Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 58. VRIJDAG 27 OCTOBER 1933 49e Jaarg. J. C. VINK - Axel. Het noodseins. o. s. FEUILLETON. De valsche Gravin. Binnenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-UITGEVER ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. Eerste Blad. Veischillenden van Jezus' dis cipelen (Mattheüs 8; Marcus 35 Lucas 22) doen ons het verhaal van den storm, dien Hij stilt. Hij ging, bij zijn omzwervingen door Galilea, op zekeren dag op een schip. Zijn discipelen volg den Hem. En terwijl Hij sliep, en het schip voer, kwam ei een storm op, die het vaartuig heen en weer slingerde. Zijn discipe len werden zeer bevreesd en rie pen Hem toeMeester, wij ver gaan Jezus ontwaakte, zei tot de discipelen Wat zijt gij vrees achtig, gij kleingeloovigen en, opstaande, bestrafte hij de win den en de zee, en er kwam groote stilte Zoo wordt ons verteld in het Boek der Boeken. De symboliek van deze episode uitjezus' leven is voor onzen tijd van een treffende beteekenis. Prijsgegeven aan wind en golven slingert het schip der wereld, het schip der menschheid heen en weer. Alles op de wereld kraakt alles worsteltalles wankeltalles is uit zijn voegen. De blijmoe digste en meest optimistische menschen vragen zich verbijsterd af, waar het heen moet, ja, de vraag of het einde der cultuur, het einde der wereld nabij is, komt in velen op. En, als de discipelen op het schip, loopen wij angstig heen en weer. En wij roepen tot God. Waar is God Hoort Hij ons Hoort Hij niet, wat daar uit het midden der wereld, uit Z ij n wereld, opstijgteen ontzaglijke kreet van smart en leed en zorg en vertwijfeling Slaapt Hij, zooals Jezus sliep op het schip? En wij vouwen de handen, of wij vouwen ze niet, wij strekken ze ten hemel, naar de wolken, naar die ondoorgrondelijke wolken waarachter en waarboven Hij, zooals ons als kinderen verteld werd, Zijn woning heeft, en wij herhalen den kreet van Jezus' discipelen: „Heer, help ons, want wij vergaan Zoo geven wij het S.OS-signaal af naar Hem. Maar nu is dit het verschil met het verhaal uit het Nieuwe Tes tament de angstige discipelen werden op hun noodkreet dade lijk geholpen. Jezus werd wakker en stilde den storm. Maar wij moeten wachten. Tot Gods uur komt. Tot Hij het genoeg vindt en in den nood dezer wereld in grijpt. Dan zal Hij de stormen bedaren en de golven effenen. Vóór Jezus den storm stilde, sprak Hij tot Zijn discipelenWat zijt gij bevreesd, gij kleingeloovigen Dit woord geldt ook voor ons. Als wij niet kleingeloovig zijn, maar waarachtig geloovig, dan weten wij dat God de wereld, de menschheid, niet vergeten zal. Dan zeggen wij met onzen oud- vaderlandschen dichter Jan Luy- ken Al ruischen alle wouden, Al bruist het wilde meer, Al beeft het ai van donder, Al straalt de bliksem neer, Mijn hart blijft zonder vreezen In zijn wezen. Werkend, biddend, hopend: zoo moeten we deze bange tijden doorgaan. Ernstig, maar niet ver twijfeld. Niet vreezend. God heeft het S.O.S.-sein van zijn kinderen wel verstaan. Wat zijt gij dan bang, gij kleingeloo vigen Gij bepaalt het uur toch niet. maar Hij En boven allen nood uit kunnen wij de waarheid beseffen van het woord „Hoe de wereldzee ook bruise en woede ln Zijn Vaderarm is rust en hoede Het schip der wereld slingert en kraakt in den storm. Zullen wij vergaan Wij zenden onze noodseinen uit. Hij ziet ze. Hij waakt. Is dit niet genoeg? Rtyksbegrooting 1934 Verschenen is het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer in zake Hoofdstuk 1 der Rijksbe- grooting 1934 (Algemeene Be schouwingen). Bij de beschouwingen, gehou den over de positie van het Ka binet en over de taak en het be leid der Regeering, ging men al gemeen uit van de erkenning, dat land en volk in zeer ernstige omstandigheden verkeeren. Het economische leven bevindt zich in een toestand van diepe in zinking. In deze omstandigheden is het, naar de meening van zeer vele leden, meer dan ooit geboden onder leiding van de Regeering in gemeenschappelijk overleg te trachten zoowel op staatkundig als op econojnisch en financieel gebied die maatregelen te treffen welke noodzakelijk zijn om aan de tegenwoordige groote moeilijk heden het hoofd te bieden en met voorziening, zooveel mogelijk van d-e bestaande nooden het financieele evenwicht in de lands huishouding te herstellen. Verscheidene leden gaven te kennen, dat hun bezorgdheid over den huidigen algemeenen econo- mischen, socialen en politieken toestand nog vergroot is door de omstandigheid, dat uit de Troon rede niet is gebleken, dat de Re geering aan alle problemen, welke die toestand in het leven roept, voldoende aandacht schenkt. Met kracht drongen deze leden er op aan, dat een veelzijdig sa mengestelde Staatscommissie zal worden benoemd met de opdracht te onderzoeken, welke wijzigingen in onze staatsinstellingen zouden moeten worden aangebracht om deze aan te passen aan den nieu wen tijd. Verscheidene andere leden kon den zich zeer wel vereenigen met het denkbeeld, mits uitdrukkelijk vaststaat, dat op geen enkele wijze zal worden gegaan in de richting van dictatuur. Zeer vele leden zagen in de handhaving van de beginselen onzer constitutie een waarborg voor de vrije geestelijke en staat kundige ontwikkeling van ons volk. Zij oordeelden daarom een krachtig optreden tegen extremis tische stroomingen, zoowel van rechts als van links noodig. Ge wezen werd op het bestaan van nationaal-socialistische organisa ties binnen onze grenzen, den intocht van nationaal-socialisti sche groepen in Nijmegen en Arnhem en op de Duitsche fas cistische propaganda in Limburg. Naar hun oordeel is de Regpering tegen dezen import te weinig doortastend opgetreden. Gezagshandhaving. Naar van verschillende zijden werd opgemerkt is op het gebied der gezagshandhaving nog heel wat te doen. Gewezen werd op de noodzakelijkheid, dat de Re geering le. haar volle aandacht blijft geven aan de werkzaamheid van alle extremistische organisaties en groepen, aan het dragen van wapens door daartoe niet be voegden, aan het zich oefenen in het gebruik van wapens door middel van organisaties, welke niet onder de leiding en de fei- lijke controle van de Overheid staan en verbiedt wat te dezen aanzien niet kan worden toege laten 2e. zorgt voor een verscher ping van het toezicht op de toe lating en handhaving van leden van organisaties als burgerwach ten e d. 3e met kracht tegengaat het misbruiken van de vrijheid van het woord, van de straat en van de pers 4e. waarborgt een krachtige, afdoende bestrijding van alle terreur met het doel geoorloofde, rustige, niet uittartende propa ganda van andersdenkenden te verhi ideren, af te dwingen wat men anders niet zou verkrijgen, of het verrichten van arbeid door werkwilligen onmogelijk te ma ken 5e. zich de zekerheid verschaft, dat alle lagere Overheden loyale medewerking verleenen aan de Regeering met betrekking tot de handhaving van het gezag en de bevordering van den eerbied voor de Staatsinstellingen. Algemeen was men van oor deel, dat er reden was de ge- dachtenwisseling over de econo mische politiek der Regeering, aan te vangen met een woord van waardeering voor de groote toewijding, waarmede de in het nieuwe Kabinet overgegane Mi nister van Economische Zaken gedurende de afgeloopen parle mentaire periode zijn zoo zware taak heeft vervuld. Van verschillende zijden werd aangedrongen op verruiming van de werkgelegenheid, o.a. door het voeren van een goede econo mische politiek en door het uit voeren van groote werken. In strijd met den eed. Aan het verslag is toegevoegd eert nota van den inmiddels als lid der Kamer afgetreden heer mr. j. Knottenbelt, aan welke nota het volgende is ontleend ln steeds breederen kring van ons volk groeit de ontstemming, ja de verontwaardiging, over het feit, dat er leden van vertegen woordigende colleges zijn, die wel den eed van trouw, zooals die is omschreven in de artikelen 88 en 129 der Grondwet en in artikel 45 der Gemeentewet, of de daarvoor in de plaats tredende belofte hebben afgelegd, maar zich niet ontzien in en buiten het vertegenwoordigende college, waarin zij zitting hebben, met woord of geschrift zich uitingen te veroorlooven, welke niet over een te brengen zijn met boven bedoelden eed, of zelfs daarmede ten eenenmale in strijd zijn. Het zou z.i. zeer wenschelijk zijn als hoofdstraf op het delict van eedschenning te stellen de ontzetting uit het actief en pas sief kiesrecht en daarmede de beëindiging van het lidmaatschap van de vertegenwoordigende li chamen, waarin de veroordeelde zitting heeft. Immers de ontzet ting is juist datgene wat het rechtsgevoel en het belang van der. Staat eischen. Het schreit ten hemel. In ,De Nederlandsche Werk gever" wordt het volgende ge meld „Aan de deelnemers van de Nationale Huldebetooging op 9 September jl. in het Stadion te Amsterdam werd door het Uit voerend Comité voor de Nationale Huldiging een speldje uitgereikt. Later deelde het Uitvoerend Comité nog in de pers mede, dat er een groote belangstelling en navraag bestond voor deze zeer fraai uitgevoerde speldjes, welke voor iedereen te verkrijgen waren bij het secretariaat van het Comité. Daarbij sprak het Comité de hoop uit, dat nog vele personen deze herinnering aan het groote défilé zouden koopen. Tot onze niet geringe verwon dering en ergernis is ons thans echter het bijna ongelooflijke feit ter oore gekomen, dat dit herin neringsspeldje buitenlandsch fabrikaat is, niettegenstaande er een aanbieding voor de vervaar- COURANT Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. 50) Wil ja dan niet eindelijk de uitnoodiging van je' tante Parkinson aannemen, beste Grace Ze schreef immers zoo aardig en al je vrienden aan den overkant zouden zich zoo verheugen, als je besluiten kon te komen. Aleen, als je dat deed, zou ik je verlaten. De gravin staarde naar haar arm, waarvan de pols versierd was met een smallen, gouden kettingarmband. Haar blik werd voortdurend melanchc- lieker. Neen, zei ze, eindelijk, bijna bits. ik wil daar ginds niet meer heen. Het is daar voor mij alles anders gewor den. Ik zou bij tante Parkinson niet meer gelukkig kunnen zijn. Denk je, dat de herinnering tai je arme zuster je te veel pijn zou doen Ook dat. En veel, veel meer nog. Helene speelde meteen bloementak, die over den rand van het terras hing. Ik wou, dat je neef Allan inder tijd niet zoo spoedig naar zijn vader land teruggekeerd was, zei ze schijn baar terloops. Als hij je had trachten ie overreden O, daarvoor had hij immers heelemaa! geen tijd, viel de gravin haar op bijna bitteren toon in de rede. Je weet niet, hoe druk zoo'n ban kier van Madison Square het heeft. Niet eens voor schrijven heeft hij tijd. Hij vervulde indertijd zijn plicht als bloedverwant, maar daarna riepen zijn zaken hem weer. 0-rerigens hoorde ik onlangs van een vriendin daarginds dat hij plan heeft te trouwen. Tante Parkinson moet reeds naar een huis hebben omgtzien. Zoo wil hij werkelijk trouwen. Men maakt het tenminste op uit verschillende stappen, die hij doet. Maar met wie dan Ken je haar Neen. Ik weet niet eens een naam. En het interesseert mij ook in 't geheel niet. Kom nu mee in den tuin, het is hier op het terras ver schrikkelijk heet. Een uur later de zon neigde reeds ten ondergang zaten alledrie in den tuin onder een cypres, waar de tafel voor het souper gedekt was, toen plotseling twee mannen om den hoek kwamen en lachend bogen. Zie zoo, mijne dames, dat is nu loch eens echt overrompeld, niet waar? Als dieven zijn we door het kleine poortje aan het meer binnenge slopen. Nu. den hemel zij dank, we komen nog juist op tijd voor het souper en worden, hoop ik, niet wsg* gezonden Peter Lindemann was het, die dil zei, en daarna Helene heel ongege neerd, in weerwil van haar tegen spartelen, in zijn armen sloot. Zie zoo, mejnffrouw de verloofde, de bedreiging is vervuld en nu kom je alleen dan hier vandaan, wanneer we direct naar 't altaar gaan, begre pen De gravin staarde nog altijd sprr- keloos en veilegen naar Allan Parkii- son, die met Lindemann meegekomen was. Ook hij scheen wat verlegen. Krijg ik niet eens een hand, Grace Zeker welkom, Allan, ze schudde hem de hand maar waar komen jullie zoo plotseling vandaan je hebt mij niet eens medegedeeld, dat je spoedig weer naar Europa wilde komen. Vergeef me. Maar voor schrijven heb ik nooit tijd. Ook wilde ik je verrassen. Ik moest naar Europa, omdat gisteren de zaak Jasznitski werd behandeld. Ah, gisteren Ik moest drie we ken geleden een verhoor ondergaan, waarvan proces-verbaal werd opgt- maakt. Wij hebben het hooren voorlezen. De zitting duurde slechts kort, daar Hempel aan den officier van justitie bewijsmateriaal had geleverd, waar geen vinger tusschen te krijgen was. De oude Jasznitski werd ter dood, lijn vrouw tot levenslange tuchthui;.» straf veroordeeld. Kathinka die haar broer indertijd op de hoogte bracht met hetgeen er gebeurd was, is met dien mooien Miecislaw over de Rus sische grens gevlucht en niet te vinden. En zij Wanda vroeg de gravin zacht. Zij werd, nadat bij haar onge- nees ijke krankzinnigheid was gecon stateerd, in het Rijkskrankzinnigenge sticht geplaatst. Verschrikkelijk, mompelde Grace. En nu stond ze plotseling blozend oo. Excuseer me, maar ik moet in huis zeggen, dat jullie wat behoorlijks op tafel krijgt. Jij... jij blijft toch een paar dagen hier O, nog vee! langer als je 'tmij toestaat. Ik heb mij twee maanden verlof gegeven. Lindemann en ik hebben intusschen ginds in Torbole kamers genomen. Voor onderdak be hoef je nie! te zorgen. Maar overigens maar sta je mij misschien toe, dat ik met je in huis ga? Ik heb je heel wat te zeggen. Het duurde lang, zeer lang, eer de gravin met Parkinson weer terug kwam. Lindemann, die hen htt eerst in 'toog kreeg en de gelukkige uit drukking op hun gelaat zag, glimlachte geheimzinnig. Zie zoo, zei hij toen lulde, bij ons is alles nu geregeld. Over veer tien dagen bruiloft, dan vier weken Tirol en In 't begin van September gaan we naar huis naar de Hohe Waite, waar men dan ook wel met alles ge reed zal z^n. Dat is bijna Ameii- kaansche vlugheid, niet waar, mr. Parkinson Parkinson lachte. Zeker. Maar wij zijn even „vlug" geweest. O/er veertien dagen even eens bruiloft, dan 'n paar weken Zwit serland, in den herfst Italië, waar we in Napels 't graf van onze lieve Hai* riet willen bezoeken, en dan gaat 't huiswaarts naar New-York, naar het werk en een nieuw zalig leven. Bravo I riep Lindemann. Maar Snoes sloeg verlegen de oogen op en riep gekrenkt En ik Waar blijf ik dan Toen hief Parkinson haar op en drukte haar onstuimig tegen zijn borst. Jij bent ons lief Snoesje en gaat natuurlijk overal met ons heen. Zul ja je nieuwen papa lief hebben, zoc- als hij jou lief heeft? O, vreeselijk. Ik heb u immers ai dadelijk zoo zoo zoo Vreese lijk lief gehad, oom All papa. Bijna zoo lief als mams. Grace legde haar wang tegen die van het kind. Je moet hem precies zoo lief hebben, schat. Precies zoo lief 1 EINDE.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1933 | | pagina 1