Nieuws- eu Advertentieblad voor Zeeuwsch- VI aan deren. BEAU BROCADE No. 89. VRIJDAG 15 FEBRUARI 1935 50e Jaarg. J. C. VINK - Axel. FEUILLETON. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-U1TGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. Niet Perzië, maar Iran. Ecd brokje geschiedenis De Perzische regeering heelt, zooals reeds in het kort gemeld, een verordening uitgevaardigd, krachtens welke de naam .Per zië" met ingaDg van 21 Maart a.s., den nieuwjaarsdag der Per zen, in .Iran" zal worden ver anderd. Deze verordening is geheel in overeenstemming met de ener gieke houding van den huidigan sjah van Perzië, Rasa Khan, die hiermede opnieuw zjjn streven tot uitdrukking, om aan het cul tuurhistorische begrip, dat de oude klankrijks naam .Iran" ver tegenwoordigt, ook een levende politieke beteekenis te geven. De ze naamsverwisseling kan be- schonwd worden als een uiting van bet groeiende nationale be wustzijn, dat voor de politieke successen der laatste jaren de vriendschapsverdragen met Turkije (1926) Sovjet-Unie en Afghanistan (1927) en de ver dragen met Duitschland, Frank rijk, Italië en eenige andere Eu- ropeescbe staten niet weinig is toegenomen. De duizendjarige herdenking van den Perzischen nationalen dichter Firdausi, die eenige we ken geleden met grooten luister is gevierd, was reeds een spre kend bewijs, dat het moderne Perzië zich zijn cultureele be teekenis wel bewust is. .Perzië" zooals de officieale naam van het nieuw-Parzische rijk tot 21 Maart nog zal luiden, is eigenlijk slechts een deel van het groote gebied .Iran", dat zjjn trotschen en de daarmede ver bonden herinneringen aan het oude Perzische rijk thans aan den staat van ttesa Khan zal moeten worden afgestaan. Het huidige gebied. Het huidige Perzië, gelegen tusschen de Perzische golf en de Kaspische Zee, vormt de verbin ding tusschen Voor en Centraal Azië. Het is ongeveer zoo groot als Engeland, Frankrijk en DE VERMETELE. (Engelsche vertaling.) 37) Mittachip's mager lichaam beefde van schrik. Er was zooveel haat, zooveel wraakzucht in Sir Humphrey's half verstikte stem, dat de procureur als bi] in8tisct terug beefde voor een groot en erg kwaad, dat h| maar half begreep. Maar Sir Humphrey trachtle spoe dig zichzelf te beheerschen. Hij schaamde er zich over zyn agent dezen kijk gegeven te hebben in de duisternis zijner ziel. Zijn liefde tot Patience, hoe woest en begeerig ook, was zoo groot, als waartoe zijn zinnelijke natuur in staat was, zijn jaloezie en baat waren opgewekt door het vreemde tooneel, dat hij op de beide had bijgewoond en hij was zich nu bewust van zijn dorst naar wraak en het verlangen naar het bezit van Lady Patience en haar fortuin. Te bliksem, sprak hij wat kal mer, Beau Brocade en die sehelm, Jihn Stich, waren mij vlak op de hielen en zij zouden mij de brieven ontnomen hebben, als ik dien ver* vloekten dief niet een kogel in zijn lijf had geschoten. En gij hebt hem gevonden, Mi* lord? vroeg de waardige Mittachip knel. Ik kon mij niet ophouden om dot to weten te komen* maar ik hoopte Duitschland tezamen en wordt in het Oosten door Afghanistan en Baloetsjistan, in het Westen door Irak en Turkjje en in het Zuiden door Arabië begrensd. Het land leeft 10 miilioen inwoners, waar van een vierde deel nomaden zijn en het aantal analphabeten wordt in de steden op 96 pet. en in de dorpen op 98 pet. geschat. De naam .Perzië" is afkomstig van het in het noordwesten ge- egen district Parzoeasj, dat in de eeuwen vóór Cnristus door kleine vorsteD werd geregeerd, die aan de Assyriërs schatting moesten betalen. Het reusachtige gebied, dat geografisch als Iran bekend staat, omvat allo landen, die tusschen Elbroes en Indische Oceaan, ïindoe-Koesj en Tigris liggen, dus voor een deel ook de nabuur sraten van het huidige Perzië. Perzië was slechts een provin cie van het latere enorme r(jk, dat de Perzenkoning Cyros na bloedigen stryd stichtte. In het Oosten tot aan den Indus, in het Westen tot Egypte en in Euro pa tot Macedonië strekte zich de heerschappij der Perzische ko ningen uit, die iu 559 vóór Chr. werd gevestigd eu waaraan eerst Alexander de Groote (356—323 v. Chr.) een einde maakte. Het tweede groote Perzische ryk, het ryk der Sassanideu werd in 226 v. Chr. gesticht en bestond on geveer 400 jaar. Nadat het door de Arabieren was veroverd, die op hun beurt weer door de Tar taren en Mongolen werden ver dreven, bestond er geen nationaal Perzisch rijk meer. Verscheidene heerschersge- slachten volgden elkaar op eu geleidelijk verkregen vreemde mogendheden (Eogeland, Rus land) overwegenden invloed in het bestuur van het land, waar zij hun belangensferen meenden te moeten beschermen. Eerst na den wereldoorlog, toen Rusland vrijwillig afstand van de door Perzië aan het tsaristisch regime gedane concessies en Engeland in het nabije Oosten sterk in be slag werd genomen en zijn troe- hem gedood te hebben, want het was gelukkig alleen John Stich, die mij vervolgde. Hij was een te groote dwaas, om mij eenig kwaad te doen en ik deed hem spoedig myn spoor bijster worden. En gij hebt de brieven vernietigd, milord Die vernietigd Zijt gij gek Ik zou kwalijk mijn doel bereiken zoo Stretton sterven moest. Kunt ge dan niet inzien, sprak hij opgewonden, dat ik met deze brieven in mijn bezit lady Patience dwingen kan myn aan zoek aan te nemen Ik kan, terwijl haar broeders leven in gevaar is haar de brieven aanbieden op voorwaarde dat zij mijne vrouw wil worden en haar bedreigen die te vernietigen als zij weigert. Ja, ja, mompelde de procureur, dat sou nog eens een krachtig ar gument zijn. En bedenk, voegde Sir Humphrey beteekenisvoi er bij, gij zouat twee honderd guinjes krijgen op den dag van mijn huweijjk met lady Pa tience. Dit zal gebeuren ais gij mij tot het eind toe trouw helpt. Twee honderd guinjes. Goed succes, Sir Humphrey, ik hoop, dat ge deze brieven goed bewaart hebt. Zeker. Goed geroeg voor het oogenblik. Hebt ge ze bij u? Neen, Jou idioot, bij mij Met zoo'u slimtnen schurk als Beau Bro* cade op mijn hielen. Zijn ze dan in uw valies, Sir Humphrey Wai In een vreemd logement Bedenk, dat de kerel in mijn kamer kon inbreken, Hoe kan ik weten, dat agn wurd aitt met kern samenspat^? pen terugtrok, werd in Augustus 1919 de nationale zelfstandigheid weer hersteld. De huidige sjah oorspronkelijk eeu eenvoudig kozak, later minister van Oorlog, werd na de afzetting van sjah Ahmed in 1926 met da erfelijke waardigheid van sjah van Perzië bekleed. De keuze van den naam „Iran" kan beschouwd worden als een doelbewust teruggrijpen naar den tijd der oude Sassanidenkoningen, die zich „koningen der koningen van Iran an Aueran" noemden. Men heeft zich terdege reken schap gegeven van de groote eenheid der Iraansche volkeren, de groep, die bestaat uit eeu ver menging van Indo Germanen en de oerbevolking van het land tusschen het Armeensche hoog land en Noord-Indië, den Indi- schen Oceaan en West-Turkestan. De Iraansche cultuur is oeroud. Het oude spijkerschrift, dat stamt uit den tijd van 520—350 v. Chr. en het Aresta, een deel van de religieuze literatuur van de aan hangers van Zaratboestra, zijn de oudste, ons bewaard gebleven overblijfselen van de eude Iraan sche talen. Aan het Perzische hof en in de heerschende klassen der bevolking werd oud-Perzisch gesprokeu, dat evenals de Avesta taal een Iraanscb dialect is. Sporen van de lraaosche en Indische talen kan men ook nog in de Ger- maansche talen terugvinden. De nieuw-Perzische taal is de jongste ontwikkelingstrap van de oude oertaal. Van de beeldende kunst der oude Porziërs getuigen nog de rijke verzamelingen in talrijke moderne museas. Een Vrijwilligersleger Op 20 Oct. 1934 is te Eind hoven opgericht een „Comité voor nationale veiligheid", dat zich ten doel stelt al die Neder landers te vereenigen, die van meening zijn, dat de verdediging van ons rechtsgebied te land, te water en in de lucht, zoowel De schurk heeft vele vrienden hier In den omtrek. Mmmaar wat hebt ge er dan mee gedaan. Sir Humphrey, vroeg de procureur angstig. Ik zal het je influisteren, mijn* heer Mittachip, sprak zijn Edelheid, als instinctmatig zijn stem latende dalen uit vrees, dat de muren ooren zouden hebben. Ik meende het best te doen, de brieven daar te ver bergen, waar lady Patience en haar ridderlijke roover die het minst zou den zoeken. Hoe dan best?, brave Sir Humphrey Herinner u, dat ik erg in het nauw zat en maar enkele seconden had em mijn plan te volvoeren. Ik steeg af en sloeg toen mijn paard dat het als razend wegvloog. Gelijk ik verwachtte dat het recht op zijn stal af zou draven, galoppeerde het, als gek, voort in de richting naar Ald- wark, terwijl ik mij verborg in het dichte struikgewas, dankbaar vo%r de duisternis in de holte waarin ik was. Ik hield me daar ongeveer een half uur verborgen lot er overal stilte op de heide was. Ik weet niet, wat er met dien vervloekten roover of John Stich gebeurd is, maar Ik begreep, dat de brieven bij mij niet veilig waren Ik wist, dat ik op eenigen afstand was van dit dorp eo neg verder van Aldwark es ik vreesde vervolgd en overvallen te werden. Ik kroop uit mijn schuilplaats en zag dat ik dicht bij een houten loods was en niet ver van den weg| daar heb ik onder een hoop dooreen gewarde braam* en doornstruiken, geheel bulten het gezicht, de kostbare bileven ge* borgen» in als buiten Eurona (Oost- en West-Indië) een zaak van eigen zorg en verzorging moet zyn. Het stelt zich daarbij op het standpunt, dat het niet op zyn weg ligt, zich te bemoeien met technische ot organisatorische zaken de weermacht betreffende en is overtuigd, dat opeenvol gende Nederlandscbe regeerin gen en de militaire autoriteiten, met de haar ter beschikking gestelde middelen, die veel meer beperkt waren dan in andere landen, zooveel als mo gelijk was tot stand brachten. Het Comité is echter van oordeel, dat ten einde de waarde van onze bewapening in een voor onze veiligheid noodzake lijke verhouding te brengen, thans ondanks de economische crisis en met blijvende verzor ging van sociale belangen, een betere ontwikkeling ten bate van de nationale en algemeene vei ligheid kan en moet plaats heb ben van de krachten, die in onze natie schuilen. Wars van vreemden invloed, wil het Comité bevorderen, dat van het Nederlandsche Volk zelf de ontwikkeling der nati onale krachten uit zal gaan, die zoowel hier te lande als in overzeesche gewesten dienstbaar gemaakt kunnen worden aan de verhooging der nationale en internationale veiligheid en het is overtuigd, dat zulks ook by kan dragen tot werkverruiming, evenals dit het geval is in lan den, die evenmin als Nederland van agressieve bedoelingen ver dacht kunnen worden en waar van ook de versterking der preventieve weermacht wordt erkend als te zijn mede in het algemeen belang. Ten einde de organisatie over het geheele land te kunnen uitbreiden, wordt een Raad van Bijstand voor het Comité ge vormd, waarin zijn uitgenoodigd vooraanstaande personen uit ver schillende streken des lands, wier namen waarborgen, dat niet het doel is om onrust te wekkeu of aan een bewapenings- Ach, Sir Humphrey. Zij zullen daar niet veilig zijn, klaagde Mittachip. die het gouden visioen der twee honderd guinjes voor zijn oogen zag verdwijnen. Denk eens aan. Elk oogenblik kunnen ze door eenige lompe schaapherders worden ontbloot en weggenomen. Bliksems, dat weet ik wel, dwaas. Ze zijn nu op eeu droge plaats, maar ik dacht ze daar maar zoo lang te laten liggen, tot ge ze mee kunt nemen naar uw eigen huis te Wirks- worth en ze in uw brandkast kunt sluiten tot ik ze noodig heb. Maar deze woorden ontstelden Mittachip zoo, dat hij zijn evenwicht verloor en van den kant van zijn stoel viel. Ik, Sir Humphrey? ik weer terug naar die eenzaamheid?..., en met die brieven bij mij Stil mai, de roovers zullen u die brieven niet afnemen en Beau Brocade zal het oog op mij houden en u dan zeer zeker niet meer lastig vallen. Ach. maar hij weet, dat ik de eer geniet uw vertrouwen te hebben, beste Sir Humphrey, geloof mij, de brieven souden bij my niet veilig zijn. Dan zal ik, sprak Zyn Edelheid beslist, wel iemand anders vinden om voor de brieven torg te dragen, en, voegde hij er beteekenisvoi bij, die twee honderd guinjes te ver dienen. Mittachip Het een droevigen snik hooren, Die twee honderd gninjes. De hoogste ambitie van zijne hebzuch tige, ellendige ziel* N 'en, hij wilde die niet missen, f b toch was hij zoo bang voer de hel en voor Beau Braeade .ten hü wedloop deel te nemen, maar dat gedachtig aan een Koninklijk woord, ook naar den wensch van het Comité het Nederland sche Volk zichzelf behoort te blijven. In den Raad van Bijstand namen bereids zittingde heer M. Fernhout, burgemeester van Middelburg, mr. R M. van Dus- seldorp, burgemeester van Goes, C. A. van Woelderen, burge meester van Vlissingen en J A. van Rompu, lid van Ged, Staten van Zeeland. Atdeelingen van het Comité zijn reeds gevormd te Middelburg en Vlissingen. Als men de eerste en tweede alinea van dezen aanhef leest, komt het ons voor, dat die lijnrecht met elkaar in strijd zyn en daarom is het ons eigen lijk in dit verband niet duidelijk wat meu wil. Hetgeen daarop volgt, geeft echter nader verklaring en be doelt, als we het goed voor heb ben, uitbreiding van het leger. Vandaar onze vraag of men wil naar een leger van vrijwilligers voor werkverruiming Men zou dan misschien beter doen, door alle werkloozen beneden een bepaalden leeftijd onder de wapens te brengen, wat aan de kosten en misère van werkloos heid een groote verlichting zou brengen. Stel eens voor, dat de tienduizenden in de kazernes werden geborgen en regelmatig sport- en gymnastische oefeningen maakten, gepaard aan collectieve voeding, kleeding en zakgeld Men versta ons goed we be doelen natuurlijk geen vóórhis torisch g6dril of getier, maar maatschappelijk en onder be hoorlijke tucht getrainde corp sen, gedurende een bepaalden tyd geoefend. En als bovenstaand comité dat bedoelt, dan lijkt het ons nog niet zoo kwaad bedoeld. Waarom zonden we niet een leger formeeren tegen don eco- vreesde den toorn van Zyn Edelheid tienduizend maal meer dan iets anders, en die woede zou vreeseiyk zyn als hy, na de brieven gekregen te hebben, daarvan weer beroofd werd, Hit was een ontzettend alternatief. H| pijnigde zyn arme hersens om een geschikte uitkomst te zoeker. Sir Humphrey was opgestaan, schopte zyn stoel op zy en deed of hy wilde weggaan. Hoor nu eens, vriend Mittachip, sprak hy op stelligen toon, ik wensch die brieven ergens in abso lute veiligheid te hebben, waar noch Lady Patience noch die roover ze met eenige mogelijkheid kunnen krygen. Zoo gij nu weg en middel vindl, om dit voor my te doen, dan zyn de twee honderd guinjes voor u. Maar zoo ik dit zelf in orde moet brengen, zoo ik byna zeker gevaar lcop van de brieven beroofd te wor» den, als ik die zelf by my houd, dan zult ge geen shilling van my krygen. Nu kunt ge er over nadenken, Ik ea nu squire West spreken en zien of ik dien vervloekten schurk gevan* gen kan krygen, en in de boeien ge* sloten voor de dag om is. Hy nam zyn hoed op en sloeg zijn mantel over zyn arm, De toestand werd wanhopig. Toen kreeg Mittachip een idéé» Ik ben er, Sir Humphrey, riep hy opgewekt uit. Ik ben er. Een volmaakt veilige weg om de brieven goed weggeborgen te krijgen in mijn huis te Wirksworth. (Wordt vervolgd)! AXELSCHE COURANT

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1935 | | pagina 1