Nieuws- en Advertentieblad
voor Z e e u w s c li - V1 a an d e r e n
§$711.
No. 73.
DINSDAG 9 DECEMBER 1930.
46e Jaanr.
«spa
J. C. VINK - Axel.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-U1TGEVER
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Greote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Provinciale Staten.
De vorige week kwamen de
leden der prov. staten van Zee-
iand weer bijeen voor de najaars
zitting.
Afwezig waren de heerenWel-
leman, Catshoek, Overhoff en
Dumoleyn, de beide laatsten
wegens ziekte.
Een verzoek om subsidie van
de Vereening tot bevordering
van de vakopleiding voor hand
werkslieden in Nederland in de
onkosten van het houden van
een nationaal congres in 1931
werd om bericht en raad in han
den van Ged Staten gesteld.
Reglement op de wegen
en voetpaden.
Het eerst werd behandeld het
voorstel tot wijziging van het
reglement op de wegen en voet
paden in Zeeland zoodat onbe
schermde sterkstroomgeleidingen
met lage spanning 4 M. en met
kruisingen 5 M. boven den grond
moeten hangen en met hooge
spanning resp. 6 en 7. terwijl
het aanleggen van werken ook
boven den grond onderworpen
zijn aan de goedkeuring van
burg. en weth. Verder is bepaald,
dat een voertuig of de lading
niet hooger mogen zijn dan 3.70
M. boven den weg.
Afkoop tollen.
Het tweede voorstel om te be
palen, dat de tollen op wegen
van het Provinciaal wegenplan
op verzoek der tolgerechtigden
worden afgekocht tegen een hun
te betalen afkoopsom ten bedrage
van het drie vierde gedeelte van
de gekapitaliseerde waarde der
gemiddelde jaarlijksche bruto op
brengst van den tol over de aan
het jaar, waarin de afkoop ge
schiedt onmiddellijk voorafgaan
de vijf kalenderjaren.
Na een opmerking van den
heer Kodde werd het voorstel
z.h.s. aangenomen.
Wegenbelasting
verordening.
Het volgende voorstel was dat
om te bepalen, dat van ten
Zou het tllet mogelijk kunnen
hoogste 50 pCt. bijdrage voor
wegsverbetering in bijzondere ge
vallen kan worden afgeweken.
De heer Kodde wilde toch een
limiet stellen en achtte dit voor
Ged. St. ook beter De heer v. d.
Weijde ontkende dit en verze
kerde dat Ged. Staten een be
scheiden gebruik zullen maken
van hun vrijheid.
Het voorstel werd z.h s. aan
genomen.
Kinderbescherming.
Nu kwam ter tafel het voorstel
om afwijzend te beschikken op
het verzoek van het Bestuur van
het Bureau voor kinderbescher
ming te Amsterdam om subsidie.
De heer de Bare zeide dat Ged.
Staten zelf het nut van dit bureau
toch ook erkennen en stelde
voor om f 100 per jaar toe te
kennen.
De heer v.d. Putte noemde het
een nuttige instelling, maar men
kan niet aan alles geven wat
nuttig is en men moet zuinig zijn.
De heer de Baare zeide dat
men zich voor f 100 op de zui
nigheid beroept en bij een uit
gaaf van f 100.000 niet.
Het voorstel-de Baare werd
verworpen met 31 tegen 7 stem
men, die der S.D.A.P., V.D. en
van den heer Reiling.
Restauratie kerk en
toren te Goes.
Ged. Staten stelden voor af te
wijzen het verzoek van burg. en
weth. van Goes en de Kerk
voogdij aldaar om een bijdrage
in kosten van restauratie van den
dakruiter en het torenuurwerk
met klokkenspel der St. Maria
Magdalenakerk. Naar aanleiding
van het verslag der afdeelingen
stelden zij nader voor het herstel
van den toren te beschouwen
als een onderdeel van het kerk
gebouw en daarom 5 pCt. toe
te kennen tot ten hoogste f 1200.
Dit voorstel werd z.h.s. aange
nomen.
Herstel Raadhuis
V e e r e.
Ged. Staten stelden voor ten
behoeve van het herstel van het
Raadhuis te Veere f 10.000 toe
te kennen, r.l. f4000 in 1931 en
de rest verdeeld over 3 achter
eenvolgende jaren.
Een voorstel van den heer
Kodde om de jaren weg te laten,
waarin betaald zal worden, werd
verworpen.
Subsidie tuinbouw.
Het volgende voorstel was om
aan de Vereeniging tot bevor
dering van Tuinbouwonderwijs
op Schouwen-Duiveland voor de
onkosten van een proef- en
demonstratietuin alsnog voor een
maal een aanvullende bijdrage te
verstrekken van ten hoogste
f 1.313,07.
Na, langdurige bespreking en
afstemming van een tegenvoorstel-
Joziasse, werd het voorstel van
Ged. Staten z.h.s. aangenomen.
Het voorstel tot het verleenen
van ten hoogste f6000 in de
kosten van oprichting van een
lagere tuinbouwschool te Haam
stede werd aangenomen z.h.s.
Het voorstel om voor een
proeftuin te Kapelle ineens f 10000
te geven, werd, nadat in de af
deelingen en in het antwoord op
het algemeen verslag was uiteen
gezet, dat deze tuin iets anders
wordt dan die in den Wilhel-
minapolder, z.h.s. aangenomen.
Electrificatie.
Ged. Staten stelden voor aan
de N.V. P.Z.E.M. een crediet te
verleenen van f 3500 voor over
neming van het laagspanningsnet
te Waterlandkerkje.
De vergadering vereenigde zich
hiermee zonder stemming. Even
eens geschiedde met een voor
stel om een nader crediet aan
de P.Z.E.M. te geven voor de
electrificatie van de Noorpgroep
groot f 100.000, nadat in het
antwoord op het algemeen ver
slag gezegd was, dat te Zicrik-
zee geen huurkoopinstallaties
worden geleverd, omdat voor
alsnog de aansluitingen bevre
digend zijn.
Renteloos voorschot
St. Jansteen-Koewacht.
Bij het voorstel om f 65000
renteloos voorschot te verleenen
voor de Wilhelminastraat, zijnde
een deel van bovengenoemden
weg, vroeg de heer Kodde of
de eischen voor dezen weg niet
te hoog zijn.
De heer de Pauw drong aan
op opname van arbeidsvoor
waarden en een loods bij het
werk.
De heer v. Rompu meende dat
men den weg ineens goed moet
verbeteren en op behoorlijke
breedte te brengen en acht de
kosten van een loods te duur,
omdat de tertiaire wegen meestal
door bewoonde streken loopt,
waar men kan schuilen. Het
vöorstel is z.h.s. aangenomen.
Hetzelfde geschiedde met een
voorstel voor een renteloos voor
schot van f 85000 voor den weg
Aardenburg-St. Kruis, na verde
diging door den heer Erasmus.
Nadat de heer Sonke het
voorstel om f6500 uit te trekken
voor verbetering van den toe
gangsweg tot den prov. steiger
te Stavenisse had toegejuicht,
werd ook dit z.h.s. aangenomen.
Bijdrage kanaalhavens te NeuzeD.
Aan de orde was nu het voor
stel om aan het Rijk een bijdrage
te verleenen in de kosten van
uitbreiding der kanaalhavens te
Neuzen van f 250.000, te voldoen
in 30 jaarlijksche termijnen.
De heer Geelhoedt zeide, dat
met dezen aanleg een groot be
lang wordt gediend, en hij dankt
dan ook Ged. Staten voor hun
steun.
De heer Vienings meende, dat
men toch moet aandringen met
hulp der regeering op lagere ta
rieven bij de spoorwegen.
De heer van Rompu zeide, dat
Ged. Staten ook de uitzonderings
tarieven zullen bepleiten.
Het voorstel is z.h.s. aange
nomen.
Haven van Vlissingen.
Het voorstel om voor f 50.000
deel te nemen in het kapitaal van
de te stichten N.V. „Haven van
Vlissingen" werd in alle afdee
lingen met gemengde gevoelens
ontvangen.
De heer Onderdijk heeft met
zijn fractie bezwaar tegen het
voorstel en vreest, dat men later
zal moeten bijpassen. Spr. doet
een voorstel om in principe tot
medewerking te besluiten, maar
de eindbeslissing aan te houden
tot de statuten enz. zijn overge
legd.
Nadat de heeren Adriaanse,
Laernoes, Dieleman, van Waes-
berghe en Kakebeke het voorstel
van Ged. Staten hadden verde
digd, trok de heer Onderdijk zijn
voorstel in en werd dat van Ged.
St. z.h.s. aangenomen.
Verbindingen Zeeuwsche en Zuid-
Hollandsche eilanden met
Noord-Brabant.
Het voorstel om ten behoeve
van de verbetering der vaartui
gen aanlegplaatsen op de veren
Numansdorp-Willemstad en Anna
Jacobapolder—Zijne f 15892 be
schikbaar te stellen en dan nog
3 jaar f 10150 en ten siotte om
de bestaande subsidie-regeling
nog te handhaven tot het voren
staande is ingevoerd, werd aan
genomen, nadat verworpen waren
een voorstel-Boender om alle
Zondagsdiensten stop te zetten
met 34 tegen 3 en een voörstel-
van 't Hof om geen uitbreiding
op Zondag toe te laten met 20
tegen 18 stemmen.
De bijdrage voor restauratie
aan den Campveerschen toren te
Veere is z.h.s. aangenomen.
Kerk en toren te Hulst.
De heer Kodde zal tegenstem
men omdat in de toelichting ge
zegd wordt, dat het gebouw zoo
spoedig mogelijk gereed moet
zijn voor den eeredienst.
De heer van der Wart(chr. h.)
zal voorstemmen, maar dringt
aan op scherpe en duidelijke
omschrijving, b.v. wat onder
onderhoud moet verstaan wor
den. Spr. heeft gezien, dat het
Rijk op de restauratie der kerk
aanmerkelijk bezuinigd heeft.
Nadat de heer van de Putte
(Ged. St.) geantwoord heeft, dat
de voorwaarden zich zullen aan-
(Wordt vervolgd)»
AXELSCHE
COURANT
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
22)
De arme kerel had meer dan
iemand van de hevigheidüvan den mar
kies te lijden. Hij was zoo ongelukkig
des morgens vroeg reeds den toorn
van zijn meester op te wekken en deze
kwelde hem den geheelen dag. Na het
tooneel in de bibliotheek, waarin ook
ik een groote rol speelde, ergerde
de markies zich opnieuw over hem en
joeg hem oogenblikkelijk weg. Een
paar uur later vond de markies zijn
ontslagen kamerdienaar bezig in zijne
kamerdit maakte hem zoo woedend,
dat hij Philippe een hevige slag op
den rug gaf, hem bij den kraag greep,
de deur uitschoof en de trap afwierp.
De ongelukkige viel tegen een bron
zen standbeeld in de kleerkamer, waar
van hij het lidteeken wel altijd zal
behouden hebben.
Philippe had dus ook redenen
om zijn meester te dooden. Waarom
werden deze mannen niet in de zaak
getrokken Waarom werden zij niet
verdacht en hunne schreden nagegaan
Omdat alles samenliep om mij
als de moordenaar aan te wijzen 1 Ik
heb u reeds gezegd, dat ik eene poging
deed den werkelijk schuldige te ont
dekken maar niemand hielp mij daar
in. Ik zat in de gevangenis, zonder
hulp, door iedereen verlaten. Ik gaf al
mijn geld uit voordat onderzoek, maar
het had geen uitslag. De bewijzen
tegen mij waren te verpletterend.
zqn, dat de misdaad toch geschied is
om roof te plegen
Onmogelijk is dit niet, maar nie
mand geloofde er aan. Mijn broeder
had een groote voorliefde voor losse
edelgesteenten, waarvan hij eene ver
zameling van hooge waarde bezat. Na
den moord werden deze steenen ver
mist.
Dus was de moordenaar tegelijk
een dief vroeg Sofie.
Hoor verder, zeide mijnheer Le
page. Ik wil a het schandelijk weefsel
waarmede een onbekende vijand mij
omwikkelde.geheelonthullen. Arm kind,
gij zult moeten inzien, dat het bijna
onmogelijk zal zijn den schuldige te
ontmaskeren. Het ontbreken der dia
manten werd op verschillende wijzen
verklaard. Bartineux getuigde, dat de
markies hem gezegd had, dat de dia
manten door hem verkocht waren. De
kamerdienaar verklaarde hetzelfde. De
juweelen werden nergens gevonden
ook geene gioote som gelds was voor
handen, waaruit de verkoop werd op
gemaakt. Eenigen geloofden dat hij ze
aan zijne bruid geschonken had deze
echter verzekerde het tegendeel. An
deren meenden, dat ik ze ergens had
verborgen om aan mijne daad het aan
zien van een diefstal met moord te
geven en weer anderen spraken van
inbrekers, totdat de bewijzen tegen mij
groorer werder en hen tot zwijgen
brachten. Wat van de juweelen gewor
den is, die minstens eene waarde van
honderd duizend gulden vertegenwoor
digden, is een geheim gebleven tot op
den huidigen dag.
En vertel mij nu iets van de be
wijzen tegen u, vader, vroeg Sofie.
Ten eerste was uitgemaakt, dat
ik tot s' morgens twee uur niet in mijn
kamer was geweestten tweede, dat
ik op het uur door den bottelier voor
de deur van de katner mijns broeders
was gezienten derde de wonde aan
mijn hand en het bloed aan mijne
kleederen ten vierde, de bedreigingen
van wraak tegenover mijn broederten
vijfde de redenen, welke ik had om
den moord te begaan mijns broeders
huwelijk dreef mij uit zijne woning,
verstoorde mijne hoop op de erfenis,
vernietigde mijn toekomst en stelde
paal en perk aan mijn eerzucht.
Hij had mij en mijne echtgenoote
beleedigd, hare bloedverwanten zouden
ontevreden zijn over mijne vernedering.
Het lot van mijn kind werd geheel
anders. Dit alles vereenigend, gaf dat
gene, wat de nienschen verpletterende
bewijzen noemen. Bez varend werkte
vooral de verklaring van een man, den
eerwaarden heer Duchampet, die door
mijn broeder uitgenoodigd om het hu
welijk bij te wonen, eerst laat in den
avond te Charlemont was aangekomen.
Hij zou. den volgenden morgen met
mijn broeder naar de kerk rijden, die
twee mijlen ver en het meest nabij de
woning van de bruid stond. Hij sliep
in eene kamer, tegenover die van mijn
broeder. Gedurende den nacht van den
moord ontwaakte hij, richtte zich op
en keek op zijn horloge. Het
was tien minuten voor tweeën. Hij
luisterdehij begreep dat er eene woor
denwisseling in de kamer van mijn
broeder plaats had, er werd luid en
heftig gesproken, vooral door den mar
kieshij hoorde eene stem antwoorden,
die hij vermeende de mijne te zijn.
Toen werd het stil. Hij geloofde dat
ik op dit ongewone uur naar mijn
broeder was gegaan, om tot een betere
vertandhouding te komen en dat allee
in orde was. Hij legde zich neder en
sliep weder in. Neemt nu deze om
standigheden te zamen De bepaalde
verklaring van den eerwaarden heer
Duchampet, dat hij mijne stem tien
minuten voor tweeën in de woorden
wisseling met mijn broeder herkend
hadde onder eede afgelegde verkla
ring van den bottelier dat hij mij ten
twee ure voor de deur van mijn broe
der zag, dan het oordeel der genees-
heeren, dat mijn broeder dezen nacht
om twee uur vermoord werd.
Maar dat was nog niet alles, wat
tegen mij getuigde. In de hand van
den vermoorde bevond zich een stukje
lijnwaad de uitgerukte hoek Jvan
een zakdoek die hij in den doodstrijd
waarschijnlijk gegrepen en afgescheurd
had. Dit droeg mijn naamcijfer. Het
andere gedeelte van den zakdoek werd
later door een politiebeambte in de
kachel van mijn kamer gevonden, goed
verborgen en half verbrandhet ge
deelte met den afgescheurden hoek was
ongeschonden gebleven. De zakdoek
behoorde mij, Sofie, maar hoe hij op
deze plaats of het stuk in de hand van
mijn broeder kwam, is mij een raad
sel. Nog meer: de moord was met een
dolk uitgevoerd. Iemand herinnerde
zich, dat ik zulk een soort van wapen
bezeten en als curiositeit bewaard had.
Er werd naar gezocht en een politie
beambte vond den dolk in eene holte
van een grooten eik, die nabij het
venster van mijn broeder stond. De
kling paste in de wond. De moorde
naar had mijn wapen gebruikt en het
toen uit het open venster in den boom
geworpen. Gij ziet Sofie, de keten der
bewijsstukken werd volmaakt. En tot
0vermate van alles zei nog een arbei*
(jer in het park, dat hij det nachts een
meisje uit het dorp naar het slot had
gebracht en de klok juist twee uur
sloeg toen hij afscheid van haar nam.
Hij snelde naar huis terug, maar bleef
aan den hoek van het park staan om
nog eens een blik naar het slot te wei
pen Daar zag hij bij het zwakke schijn
sel van een nachtlicht in de slaapka
mer van den markies een man aan het
venster treden, dié echter op hetzelfde
oogenblik weer verdween.
De arbeider bevond zich op een
tamelijken afstand en had den man
slechts vluchtig opgemerkt, maar hij
beweerde toch, dat zijn gestalte op de
mijne geleek. Deze schijnbare bewij
zen, hoewel deels uit niet bestaande
gegevens geput, overtuigden allen van
mijn schnld.
Mijne gade kwam niet tot mij, zij
schreef mij niet eens; mijn kind werd
op mijn verlangen niet tot mij gebracht
mijn verdediger ried mij aan, schuld
te bekennen. Niemand geloofde aan
mijne heilige verzekeringen van on
schuld, Mijn verzoek tot opsporing van
den werkelijken moordenaar werd in
den wind geslagen. De gebeurtenis
verwekte een ongehoord opzien. Bij
de behandeling was de gerechtzaal vol
toehoorders. De jury bleef slechts een
half uur afwezig en verklaarde mij
schuldig, Tengevolge van deze uit
spraak werd ik tot de doodstraf ver
oordeeld, uit te voeren door den strop.
Eene vreeselijke keten van be
wijzen, zeide Sofie vol gedachten.
Haar gezicht was doodsbleek, toen zij
de moeilijkheid van de taak inzag, die
zij op zich genomen had.