Zonnebrand
zwegen vermogen, die, naar ik
dezer dagen van betrouwbare
zijde heb vernomen, circa f2000
heeft opgebracht. Daarvan krijgt
de gemeente toch ook een zeker
percentage.
DE VOORZ.Hoeveel schat
U dat?
Dhr. DE RUIJTER: Daar ben
ik niet bevoegd voor. Het is me
ook niet bekend, maar in ieder
geval krijgen we daar een per
centage van. En, mijnheer de
Voorzitter, gezien de cijfers, zie
ik op hel oogenblik niet in, dat
we tot deze maatregelen moeten
overgaan. Daarom zou ik Burg.
en Weth. in overweging willen
geven hun voorstel in te trekken,
want het is voor mij onmogelijk
daar mijn stem aan te geven.
Misschien dat we dan met ljuli
een nieuwe regeling van Burg.
en Weth. krijgen.
Wanneer we over moeten gaan
tot belastingverhooging, moeten
we menschen treffen, die het
minstens even beroerd hebben
als de werkloozen. Ik zou liever
in de straat een steen minder
leggen en de posten zooals die
nu zijn vast houden. Aan de an
dere zijde heb ik een goed ver
trouwen in de commissie, dat er
dan personen uitgezocht worden,
die onder de loupe worden ge
nomen.
Zooals dhr. Dieleman heeft
gezegd, moet men zich niet blind
staren op cijfers, maar de zaak
objectief beoordeelen. Ik wil het
hier in eerste instantie voorloopig
bij laten.
Dhr. HAMELINK Mijnheer de
Voorzitter! Ik ben het er mee
eens, wanneer U zegt, dat er op
andere wijze een vergadering
had kunnen worden belegd, maar
dat is het criterium in deze zaak.
De raadsleden, die het me heb
ben gevraagd, hebben niet beter
geweten. Zoo staan wij nu voor
de steunverlaging. Ik ben het ten
volle eens met hetgeen door den
vorigen spreker naar voren is
gebracht.
De totstandkoming van deze
verlaging, zooals die op het
oogenblik wordt uitgevoerd,
heeft mij niet kunnen bekoren.
Ik wil dan ook een critisch woord
aan het adres van Burg. en Weth.
laten hooren.
Burg. en Weth. hebben gezegd,
wij zitten slecht bij kas en gaan
n u maar korten, want anders
zitten we van den winter slecht
in onze gelden. Maar, mijnheer
de Voorzitter, er is toch wel een
ander middel. Deze zaak is toch
wel ernstig genoeg en hadden
Burg. en Weth. niet naar de
Steuncommissie moeten gaan,
maar naar den Raad. Wanneer
er korrels van het brood van
den werkman moeten worden af
gehaald, dan moeten ze bij den
Raad komen, bij het bestuur van
de Gemeente. Dat is mijn cri
tisch woord.
Ik zou nog meer kunnen zeg
gen, maar heb geen zitting in de
Steuncommissie, en had het dan
wel anders gedaan. Burg. en Welh.
hadden naar den Raad moeten
komen.
Maar ook dat is het criterium
niet en ook daarover zijn velen
het niet eens, n.l. verlaging van
den steun.
Iedereen weet, dat er in den
zomer beter bezuinigd kan wor
den dan in den winter, maar,
dan moeten we voetstoots aan
nemen, dat er in de begrooting
absoluut geen posten meer zijn,
die kunnen worden verlaagd. Ik
heb daartoe verschillende posten
in de begrooting bekeken en
kwam dan tot bezuinigingen. Nu
heeft het me veel verwonderd,
dat hiermede geen rekening is
gehouden.
Ik wil wel van te voren zeg
gen, dat zoo'n vluchtige bestu
deering van de begrooting tot
geen vaststaande conclusie aan
leiding kan geven. Ik wil eenige
posten opnoemen.
Achterstallige inkomsten over
vorige dienstjaren. Ik geloof, dat
daar geen voldoende grond voor
is, het getuigt misschien wel
van goede financiëele politiek,
maar gezien de benarde omstan
digheden kan deze post wel met
f250 worden verlaagd.
Post 199. Opbrengst der
schoolgelden van de 3 bijzondere
scholen. Hier is op gekort we
gens te verwachten mindere in
komsten, f550. Ik vind die ver
laging nogal sterk en acht f 300
wel genopg, zoodat ik tot ver
mindering kom van f 250. Ver
makelijkheidsbelasting f280; de
ze post was geraamd op f 1000.
De VOORZ. merkt op, dat
deze post tot f1800 is verhoogd.
Dhr. HAMELINK: Dan vervalt
die post Hij vervolgt
Dan gaan we terug naar de
uilgaven, post 128. Onderhoud
van straten en pleinen.
Ik heb opgemerkt, dat er dit
jaar heel wat minder aan straat
verbetering wordt gedaan dan bij
voorgaande jaren en geloof, dat
deze post aan den hoogen kant
is. Ik heb deze verlaagd met f 500
Post 132. Onderhoud van pom
pen en riolen.
Nu is het toch bekend, dat
verschillende pompen niet meer
worden onderhouden, gezien de
klachten in den Raad. Ik meen,
dat deze post een verlaging kan
ondergaan van f 150.
Post 135. Kosten van den Rei
nigingsdienst.
Spr. vindt, dat we nu dorst
hebben, dus laat dat appeltje
maar smaken. Hij zou dezen
post met f 100 willen verlagen.
Post 214 Uitkeeringen aan ge
meenten ingevolge art. 86 der
L. O. Wet Spr. wil Burg. en
Weth. een verzoek voorleggen,
waarbij een belangrijk bedrag
verminderd kan worden. De ver
zwegen belasting schat ik voor
Axel op f 1000. Zoodoende kreeg
ik een bedrag van f3400. En
nu dhr. De Ruijter het bedrag
noemde van de school in de
Nieuwstraat, wordt mijn ruwe
berekening totaal f4.320 We
hebben verleden jaar een bedrag
ingeteerd van f4200, zoodat dit
bedrag voldoende is gedekt. Aan
verschillende posten kan mis
schien niet worden getornd, maar
mocht van die bedragen iets af
moeten dan kunnen we toch aan
dat bedrag komen.
Spr. wil een motie aan den
Raad voorstellen.
Wij hebben voor het oogen
blik de centen wel niet officieel,
maar wanneer die post van f 4200
gedekt is, zijn we klaar. Wij
moeten het niet bekijken uit een
oogpunt van politieke vliegaf-
vangerij, doch ieder geval op
zichzelf beschouwen.
Spr. stelt de volgende motie
voor
„De Raad der Gemeente Axel,
gehoord de besprekingen over
steunuitkeeringen aan werklooze
arbeiders, verzoekt het college
van Burg. en Weth.
le. om de steunverlaging voor
loopig ongedaan te maken.
2e. om met den meesten spoed
en nauwgezetheid de mogelijk
heid te onderzoeken of en zoo
ja, op welke wijze binnen het
kader der begrooting 1934, de
werklooze arbeiders een zelfde
ondersteuning te waarborgen als
in de eerste helft van 1934 is
genoten. Mocht dit binnen het
kader der begrooting 1934 niet
mogelijk blijken, te onderzoeken
v/elke middelen dan kunnen wor
den aangewend tot dat doel.
3e. aan den Raad in zijn eerst
volgende vergadering uitvoerig
verslag te doen van de onderzoe
kingen en gaat over tot de orde
van den dag."
Wij bereiken hiermede, dat we
straks een besluit kunnen nemen
waarmede de gemeente in zijn
geheel is gediend.
De VOORZ heeft eerst de
gedachte gehad, het antwoord te
geven namens Burg. en Weth.
aan ieder die had gesproken. Hij
is daarvan afgezien en heeft de
verschillende sprekers inaar eerst
laten uitspreken, weshalve hij
nu het antwoord zal geven.
In de eerste plaats wil hij ant*
woorden op hetgeen dhr. Ver
schelling naar voren heeft ge
bracht, omtrent de verlaging der
posten Burgerwacht, Onderwijs
en Groene Kruis. Het vorige
jaar hebben wij dezen weg ge
volgd. Wat belastingverhooging
betreft, heeft de Raad gemeend,
dat niet aan te moeten nemen.
Dit jaar hebben Burg. en Weth.
dat niet zoo gedaan, maar nu
hebben verschillende heeren ge
zegd, deze f 36 000 of f 38 000
daar dienen Burg. en Weth. mee
toe te komen. En diezelfde heeren
maken nu de opmerking, dat
mogen je nu zelf niet doen.
Want dhr. Van Bendegem heeft
gezegd in de Raadsvergadering
van 8 Juni 1933
„Evenwrl moet het mij van het
hart, dat het mij verwondert, dat
B. en W. niet met een voorstel
komen om in de zomermaanden
de steun een zeker percentage
te verminderen en in den zeer
drukken oogsttijd eens een poosje
stil te zetten."
Burg. en Weth. hebben die
belofte gedaan.
Spr. vervolgt, dat dhr. Van
Bendegem zijn afwezigheid in de
steuncommissie heeft geweten
aan de ziekte in zijn gezin.
Ik weet het zeer zeker van
nabij, dat het niet de ziekte van
zijn vrouw is geweest, dat hij
niet kon komen. En wanneer
dhr. Van Bendegem het doet
voorkomen, dat hij de belangen
dient van de arbeiders, zou hij
daar ook voorop moeten komen.
Voorts wordt een aanslag ge
pleegd op de steuncommissie,
dat op het oogenblik steun wordt
verleend naar behoefte. Hoe
ongaarne Burg. en Weth. die
maatregelen hebben genomen,
hebben ze die niet willen nemen
zonder dat de steuncommissie
werd gehoord. En wanneer er
nu met steenen wordt gegooid,
dan moeten ze die niet gooien
aan de steuncommissie, maar aan
de drie heeren van Axel, de
Voorz. en de Wethouders.
Spr. deelt mede, dat nog f 8000
beschikbaar was tot November
en wij waren van meening, dat
dat niet voldoende was.
Nu komt men er tegen op, dat
die steun zoo laag is en moet
ik toch de opmerking maken, dat
de Raad in 1933 de steun heeft
verlaagd.
Wanneer men de verlaging ver
gelijkt, krijgt men voor de land
arbeiders het volgende
Voor 1 en 2 personen f175
minder, 3 personen f 1.30 minder,
4 personen f 0.77 minder, 5 per
sonen f 075 -meer, 6 personen
f0 60 meer, 7 personen f0.10
meer en 8 personen f0 40 minder.
Bij de fabrieksarbeiders krijgt
een gezin van 5, 6 of 7 personen
f 1 meer en een gezin van 8
personen f 1.85.
Burg. en Weth. konden de
posten niet aanwijzen, waar het
op gevonden kan worden. Wij
zijn momenteel al f4200 inge-
loopen, de post voor 1934 is
dus al versnoept.
Dhr. De Ruijter heeft een post
van f920 aangewezen van de
school. Nu heeft dhr. Hamelink
enkele andere posten aangewezen
maar wie zal zeggen of daar wat
aan te doen is. Kan men nu op
het oogenblik in een niet goed
gekeurde begrooting wijzigingen
aanbrengen
Door dhr. Hamelink is over
één punt niet gesproken,.n.l. de
inkomsten.
Wanneer de heeren de be
grooting willen wijzigen, acht
ik dit een zeer gevaarlijk werk.
Door dhr. Hamelink is ook
nog aangeroerd de post verma
kelijkheidsbelasting. Daar wordt
in de Gemeente heel wat over
gesproken. Deze belasting zal
vermoedelijk f 200 boven de ra
ming opbrengen. Ik geloof niet,
dat we op dien gegeven weg
voort kunnen gaan. Een ander ge
val is het met die belasting
aangaande verzwegen vermogens.
Maar tot op heden is het ons
nog niet gelukt te weten te ko
men, wat de Gemeente daarvan
zal krijgen. Mochten we daar iets
van krijgen, dan zullen we in
ieder geval er rekening mee
houden.
Dhr. DE RUIJTER: !k kan
maar ten deele met de bereke
ning meegaan. U zegt, die post
onvoorzien is weg, want die
f3 000 hebben we uitgegeven.
Er wordt door Burg. en Weth.
gezegd: Er is f4.200 meer aan
steun uitgegeven. Dan hebben
we nu toch weer f14000 in onze
handen.
DE VOORZ.Met dit verschil,
dat we dat bedrag ingeloopen
hebben.
Dhr. DE RUIJTER: Dan zeg
ik goed, dan mag ik die post er
weer bij trekken en dan neem
ik die post van het onderwijs er
nog bij, dan kom ik weer aan
f 15500, evenals verleden jaar.
Ik kom dan tot de conclusie, dat
we met die verzwegen belasting
plus de post van achterstallige
inkomsten over vorige diensijrren,
toch weer aan hetzelfde bedrag
van de begrooting komen. Maar
dan moeten we zeggen, de post
voor onvoorziene uitgaven is op
DE VOORZ.: Uw conclusie is
niet juist, mijnheer de Ruijter
Dhr. DE RUIJTER: Maar
mijnheer de Voorzitter!
DE VOORZ De bonden ge
ven niet zooveel dagen dan ze
ir. begin Januari 1934 hebben
gegeven en bovendien moet men
niet uit het oog verliezen, de
meerdere werkloosheid.
Dhr. DE RUIJTER: Goed,
mijnheer de Voorzitter, laten we
dat dan aannemen, maar hoe het
nu keert of draait, ik kom toch
aan een beschikbaar bedrag van
f 16.000, zonder nog de posten
als door dhr. Hamelink genoemd.
We kunnen toch beter op
straten bezuinigen.
Spr. vraagt of Burg. en Weth.
op zijn idee willen ingaan, dan
kunnen we voorloopig weer ver
der.
Naar aanleiding van hetgeen
door de raadsleden is aangetoond,
zie ik in, dat Burg. en Weth. de
zaak niet genoeg "oorbereid heb
ben
Dhr. OGGELIk wil in de
eerste plaats een woord van
dank brengen aan dhrn. de Ruijter
en Hamelink voor de manier,
waarop ze hun betoog hebben
gehouden. Zij hebben wel be
grepen, dat er een tekort rijsde.
Nu is het gemakkelijker om het
van den kant van den Raad te
zeggen dan van het college.
Wanneer er een noodzakelijke
bezuiniging noodig is, zooals
hier ook, dan is er nog wel een
post te vinden en dan is het wel
mogelijk de begrooting nog eens
na te zien.
Wanneer we de posten van
straten verlagen, dan moet men
later niet in een openbare ver
gadering gaan zeggen „Waarom
wordt die post nu verlaagd",
want dan zijn de heeren toch
zelf met het voorstel gekomen.
Te dien opzichte, geloof ik,
dat het een wijze daad is, om
het voorbeeld van dhr. Hamelink
te volgen. Iets anders is het, wat
dhr. Verschelling namens zijn
fractie heeft gezegd, n.l. dat we
moeten overgaan tot belasting
verhooging. Door dhr. 't Gilde is
verleden jaar aangevoerd, dat hij
tegen iedere belastingverhooging
was, hetwelk spr. even aanhaalt
uit de notulen van de betreffende
vergadering. We moeten conse
quent blijven. We moeten ook
zorgen, dat het steunbedrag op
de meest kundige en nuttige wijze
gevonden kan worden. Spr. wil
gaarne zijn volle medewerking
geven in de richting van het
voorgestelde door dhrn. De Ruij
ter en Hamelink.
Dhr. DE RUIJTER: Het is
mijnerzijds, dat dhr. Hamelink een
verwijt maakt aan Burg. en Weth.,
maar we moeten het van dezen
kant bekijken, dat van het najaar
gemakkelijker bezuinigd wordt,
wanneer men de begrooting sa
men stelt.
Wanneer men nu gaat bezui
nigen op straten, dan hebben we
dat vroeger als raadsleden niet
voorzien, maar nu we dien dras-
tischen maatregel moeten volgen,
blijkt het pas. Mijnheer de Voor
zitter, ik dank U I
Dhr. VAN BENDEGEM: Ten
eerste wil ik antwoorden aan het
adres van den Voorzitter en
moet ik dit zeggen, dat elk jaar
op zichzelf moet worden be
schouwd. En daarom hebben we
daar straks een voorbeeld geno
men, dat de werkloosheid in de
hand wordt gewerkt door de
verschillende regeeringsmaatre-
gelen en we aan den steun moe
ten gaan tornen. Ten tweede
moet ik antwoorden, dat het
een feit is, dat ik wegens ziekte
van mijn gezin, de vergaderin
gen van de Steuncommissie niet
heb kunnen bijwonen.
Vergeet niet, voorzitter, dat ik
bqvendien ook mijn telefoon heb
en mijn zaken. Hetzelfde moet ik
zeggen aan het adres van dhr.
Oggel.
En wat dhr Dieleman betreft,
aangaande zijn gezegde, dat wij
op hetzelfde stramien blijven
zitten, kan ik wel zeggen, dat ik
al 3 jaren voor deze zaak heb
geijverd lk zal dan ook mijn
stem niet geven aan het voorstel
van Burg. en Weth.
DE VOORZ.: Ik bin er nog
niet van overtuigd, dat het geheel
en al aan de ziekte van Uw ge
zin te wijten is. U hebt niet Uw
krachten gegeven, die U had kun
nen geven.
Dhr. VAN BENDEGEM: Wan
neer ik niet kan wegens ziekte
van mijn gezin, kom ik niet. Ik
wil dan ook geen verwijt, wan
neer het me niet toekomt.
Dhr. VERSCHELLING geeft te
kennen, dat we elk jaar op zich
zelf moeten beschouwen. Eenige
weken geleden waren er 150
werkloozen en gisteren 200 Deze
cijfers zeggen toch wel genoeg.
De heer Van Bendegem weet
ook wel, dat wij aan zijn zijde
hebben gestaan. En wat de op
merking van dhr. Dieleman betreft
als zouden wij vorig jaar voor
belastingverhooging zijn geweest,
kan ik wel zeggen, dat het toen
weer anders was gesteld met de
werkloosheid.
Ik zou in de begrooting willen
bezuinigen op den post der Be
waarschool, door dit bedrag te
verminderen met f2,50 per leer
ling, hetgeen een totaal zou ma
ken van f 430 Van de verleende
subsidie aan de Burgerwacht zou
wel f 75 af kunnen.
Nu heeft dhr. Dieleman wel
gezegd, dat er politiek winstbejag
achter zit, maar dat is niet waar.
Dhr. OGGEL merkt op, dat we
geen subsidie's kunnen gaan
verlagen, die reeds zijn vastge
steld bij de begrooting.
Spr. vervolgtAlles komt maar
ten laste van de Gemeente en
die kan er voor zorgen. Zoo
gaat het ook met de werkloozen-
zorg en zullen we trachten die
moeilijkheden op te lossen.
Dhr. VAN KAMPEN meent,
dat hij zal afwijken van de vorige
sprekers en zal zich bekorten.
Hij vervolgt: Het spijt mij, dat
dhr. Oggel blijkbaar aan het
kenteren is, want ik acht het
voorstel van Burg. en Weth.
juist. Naar mijn profetie zijn die
toestanden op den duur onhoud
baar. De loonstandaard zal naar
beneden moeten omdat die hooge
loonstandaard een rem is voor
arbeid, Wil men nu echter tot
een lagere loonstandaard, dan
ligt het toch voor de hand, dat
voor ieder die doordenkt, dat de
steunnorm, die vrijwel gelijk ligt
met hetgeen wordt verdiend, den
prikkel tot arbeid vrijwel ver
zwakt.
Ik zie hoe men zich in mid
denstandskringen, die niet beter
bevoordeeld zijn, naar Schriftuur
tot elkander wendt. Daarnaast
zie ik een categorie menschen,
die het even zwaar hebben, maar
toch nog geld uitgeven voor al
lerlei vermakelijkheden. Welnu
zeggen B en W., voor denzul-
ken zulzen we het niet doen. Ik
acht het standpunt van groepee
ring van cijfers juist. Laten we
die dan voor 1936 houden. En
daarom, mijnheer de Voorzitter,
geen hergroepeering van cijfers,
maar mochten Buig. en Weth. ze
kunnen gebruiken als reserve
voor kwade jaren, die nog ko
men zuilen, acht ik dit zeer ze
ker op zijn plaats.
Dhr. HAMELINK wil zeggen,
dat men op de bank van B. en
W. niet moet zitten schudden.
Het behoeft heelemaal niet vast
te staan, dat de posten die hij
heeft genoemd, juist diegens zijnj
Stukloopen van Huid
Stukloopen van Voeten
Doorzitten bij Wielrijden
verzacht en geneest
Doos 30 60. Tube 80 ct. Bij Apoth. cn Drogisten