw Mallathorpe vroeg hy. Qoed dan, hier Is het. Dit is een brief van haar, waarin zy mij vraagt gistermiddag te komen, nu ziet u het zelf. Eldrick nam den brief met verwon dering aan. Hij had een goede me morie en hy herinnerde zich, dat Col- lingweod hem verteld had, dat hy van Nesta had gehoord, dat Pratt op Nor- mandale Orange was gekomen. Es ther Mawson had gesproken en haar gezegd, dat hy mevrouw Mallathorpe absolunt moest spreken, Hoewel El drlck niet gauw iemand verdacht, fliig'e het hem toch door zijn brein, of Prat* misschien dien middag me vrouw Mallathorpe dien brief bad Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. laten schrijven en hen zelf meege bracht had Ik geloof, dat er nog heel wat misverstand is in die zaak, begon hy. Mynheer Collingwood zegt, dat je er kwam en de kamenier meedeelde, dat je mevrouw absoluut moest spre ken, zoo'n beetje jezelf opdrong, Pratt. Niets daarvan, mynheer, weder- sprak hem Pratt en liet den brief heen en weer wapperen. Staat er niet in dien brief, door mevronw zelf ge schreven, dat zij my noodzakelijk wil spreken, om drie uur En was het dan niet absoluut noodig voor my, om haar te zien te krygen Kom nu. Zou manheer Collingwood niet beter doen, op zyn eigen zaak te let ten Wat gaat het hem allemaal aan Hij loert op juffrouw Mallathorpe en haar geld. Eldrick suste hem nog een beetje en ging toen naar zyn eigen kantoor terug. Op sommige punten was hy heelemaal gerustgesteld, op andere scheen het hem tameiyk geheimzinnig toe. In zijn verslag over het onder houd, da. hy aan Rjbson en Colling wood deed, nam hij het dan ook min of meer voor Pratt op. Robson was er verstoord om, Collingwood echter wss er verbaasd over. Ja kunt toch niet ontkennen Rob son, pleitte Eldrick, dat Pratt er gisteren heenging op mevronw Malla thorpe's verzoek. Zq schryft het hem zelf. En wat hy zegt over dat aan verwantschap, dat is ook zoo vast als iels. Ik heb de bewyzen zelf gezien, Het is toch niet zoo vreemd, dat me vronw Mallathorpe Iets zn« willen doen voor den eenlgcn zoen van baar nicht niet meer Is, dan dat zy hem een briefje van honderd had gepresenteerd. Maar het beteekent, dat hy practisch baas is over eenige tienduizenden guldens per jaar Maar je znlt er nog wel meer van hoeren. Wacht maar Hy ging veel boezer been dan hy gekomen was. Eldrick keek Colling wood vragend aan en schudde tact hoofd. Ik weet niet, wat er anders kan gedaan worden, sputterde hy. Zoo ver als Ik zie, beeft Pratt het grootste gelijk van de wereld. A's mevrouw Mallathorpe hem haar zaken wil toe vertrouwen, wat kan haar dan weer houden Ik zie er niets vreemds in. Een ding echter ïykt my wel zonder ling. Waarom heeft mevrouw Malla thorpe haar dochter niet gekend ia deze Waarom weigert ze haar uitleg te geven Dat is nu juist, waar ik over val, zei Collingwood. Ik begrqp er niets van, en voor zoover ik weet, juffrouw Mallathorpe evenmin. Het scheen hem het beste, dat hy terug ging naar Normandale en Nesta ver slag uitbracht van de gebeurtenissen van dieH middag. Het verwonderde hem niet, nadat hy den vorigen dag gezien had, hoe ontstemd en vastbe raden zy kon zyn, haar nog meer verstoord te vinden. Ik wil niet hebben, dat die Pratt hier komt, zei se. Hy zal myn moeder niet te sprekeh krygen, ten minste niet onder m|n dak. Eu Ik kan niet gelooveu, dat zy om hem gestuurd heeft. Mynheer Eldrick heeft haar eigen brief gezien, onderbrak haar Colling wood rustig. lateu schrijven, teen hy hfer wa«, hield z| vel. Wat die familiere latie betreft, dat kan wel zin. Ik Heb er neg nooit van gehoord. Om 't even, wat voor relatie hy ook van myn moeder is, hy zal zyn neus niet In myn zaken steken. Het eigenaardige is, sei Colling wood, met zooveel nadrnk als de omstandigheden toelieten, dat nw moeder, tenminste het gehint zoo, u niet in vertrouwen wil of kan nemen. Nesta keek hem eenigs oogenblik- ken sterk aaii, tonder een woerd te zeggen. Toen zy eindeiyk sprak was het met groote beslistheid. Precies, zeide iq. Z| boudt Iets voor my verborgen. En als zy het my niet wil zeggen, dan zal ik het wei ontdekken, Meer zeide zfl niet en Collingwood nam afscheid. Op den terngweg naat Barford foeterde hy Linford Pratt nit als een geslepen en genlepigen vlegel, die een of ander smerig zaakje an de hand had. Maar Pratt zelf was heel tevreden tot nu toe. Hy had den eersten slag gewonnen en hield nog een paar prachtige troeven In de hand. Hy zat de spelkanstn te bere kenen den velgenden morgen, toen er iemand belde, en teen hy de dear opende, stond daar Nesta Mallathorpe, alleen. Als er iemand aanwezig was ge weest, zou hy geslen hebben, dat degene, voor wien het bezoek onver wacht en onvoorbereid kwam, ulteriyk zoo rustig en bedaard bleek, alsof de ander slechts gekomen was cm een afgesproken onderhoud te hebben.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1935 | | pagina 1