Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
Tijd
'g
gered.
No. 84.
VRIJDAG 26 JANUARI 1934
49e J aaro'.
Rijke Armen.
FEUILLETON.
J. C. VINK - Axel.
Buitenland.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
Veel hoort men spreken over
de ellende van werkloosheid, de
crisis en over armoede, en meestal
denkt men daarbij dan aan dege
nen, die wekelijks hun gang
nemen naar de armenbedeeling,
of degenen, die hun steunpenning
halen bij het daarvoor zittend
comilé. Het zij er verre van, dat
we hun toestand benijdenswaardig
vinden of willen vergelijken bij
dien van degenen, die zónder dat
nog rond kunnen komen en zich
dus nog onafhankelijk gevoelen
van de openbare bedeeiingsmaat-
regelen, in welken vorm dan ook.
Maar toch zijn er naast hen
nog velen, die het veel en veel
moeilijker hebben.
Er wordt nogveel „stil
leed" geleden.
De crisis woekert evenzeer bij
de rijken als bij de armen zoo
wel bij den middenstander als bij
den arbeider.
Hoevelen zijn daar niet, die
slechts enkele jaren geleden zich
gelukkig achtten in het bezit van
een betrekking, op hoop van
zegen huwden, meermalen zelfs
op een karig salaris, en thans
eveneens in de termen zouden
vallen voor steuntrekker, doordat
ze werkeloos zijn geworden, of
als een teveel uit hun ambt zijn
gezet, en zonder middel van
bestaan zijnd, troost en hulp
zoeken bij ouders of familieleden.
Het idee middenstander is hun
een versperring naar den weg om
steun en inmiddels wordt het
tekort maar geslikt.
Niet beter is het gesteld met
de renteniers, wier uitgaven zijn
gebaseerd op een inkomen, dat
nel voldoende was om eenvoudige
woning, kleeding en voeding te
bekostigen en wier renten door
bankfraude, waardevermindering
hunner goederen, effecten of hy
potheken zoodanig inkrimpt, dat
de vermogensbelasting er geen
vat meer op heeft niet alleen,
maar dat zij zich zelfs ontberingen
moeten getroosten, om te blijven
s c h ij n e n, die zij waren.
Engelsche vertaling.
6)
Ik moest hierin wel berusten en ver
trouwen dat zij alleen den weg uit den
doolhof vinden zou.
En ik vertrouwde haar. God weet
hoe blind mijn vertrouwen was. Mijn
geloof in Agnes was onwankelb; a'
zij was in mijn oogen het meest edele
de kroon van volmaakte vrouwe
lijkheid.
Dwazen zijn wij dwazen en blin
den. De uitweg uit den doolhof werd
gevonden, een pair maanden later,
plotseling en onverwachts en welk
een uitweg I
HOOFDSTUK III
Oogenschijnlijk stonden geen moei
lijkheden onze liefde in den weg. En
het werd mij steeds moeilijker die ge
heimzinnigheid te bewaren. Waarom
Zouden wij ons niet publiek engagee-
ren Een geheim verlangen om de
Wereld kenbaar te maken, dat mijn
litfste wensch in vervulling was ge
gaan, liet mij geen rust. Agnes was
Zonder twijfel de .belle" van ons kleine
stadje. Haar vriendelijkheid en bevallig
heid hadden alle harten veroverd, bij
rijk en arm was zij bemind. Het was
een verrukkelijke gedachte voor mij
dat zij nu de mijne was geworden,
maar ik verlangde naar het oogenbük
dat ieder het zou weten, naar het oc»
genblik waarop andere jonge mannen
tnij zouden benijden en gelukwenscben,
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENT1ÊN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag II ure.
We zouden zoo door kunnen
gaan met het illustreeren van
crisisslachtoffers. Maar toch zijn
ze niet te vergelijken met wat
onder de ééns rijken geleden
wordt. Verbijsterd zult ook gij
lezer staan, bij hetgeen hier voigt
van een Haagsch briefschrijver,
die in de N. Arnh. Crt. vertelt
van wat zich in de Residentie
afspeelt onder sommige familie's.
De schrijver wijst op de vele
daar leegstaande heerenhuizen.
Meestal zijn ze gekocht geweest
met Indisch geld, verdiend in
suiker- of rubberaandeelen. En
de namen van de crisis-slacht
offers hebben eens geklonken als
een klok. Voor een paar millioen
gingen ze niet uit den weg.
Het gebeurt wel, dat de in
boedel publiek verkocht moet
worden. En dan op de kijkda
gen verdringt het publiek zich
in de woning, vergaapt zich aan
de mooie kamers met dure be
timmeringen, aan marmeren ves
tibules met geweldige trappen
huizen, aan weelderig ingerichte
badvertrekken, aan meubels, gor
dijnen, schilderijen en bibelots,
aan tafelzilver en juweelen.
Alles wordt besnuffeld ook
wat er binnen is gedragen uit
andere inboedels of... meubel
magazijnen niet met de be
doeling te koopen, doch om de
nieuwsgierigheid te bevredigen
en de sensatie te ondergaan van
door anderen verloren weelde.
Wie goed kijkt in die luxe-
wijken ziet echter nog. wat an
ders dan veel leege woningen.
Die ontdekt in een hoekje van
een raam een papier, waarop
bescheiden gedrukt of geschre
ven staatappartementen te huur
met of zonder pension. Of hij
ziet, dat een deel van de villa
niet bewoond is. De eigenaars
hebben een vlucht van kamers
gesloten, om vermindering van
belasting te krijgen. Dat zijn
menschen die nog een poging
doen het einde te rekken.
Tragische gevallen.
De directie van een meisjes
school riep een van de leerlingen,
waarop ik mijn schat kon toonen aan
de wereld, waarop ik haar als mijn
bruid kon voorstellen aan mijn vrienden.
Telkenmale dat wij samen spraken
deed ik haar dezelfde vraag en kreeg
ik hetzelfde antwoord. Nog niet
Roden nog niet. Je moet nog geduld
hebben. Ik weet zelfs nog niet of het
ooit wel zal kunnen.
De hemel weet, hoe ik mijn best
deed geduldig te zijn. Maar het viel
mij zwaar. Ik had een afkeer van ge
heimzinnigheid, en het krenkte mijn
trots haar telkens in 't geheim te moe
ten ontmoeten. En toch hoe zoet
waren deze samenkomsten, hoe heerlijk!
De wijze waarop zij mij telkens weder
verwelkomde liet mijn hart niets te wen-
schen over; haar liefde was onmisken
baar, haar oogen zeiden het, haar glim
lach was als de morgenstond, haar ge-
heele wezen was enkel liefde en over
gave maar immer bleef deze schaduw
tusschen ons, dreigend en ontastbaar.
Ik trachtte alles te vergeten, wanneer
ik met haar samen was, en alleen op
te gaan in de vreugde van het oogen
bük en ik meende dat zij ditzelfde deed,
maar nu en dan zag ik een plotseüngen
angst in haar blik komen. Dan werd
ze eensklaps stil en zuchtte.
Eens vroeg ik haar na zulk een zucht
Ben je nog altijd bang, liefste
Ja, nog erg bang, Raden.
Wil je 't mij nog niet zeggen
Ik weet niets. O, ik wilaedatilr.
Maar
Je kent moeder niet, liefste. Als
zij eenmaal iets wilEn dan..., I
En danwat
Ik weet het niet. Misschien zal
de tijd wel uitkomst brengen. Soms i
geloof ik dat dat mogel(k is. Dan weer i
denk ik dat onze liefde nooit haar deel i
zeventien jaar oud, op een mor
gen het was juist in de dagen
voor Sinterklaas, van hevige kou
bij zich in de spreekkamer.
Er waren klachten gekomen over
het slechte werken van het kind
dat anders behoorde tot de ijve-
rigen en vluggen. Het meisje
zei niet veel. Ze stond vlak bij
de verwarming en keek naar den
grond. De directrice pakte haar
wat harder aan. En toen onder
erbarmelijk snikken, kwam het
groote woord er uitin veertien
dagen was er thuis geen kachel
aan geweest en in veertien dagen
had het gezin geen warm eten
gehad. Er kón 's avonds een
voudig niet gewerkt worden. Het
bed was de eenige uitkomst in
de kou en in het donker.
En nog niet lang geleden had
dit gezin in weelde geleefd.
De vader wilde niet bedelen,
zooals hij het noemde, bij een
of ander comité.
Op Sinterklaasavond is er toen
thuis bezorgd een groot pak.
Met erwten en boonen en spek
en boter en worst en vleesch.
Daarvoor behoefde geen dank
gezegd te worden. Want de
gever had zijn naam geheim ge
houden.
Nog een geval. Ook histo
risch, helaas.
Drie oude jonggezellen leefden
er goed van. Geld verdiend in
Deli. Flink geld verdiend. Ze
namen hun natje en hun droogje.
En ze hadden met hun drieëen
schik in het leven.
Toen kwam de klap. Tabak
en rubberaandeelen brachten niets
meer op. Geen rente. Het ka
pitaal moest aangesproken wor
den. Verkoopen, met verlies na
tuurlijk. Er waren menschen,
die hun verweten, dat zij hun
portefeuille niet verstandig ver
deeld hadden. Natuurlijk, aan
dergelijke opmerkingen ontbreekt
het dan nooit. Wat wisten deze
oude Delianen van verdeelen Ze
hadden hun tantièmes verdiend
in aandeelen van de maatschappij,
waarbij ze ir. dienst waren. Ze
hadden hun geld belegd in die
maatschappijen. Safer was er
bereiken zal. Laten we er maar niet
meer over spreken. Het is zoo heerlijk
nu bij elkaar te zijn.
Zoo ging het altijd. En toch kon ik
niet aan haar twijfelen, Haar wezen
was zoo open en vertrouwensvol.
Ik zou een maand met vacantie gaan
tegen het einde van Augustus. Den
dag vóór mijn vertrek had ik haar ont
moet in het priëel en had daar afscheid
van haar genomen. Zij was opgewekt
en vroolijk ondanks de aanstaande
scheiding.
Jij bent bedroefd genoeg voor ons
beiden, zei ze lachend, toen ik haar
vroeg of mijn heengaan haar onver
schillig was. Het zou slecht van mq
zijn je nog 'bedroefder te maken.
Maar toen het oogenbiik van afscheid
nemen kwam, kon zij haar tranen niet
weerhouden en een oogenbiik klampte
zij zich bijna wild aan mij vast, als
wilde zij my nimmer meer loslaten.
Tegen den avond van dien dag, toen
mijn koffers gepakt waren en ik alles
voor mqn vertrek in gereedheid had
gebracht, maakte zich zulk een onweer
staanbaar verlangen van my meesier
haar nog eenmaal terug te zien, dat
ik naar „De Hofstede" liep met het
voorwendsel een gekend boek terug
te brenger. Het was zoo wat negen
uur en al heelemaal donker de voch
tige westenwind blies klagend door
het geboomte van het park en maakte j
mijn stemming nog droeviger.
Toen ik het huis naderde, aagikdat
er licht brandde in de zilkamer. Ik vroeg j
mij af of er misschien bezoek werd
verwacht. Hoe zou dit kunnen Agnes
had mij juist verteld dat zy gedurende
myn afwezigheid geheel alleen met
haar moeder zou zyn.
lit had bijna de stoep bereikt, toen
niets op de wereld
Een van de drie liep op 'n
donkeren nacht het water in.
De tweede kreeg een zware
ziekte. En met welbehagen
schikte hij zich in die beproe
ving. Het lichaam mócht geen
weerstand bieden. Verglijden in
den dood, dat was nu voor hem
het mooiste.
De derde werd opgesloten in
een krankzinnigen-gesticht. En
daar fantaseert hij van geweldige
rijkdommen. Van de milliarden,
die hij gedeponeerd heeft bij
banken.
Het is heusch geen goedkoop,
dus smakeloos fantasietje. Het
is gruwelijke werkelijkheid.
Zoo zien we Er wordt wel
heel veel „stil leed" geleden.
België.
De Belgische schuldenlast be
draagt op het oogenbiik 56.892
millioenen frank. Hierin zijn be
grepen 275 millioen frank voor
donaties der oud-strijders, 635
millioen franc Congoleesche
schuld en 10.272 millioen franc
schuld aan Engeland en Amerika.
Het record der staatsschuld werd
bereikt op 31 Juli 1926, namelijk
een bedrag van 61.033 millioen
frank.
Frankrijk.
Terwijl de zaak-Stawiski de
gemoederen nog in beweging
houdt, komt te Parijs reeds weer
een nieuw financieel schandaal
aan het licht. Deze zaak schijnt
de politie en de justitie reeds
eenigen tijd bekend geweest te
zijn. Zij betreft den directeur
van den Ambtenarenbank, George
Alexandre, tegen wien nu een
bevel tot voorgeleiding is uitge
vaardigd.
Jaren geleden dreef hij in de
provincie een kleinen winkel.
Toen kwam hij op de gedachte
te Parijs een bank te stichten,
waar ambtenaren en menschen
met vaste inkomens geld te leen
zouden kunnen krijgen. Het op
richtingskapitaal bestond uit in
schrijvingen van ambtenaren, die
ik zag dat één der blinden gedeeltelik
openstond. Ik keek naar binnen. Mijn
hart stood stil. Op den grooten divan
zat Agnes, gekleed in een van haar
mooiste japonnen, stralend van geluk
en vreugdeen naast haar zat een
jonge man, ongeveer van mijn leeftyd.
Hy hield haar handen in de zy'ne en
beiden waren blqkbaar geheel verdiept
in het verhaal dat hy deed.
Na eenige oogenblikken boog hy zich
naar haar toe en kuste haar en ik geloof
dat zij hem zijn kus weer gaf in
elk geval zq weerde zqn kus niet af
en haar handen bleven in de zijne.
Haar gezicht was naar mij toegekeerd
en ik zag hoe haar oogen straalden en
haar mond glimlachte. De tranen van
ons afscheid waren verdwenen. Haar
gelaat straalde, haar geheele houding
drukte innige vreugde uit. Blqkbaar
was ik heelemaal vergeten. Een ander
minnaar was teruggekeerd, zonder twij
fel haar moeders eandidaat.
Mijn eer3te opwelling, nadat ikee-
nigszins tot mqzeif was gekomen, was
de kamer binnen te gaan en haar haar
schandelijk verraad voor de voeten te
werpen. Tot zulk een valschheid had
Ik geen mensch in staat geacht. En een
haast waanzinnige woede kwam over
nie, ik zou haar met genot in het gezicht
hebben kunnen slaan.
Maar ik bleef staan en na eenig na
denken werd ik het met mijzelf eens,
dat ik niet anders kon doen dan wtg-
gaan zonder een woord. Zij had my
voor den gek gehouden en welk nut
kon het hebben, dat ik mij er nog be
lachelijk bq maakte. Ik had geen recht
dat huis binnen te gaan. Wq waren
niet geëngageerd. Niemand wist iets
van onse verhouding af. Ais ik daar
binnen met verwijten zou aankomen,
hem een deel van hun inkomen
ter beschikking stelden. Op deze
wijze moet hij niet minder dan
50 millioen francs bijeen gekre
gen hebben, waarvoor hij op zijn
naam gestelde obligaties uitgaf.
Met dit geld interesseerde hij
zich bij een aantal bedenkelijke
ondernemingen, die intusschen
bankroet gemaakt hebben. Men
beweert dat het bedrag waarvoor
de kleine spaarders door Alex
andre benadeeld zijn, 200 mil
lioen bedraagt.
De ambtenaren, die geld kwa
men leenen, moesten een woe
kerrente betalen.
Nader wordt gemeld, dat
Alexandre zich Maandagmiddag
bij de politie heeft aangemeld.
Er is een vervolging tegen hem
ingesteld wegens bt^lrog, mis
bruik van vertrouwen', en inbreuk
op de wet betreffende het stich
ten van naamlooze vennootschap
pen. Hij is in arrest gesteld.
Sombere statistiek.
Twee Amerikanen hebben een
lijst opgesteld van de oorlogen,
sedert 393 door acht der voor
naamste Europeesche landen ge
voerd.
De lijst wordt geopend door
Frankrijk met 185 en gesloten
door Nederland met 23 oorlogen.
Voor de andere landen zijn de
cijfers als volgt
Engeland 176, Rusland 151,
Oostenrijk 131, Spanje 75, Italië
32, Duitschiand 24.
Tevens hebben deze statistici
een grafische voorstelling gemaakt
van 900 groote oorlogen sedert
500 jaar v. Chr., welke aantoont,
dat de groote wereldoorlog acht
maal zoo erg was als andere
oorlogen tezamen. De samen
stellers toonen aan, dat de oor
logen in de moderne tijden steeds
erger worden en zoo tracht men
ook te bewijzen, dat aan een oorlog
niet te ontkomen zou zijn en
wereldvrede een utopie is. De
wil daartoe moet dan wel zwak
zijn, want ook in deze geldt toch,
dat er een weg is, als er een wil
is, al was het dan maar de wil
tot niet willen dooden.
zou men mq uitlachen en de deur wij
zen. Een vrouw die in staat was liefde
te huichelen, zou ook wel verbazing
en verontwaardiging kunnen voorwen
den, of elke andere aandoening die in
haar kraam te pas kwam. Ik was even
hulpeloos alsof ik haar nooit had lief
gehad, alsof ik haar nimmer in mijn
armen had gesloten, nimmer haar mond
had gekust. Zij had zich een paar maan
den met mij vermaakt, zij had met mq
gespeeld. Dat was alles. Met hoeveel
anderen zou zeal evenzoo gedaan heb
ben Ik kon niet anders doen dan heen
gaan en zwqgen, evenals die anderen
hadden moeten doen.
Ik balde mqn vuistes tot mijn nagels
in het vleesch drongen, keerde mij'om
en ging weg in het duister van den
nacht. Buiten het hek gekomen, wendde
ik mq naar de zee; zonder dralen liep
ik langen tijd door tot ik tenslotte op
den heuvelrand stond en de golven van
den At antischen Oceaan ver beneden
mij hoorde bruisen. De zeewind koelde
mqn slapen. Ik ging op den grond zit
ten, nam mijn hoed af en trachtte te
overleggen wat ik doen moest. Op dat
oogenbiik voelde ik de felle, knagende
pqn nog niet, die mij later zou gaan
kwellen. Ik was min of meer versuft,
zoowel myn geest als mqn gemoed vei-
keerden in dien vreemden stazt van
bedwelming die een plotselinge slag,
geestelijk of lichamelqk, ten gevolge
heeft. Een paar maal vroeg ik mq af
of ik wel wakker was, of niet een angst
wekkende nachtmerrie mq kwelde. Niels
scheen werkeiqk De groote Oceaan
strekte zich voor my uit in het du-.ster,
Ik kon zijn somber en eentonig geruisch
Mooren, maar hq bleef voor mij on'
zichtbaar,
(Wordt varv Igd;.
RANT