Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- Vlaanderen. No. 104. VRIJDAG 31 MAART 1933 48e Jaarg. DE ROER. FEUILLETON. EEN PRUIK J. C. VINK - Axel. Buitenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. De boer heeft in de oogen van stedelingen zijn eigenaardigheden. Velen zijn zelfs van oordeel, dat het boerentype lichtelijk belache lijk is. En vele stadsbewoners achten zich in levenswijsheid en ontwikkeling verre boven den plattelander in't algemeen en den boer in 't bijzonder verheven. Wie den boer goed kent en de stedeling, zal weten, dat het laatste zeker niet waar is. Men mag althans in onzen tijd zeker niet meer spreken van den „dom- men boer". Niet alleen genieten de boeren tegenwoordig een lang niet zoo eenvoudige vakopleiding, ook in wetenschappelijken zin, maar ook zijn er vele boeren, die hun kennis uitbreiden door het lezen van goede boeken. Hoeveel eenvoudige boerenzoons, zitten niet in de avonduren over hun studieboeken gebogen en dan na een lange dagtaak. Ter wijl men honderden jongelui in de steden op de straat kan vin den of in de bioscopen. Natuurlijk is de boer anders dan de stedeling. Zijn arbeid en dikwijls afgezonderde levenswijze drukken hun stempel op gelaat en voorkomen. Vele boeren druk ken zich minder gemakkelijk uit, hoewel dat lang niet meer van allen geldt. Er zijn zelfs land bouwers zoo uit hun bedrijf naar de Tweede Kamer gezonden en ze maken daar lang geen slecht figuur. En hoevele mannen en vrouwen van wetenschap zijn uit den boerenstand afkomstig Als regel zijn de boeren in politiek opzicht „conservatief". Ook is het platteland over 't algemeen meer godsdienstig dan de stad. Het leven met en bij de natuur, dat tot nadenken stemt, is daaraan zeker niet vreemd. De boeren vormen een orde lievend element in den staat. Elke regeering kan op de boeren staat maken, waar het betreft, de orde te handhaven. De boer is Ik wilde woedend uitvallen, doch hij bang voor oorlog en ongeregeld heden daarvan heeft hij steeds de grootste ellende ondervonden. De stedeling was in het verleden achter de muren zijner steden vrij goed beschermd, in tegen stelling met den weerloozen plat telandbewoner. Dus wenscht de boer vóór alles rust en vrede hij wenscht te maaien, waar hij heeft gezaaid. Hij zoekt zijn vreugde in stagen arbeid, die langer duurt, dan de zon aan den hemel licht. En voorts vraagt hij van de regeering eigenlijk alleen, dat deze zich met hem zoo weinig mogelijk bemoeit. Aan ambtenarij heeft hij in het bijzonder een hekel Het is niet te verwonderen, dat hij afkeerig is van sociale voorzieningen deze legt hem lasten op, waar geen lusten tegenover staan. Vooral in dezen tijd drukken deze lasten zwaar op zijn bedrijf vele landbouwers moeten pluk ken voor hen, wier loon het hunne verre te boven gaat. De boet vraagt geen werkloozen- steun, hoewel velen onder hen er erger aan toe zijn dan menige werkloozeniet alleen, dat ze geen loon voor hun arbeid ont vangen, meermalen moet daar nog geld op toe gelegd worden. Omdat de boeren niet de groote trom roeren, geen eischen stellen, daarom wordt er van regeeringszijde weinig op hun belangen gelet. Toch levert de geschiedenis voorbeelden van daadwerkelijk verzet onder de boeren. Men denke aan de boerenoorlogen in Duitschland, in de zestiende eeuw; aan het „Kaas- en brood volk" in Noord-Holland'dat door hongersnood gedreven, tegen het einde der vijftiende eeuw plun derend en moordend door Noord- Holland trok en zelfs zich van Haarlem meester maakte. Ook in den Tachtigjarigen oorlog vocht de boer hier en daar dapper mee. De Groote Fransche Revolutie van 1789 kon alleen slagen met DRUKKER-U1TGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56 - Postrek. 60263. behulp der boerenstand, die door harde lijfeigenschap tot wanhoop was gebracht. En in Rusland was het niet anders. De boeren, hoe wel zeker niet Communistisch, hebben het Sovjetregiem in stand gehouden, ze hadden dat liever dan het vroegere Czarisme met zijn grootgrondbezit en in theorie afgeschaft maar practisch nog ge- handnaafd stelsel der lijfeigen schap. Als de boeren tot wanhoop komen, als ondanks arbeid en soberheid in levenswijze, de boe renstand verarmt, dan kan deze een gevaarlijke macht worden. Er is thans nood bij onze boeren. Wie die lachende hofsteden ziet die vruchtbare landouwen en het prachtige vee, hij zou het niet gelooven; hij kan zich niet voor stellen, dat er nood is bij velen en hier en daar wanhoop. De boer kan niet bestaan. Al zijn harde werken kan niet be letten, dat hij verarmt. De prijzen der producten, of dat landbouw-, zuivel- of tuinbouwproducten zijn, zijn bij lange na niet voldoende om den arbeid ook maar eenigs- zins loonend te ruaken. Wie nog iets bezit, vrucht van arbeid en zuinigheid van vroeger jaren, ziet dat interen die niets bezit dan het onmisbare bedrijfskapitaal, hem dreigt de ondergang. Thans komen eindelijk de boeren in be weging; thans vragen ze de re geering om hulp. En de hulp van de regeering komt zoo traag. Laat de regeering niet talmen in talmen ligt gevaar; een zeer ernstig gevaar. Wij weten niet, wat de toekomst kan brengen misschien zullen stormen van op roer en revolutie waaien over het Europeesche continent. Welnu de boeren vormen een machtig ele ment van ordeeeuwen van ar beid er. leven met de natuur heb ben hen geestelijk en lichamelijk krachtig en gezond gehouden. Laat de regeering zorg dragen, dat deze steun haar nimmer ont valt. De vliegramp by Dixmuidea. Omtrent het vliegtuigongeluk bij Dixmuiden wordt nog gemeld Volgens te Londen ingewonnen inlichtingen zijn veertien der slachtoffers Engelschen en is de vijftiende een Belg, zoodat zich, in tegenstelling tot de eerste be richten, geen Duitschers in het vliegtuig bevonden. Naar de Britsche draadiooze dienst meldt was het verongelukte vliegtuig de „City of Liverpool" op weg van Keulen via Brussel naar Londen. De Imperial Airways heeft on middellijk 'n ander toestel naar de plaats van de ramp gezonden. Ook 2 ambulance-auto's van de Belgische luchtvaartmaatschappij Saben zijn daarheen vertrokken. Mej. Valeria Thompson, die te Brussel was ingestapt, had een polshorloge, dat op 14.27 uur is blijven stilstaan. Drie mailzakken zijn onbescha digd teruggevonden. Inwoners van dorpen in den omtrek, die op het land aan het werk waren, zagen hoe het vlieg tuig plotseling in razende snel heid omlaag schoot en met een geweldigen plof op den grond neerkwam. Bij den val is een van de vleugels losgeraaktdeze is op eenigen afstand in den grond geboord. Bijna zijn een paar meis jes, die op het veld aan het werk waren, door het vliegtuig ver pletterd. Een ambtenaar van het vlieg veld te Brussel deelde in een te lefonisch onderhoud met de „Eve ning Standard" mede, dat het vliegtuig bij prachtig weer is ge start. Kort daarna gaf de marco nist de positie van de machine hetgeen hij, zooals gebruikelijk, een half uur later herhaalde. Daarna moet de machine plotse ling in brand zijn gevlogen. Na dere mededeelingen van den marconist ontbreken althans. De man schijnt uit het vliegtuig te zijn gesprongen en is tegen den grond te pletter geslagen. De bewoners van Eessen snel den van alle kanten toe, doch het was hun onmiddellijk dui delijk, dat geen der inzittenden meer kon worden gered. De vlam men sloegen hoog uit de vernielde machine op en heggen en het gras in den omtrek werden er spoedig door aangetast. Nadat men zoo veel doenlijk de vlam men had gedoofd, werd begon nen met zoeken naar de slacht offers, waarvan er verscheidene van onder de verkoolde brok stukken te voorschijn werden ge haald. Van de eigendommen der passagiers kon niet veel meer worden gered, dan een drietal gouden horloges, welke door de hitte gedeeltelijk waren gesmolten. Deelen van de machine lagen over een wijden omtrek verspreid en nog een uur na het ongeluk was het door de uitstroomende brandende benzine niet mogelijk het wrak te naderen. De commis saris van politie van Dixmuiden deelde mede, dat eenige personen, even nadat de machine vlam vatte eenige zwarte voorwerpen naast het toestel zagen. Dit waren naar later is gebleken, vijf inzit tenden, wier lijken men later ge vonden heeft. Het ongeluk heeft in tegenstel ling met de eerste berichten niet plaats gehad op het grondgebied van Woumen, maar in Essen. De lijken van de passagiers, die tijdens de duizelingwekkende vaart uit de machine zijn ge sprongen, waren letterlijk gerad braakt. De beenderen waren in den grond gedrongen. Het parket van Deurne heeft een onderzoek ingesteld. De Belg Kreglinger, die, zoo als bekend, ook om het leven is gekomen, behoort tot een familie, waarvan een paar jaar geleden een lid op geheimzinnige wijze is verdwenen. De landbouwer v. d. Berge, op wiens haverveld het vliegtuig is neergekomen, deed aan een Het spijt mij werkelijk om u, ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoorrniddag 11 ure. Naar het Duilsch. 2) De oude heer, juist op 't punt, in te dommelen, staarde mij aan met een uitdrukking van verwijt in zijn goedig gezicht; de jongedame ongeraakbaar nog steeds, trok het fijne neusje zeer hoog op, verhief zich van haar plaats naast mijn vriend en verhuisde naar den anderen hoek, tegenover haar vader. Mijs vriend, gestoord in zijn veroveringspogingen, wendde zich nijdig fluisterend t.t mij Wat scheelt je toch Je lijkt wel gek? Je stuurt alles in de wart Zeg liever, dat ik je levensgeluk verwoestbeet ik terug. Kerel als je eens wist 1 Om dien man heb ik eens zes flesschen wijn verloren. Denk je dat je zoo iemand vergeet? Waarom ging die weddenschap? vroeg mijn vriend, iets milder gestemd. De verloren zes flesschen hadden 't medelijden in zijn oud studentenge moed doen ontwaken. Over de pruik van dien meneer. Ik weigerde te gelooven, dat hij valsche lokken droeg. Mijn vriend wierp snel een onder zoekenden blik op den persoon in quaestie- Die? fluisterde hij. Dan heb je 't mi?. Die man draagt geen pruik I Hij is 'r, hield ik vol. Ik heb nu ook zijn zegelring herkend, die des tijds mijn aandacht trok. Hij is 't, en een pruik heeft hij ook 1 Hij heeft er geen 1 kibbelde mijn Vriend. i*) Behalve, als hij zelf ambtenaar is. wenkte afwerend met de hand en be schouwde aandachtig den nu rustig slapenden medereiziger, Ik bewaarde het stilzwijgen, daar ik inmiddels wat was gekalmeerd en begreep, dat het onbeleefd was, zoo'n drukte te maken tegenover mederei ziger.*. De jonge dame keek zeer aandachtig naar het voorbijsnellende landschap en deed, of zij van de heele historie niets gemerkt had. Een paar maal echter speurde ik een nauw merkbaar lachje om hare lippen. Zeg eens fluisterde mijn makker, na eenige minuten van ijverige studie, als die man een pruik draagt, ben ik de tsaar van Rusland. Nu, dan kan ik je een compli ment maken over je promotie; hij heeft een pruik Hij bedwong met moeite een woe denden uitval en bepaalde zich tot het op heeschen toon gefluisterde voorstel. Ik wed om al wat je wilt desnoods om twaalf flesschen wijn I Als fatsoenlijk man mag ik geen weddenschap aangaan, ik weet het immers zeker I Hij hield echter niet op en na een lang gekqf moest ik de weddenschap aanvaarden Maar ik deed 't onder protest, verklaarde vooraf, dat ik de twaalf flesschen niet aannam. Nu deed zich echter dezelfde moei' lijkheid voor als destijds te Rolands- eck. Hoe zouden wij de quaestie uit maken Het jonge meisje vragen daaraan viel niet te denken. 't Lot was ons in zooverre gunstig, dat nog voor 't bereiken van 't vol gende station 't slachtoffer wakker werd en vriendelijk van onder zijn pruik de wereld en de coupé in keek. Ik voelde een aanmoedigenden druk op mijn teénent Vraag hem Vraag hem nu I Of durf je nietP Zie je wel? Je durft niet. Je had 't mis I Aldus geprikkeld, kreeg ik moed voor een tweede wanhoopsdaad. Ik wendde mij, diep beschaamd over mijn eigen ongelukkig figuur, tot den be jaarden medereiziger en vroeg zeer bescheiden Ik weet niet, of u mij nog hei- kent De reisgenoot zag mij vragend aan, richtte toen den blik naar de zolde ring, als iemand die zijn geheugen raadpleegt, hoofdschudde Het meisje daarentegen had mij blijkbaar ontdekt" zij glimlachte weer, ditmaal duidelijker en zei, zonder mi] aan te zien, voor zich heenRo- landseck Dit was voor mij heel aanmoedi gend, en ik vervolgde nu, aanmerke lijk vlotter: U zult mij wellicht indringend vinden, msar als ik u zeg, dat ik een maal om u zes flesschen wijn met een weddenschap verloren heb... Over het gezicht van mijn reisge noot kwam een glans hij „begreep" ik had hem niet alleen, hij „tiaü" mij nu ook. 0:h j i, dat is waar ock I riep hij vroolijk U hadt daar op 't terras te Rolandseck een weddenschap over mijn pruik natuurlijk 1 Nu herinner ik mij heel goed het vroolijke studen* tencluhje I O jr? dat vindt ik heel aardig, en... hier liet mijn welbespraaktheid mij weer in den steek. En kwam hij mij tegemoet. Mijn vriend spitste de ooren. U was Den zoo vriendelijk, mij te overtuigen, dat u een pruik droeg 'tkostte mij den wijn! En in vliegend tempo rateldi ik voort; Wij (wij» zend op mijn medesamenzweerder) hebben ja, 'i is eigenlijk schande lijk, dat moet ik bekennen wij heb ben voor den tweeden keer op u ge wed. Mijn vriend hij is wat eigen wijs, ziet uwil ondanks mijn drin gende verzekering, niet gelooven. wat ik met eigen oogen gezien heb en ik heb nu om twaalf flesschen gewed, dat u wel een pruik draagt... Een oogenhlik zweeg alles. Dan barstte de oude heer uit in een home risch gelach, en zijn dochter, htt ern stige, gereserveerde dametje, lachte mee, tot ze tranen in de oogen kreeg. Ik stond alweer op punt mij te er geren over die a'gemeene hilariteit. De oude heer, die zeker zag, dat 't mij hinderde, bedwong zijn vroolijk- heid en sprak kalm Mag ik u een goeden raad geven A s u volstrekt wedden wilt, doe 't dan op renpaarden, of weervoorspel lingen, maar wed ncob op een pruik Daarmee heeft u pech! Desiijds droeg ik een pruik, omdat ik door een hevige ziekte mijn haar verloor. Maar dat heeft zich gdakkig hersteld, Er is sedert een heele tijd verloopen, en ik ben, zooals u ziet, weer in 't bezit van een behoorlijken haardos. U bent er weer bii Tableau! Ik heb naderhand mijn best gt daan, in den spiegel een voor* stelling te krijgen van het gezicht, dat ik op dat moment mott geset hebben, Slechts bij benadering is het mij gelukt. Toen ik mij in zooverre hersteld had, dat ik mijn vriend durfde aan* zien, grijnsde om zijn breede kaken de hoonlach des overwinnaars wat hem niet kwalijk viel te nemen. De pruikenman echter erbarmde zich over mij, die als vernietigd voor hem zat, verzekerde hij, maar ik kar. u niet helpen. Al wilde ik sofistisch bewe ren „ik hèb een pruik", daarmede de oude bedoelend, dan zou dat niet eens waar zijn. Want ik heb de pruik weggegeven aan een armen man, die een kaal hoofd had en geen geld om dat te bedekken. Die wandelt nu nog rond met mijn oude skalp. Dus voor uit met den wijn Er hielp niet aan, ik moest opdokken, 't Aardigste was evenwel, dat onze reisgenooten voor dien dag hetzelfde doel hadden als wij. Ze waren zoo beminnelijk, ons te helpen bij het consumeeren van den wijn, wat ge beurde in den gezelligen tuin van een restaurant bij heerlijken maneschijn. Wij bleven bijeen tot middernacht. Als ik niet zoo'n waarheidlievend mensch wap, zou ik gauw een roman tisch slot aan de geschiedenis beden' ken t n verteilen, dat 't mooie meisje op een van ons tweeën, of op allebei doodelijk verliefd werd en dat een van ons natuurlijk ik voor het ver lies van de weddenschap schadeloos werd gesteld door een gelukkig hu welijk. Maar zóó is 't niet gebeurd. Want wij hadden bij den wijnfuif een vijfde gast: den aanstaande van het meisje, die hen afhaalde van den trein om verder de reis mee te maken. Nu begrepen wij ook, waarom zij tegenover twee zulke onweerstaanbaren als wij waren, koel was gebleven. Dat was zeker een voldoende ver» Zichtende omstandigheid anders hadden wij moeten twijfelen aan haar goeden smaak. Overigens, het hinderde nietwant wij beiden hebben op onze beurt ook een goede vrouw gekregen, al droeg geen van de twee schoon» papa's een pruik.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1933 | | pagina 1