s©ffa
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch - Vlaan deren.
No. 65.
DINSDAG 11 NOVEMBER 1930.
46e Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Buitenland.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENT SP R IJ S
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
De woaderen ran Mussolini.
Als we zoo nu en dan eens
beluisteren een bespreking in de
wandeling, in de huiskamer, in
café of vergaderzaal over den
algemeenen toestand, d.w.z. hoe
het gezag afneemt, als gevolg
van minder respect voor de we
tenschap, hoe de ambtenarij toe
neemt, op grond misschien van
dezelfde oorzaak, hoe de maat
schappelijke verhoudingen scher
per worden, de werkloosheid
toeneemt en economische toe
standen over het algemeen hoe
langer hoe meer reden tot be
zorgdheid geven, dan hoort men
veelal als een soort oplossing de
verzuchting er moest maar eens
een Mussolini komen.
Juist, alsof Mussolini een soort
wondermensch is, dat voor alles
en nog wat oplossing weet. Ja,
voorzoover bekend, heeft deze
senator het met den knoet een
heel eind gebracht om de fascis
tische partij tot een gevreesde
te maken en het militairisme tot
op hoogen trap te brengen. Maar
of Italië's welvaart (voor zoover
er van welvaart sprake is) er
mede gebaat is, moet nog bewe
zen worden, al kunnen we niet
ontkennen, dat Mussolini's groote
geest ten goede is gekomen aan
het prestige van zijn vaderland.
Nu is bekend, dat in Frank
rijk hard wordt gestreden tegen
het fascisme en daarom is het
ook met eenig voorbehoud, dat
men de gegevens uit dat land
als geloofwaardig moet aanne
mer.. Maar toch is het niet van
belang ontbloot te weten, of nu
in Italië de crisis minder
heerscht, dan b.v. in ons land
en of dat fascisme in werkelijk
heid heeft getoond aan het volk
meer weerstandsvermogen te heb
ben geschonken.
Met belangstelling lazen we
daarom in „Het Volk", iets over
de resultaten van een onderzoek,
door een redacteur van de „Popu
laire", een Fransch socialistisch
blad, in Italië ingesteld naar den
economischen toestand, waaraan
het volgende is ontleend
„Het gemiddelde salaris van
een arbeider bedraagt er thans
2 lire of 26 cent per uur, een
hongerloontje dus. Het fascisme
erkent, dat er 400 000 werkloozen
zijn, maar het telt hierbij niet de
arbeiders, die slechts vier, drie
of nog minder dagen per week
arbeiden, en wier aantal minstens
een miilioen bedraagt. Dit cijfer
is enorm, wanneer men rekening
houdt met het feit, dat in de in
dustrie slechts 6 miilioen men-
schen werken.
De belastingdruk is onhoud
baar. Op een kilogram brood
betaalt een Italiaan 60 centimes
belasting, op een liter wijn 50
centimes, op een kilogram suiker
5 lire en 30 centimes en op een
kilo koffie 17 lire.
De crisis is overal te merken.
De inkomsten van de spoorwegen
en van de koopvaardij zijn de
laatste jaren op catastrofale wijze
gedaald. De handelsbalans wijst
een deficit van meer dan 7 mil
liard aan. De faillissementen zijn
grooter in aantal dan in eenig
ander land. De wisselportefeuille
van de Italiaansche Bank is in de
drie laatste jaren met 50 procent
gedaald. Verder is er een voort
durende toeneming van de pu
blieke schulden te constateeren,
zoowel in het buitenland als in
het binnenland. De Italiaansche
industrie staat reeds voor een
groot deel onder Amerikaansche
controle.
De leeningen, die in Wall
Street zijn opgenomen, loopen in
de milliarden (minstens 12 mil
liard). Industrieën die vroeger
bekend stonden als bloeiend en
voorspoedig, hebbep de hulp
moeten inroepen van het buiten-
landsche kapitaalde groote
electriciteitswerken van Lombar-
■dije en Piémont, de grootste auto
mobieifabricken. De aandeelcn
van deze firma's zijn aan de
beurs met 300 procent gedaald.
Men mag dus gerust van een
catastrofe spreken.
Het geld is natuurlijk zeer
schaarsch en zeer duur, een cre-
diet moeilijk te krijgen.
Ook de landbouw wordt door
den crisis niet gespaard. Niet
alleen is de export veel geringer
dan vroeger, doch door de alge-
meene armoede nemen ook de
binnenlandsche markten veel min
der af. Het aantal boeren dat
naar de steden trekt, waar hun
groote teleurstellingen wachten,
is buitengewoon groot".
Wij kunnen natuurlijk niet be-
oordeelen, in hoever de mede-
deelingen van het blad juist zijn,
maar wij hebben blijkbaar toch
te doen met de resultaten van een
ernstig onderzoek.
Trouwens
dat de gevolgen van de ge
weldige crisis niet bij de grens
van Italië hait hebben gehouden,
weet iedereen. Alle landen, on
geacht hun economische politiek
en ongeacht hun bestuursvorm,
worden er zwaar door geteisterd.
En ook het protectionisme is niet
in staat tegen dat alles een dam
op te werpen, dat is genoegzaam
bekend.
Maar het kan geen kwaad er
eens even op te wijzen, hoe in
weerwil van de wonder-verhalen
omtrent het fascistische regime,
ook in Italië groote economisehe
nood heersoht.
België.
Naar aanleiding van de dub
bele sporen bij Antwerpen heeft
het Belgisch Telegraaf-Agent-
schap een onderhoud gehad met
den Belgischen minister van ver
keer, den heer Lippens, over de
in de Nederlandsche pers ver
schenen artikelen betreffende den
aanleg dier strategische spoor
lijnen naar de Hollandsche grens.
De heer Lippens noemde de
conclusies dezer berichten Vol
komen onjuist. De vier lijnen
naar Esschen b.v. dienen ter
vervanging van de bestaande
verbindingen met de Antwerp-
sche dokken en de twee goede
renstations Austruweel en Zuren
borg. Deze laatste worden ver
vangen door een centraal goe
derenstation, dat reeds bestaat
en voor een deel in exploitatie
ADVERTENTIËN van 1 fot 5 regels 60 Cent; voor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën werden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrljdagvoormiddag 11 ure.
is. Het heeft een vierdubbel
spoor om opstoppingen te ver
mijden op de lijnen voor per
sonentreinen. Van Austruweel tot
Esschen blijft het bestaande dub
belspoor, dat niet verdubbeld
wordt.
De quaestie der twee nieuwe
sporen tusschen Mechelen en
Antwerpen berust ook op een
misverstand. Er komen zes lijnen
(drie dubbelsporen) tusschen de
hoofdstad en de voornaamste
handelsstad dit plan dateert al
van voor den oorlog en heeft
niets met militaire spoorverbin
dingen te maken.
De verbinding Turnhout—Ne
derlandsche grens blijft onge
wijzigd.
Er bestaat volstrekt geen grond
voor de conclusies, welke men
in Holland heeft gevormd.
Van Franschen invloed is geen
sprake, aldus de minister, noch
in Belgische militaire zaken in
't algemeen, noch in den spoor
wegaanleg in 't bijzonder. De
minister eindigde met te prote
steeren tegen elke poging om
wantrouwen te zaaien tusschen
Nederland en België.
Geld in 't laadje.
Naar wordt gemeld zijn de
totale ontvangsten aan toegangs
gelden der wereldtentoonstelling
te Antwerpen 26 120.764 francs.
Het totaal aantal betalende
bezoekers bedroeg bijna 4 mii
lioen.
Teeken des tjjds.
Volgens de „Evening Stan
dard" heeft de politie een onder
zoek ingesteld naar aanleiding van
de verklaringen van een te Londen
woonachtig persoon, die op den
dag van het vertrek van de R
101 een gesprek tusschen drie
mannen had afgeluisterd, welke
er over spraken de R 101 te
vernietigen. Men staat in deze
dagen voor niets meer.
Die hebben zorgen genoeg,
In Zuid-Slavië zal een belas
ting op den ongehuwden staat
worden geheven.
De ministerraad besloot gis-
teren, dat ongehuwden van bei
derlei kunne een surplus aan de
belasting zullen moeten betalen.
Gezinnen met meer dar, negen
kinderen zullen daarentegen van
alle belasting worden vrijgesteld.
Den laatsten tijd wordt de
omgeving van Galatz onveilig
gemaakt door een roover, die
in vier dagen drie moorden
pleegde en vier menschen uit
plunderde. Maandagnacht viel de
roover een vrachtauto en een
fietser aan, die in zwaar gewon
den toestand door een auto werd
opgenomen. Ternauwernood ont
kwam deze auto aan de kogels van
den roover en alarmeerde daar
mede het naaste dorp. Alle
auto's, onderweg van Boekarest
naar Galatz bleven daar staan.
Zij waagden het niet verder te
gaan, totdat een officier van
justitie, die zich onder de pas
sagiers bevond, politie liet komen.
Onder bescherming van een com
pagnie gendarmerie waagde de
automobielcolonne den verderen
tocht. De overheid heeft een
klopjacht tegen den bandiet ge
organiseerd, tot dusver zonder
resultaat.
Te Charleston op het Prince
Edward eiland is bij het kruisen
van den spoorweg een auto door
een trein gegrepen.
Vier meisjesstudenten werden
gedood en twee mannen ernstig
gewond.
In het Fransche plaatsje
Courville-sur-Eure heeft een vree
selijk drama plaats gehad. Toen
een dame een aldaar gevestigde
kleedingwinkel wilde binnengaan,
bemerkte zij, dat de winkeldeur
op slat was. Door de ruiten zag
zij in den winkel een lichaam op
den grond liggen, waarna zij on
middellijk de politie waarschuwde.
Toen de deur was opengebro
ken, zag men den winkelier en
zijn vrouw, badend in hun bloed,
op den grond liggen. De beide
slachtoffers werden onmiddellijk
naar het ziekenhuis vervoerd, waar
zij spoedig overleden. Beiden
hadden zware hoofdwonden.
(Wordt vervolgd),
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
16;
Een donkere bloos k^vam over het
gelaat van den bediöëfaen vadereen
sterk heimwee was in Sfne oogen te
lezen
In achttien jaren tijds ben ik'veel
veranderd, zei hij nadenkend. Wie van
hen, met wien ik toen verkeerde, zal
mij herkennen Maar het is onmogelijk,
ik durf het niet te wagen. Wij kannen
niet gaan Srfia, een wonderlijke aan
drang drijft mij u de geschiedenis te
verhalen. Wilt gij haar hooren
Sofie boog zacht het hoofd.
Doe de deur toe 1 zei hij.
Sofie sloot de deur.
En draai de lamp neder!
De lamp werd neergedraaid, zoodat
er slechts eene zwakke schemering in
de kamer was.
Wend uw gezicht af, vroeg de
vader met een holle, gebroken stem.
Zie mij niet zoo aan, mijn kind. Ik
kan het niet verdragen uwen blik te
ontmoeten, totdat ik met mijn verhaal
begonnen ben. God geve, dat gij dan
de oogen nog tot mij moge opheffen,
beminnend en vertrouwvol als altijd.
Zijt gij bereid te luisteren
Ja, vader 1 klonk het zachte ant
woord. Nu, dan zal ik de geschiedenis
kan den vloek verhalen, die zoowel op
u als op mij rust. Ik zal mededeelen,
waarom gij uit de samenleving zijt ge*
atooten, waarom zelfs de armste be
delaar in Frankrijk met verachting op
1 Beer zal lien.
Sofie wachtte in bange spanning en
met een kloppend hart de mededeelir,-
gen van haren vader af. die nog altijd
aan het venster stond, uitziende in den
donkeren nacht. -De drang om zijne
dochter alles te vertellen, was zeer groot
maar hij wist niet, hoe hij beginnen
zou. De gebeurtenissen van het ver
leden dwarrelden hem door het hoofd.
Zonder vaderland stond hij daar een
vreemdeling in het verre oord een
vluchteling die niet wist waarheen hij
ziji voet zou richten. Sedert maanden
had een onbeschrijfelijk heimwee zich
van hem meester gemaaktsinds hij
Alfred Beaucourt voor de eerste maal
gezien had was de oude liefde voor
zijn vaderland met onweerstaanbare
hevigheid in hem ontwaakt. Hij had
zijn last jaren lang geduldig gedragen,
nu echter werd deze hem te zwaar en
het verlangen naar menschelijke deel
neming grooter.
Hij ging van het venster met gezon
ken hoofd en met over de borst ge
kruiste armen doorliep hij de kamer.
Hij scheen vergeten te hebben, dat hij
zijne dochter zijn levensgeschiedenis
zou verhalen. Lang heerschte er een
diep stilzwijgen, dat eindelijk door de
zachte stem van Sofie werd verbroken.
Vader, sprak zij lieftallig, als
het u te moeilijk valt mij uw geheim
mede te deelen, wil ik er niet op aan
dringen het te hooren.
Lepage ontwaakte uit een droom en
sag het meisje nut droevige oogen aan.
Gij hebt er recht op het te ken
nen, zeide hij. De hemel vergeve mij
als ik u een te grooten last opleg, mijn
kind. Ik had gehoopt, u de verschrik
kelijke waarheid te kunnen verbergen,
en steeds alles voor u te zijn, lk had
gedacht, dat gij ia de verlatenheid van
ons Grieksch tehuis, waarheen in zes
tien jaren tijds geen vreemdeling is
gekomen, een langdurig en vreedzaam
leven zoudt heboen, en geen andere
liefde zoudt leeren kannen dan die voor
uwen vader; het noodlot heeft het
anders gewild.
Een diepe zucht ontsnapte zijne borst.
Gaarne zou ik gestorven zijn,
indien ik u had kunnen besparen, wat
gij nu reeds geleden hebt, zeide Lepa
ge met eene treurigheid, die zijne doch
ter innig het hart bewoog, als een uit
barsting van vertwijfeling. Ware Alfred
Beaucourt niet naar Griekenland ge
komen, dan zouden wij misschien he
den nog tevreden en gelukkig in ons
huis leven. Zijne tegenweo digheid
heeft al deze rampen over ons gebracht.
Hij heeft ons toch geen leed
willen aandoen. Hij was het onschul
dige en onbewuste werktuig der voor
zienigheid, vader.
Lepage boog het hoofd. Laat mij
dan mijne geschiedenis vertellen, aleer
ik aan het wankelen word gebracht,
hernam hij, na een kort stilzwijgen.
Achttien jaren geleden, Sofie, weer
klonk eene verschrikkelijke tijding door
geheel Frankrijk, die iedereen deed
rillende dagbladen stonden er vol
van er werd daarover zoowei in de
salons gefluisterd, ais in de nederigste
hutten. Het geheele beschaafde Europa
was in ontzetting Het was een vreest -
lijk feit het groote familiedrama
van Charlemor.tl
Hij sprak de laatste woorden schor
en fluisterend.
Sofie luisterde ademloos toe,
Tot op dezen dag wordt de moord
te Charlemont nog met afgrijzen ge»
noemd, voer Lepage voort. Ook graaf
Beaucourt zinspeeid» er op, dea mor*
gen van zijne afreis. Het verhaal gaat
over van geslacht tot geslacht. De ge
schiedenis van de misdaad is in een
dik boek opanbaar gemaakt, als een
gewichtig feit voor de verzameling
van zeldzame afschuwelijkheden en dit
boek werd in vele talen overgezet.
De moord te Charlemont her
haalde Sofie zacht als wilde zij den
naam in haar geheugen prenten.
Een en twintig jaar geleden waren
de Charlemonts een van de fierste en
aanzienlijkste gts'achten van Frankrijk;
hun stamboom reikte tot in de middel
eeuwen. De mannen waren dapper op
het slagveld geweest, wijs in den raad
van het volk, geacht en bevoorrecht
bij de heerschers. De vrouwen waren
spreekwoordelijk schoon, zacht, bemin
nenswaardig en kuisch. Maar het lot
wilde dat die trotschenaam met smaad
werd bedekt; een vreeselijk ongeluk
stortte den hoogmoed der Charlemonts
in het stof.
Sofie luisterde met ademlooze span
ning; zij waagde het niet zich te be
wegen, slechts hare oogen wierpen een
zijdelingschen blik op haar vader, wiens
schreden en woorden immer sneller
gingeg.
De markies van Charlemont, al
dus vervolgde hij, was een en twintig
jaar geleden, een ongehuwd man, op
bijna 40-jarigen leeftijd en ongenees
lijk lam. Zeer gevoelig voor zijne kwaa',
vermeed hij elk gezelschap en had be
sloten noait te trouwen. Hij was in
zijne jeugd verloofd geweest met eene
d me, die hem misleid en een zijner
vrienden, een rijken jongen man ge
huwd had. Hierdoor was niet alleen
zijn hart, maar ook zijn eergevoel zoo
danig gewond, dat hij nooit meer trou
wen wilde. Hij had een breeder, die
zestien jaren jonger was dan hij, Aiexe
Mixtome, voor wien hij z ch een fee
der leidsman sn vriend toonde. Daar
hij niet wilde trouwen, benoemde hij
zijn jongeren broeder tot erfgenaam
van zijne titels en goederen en zoo
werd deze overal als de toekomstige
markies van Charlemont begroet. Met
het oog daarop deed Aiexe Mixiome
eene schitterende partij. Hij trouwde
de dochter van een hertog den
hertog van Montfacon wiens fier
heid die der Charlemonts nog over
trof sn die zelfs zijne dochter aan
geen koning zou gegeven hebben, wan
neer op de waardigheid van dien ke
ning iets zeu zijn af te dingen geweest.
Eugenie Montfacon, de gade van
Aiexe M x ome, was een zeldzaam
wezen, onvergelijkelijk schoon, maar
koud als ijs en niet minder trotsch
dan haar vader. Haar jonge man ver
goodde haar en zij beminde hem. Hij
bracht haar mede naar Charlemont,
het stamslot zijn vaders, de woning
zijns broeders, die hem met open
armen outving en haar als heerscheres
van het slot huldigde.
Te Charlemont iwerd een jaar later
Aiexe Mixtome's eenig kind, een meisje
geboren. Onbeschrijfelijke vreugde
heerschte in het slot. De klokken luid
den, de pachters brandden vreugde
vuren en een groot feestmaal werd
gehouden, want wanneer geen zoon
op dit meisje zou volge», dan zou zij
de markiezin van Charlemont, de erf
gename van alle titels en goederen
worden.