Dhr. DIELEMAN zegt als
laatste spreker aldus
Namens de A. R. Raadsfractie
wenschen wij ditmaal van onze
gewoonte af te wijken en ook bij
wijze van algem. beschouwingen
in het kort ons werkprogram in
het midden der vergadering te
deponeeren.
Tot nog toe hebben wij zulks
niet gedaan omdat wij van
.meening zijn, dat in een platte
lands gemeente als Axel, algem.
beschouwingen overbodig zijn
want al houdt men nog zulke
ellenlange redeneeringen en al
doet men de schoonste beloften
en al gaat men nog zoo hoog in
zijn eischen, de nuchtere werke
lijkheid is deze dat .daardoor
niemand zijn standpunt wijzigt
en dat als regel geldt, dat de
begrooting niet noemenswaardig
gewijzigd wordt, omdat de aan
zienlijkste posten ons van boven
af worden opgedrongen en we
betrekkelijk alleen over de kleinere
posten te beschikken hebben.
Aan bezuiniging van beteekenis
valt dan ook bijna niet te'denken
zoolang wij in onze Provincie
een Gedeputeerd College hebben
dat op de hooge salarissen niet
bezuinigen wil en zoolang wij
in ons goede Vaderland een
Regeering bezitten die niet be
zuinigen durft vanwege de ge
weldige actie in de Ambtenaars
wereld.
Zouden we dus gaan bezuinigen
dan zou dat alleen op de salaris
sen van de lagere ambtenaren
zijn en daarvoor is de A.R. raads
fractie niet te vinden.
Zij wil alleen van boven af
beginnen, omdat dat groepen zijn
die in deze benarde tijden het
best een veertje kunnen laten
vallen, zonder in hun levens
onderhoud te worden te kort ge
daan.
Het valt ons d.an ook geducht
tegen, dat, daar wij weten dat
van het college van B. en W
alhier, een schrijven is gericht
tot het college van Ged. St. van
Zeeland, met de vraag of nog
niet kan worden overgegaan tot
verlaging van de hooge salarissen
der ambtenaren, het antwoord
was, dat nog geen termen aan
wezig geacht werden hiertoe over
te gaan.
Het college van Ged. Staten
speelt daarmee momenteel een
zeer gevaarlijk spel, daar de on
tevredenheid onder de verschil
lende lagen der burgerij steeds
hand over hand toeneemt, om
dat thans de eene burger moet
werken en slaven en steeds met
groot verlies, terwijl vele hoog
geplaatste ambtenaren in weelde
baden.
Als men toch bedenkt M. d. V.
dat nog in de jaren 1912 en 13
heel het Secretarie personeel kon
betaald worden met de som die
thans één ambtenaar ontvangt dan
wordt het toch wel duidelijk dat
de tegenstelling die er thans be
staat onder de burgerij zoo demo.
raliseerend werkt dat alle waar
deering voor de ambtenaarswereld
wordt gedoofd.
Voorts wat de Zondagsheiliging
en de Zondagsrust betreft M.d.V.
wenscht de A.R. raadsfractie het
college te steunen wanneer zij in
den geest van artikel 4 van ons
gemeente-program handelende
ambtenaren der gem. zelfs in den
ruimsten zin, alleen in uiterste
noodzakelijkheid Zondagsarbeid
laat verrichten en dan met dien
verstande, dat zooveel mogelijk
rekening wordt gehouden met de
godsdienstige gezindheid van den
betrokken ambtenaar. Ook zag de
A.R. raadsfractie zeer graag dat dit
college dat uiterst rechts is al haar
invloed aanwendt bij de betrokken
autoriteiten, dat van uit onze ge
meente geen extra treinen of tram
men worden ingelegd op Zondag
ten einde een op Zondag geopende
tentoonstelling te Breskens te
gaan bezoeken.
Wat betreft M d.V. het onderwijs,
kunnen wij het college steunen
in haar pogen om op het thans
veel te dure onderwijs zoowel be
waarschool-onderwijs alsook het
gewoon lager onderwijs en als het
mogelijk is ook het H.B.S.-onder-
wijs te gaan bezuinigen wijl dit
voor den belastingbetaler op den
duur ondragelijke lasten worden
Ook wenschen wij mede te
werken om een zoodanig bedrag
te voteeren aan het Burg. Armbe
stuur dat aan oude en behoeftige
menschen in de gemeente een be
hoorlijk gezinsleven kan verzekerd
worden. Terwijl den arbeid van
het Groene Kruis en het Witte
Kruis onze volle sympathie heeft.
Reedslang is ook gebleken M.d.V.
dat wij het college wenschen te
steunen in haar poging tot ver
zachting der gevolgen der werk
loosheid. Ook thans als straks
in den raad in behandeling komt
de nieuwe steunregeling voor
werkloozen, welke reeds in de
steunregelings-commissie is be
sproken, wenschen wij mede te
arbeiden om deze nieuwe regeling
zooveel mogelijk in goede banen
te leiden. Van ons A.R. zal echter
niet kunnen verwacht worden dat
wij mede zullen werken om dezen
toestand te bestendigen welke de
arbeiders verplicht tweemaal per
dag te komen prikken, welke voor
de arbeiders niets anders is dan
een vernedering, een kwelling die
zij alleen aan hare linksche be
schermers uit dezen raad tedanken
hebben en waar ze nooit van af
komen indien de rechtsche raads
fractie hen niet uit dit moeras
helpt. Ook de werkverschaffing
mits zooveel mogelijk productief
en binnen de grenzen van het
mogelijke heeft onze volle sym
pathie, evenals de gelijkstelling der
beide muziekverenigingen Con
cordia en Hosanna wat betreft
hun subsidie.
Overigens wenschen wij in het
algemeen de belangen der Gem.
en die der bufgerij te behartigen
al kunnen ook wij slechts gebrek
kig menschenwerk leveren (waar
aan altijd fouten zullen kleven) dat
alleen door opbouwende critiek
en door een goede samenwerking
onderling inden gemeenteraad,ten
zegen voor de gemeente kan zijn
waarom wij het ook op hoogen
prijs stellen, M.d.V. dat er inde
gemeenteraad van Axel nog altijd
een meerderheid gevonden is
welke zich niet schamen zal om
ook over den gemeentelijken ar
beid den zegen van den Aller
hoogste in te roepen, daarmede
uitsprekende dat ook een Gem.
overheid zich niet roeren of be
wegen kan zonder Zijnen Godde-
lijken wil en dat Zijn naam zal
erkend en gewezen worden op
alle terreinen van het leven, niet
alleen in de binnenkamer maar
ook tot zelfs in de publieke ver
gaderzalen van stad en land, en
eerst dan M.d.V. hebben we den
moed om met een groot staats
man, tegenover de Revolutie te
plaatsen het Evangelie.
En nu M.d.V. nog een korte ver
dediging tegen de persoonlijke
aanvallen van den heer 't Gilde
die m.i. in de eerste plaats niet
passen in een algem. beschouwing
en in de tweede plaats het prestige
van den gemeenteraad ver naar
beneden haalt. Het is dan ook niet
mijn bedoeling M.d.V. om den heer
't Gilde op de m.i. verkeerde weg
te volgen en in deze vergadering
een schermutseling te gaan houden
over feiten die reeds 2 maanden
achter ons liggen, want al boomen
we daar nu heel den dag over geda
ne zaken maken geen keer en niet
dhr.'tGilde is wethouder geworden
maar de heer v. d. Bilt is met de
eer gaan strijken, tot groote erger
nis van den heer 't Gilde, niet door
de schuld van ondergeteekende
maar 't allermeest door de schuld
van zijn linker buurman den heer
C. Hamelink op wie de heer 't
Gilde toch zoo vast had gerekenc
evenals ook op mij.
Toch zij het mij vergund M.d.V.
even mijn standpunt over de wet
houdersbenoeming uiteen te zet
ten, misschien dat dhr. 't Gilde
dan overtuigd is van het goed
recht van elk raadslid inzake het
uitbrengen van zijn stem over
welke aanhelegenheid dan ook.
Het is altijd mijn persoonlijk
standpunt geweest ook na den
uitslag van deze gemeenteraads
verkiezing,dat de grootste groepen
de regeringsverantwoordelijkheid
op zich dienen te nemen. Deze
stelling M.d.V. heb ik ook ver
dedigd (en zelfs vol gehouden tot
op dit oogenblik toe) op de be
stuursvergadering van de A. R.
kiesvereeniging N. en O. alhier.
Het bestuur dier kiesvereeniging
stond echter in overgroote meer
derheid op een geheel tegenover
gesteld standpunt en meende dat
in dit geval mijn stelling niet op
ging, aangezien de groep 't Gilde
in haar politieke openbaring niet
te vertrouwen was, immers zij is
toch een groep zonder program
zonder richting of stuur. Het be
stuur der A. R. kiesvereeniging
adviseerde dan ook om niet te
stemmen op den heer 't Gilde,
maar op den heer v. d. Bilt, van
wien we uit ervaring weten wat
we aan hem hebben.
Nu is een A.R. raadslid nooit
gebonden aan een advies van zijn
bestuur, een A.R. is alleen gebon
den aan zijn concientie, echter
dienen er toch ook weer speciale
redenen voor aanwezig te zijn wil
men van zoo'n advies geheel af
wijken en aangezien ik die reden
niet aanwezig achtte en aan nie
mand ooit een woord of belofte
gegeven had en ik dus geheel
als vrije A.R. naar de Raadsver
gadering kwam en nog komen zal
heb ik gemeend de adviezen van
het bestuur van N. en O. te
moeten opvolgen en mijn stem uit
te brengen op den heer v. d. Bilt
En M.d.V. in de vorige raads
vergadering is duidelijk aan het
licht gekomen dat het bestuur van
N. en O. zich niet vergist heefl
in de politieke situatie van de
groep 't Gilde.
Werkte hij voorheen altijd mee
om de belangen der gemeente en
inzonderheid die der arbeiders en
de middenstanders op de meest
gezonde en democratische grond
slagen met mij te helpen bevor
deren, thans heeft hij voor de
zooveelste maal zijn jasje gedraaid
en is aan het vrijen gegaan met
„rood" wat zeer duidelijk uit zijn
houding in de vorige vergadering
is naar voren gekomen. Intusschen
M.d.V. zijn de belangen der ar
beidersklasse bij de groep 't Gilde
lang nietveiligte noemen in tegen
stelling met hun mooie kiezers
belofte mogen de arbeiders van
de Sassing, Sluiskil, Schapenbout,
Spui en Kijkuit en uit de geheele
gemeente ten believe van de groep
't Gilde tweemaal daags gaan
stempelen wat voor de arbeiders
niets anders is dan een beleediging
omdat het uitgaat van de ver
onderstelling dat onze Axelsche
arbeiders niet te vertrouwen
zouden zijn en fraude zouden
plegen. Het overgroote deel van
onze Axelsche arbeiders en inzon
derheid onze buitenarbeiders zijn
dan ook lang niet te spreken over
de houding van de groep 't Gilde
in de vorige raadsvergadering.
Verder M.d.V. acht ik het niet
noodig en ook niet bevorderlijk
voor een goeden gang van zaken
om de politieke lijdensweg van
den heer 't Gilde te schilderen ik
mag veronderstellen dat ze van
algemeene bekendheid is en be
hoef dus niet te beginnen bij de
Groene Amsterdammer via de
Vrijheidsbond naar de S.D.A.P.,
terug naar de vrijheidsbond om
ten slotte te landen bij Florus Vos
en consorten.
Echter is in de vorige vergade
ring een frapant staaltje van draai
erij af gespeeld door den heer
't Gilde n. 1. het verzoek aan den
Voorz. om groepsgewijze te mogen
zitting nemen in de raadsverg.
waar op zich zelf niets tegen is.
Men moet echter den ondergrond
van zoo'n verzoek eenigzins ken
nen om het goed te kunnen be-
oordeelen. Na den uitslag der ge
meenteraadsverkiezingen was het
de heer 't Gilde te machtig om
naast den heer C. Hamelink plaats
tc moeten nemen, en na de wet-
houdeJs verkiezing was het hem
te machtig om naast mij zich te
moeten plaatsen, en wat wil nu
het geval M.d.V. dat hij juist tus-
schen C. Hamelink en mij in ge
plaatst is. Welke plaats hem waar
schijnlijk te warm wordt en van
daar het verzoek om verplaatsing
groepsgewijze of intusschen dit
verzoek van den heer 't Gilde inge
willigd is of niet raakt mijn koude
kleeren niet, ik hoop op dezelfde
wijze als ik nu 12 jaren heb mogen
doen voort te gaan om de belangen
der gemeente en die der burgerij
alsmede die der arbeiders, in het
bijzonder van A.R. standpunt te
blijven behartigen zonder aanzien
des persoons en zonder mij door
roode tendenz te laten leiden ter
wijl een voorstel van links door
mij niet zal bestreden worden om
dat het van links komt, maaralleen
indien noodig, omdat het niet in
het belang van de gemeente en
die der burgerij is, omdat ik altijd
het best acht mijn stem uit te
brengen zooals ik dat met mijn
concientie in overeenstemmig kan A
brengen. Ik hoop M.d.V. dat den
heer 't Gilde zal verstaan, dat
wanneer hij op dezen weg meent
te moeten voortgaan hij in geen
enkel opzicht op eenige steun van
rechts zal moeten rekenen, aange
zien wij ons niet laten leenen voor
allerlei persoonlijk klein gedoe,
maar het dan eens zouden zijn met
de Redacteur van de Axelsche
Courant die indertijd schreef, laat
ïem kletsen.
(Wordt vervolgd.)
Er is dus alles voor te zeggen de wet
houderszetels zooveel mogelijk onder de
belangrijkste raadsgroepen te verdeelen,
waarbij ook met de politieke opvattingen
van den Burgemeester rekening kan wor
den gehouden.
Niet het belang eener partij, doch he
algemeen welzijn der gemeente moet bijt
de wethoudersverkiezing den doorslag
geven. En dit welzijn vraagt een bestuurs-
krachtig college, dat ook al voldoet
het niet aan den eisch van politieke ho
mogeniteit toch anderzijds niet door
al te scherpe tegenstelliegen wordt verdeeld
en een zoo groot mogelijke eenheid van
gedragslijn ten aanzien van de aan de orde
zijnde zaken waarborgt
Zoo heb ik tal van andere uitlatingen
in de pers.
Het was mij van den heer F. Dieleman
bekend, dat hij tot Zaterdag 29 Aug. j.l.
deze opvatting onderschreef waarom wij
ons verzekerd voelden van zijn stem, die
wij, ook om andere vroegere uitlatingen
als de onze beschouwden.
En waar zelfs het Gemeenteraadscollege
der A. R. Partij toestemmend beantwoordde
de vraag of het principieel toelaatbaar zou
kunnen zijn een Sociaal-Democraat als
wethouder te kiezen dan zijn er in dit
geval zeker wel geen principiëele bezwaren
aan te voeren.
Het zou zeer vermakelijk zijn als wij
uit den mond van den heer Dieleman nu
eens mochten vernemen wat de oorzaak
was dat hij zijn maandenlang in de fractie
Oggel ingenomen standpunt op Maandag
avond 31 Aug. dus eenige uren voor de
Wethoudersverkiezing heeft verloochend
of onder welke pressie dit is gebeurd.
Intusschen hopen wij voor de gemeente
Axel, dat dit College dat tegen den geest
der Ax. bevolking in is geconstelleerd
ons nog iets goeds zal brengen. Ook al
herinnert het ons aan een soort „monster
verbond".
Wij hopen het in de eerste plaats voor
de gemeente Axel en wij zien met spanning
uit naar de lijn die de heer van de Bilt als
wild raadslid ons zal uitstippelen.
Ik zou liever niet spreken over het op
treden van de als zeer democratisch bekend
staande „arbeidersvertegenwoordiger" zoo
als hij zich zelf wel eens heeft aange
diend in de raadszaal en, zooals hij zich
door de kiezers gaarne hoort noemen.
Indien deze „kleur -en waschechte
democraat werkelijk ooit recht en aanspraak
op dezen naam heeft mogen maken ikzelf
was daarvan als het ware overtuigd tot
op den lsten September j.l, dan is sedert
dien en ook na dien tijd wel genoegzaam
gebleken dat de heer Dieleman zijn „oude
plunje" aan den kapstok heeft gehangen
en beginnen nu al vele anti-revolutionare
arbeiders tot inkeer te komen. Men kan nu
eenmaal niet ten eeuwigen dage blijven
hinken op tweeërlei gedachten en Gode en
den Mammon dienen gaat niet Bij deze
wethoudersbenoeming was het voor mij
niet om den wethouderszetel, maar omdat
ik tegenover den heer Dieleman altijd bij
zonder waardeerend stond een wreede
ontgoocheling in hem te moeten zien een
valschen vriend, een man wiens dubbel
hartigheid natuurlijk bekroond is met
ongestadigheid in zijn werken. Ik weet wel,
wat Dieleman hier tegen zal inbrengen,
maar ik verwacht dat hij zwijgen zal en
zoo hij mij tot een antwoord dwingt en
alleen in dit geval zal ik hem nóg nader
van antwoord dienen.
De wegen van ons liepen nooit precies
parallel, mijnheer Dieleman, ik weet niet
hoe vaak U nog naast mij zal staan, be
trekkelijk laat mij dit ook steenkoud
maar uw houding tegenover mij zal ik op
gevaar van inbreukmaking op parlemen-
aire zeden en gewoonten niet kwaliflceeren'
Ik stap dus hiermede af van den heer
Dieleman, maar nog niet van de wet
houdersbenoeming. Wij hebben hier te
doen met een college dat op zeer toevallige
wijze in deze constellatie is gekozen. Dit
college heeft strikt genomen niet het ver
trouwen van den Raad Wat hebben wij
nu aan dit college
Is er een program, waarop samenwerking
werd verkregen
Welke beloften hebben de fractie Oggel
en de heer Van de Bilt aan elkaar afgelegd.
Is het teveel gevraagd waar toch overal
elders het program waarop samenwerking
werd verkregen openbaar wordt gemaakt
en ter kennis komt van de kiezers dat dit
ook hier gebeurd
Of zijn de heeren 'ook in dit opzicht
hier in Axel uniek En zal men opnieuw
en voor !de derde maal de heer Van de
Bilt gebruiken tot het aan banden leggen
van aloude en gepaste volks-vrijheid
Wij zullen telkemale als daar eenige
symptonen van aanwijsbaar zijn met na
druk daarop de aandacht vestigen en dit
aan het oordeel der kiezers onderwerpen.
Ik verwacht hierop geen antwoord;
want de heeren worden tot zwijgen ge
dwongen, maar zou toch gaarne zien, dat
meerderen zich over de samenstelling van
het college uitspraken. Indien dit gebeurt
en ik zou niet weten waarom zij hun
buiten den Raad uitgesproken meening als
eerlijke mannen niet even frank hier aan
de groene tafel zouden uitspreken, dan is
de mogelijkheid niet uitgesloten dat een
antwoord komt. En of, zooals men reeds
heeft gefluisterd de heer Van de Bilt
waarlijk zijn medewerking heeft toegezegd
t. o. v. inperking van bestaande volks
vrijheden van publieke vermakelijkheden
Dat moet geen geheim blijven dat tus-
schen de muren van de konsistoriekamer
in de Kerkdreef blijft.
Voor degenen die in dit college een
bezuinigingscollege hebben begroet is,
gezien de begrooting nu wel een illusie
vervlogen.
Ik geef toe, dat het gemakkelijker is over
bezuiniging te spreken, dan daartoe over
te gaan. Ik wil B. en W. daarover niet
al te lastig vallen. Ik gevoel de groote
moeilijkheid en weet dat wij aan allerlei
wettellijke banden en bepalingen zijn vast
gelegd.
Maar zoo vraag ik de heeren af. waar
uit blijkt nu eens dat wij hier hebben een
icerk-college, dat niet maar zonder meer
in het kielzog van al de vorige oud-liberale
college's voortsjokt.
Een college dat niet maar klakkeloos de
cijfers overneemt uit oude Gemeente
rekeningen en voorgaande begrootingen
zonder meer is voor mij niets, dan
de getrouwe copie van de 3 voorgaande
en ik zeg het nog eens „oud-liberale"
college's. Temeer ontstaat deze indruk ten
aanzien van de kwestie van den op 1 Jan.
a. s. boventallig wordenden onderwijzer
aan de Openbare Lagere School en de
vermindering van subsidie per kind dat
gemaakt van „Fröbel-onderwijs.
Van één der leden van het college is
mij bekend en ook andere leden weten
dit, dat hij de bewaarscholen „kinderbe
waarplaatsen noemt. Het is merkwaardig
dat één der eerste daden van het college
waar hij zijn intrede indeed is een intrek
king van der subsidie voor de kinder
bewaarplaatsen. Dat was wel te ver
wachten
Onze fractie is sterk voor bezuiniging
op verschillend gebied maar wij zeggen
„Handen af van het Onderwijs." Het
volkskind heeft noodig goed en degelijk
onderwijs. Het arbeiderskind moet het met
lager onderwijs doen en 'daarom is het
vooral in deze tijden een dringende urgentie
dit onderwijs tot het hoogst mogelijke
peil op te voeren. Het is daarom, dat wij
ons verzetten tegen het ontslaan van een
boventallig wordende onderwijzer omdat
wij op de Openbare School een leerling
of 5, 6 onder het vereischte getal blijven.
Voor het overige vormt deze begrooting
een getrouwe copie op kleine uitzon
deringen na van de vorige en zullen
wij bij de behandeling van ons voor of
tegen doen blijken.
Een merkwaardig slot der begrooting
is de post onvoorziene uitgaven, waaruit
blijkt dat men een gedeelte der werklooze
arbeiders naar het Armbestuur wil ver
wijzen. Ik roep het college wees toch voor
zichtig daarmee. Wilt gij de menschen
naar den afgrond voeren in moreelen zin,
dan moet ge ze naar het Armbestuur
zenden, dan worden het onverschillige ele
menten in de maatschappij dan verwoest
ge de resten van hun reeds zooveel oneer
aagebracht schaamtegevoel.
Dan Stiuirt ge aan op verzet en Com
munisme.
Onze groep staat de arbeiders belangen
die zij als een belang der gansche gemeen
schap beschouwt, voor. Zij staat evenzeer
voor de belangen van de andere burgers
inzonderheid de kleine middenstand, tot
zelfs die van den landbouw die toch één
der hoofdbronnen van bestaan uitmaakt
hoe.
Dit zal dan eens naar deze, dan naar
gene zijde aanleiding zijn tot wrijving van
gedachten. Mogelijk zelfs zullen er wel
eens scherpe tegenstellingen zijn, doch onze
fractie stelt voorop, dat zij de algemeene
belangen wil dienen en op den voorgrond
zal plaatsen. Wij streven naar een koop
krachtige arbeidersbevolking, opdat de
middenstand welvarend zou kunnen zijn en
wij achten het daartoe noodig dat er goede
economische toestanden in alle soorten van
bedrijf moeten Eeerschen.
Dit achten wij noodig voor gezonde
verhoudingen op maatschappelijk terrein.
J.l. Dinsdagavond had ik het genoegen
een Radio-rede te beluisteren van Mr.
Josephus Jitta, ik weet niet of het een
vooraanstaande is in de Haagsche Vrijz.
Dem. of Vrijheidsbondsche raadsfractie,
over de huidige crisis en wat daarmee in
verband staat voor de Radio-Volks-Uni-
versiteit en de slotsom van zijn betoog
was een momenteel noodzakelijk, geboden
versobering. Ook in de Gem -huishouding
versoberen, maar niet op kunst en sociale
uitgaven. Mr, Josephus Jitta zou willen
gaan in de richting van een soort con
junctuurbelasting zoowel voor Rijks- als
Gemeenteambtenarenwant zei hijhet
zou toch te gek zijn om zijn verontwaar
diging te toonen in ambtenaarskringen,
men moest eigenlijk en ik bedoel hier
dan de ambtenaren met de hooge salarissen
mede, omdat de andere in onze gemeente
niet onredelijk hoog zijn men moest
eigenlijk buitengewoon dankbaar zijn. dat
de verlagingen maar 5% bedragen waar
de prijzen veel meer dan 5°/0 zijn gedaald.
Naar het woord van Woutertje Pieterse
van Multatuli verwees hij in zijn door
wrocht betoog ons naar ons „naastbij
liggende plichtje".
Dat waren woorden die mij uit het
hart waren gegrepen en die gelden n. 1.
in deze dagen ook voor ons als gemeente
bestuurders.
In dezen heb ik geen positief aanwijs
bare gegevens uit de begrooting van B.
en W. kunnen opdiepen hoe zij daar
tegenoverstaan.