Bij Ruwe Handen Purol
Raadsverslag.
Ook is spr. tegen het verstrek
ken van steun in naturade
werkloozen moeten zelf uitmaken
wat zij zich aanschaffen willen.
Ook de soc.-dem. fractie ziet
de noodzakelijkheid van bezuini
ging in om ons staatscrediet te
handhaven. Maar niet ten koste
van de volksgezondheid, onder
wijs en de sociale voorzieningen.
Dan moeten de hooge vermogens
en inkomens door een heffing
ineens aangesproken worden, al
gaf spr. toe, dat thans de groote
vermogens geslonken zijn. Spr.
wil het geld vinden door bezui
niging op militaire uitgaven. Die
80 millioen zijn voor ons land
nutteloos geld.
Het onbruikbare en gevaarlijke
oorlogswapen moet worden afge
schaft, daar kan men niet mee
wachten tot de ontwapeningscon
ferentie resultaten heeft opge
leverd.
Voor de crisis-uitgaven stelde
hij voor een heffing van 1 pCt
van de vermogens, betaalbaar in
2 a 3 jaar.
Verder kan een betere progres
sie worden ingevoerd bij de
meentebelasting en zouden de
goederen in doode hand kunnen
worden belast, zoodat aan deze
bijzondere bevoorrechting een
einde wordt gemaakt.
Waarom eerst in 1934 een cou
ponbelasting ingevoerd kan wor
den, is niet duidelijk geworden.
Er ligt een hoop geld in de
banken renteloos of bijna rente
loos. De particulieren weten er
in dezen crisistijd geen belegging
voor. Daarom moet men trachten
dit geld beschikbaar te krijgen
voor de uitvoering van produc
tieve werken, waarvan in de eerste
plaats de voortzetting van de
Zuiderzeewerken moet worden
genoemd, vooi versnelde uitvoe
ring van het wegenplan, stations
plannen, waterleidingsplannen,
bruggen- en woning-bouw.
De kwestie van de salarieering
der onderwijzers-kloosterlingen
zal niet meer bestaan, als men
de salarieering naar behoefte laat
varen.
Komende tot zijn politieke be
schouwingen, betoogde spr. dat
de democratie in de crisis een
moeilijken tijd doormaakt. De
overheid treedt te vergelijkend op
tegen de fascisten. Het fascisme
doet zich ook onder millitairen
voor. In de genie-kazerne is pro
paganda onder onderofficieren
gemaakt voor het nationaal-socia-
lisme. De Regeering zegt van
niets te weten. Maar spr. toonde
de daar verspreide circulaires en
vroeg door wie de regeering is
misleid.
De heer Colijn (A-R.) wijst
op den twijfel die gerezen is, of
dit kabinet levend of dood is.
Dien twijfel deelt hij niet. Nu
het kabinet een discussie over
zijn beleid aanvaardt, mag de
Kamer verwachten, dat de regee
ring zulke voorstellen zal doen,
waarvan verwacht mag worden,
dat zij een meerderheid zullen
vinden.
De millioenennota geeft vol
gens spr. een te gunstig beeld
van den financiëelen toestand.
Spr. denkt aan 229 millioen ach
terstand in de afschrijvingen op
de spoorwegen en een gat van
230 millioen in het pensioenfonds
en aan de afschrijvingen op wo-
ningbouwcredieten. Van dit alles
noemt de millioenennota niets.
De afzet mogelijkheden zullen in
de toekomst voor ons land minder
zijn dan in het verleden. Onze
export zal dus blijvend afnemen.
De voornaamste taak dezer re
geering is dus de uiterste krach
ten in te spannen om de handels
belemmeringen weg te nemen.
Spr. bepleit sociale rechtvaar
digheid tegenover iedereen waar
voor wederzijdsch begrijpen noo-
dig is.
De crisis heeft het moreele
weerstandsvermogen des volks
verzwakt.
Door de werkloosheid is 1/8
der Nederlandsche bevolking ge
doemd tot een uiterste bestaans
minimum. De gevaren van mo-
reele degeneratie worden steeds
grooter. Spr. ziet geen andere
oplossing dan vergrooting van
ons bodemoppervlak In dit ver
band pleit spr. voor dadelijke
voortzetting der i ïpoldering van
de Zu derzee.
Na de verkiezingen wenscht
spr. een parlementair kabinet, dat
den moed heeft te doen wat ge
daan moet worden, omdat wij nu
pas aan het begin staan van de
te lijden smarten.
De heer Aalberse (r.-k.) de
crisis besprekend betoogt, dat de
leuze van loonsverlaging over de
geheele linie even simplistisch is
als de veel gehoorde koopkracht
theorie, wegens de gecompliceerd
heid der economische samen
leving.
Spr. brengt hulde aan de com
missie Weiter voor het vele on
dankbare werk door haar verricht
Spr. vertrouwt, dat in deze crisis
de parlementsleden geen vrees
voor den kiezer zullen toonen
het Nederlandsche parlementaire
stelsel is gezond en sterk. Spr
meent dat de loonen in den land
bouw gedaald zijn beneden een
rechtvaardig peil. Hij geeft in
overweging minimumloonen te
eischen bij steunmaatregelen. Een
40-urige arbeidsweek is niet mo
gelijk zonder loonsverlaging.
Spr. hoopt, dat geen conflict
met de regeering zal ontstaan
dit zou aanleiding zijn tot een
grertzelooze verwarring.
De heer Fleskens (r.-k.) be
sprak de mogelijkheid van con
versie van staatsleeningen. Hij
zou het niet bezwaarlijk vinden
als deze met een stok achter de
deur kon plaats hebben. Dit
middel mag in dezen buitenge
wonen tijd niet buiten toepassing
blijven.
Spr. dacht wat nieuwe belas
tingen betreft, aan een omzet- of
verteringsbelasting.
Hij verwachtte daarvan een op
brengst van 100 tot 140 millioen
gulden.
Verder herhaalde spr. hetgeen
hij gezegd heeft over de tabaks
belasting bij het opcenten-ont-
werp. Een couponbelasting zou
onbillijk zijn en eenzijdig.
De minister neme echter in
dezen een spoedige beslissing.
Voor belasting op goederen in
de doode hand is geen rechtsgrond
aanwezig en de opbrengst zou
niet groot zijn. Een heffing in
eens achtte spr. onmogelijk. D
opcenten op de gemeentefonds
belasting maken deze belasting
zóó hoog, dat men de groote in
komens over de grens jaagt door
die nog meer te belasten.
Spr. besprak voorts de moei
lijkheden der gemeenten en vroeg
voorziening ten opzichte van de
gemeenten, die het meest in nood
verkeeren, eventueel door wijzi
ging der wet op de financiëele
verhouding, die niet de ge-
wenschte nivelleering van belas
tingdruk heeft gebracht.
Gift ran de Koningin,
Naar de „Avp." verneemt, heeft
H M. de Koningin een belangrijk
bedrag doen toekomen aan den
heer G de Jong, Directeur van
het Onderwijsfonds voor de
Scheepvaart te Amsterdam, om
aan te wenden voor de steun-
verieening aan schippers en
schipperskinderen, waarvoor door
het Onderwijsfonds voor de
Scheepvaart, zooals bekend, een
landelijk comité in het leven is
geroepen.
Do winkelsluitingswet
Het Tweede Kamerlid mr. Boon
heeft 'n wetsvoorstel ingediend
tot wijziging van de eerste zes
artikelen van de winkelsluitings
wet.
In de memorie van toelichting
wordt er op gewezen, dat inder
tijd groote groepen van belang
hebbenden, zooals de Kon. Ned
Middenstandsbond en de R. K
Middenstandsbond, verzocht heb
ben om uitstel van de inwerking
treding der wet, uit hoofde van
ontwrichtin der bebdrijven.
Thans blijkt, welke groote be
zwaren aan die invoering verbon
den waren.
Het wetsvoorstel geeft een groo
tere uitbreiding van de gelegen
heid om den winkel open te hou
den, in het bijzonder voor de
banket- en chocolade, visch- en
fruitwinkels, benevens voor slij
terijen, terwijl tegemoet gekomen
wordt aan het bezwaar voor Jood
sche winkeliers, dat zij slechts
onvoldoende compensatie hebben
gekregen.
Voorts wordt aan de gemeen
tebesturen grootere vrijheid van
handelen toegekend.
T(Jdeiyke opheffing van
opcenten
De regeering heeft bij de
Tweede Kamer een nota van
wijziging op het wetsontwerp tot
tijdelijke heffing van opcenten op
alle invoerrechten ingediend,
waarbij wordt voorgesteld 30
opcenten te heffen op den invoer
van goederen, die hier te lande
niet worden voortgebracht. Ten
einde te voorzien in de vermin
dering van inkomsten, die uit
deze wijziging zal voortkomen,
stelt de regeering voor 20 op
centen op den suikeraccijns te
heffen.
Nu de behandeling van het
wetsontweip vertraging heeft on
dervonden, stelt de regeering
voor den datum van inwerking
treding op 1 Januari a.s. te
stellen.
het volgende
Betreffende het verhandelde
aangaande het adres der patroons-
vereeniging, om de te bouwen
marechausseeskazerne onder de
Axelsche patroons aan te beste
den, deelt men ons
mede
De VOORZ. stelde namens B
en W. voor om de besteding te
doen geschieden onder de Axel
sche aannemers.
Dhr. OGGEL vond het beter
te zeggen trachten te besteden,
want we kunnen niet boven de
begrooting gaan.
Dhr. VERSCHELLING ging
er mee accoord.
Dhr. VAN BENDEGEM kon er
ook mee meegaan aangezien er
weinig werk is, zullen de men-
schen hun best wel doen, om
het werk te hebben.
Dhr. VAN DE BILT was er
ook voor, ofschoon hij in't alge
meen ertegen is om zich te be
perken tot de plaats. Als er
overal zoo gehandeld werd, zou
het er donker uitzien. We zien
het reeds, nu de landen tegen
over elkaar die moeilijkheden
brengen door tariefmuren en
contigenteering, tengevolge waar
van ons eigen land met zijn
fabrieken en productie aan bloed-
armoe lijdt.
Op een vraag van dhr. DE
RUIJTER of het werk in per
ceelen wordt besteed, antwoordde
de VOORZ. bevestigend.
Dhr. SEGHERS vroeg, of de
Raad opnieuw beslissen moet,
als de som boven de raming
gaat.
Dhr. VERSCHELLING meende,
dat de Raad een bedrag heeft
toegestaan en als het daar boven
gaat, moet de Raad een nieuw
besluit nemen.
De VOORZ. zei dat B en W.
zijn gemachtigd tot de som, die
op de begrooting staaf en als
het zoover is zal de Raad ervan
in kennis gesteld worden.
Dhr. 't GILDE zei in principe
tegen den kazernebouw te-zijn,
en heeft zich daarom gewend
tot de hoogerë»autoriteiten (Mi
nister, Kamerleden en Ged. Sta
ten), om die te voorkomen. Maar
al; het gaat over de wijze van
besteding, zou hij ervoor zijn,
dat het onder de Axelsche aan
nemers geschiedde. Maar om
reden van bezuiniging is hij
tegen den bouw.
Dhr. VAN KAMPEN was het
eens met dhr. Van de Bilt, dat
we met een dergelijk systeem
van protectie vast Ioopen en ook
in principe is hij daar tegen
Het is juist dat systeem, dat ons
zooveel internationale ellende te
aanschouwen geeft. Spr. becriti-
seert daarom de houding der
bouwvakpatroons. Ten opzichte
van slachthuis en kazerne wilden
ze, dat de overheid haar macht
niet zou misbruiken door over
te gaan tot bouwen in eigen be
heer en stelde zich op het vol
gens spr. juiste standpunt, dat
de overheid de ontwikkeling van
krachten en energie in het vrije
bedrijf dient te eerbiedigen en
het eigen initiatief niet neer te
drukken. En daarom achtte spr.
ten dezen opzichte het verzoek
op zijn plaats en heeft dat ook
verdedigd.
Met feiten en cijfers is vol
doende aan te toonen, dat het
vrije bedrijf steeds voordeeliger
werkt, dan de overheid.
Maar nu deed het spr. won
derlijk aan, dat die patroonsbon
den een heel ander standpunt
innemen, als ze op eigen terrein
staan. Want nu roept zij ook
de macht van dezelfde overheid
in, om voor hunne belangen op
te komen. Spr. vond dat dat
misbruik maken is van overheids
macht en dat die vereenigingen
daartoe zijn gekomen, schrijft spr
alleen daaraan toe, dat er men
schen in zitten, dieniet dooreen
vast beginsel worden geleid. Spr
meent dat het de taak der aan
nemers is, om buiten de hulp
van de overheid om zich vast
aaneen te sluiten en te zorgen
dat het werk in hunne handen
blijft. Spr. voorziet uit het voor
stel van B. en W. verdere con
sequentie's.
De VOORZ. ging hierna tot
stemmen over met gevolg, dat
zooals we meldden, het voorstel
van B. en W. met 8 tegen 2 st
werd aangenomen, waarna de ver
gadering met dankzegging is
gesloten.
AXEL, 15 Nov. 1932.
Vrijdagavond hield de Chr
Besturenbond alhier hare propa-
gandavergadering, die door vele
arbeiders en belangstellenden
werd bijgewoond.
Na het zingen van Psalm 84
ging de heer Joh. van Driel in
gebed voor, als voorzitter en heette
allen welkom. Met een opwek
king tot aansluiting bij de orga
nisatie gaf hij het woord aan
ds. P. van Oeveren, alhier die
de inleiding gaf en begon met de
hoop uit te spreken, datdezeavond
aan haar doel moge beantwoorden
nl. dat de christelijke organisatie
zich ontplooie op het terrein van
het maatschappelijk en sociale
leven. Zoo dikwijls toch is dat
„christelijk" maar een woord,
maar men is niet klaar door
alleen dat woord voor den naam
zijner vereeniging te zetten. De
leden dienen zich dan ook chris
telijk te gedragen en te handelen
naar den geest van Christus en
diens beginselen uit te dragen.
Het ideaal is misschien te hoog,
zoodat we het neerhalen, opdat
de taak en het doel wat gemak
kelijker is te bereiken en de
critiek niet zoo streng zij. Maar
juist daarom voelt spr. de toe
voeging christelijk dikwijls zoo
gevaarlijk bij organisatie's, omdat
de beteekenis ervan zoo licht
geschat wordt. Het is „elkanders"
lasten dragen en dat kan men
niet, of men moet z'n eigen pakje
met blijmoedigheid torschen. Dan
alleen is het mogelijk nog ande
ren te helpen. Maar dat eigen
pak is vaak zoo zwaar, dat we
er niet mee weg kunnen. Ge
lukkig dat er dan is de genade,
die we zoo hard noodig hebben.
Spr. hoopt dat die allen ten deel
moge vallen.
De tweede spreker was de
heer A. Kooij, hoofdbestuurder
van de Chr. metaalbewerkers-
bond, te Amsterdam. Deze begon
met het onderwerp „ln den storm*
en schetste den toestand van een
ranke boot, die worstelt in de
branding en waarvan de beman
ning in angst en vrees zit Dit
is zegt spr. het beeld van den
huidigen economischen toestand
in ons land en ook van dien dtr
arbeiders. Allerwege roept het
socialisme om hulp tot verbete
ring, maar neen, zeggen wij, want
op den bodem aller vragen ligt
de zonde en Gods oordeel blijft
niet uit: Bij groote overproductie
van voedsel, kleeding en huis
vesting is er gebrek aan alles.
Spr. waarschuwt tegen het gevaar
der »2n> modernen, wier wasdom
blijkens de cijfers het grootste
is. Daarom roept spr. allen toe
werkt allen mede aan de uitbrei-
d ng van het Ko. i krijk ook in
uw organisatie.
Na de opvoering van een
tooneelstukje, waarvoor wel wat
betere krachten te vinden waren
geweest, sprak de heer M. Ruppert
uit Utrecht, propagandist van de
Ned. Chr. Landarbeidersbond,
over „Arbeid die wacht". Deze
spreker is meer optimistisch en
ziet betere tijden naderen, zoodat
aan een nieuwe taak dient ge
dacht te worden. Er komen
nieuwe ideeën en dus opgepast,
dat ge uw leden in goede banen
leidt, dat we hen houden en
hun het doel leeren kennen.
Niet in lawaai van demon
straties, maar in 't beginsel zit
de kracht. Communisme, socia
lisme en fascisme strijden om
den voorrang, en wij zien toe,
dat de C. N. V. veld wint door
kernvorming en massavorming.
Spr. wijst nog op de historie der
arbeidersbeweging, die algemeen
was, doch waarbij men niet kon
blijven, toen deze ontaardde in
klassenstrijd.
Het slotwoord werd gespro
ken door ds. J. S. Post, die in
een resumé van het gesprokene
kon waarnemen, hoe de sprekers
elk voor zich beslag hadden ge
legd op de aanwezigen. Zeker,
het is goedkoop ontevredenheid
te zaaien en ook om zich chris
telijk te noemen. Maar men moet
in de diepte werken en trachten
te begrijpen wat men voorstaat.
Spr. wijst ook op de overdreven
eischen en kreten van honger,
terwijl men geen honger kent
gelukkig. Maar evenals de leuzen
zijn ook de uitkomsten in strijd
met de waarheid, want revolutie
brengt geen redding, maar nt-
reddering. Slechts geloof in de
kracht van het woord, dat ons
het onzienlijke belooft, leidt tot
het goede einde.
Na het zingen van vers 1 uit
de Avondzang (Gezang 180) sloc t
ds. Post den welgeslaagden avond
met dankzegging.
Vermeld zij nog dat de har
monie Hozanna ter opluistering
verscheidene nummertjes ten beste
gaf.
Georg Overleg.
Vrijdagavond
de Commissie
seerd Overleg
van een viertal
vergaderde alhier
voor Georgani-
ter behandeling
punten.
We ontvingen daarvan de vol
gende samenvatting
Omtrent het eerste punt van
de agenda nl. het verzoek om
voor ambtenaren in doorloopen
den dag-, nacht- e ondags-
dienst,.de dienst zoo te regelen,
dat zij in de week volgende op
een diénst-Zondag een vrijen
dag hebben, wordt met alge-
meene stemmen geadviseerd daar
aan te voldoen.
Over het verzoek om aan de
ambtenaren in doorloopenden
dag nacht- en Zondagsdienst
een billijke vergoeding te geven
voor arbeid op dagen, die vol
gens het ambtenarenreglement of
op aanwijzing van Burgemeester
en Wethouders een vrijen dag is
voor de andere ambtenaren, is
gestemd, om op die dagen 100
act. meer te geven.
Bij de vertegenwoordigers van
den gemeenteraad staken hier
over de stemmen en de beide
vertegenwoordigers van de amb-
tenarenorganisaties stemmen er
voor.
Het derde punt van de agenda,
nl. om het loon van hulpstokers
aan de gasfabriek na vaste aan
stelling op een hooger bedrag
vast te stellen, dan het thans
geldende, wordt na toelichting
door een vertegenwoordiger van
de ambt.-org. niet verder in be
handeling genomen.
Het vierde punt behelsde een
voorstel van Burgemeester en
Wethouders om voor 1933 een
tijdelijke korting op de salarissen
van alle gemeenk-ambtenaren
toe te passen, met uitzondering
van den eersten commies en den
adjunct-commies ter secretarie,
t.w. van de eerste f 1000:5 pet.,
van de volgende f 1000 (f 1001
f2000) 10 pet, van de daarop
volgende f 1000 (f 2001 -f 3000|