Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 23. DINSDAG 27 JUNI 1933 49e Jaarg. Buitenland. FE UIL L ETON. De valsche Gravin. J. C. VINK - Axel. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. Dnitscliland. Als nieuwe fase in de nationale revolutie is een aanvang gemaakt met de gelijkschakeling van de nog in stand gehouden politieke partijen. Het meest gewillige element in die richting had zich reeds eerder de Stahlhem betoond, die zich immers reeds vrijwillig onder rijkskanselier Hitler had gesteld, evenwel onder voorbe houd, dat de zelfstandigheid dezer organisatie van oud-frontstrijders bewaard zou blijven. Maar zelfs dat werd door de nationaal-so- cialisten niet gedoogd. In het derde rijk is geen plaats meer voor afzonderlijke partijen. Er is slechts één partij, de nationaal socialistische, en daartoe dient het geheele volk te behooren. Het nationale front mag geen andere elementen bevatten dan nationaal-socialisten, zoodat al wat dien naam draagt, moet wor den verwijderd. Thans blijven nog alleen de Duitsch-nationalen onder leiding van dr. Hugenberg over naast het Centrum, de katholieke or ganisatie, waarvan dr. Brüning onlangs de leiding heeft aanvaard. Ook deze groepen zullen zooals vanzelf spreekt, na korten of langen tijd worden samengesmol ten met de N S. D. A P., tenzij ze zich weerbarstig toonen, in welk geval hun een gelijk lot beschoren zal zijn als de sociaal democraten en communisten ten deel is gevallen. Met betrekking tot het politieke partijleven verkeert Duitschland in het eindstadium. Er wordt geen ruimte gelaten voor ander politiek inzicht dan het Hitleri- aansche. Wie of wat zich daar tegen verzet, is ten doode opge schreven of tot verdwijning ge doemd. Ter bereiking van dat doel is beleidvol opgetreden, zonder overhaasting, doch niette min met bewonderenswaardige snelheid. Stuk voor stuk werden de ver schillende partijen ten onder ge- bracht, zich deels oplossende in het millioenenlichaam der haken- kruizers. Nog is evenwel het pleit niet volledig beslecht; ook in dit ge val blijken de laatste loodjes het zwaarst te wegen. Nog bestaat het Duitsch-nationale front, on danks het feit, dat er onophou delijk aan gerukt en getrokken wordt, opdat het zal instorten. Manhaftig houdt dr. Hugenberg stand op de barricade, maar ook hij zal weldra worden meege sleurd door den allesoverweldi- genden nationaal-socialistischen stormvloed, waardoor zonder eenigen twijfel ook het Centrum spoedig zal worden verzwolgen. Wanneer ook dat niveileerings- proces ten einde zal zijn ge bracht, kunnen de nationaal-soci- alistische vangarmen ook verder tot buiten de rijksgrenzen worden uitgestrekt en waarschijnlijk komt dan Oostenrijk het eerst aan de beurt om in den Hitlergreep gevangen te worden. Zooals de zaken thans staan, lijkt het er niet veel op, dat dit zonder slag of stoot zal gaan. Voor het oogen- blik neemt het nationalistische Duitschland onder de mogend heden nog steeds een tamelijk geïsoleerde positie in. En geen wonder, want het zijn inderdaad geweldige dingen die in Duitschland gebeuren. Het communisme vernietigd. Het socialisme vernietigd. De vakbonden van elke richting ver nietigd ook de rechtsche. De Joden vervolgd. De vertegenwoordigende col leges ontvolkt van ongewenschte elementen. Dit is geen politiek meer, die in Duitschland regeert. Geen staatkunde. Geen beleid. Het is macht, brute, meedoogenlooze macht. Waarbij zelfs een ijzeren figuur als die van Bismarck in het niet zinkt. Met logge, lood zware hand wordt in Duitschland alles onderdrukt, wat aan het bewind der nationaal-socialisten onwelgevallig is. Volksvertegen woordigers worden bij honderden uit hun ambt gestooten vermo- DRUKKER-UITGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsrujmte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. gens van partijen in beslag ge nomen verkregen rechten en eigendommen geconfiskeerd. Dat .is geen staatkunde meer; geen beleid, maar genadelooze, redelooze macht. Elke macht, elke kracht, elk gezag vindt alleen hierin recht vaardiging, dat het sterkste ele ment er in is zedelijkheid. Ge zag en macht moeten op zede lijken en wetteiijken groncjslag rusten. Dit is met de machLdie thans in Duitschland aan het be wind is, niet liet geval. Endaar- om zal ze zich voor het oordeel der geschiedenis niet alleen niet kunner. rechtvaardigen, maar draagt ze de kiem van haar eigen val in zich. Het is het noodlot van eiken dictator, dat hij zich de lessen der wereldgeschiedenis niet te herinneren weet; dat het lot van vorige dictators niet voor hem geschreven schijnt. Maar in wezen vindt elke politiek, zooals die nu in Duitschland aan den dag treedt, in welk tijdperk der wereldgeschiedenis zij zich ook vertoont, hetzelfde einde. Vrijheid en persoonlijkheidgaan thans in Duitschland ten gronde. En toch is dat nog de vraag. Want men kan uiterlijk heel Duitschland tot één partij maken, met brute onderdrukking van alle variaties, maar zóó wint men toch de overtuigingen en de gees ten niet. Men maakt alleen, dat de geesten verder in het geheim werken, men dringt naar de duis ternis wat eerst zijn taak ver richtte in het licht. En wat de Duitsche Regeering zich tegen andere richtingen en groepen, en thans zelfs tegenover de vak bonden (ook de protestantsche en de katholieke) veroorlooft, zal zich wreken en moet zich wreken. Verschillende berichten. Naar wij vernemen, zal de nieuwe Scheldetunnel voor het rijverkeer bij Antwerpen, die een lengte heeft van ruim 2 kilometer, met 530 Philips natriumlampen verlicht worden. De tunnel zal op 1 September a. s. in bedrijf worden gesteld. Binnenkort het tijdstip wordt altijd geheim gehouden ver trekt weer een Fransch schip met bestemming naar het be ruchte bagno Cayenne. De drij vende gevangenis, die door de Fransche regeering wordt ge bruikt heet„La Martinière". De z.g. corridortrein brengt de ver oordeelden naar de haven. Velen hunner zullen hun vaderland niet meer terugzien. Slechts twee vijfde keert na vele jaren mis schien weer. De trein voert den veroor deelden eerst naar de algemeene gevangenis in St. Martin de Ré. Een laatste genade wordt den gevangenen dan nog verleend. Ze mogen in de citadel hun maaltijden gebruiken, en dage lijks een uur op de binnenplaats wandelen. Ze worden daarbij evenwel scherp bewaakt door Senegalnegers, die hen boven van de muren af kunnen neer schieten, dit om te voorkomen dat de gedoemden door muiterij de vrijheid zouden trachten te herwinnen. Dezelfde Senegaleesche troepen gaan mee aan boord. Om nog een glimp van hun bloedverwan ten te zien, komen vaders, moe ders en kinderen uit heel Frank rijk naar La Rochelle. De „Martinière" is een vaartuig van 5000 ton. Het bevat ver schillende vertrekken, bestemd tot herberging der gevangenen, leder dezer lokalen is elf meter lang en vier breed. Aan de wanden zijn haken om hangmat ten aan te bevestigen de slaap steden moeten 's ochtends aan de bewakers worden teruggege ven. Overig meubilair: metalen kannen met water en ruwhouten banken. De tralies der vertrekken zijn drie maal zoo sterk als die, welke bij het vervoer van wilde dieren worden gebruikt. Talrijke voorzorgsmaatregelen tegen rebelle zijn genomen. Het geraffineerdste en wreedste on derdrukkingsmiddel zijn de heet- waterbuizen, die met de stoom ketels in verbinding staan. Je moet niet bang zijn, Snoes Bij den geringsten tegenstand kan de officier met een vijfkan- tigen sleutel, die de slachtoffers doodssleutel noemen, een deel van het buizensysteem openen, waardoor de kamer, waar een eventueele muiterij is losgebar sten, met gloeiend heeten stoom wordt gevuld. Vandaar, dat rebellie zelden plaats heeft. Drie jaar geleden was de laatste maal. Toen werd een cipier door een gevangene, die hem verzocht voor de tralies te komen teneinde hem iets ge wichtigs mede te deelen, gewurgd. De dader was waanzinnig ge worden. Twee andere opgeslo- tenen probeerden het slachtoffer zijn sleutels te ontfutselen. Een andere wachter kwam naderbij, maakte alarm en het effect was, dat de cel in enkele seconden vol heete stoom was, waarna de opstandelingen om genade smeek ten en hun aanvoerder uitleverden. Het schip is bovendien zoo gebouwd, dat de wachters nooit door de gevangenen kunnen worden gegrepen de gang tus schen de voorzijden der kooien is breed genoeg. Onwillige gevangenen brengen hun tijd gedurende den boottocht in aparte cellen door.. Men zegt, dat de gestraften daarin met op getrokken knieën moeten zitten, omdat de ruimte r.iet toelaat zich te strekken. Een verarmde prins. Prins Porcia, de laatste felg uit een oud-Hongaarsch geslacht, heeft tot het gemeentebestuur van Boe dapest het verzoek gericht om te worden opgenomen in het ge meentewerkhuis. De prins, die vroeger onnoeme lijk rijk was, heeft millioenen verloren in de Oostenrijksche en Hongaarsche oorlogsleeningen, terwijl zijn familie-bezit na den oorlog geconfisceerd is. Ontwapening Het aantal lote'ingen voor den Japanschen krijgsdienst wordt dit jaar met 10 000 verhoogd, teneinde een grooter aantal jongelieden een militaire opleiding te geven. (Wordt vervolgd), AXELSCHE COURANT 18) Neen. Maar in elk geval ligt het geheim, dat we trachten te ontsluieren, of op Menduwan of op Dubschinka, en daar of iiier moet tegenwoordig ook „Jan" zijn. Ik heb vanmorgen voor het vertrek van de „Violetta" ook met den steward van die boot gesproken. Het is, zooals ik ver moedde De blinde is met zijn zoon tct Portici meegevaren en daar aan land gegaan. Natuurlijk ging ik ook dadelijk daarheen. Het is een klein nest en twee vreemden konden daar niet onopgemerkt blijven... Heb je daar nog iets omtrent hen vernomen Alleen een bevestiging van mijn Vermoeden verkreeg ik: twee vreem delingen, die niemand kende, een be jaard man en een jongeling, die een handtasch en twee koffers bij zich hadden, maakten heel in de vroegte gebruik van den trein naar Napels, die aansluiting had aan den trein naar Rome, vanwaar ze zeker per spoor verder gereisd zijn. De bejaarde man droeg geen groen scherm meer om de oogen te beschutten en was ook niet blind. Wat wil je nu doen? Hen ook bok naar Rome volgen Ik denk er niet aan, Ik volg de Koschwinski's naar Dubschinka. Door hen zal ik ook Jan vinden. Daarna tullen we verder zien. »- En wat moet ervan mij worden Je kunt doen, wat je belieft, maar krijg om 's hemels wil niet in je hoofd in de buurt van Dubschinka te komen. Waarom niet? Dat vraag je nog? De graaf kent je- zeker van aanzien want je bent een beroemd man, en de gravin koestert buitendien reeds aigwaan tegen je. Je zoudt me alles bederven. Zij moeten zich allen volkomen veilig wanen en denken, dat niemand zich ont hen bekommer', anders vernemen we nooit, wat we willen weten. Jij wilt hen dus zeker in de ge daante van een vogel gadeslaan spotte Lindemann. Of heb je mis schien een kap, waarmee je je on zichtbaar kunt maken O, ik. Mij herkent mijn beste vriend niet, wanneer ik dat niet wil. ik zal wel een vermomming vinder, die niemand als zoodanig beschouwt. En laat nu als je blieft door jhospita wat warms brengen. Ik moest in een visschersboot van Portici terugvaren en ben half dood van honger en kou. De schilder schelde. Wanneer vertrekken de Kosch winski's vro.-g hij daarna. Dezen voormiddag. Goed. Dan hei ft ook mijn blijven hier geen doel meer en ik keer met den avondtrein huiswaarts? Qa je mee Zeer gaarne tot Weenen. Dan laat ik je achter en reis verder naar Bohemen. HOOFDSTUK VIII. Dubschinka lag half in de sneeuw begraven, toen Helene er met de gra felijke familie arriveerde. Men had zich in Weenen een paar dagen opgehouden, omdat de gravin eenige inkoopen wilde doen en de graaf voor een dag naar Mendowan moest om een nieuwen inspecteur te installeeren tn een deel van het dienst personeel ;Uaar naar Dubschinka te zenden. Met htt ongeschoolde per soneel, hetwelk men daar indertijd had aangenomen, kon men immers op des duur toch niet huishouden. OA had de graaf onlangs zijn kamerdie naar ontslagen en zocht nu in Weenen een piaa s.-ervanger. Zoo mogelijk een Franschman, zei hij, want van die D.ritsche doggen heeft men toch niets dan ergernis. Htlene vernam bij deze gelegenheid, dat de graaf zijn jeugd in Parijs had doorgebracht en sedert dien tij.i afrijd een bijzondere voorliefde had getoond voor alles wal Fransch was. Goed eten en goed hediend wor den, kan men alleen in Frankrijk, ver klaarde hij. U zult dit zelf toege ven, juffrouw Biron, als u nu op Dub schinka gelegenheid krijgt om de kunst van onzen Franschen kok te leeren kennen, dien ik van Mendowan naar hier zond. Monsieur Aidé is een kunstenaar, die zichzelven overtreft. Nadat tal van advertenties waren geplaatst en vele personen zich tever geefs hadden gepresenteerd, werd ein delijk ook de gewenschte Fransche kamerdienaar gevonden. Hij heette mr. Bastide, was een bejaard man met grijzend haar en kort geknipte bakkebaarden, eenlgszins zwaarlijvig, zeer deftig, en sprak het Dultsch slechts gebrekkig. Zeer schrander zag hij er niet uit, maar door het vriendelijke glimlachje, dat er altijd om zijn mond lag, maakte hij een aangenamen indruk. Op weg naar Cayenne. Den 12den December reisde men eindelijk verder naar Dubschinka. Bij het station wachtten verscheiden sle den met dekens en oeizen want het was bitter koud. O wee, dacht Helene, toen ze zich inet Snoes in de tweede slede tusschen de reisdekens begraven had. Wat ziet dat er hier alles thans troosteloos verlaten uit onder het sneeuwdek. Nog veel erger dan in den herfst. Dat zal een treurige lijd worden op het ongezellige Dubschinka. Ojk Snoes was zeer neerslachtig. Ik ben bang op Dubschinka, antwoordde het kind op de vraag van Helene, waarom ze heeiemaal niet sprak. Bing? Maar waarvoor dan toch, lieveling Het kind zweeg. Toen Helene zich voorover boog en op dringenden toon vroeg Maar waarom dan toch Nie mand heeft jdaar toch iets gedaan, mompelde het bedeesd Ik houd niet van het nieuwe huis. Het maakt alle tnenschen boos. Op Mendowan was het veel mooier daar sloeg niemand mij Slaan Jou Maar, Snoes... Ze staarde het kind verschrikt aan. Wie k m toch Het kind was plotseling bleek ge worden en beefde. Zeg het niet, dat ik erover ge sproken heb o, toe, tante Helene, zeg het niet aan papa. Helene knikte zonder een woord te zeggen. Daarop trok ze het bevende kind dicht naar z-'ch toe, legde haar arm om de teere schoudertjes en zei op hartelijken toon Ik ben immers bij je. En je zult eens zien, hoe mooi het op Dubschinka zal zijn nu, met die vele sneeuw. Nu gaan we sneeuwopnamen maken en rodtlen, en misschien is er hier of daar in de buurt wel een v ij ver, waarop we kunnen schaatsen. Zeg, zou je dat wel willen O. zoo graag. Zie je nu wel? En des avonds gaan we bij die warme kachel zitten en ik vertel je mooie verhalen. En als het buiten sneeuwt, gaan we allerlei mooie kleine handwerkjes maken... ik zal je ook wat lezea en schrijven leeren, want je bent nu immers ai een groot en veistandig meisje. Bij dat alles zal de tijd voorbijvliegen. Bij de moedeloosheid van hel kind had Helene haar kleinmoedigheid dap per bedwongen en gevoelde zich bijna blijmoedig gestemd. Welk een schoone taak wachtte haar. Neen, ze wilde zich niet laten overheerschen door de melancholie, welke deze omgeving ademde. Men kon overal nuttig werk verrichter, en in de bevreesd gemaakte ziel van dit arme, naar liefde smachtende kind had de hemel haar een rijk arbeidsveld gegeven- En alsof haar goede voornemens dadelijk een belooning zouden vinden, verschafte haar een half uur later de aankomst op Dubschinka een aange name verrassing. Dat was niet meer het verwaar» loosde, kazernachtige gebouw, waarin men z ch nooit behaaglijk gevoelen kon HUene stond verbaasd over de verandering, welke ze bij eiken voet stap opmerkte.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1933 | | pagina 1