Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch - Vlaanderen.
No. 54,
DINSDAG 8 OCTOBER 1929.
45e Jaafg.
J. C. VINK - Axel.
Raads verslag.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENTlEN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Zitting van 24 Sept. 1929.
Aanwezig alle leden. Voor
zitter de heer F. Blok, burge
meester; secretaris de heer J. L.
J. Maris.
IV.
(Vervolg ontwerp-Politieveror-
dening.)
Art. 51.
Onverminderd het bepaalde bij
art. 424 van het Wetboek van
Strafrecht, is het verboden op
den openbaren weg of in een
openbaar vaarwater
a. anderen hinder of overlast
aan te doen
b. te vechten, te schreeuwen,
of te tieren, onzedelijke of op
roerige liederen te zingen, per
sonen uit te jouwen of te schelden;
c. met pijlen te schieten, met
steenen of andere voorwerpen te
werpen, te voetballen of andere
voorwerpen voort te schoppen,
noodeloos in boomen of in palen,
op hekken, muren of afsluitingen
of achterop rijtuigen te klimmen,
zich daaraan vast te klemmen of
te houden
d. op of tusschen tramrails
voorwerpen te leggen öf te wer
pen, waardoor gevaar of hinder
voor het verkeer kan ontstaan.
Art. 52.
Het is verboden
Op wegen of op voor het pu
bliek toegankelijke plaatsen deel
te nemen aan eenig spel met
kaarten of dobbelsteenen, of te
spelen met of om geld of gelds
waarde.
Dhr. 't Gilde zou het woord
„kaarten" hier willen schrappen
Dhr. van Dixhoorn vraagt, of
dit artikel ook geldt voor knik
kers, want die hebben ook gelds
waarde
Dhr. van de Bilt ziet in dat
kaarten ook geen kwaad en acht
dat spel onschuldiger dan veel
andere dingen als 't maar niet
om geld gaat.
Dhr. Dieleman acht dat artikel
goed op zijn plaats. Het komt
tegenwoordig nogal eens voor
dat men langs de wegen jongens
ziet zitten kaarten en daar het
dikwijls om geld gebeurt, acht
hij het uit den booze.
Dhr. van de BiltElk kansspel
is uit den booze, als het om geld
gaat.
Dhr. P. de Feijter: Geldt dat
ook voor herbergen, want dat zijn
toch ook voor het publiek toe
gankelijke plaatsen
De Voorz Neen, met her
bergen worden niet bedoeld voor
het publiek toegankelijke plaatsen
Dhr. Kruysse zou het toch beter
vinden, als dat er niet bij stonc
en er alleen wegen of pleinen
stond.
Dhr. van de Bilt merkt op, dat
hij daar niet mee voldaan is
want hij bedoelt, dat ze wel mogen
kaarten ook.
Dhr. KruysseHet is ook
moeilijk om dat te verbieden
want men ziet tegenwoordig
allerlei kaartspelen. Het zgn
kwartetten gebeurt ook met speel
kaarten en daar spelen alle
kiuderen mee.
Dhr. Dieleman zegt, dat men
fcr wel eens om lachen mag, maar
dat de heeren toch goed weten
wat met kaarten bedoeld wordt
en daarom zou hij willen, dat
het nader omschreven was en
het gewone kaarten werd ver
bodent
Het voorstel van dhr. van de
Bilt om kaarten toe te staan,
wordt met 6 tegen 5 st. aange
nomen. Vóór de h.h. van Dix
hoorn, 't Gilde, Kruysse, v. d. Bilt,
Claessens en Wolfert.
Art. 53.
Het is verboden den naam Gods
vloekende in het openbaar te ge
bruiken.
Dhr. 't Gilde wil dit artikel
aten vervallen, ofschoon hij ook
zeer tegen het vloeken is. Maar
zoo erg is het hier toch niet, dat
er een verbod voor moet bestaan,
want ofschoon dat al eenige jaren
is ingevoerd, is er nog geen ver
baal voor gemaakt.
Dhr. Dieleman is van tegen
overgestelde meening. Dat er
geen verbalen zijn gemaakt voor
die overtreding, dat is wat anders,
maar het verbod wordt toch op
grove wijze overtreden en daarom
wil spr. het in de verordening
uitgesproken zien, dat de Raad
Gods geboden wenscht te hand
haven, zoo noodig door het wet
telijk gezag.
Dhr. Oggel sluit zich aan bij
de woorden van dhr. Dieleman
en is overtuigd, dat het vloek-
verbod toch preventief werkt.
Dhr. 't Gilde acht het zeer
moeilijk om daarop een verbaal
te maken, want dan zou men wel
een definitie moeten maken van
wat vloeken is.
Dhr. van Dixhoorn zegt ook,
dat uit het feit, dat er nog geen
verbaal voor gemaakt is, blijkt,
dat het vloekverbod geen practisch
nut afwerpt.
De Voorz. merkt op, dat al is
er te Axel nog geen verbaal op
gemaakt, dat toch elders wel
gebeurd kan zijn.
Dhr. van Dixhoorn Reeds op
moeders schoot hebben we ge
leerd dat niet te mogen doen en
dus weet iedereen het. Toen de
eerste maal tot verbod bij veror
dening werd besloten, werd er aan
toegevoegd, dat er f 25 boete op
stond, waaruit ik de conclusie
trek, dat er nu eigenlijk een
vloekvergunning is, want voor
f 25 is men er af.
Het art. blijft z. h. s. gehand
haafd.
Art. 54.
Het is verboden in het open
baar ruwe of onzedelijke taal te
bezigen.
Onder ruwe taal wordt verstaan
uitdrukkingen waardoor op ruwe
wijze Gods werken of eigenschap
pen worden genoemd of God in
Zijne Majesteit wordt aangetast.
Art. 55.
1. Het is verboden aan kin
deren beneden den leeftijd van
16 jaar, tabak, sigaren of siga
retten in het openbaar te ver-
koopen.
2. Het is aan anderen dan de
ouders, voogden of verzorgers,
verboden, aan kinderen beneden
den leeftijd van 16 jaar, tabak,
sigaren of sigaretten op een weg
ten geschenke te geven of op
eenige andere wijze te verstrekken.
3. Het is aan kinderen bene
den den leeftijd van 16 jaar ver
boden, op een weg, tabak, sigaren
of sigaretten te rooken, of tabak,
sigaren of sigaretten, anders dan
in gesloten kisten, doozen of
zakken bij zich te hebben.
Dhr. Kruysse vindt dit artikel
niet in orde. Hij meent, dat een
vader zijn kind toch wel naar
den winkel mag sturen om tabak
te kooper.. En een vader is toch
baas of hij zijn jongen wil laten
rooken of niet?
Dhr. van Dixhoorn is het daar
mede niet eens. Als men spreekt
van vrij, dan zou een vader ook
baas zijn, of hij zijn jongen borrels
laat drinken. Vrijheid, absolute
vrijheid vindt men alleen in de
wildernis en spr. vindt het best,
dat aan het rooken van sigaretten
eenige beperking wordt gesteld.
Hij heeft nog pas gelezen, hoe
door sigaretten een groote brand
is gesticht en er wordt zeker te
nonchalant mee omgesprongen.
Dhr. Kruysse gelooft dat wel,
maar het verbod heeft z. i. toch
geen zin. want op de kinderen
is geen verhaal en daarom zegt
hij laat ze rooken.
De Voorz. wil het verbod
trachten te handhaven.
Art. 56.
Het is verboden, tenzij met
vergunning van den Burgemeester,
op den openbaren weg zich te
vertoonen, hetzij vermomd, hetzij
op andere wijze onherkenbaar
gemaakt, hetzij gekleed in de
kleederen van de kunne waartoe
men niet behoort.
Art. 57.
Het is verboden
1. openbare vermakelijkheden
te geven, of voor het publiek
toegankelijke bijeenkomsten tot
ontspanning of vermaak te doen
houden in tenten of carroussels,
zonder toestemming van B. en W.;
2. op of aan den openbaren
weg, tenten, kramen, carroussels,
draaimolens of andere inrichtin
gen van dien aard op te bouwen,
of, indien zij gebouwd zijn, te
laten staan, zonder toestemming
van B. en W.
Art. 58.
Het is verboden
1. in de bebouwde kom op of
aan den openbaren weg te voet
ballen
2. op Zondag voetbalwedstrij
den te houden, of te doen (hou
den) plaats hebben, wanneer
daarbij aan het publiek toegang
wordt verleend.
Dhr. 't Gilde zou willen voor
stellen om dit artikel maar te
schrappen. Hij zal het nut van
deze sport, waarvan wekelijks
honderd duizenden alleen in ons
land ontspanning vinden, niet
nader omschrijven, want dat kan
bekend geacht worden.
Dhr. Dieleman zal dat nut niet
geheel en al ontkennen, maar hij
is er in principe tegen, dat het
des Zondags gebeurt en nu wordt
er wel eens gezegd, het houdt
de jongens uit de kroeg, maar
spr zegt, dat het ze ook uit de
kerk houdt. En waarom moet
dat nu op de Zondagen plaats
hebben, zoo vraagt hij. In Enge
land b.v., het sportland bij uit
nemendheid, wordt nergens op
Zondag gespeeld. Dat kan toch
ook hier, nu er een vrije Zater
dagmiddag is. Spr. geeft de
voordeelen van sport wel toe,
maar laat men ze niet op Zondag
beoefenen.
Dhr. Claessens wil in deze een
middenweg kiezen en zou bij het
artikel willen bijvoegenalleen
na 12 uur. Dan heeft ieder de
gelegenheid gehad om de kerk
te bezoeken.
Dhr. Van de Bilt zal niet alles
omschrijven, wat dhr. 't Gilde van
het voetbalspel gezegd heeft,
maar wil ook den middenweg
nemen en het alleen toestaan op
Zondag nè den middag om 1 uur.
Dhr. Claessens neemt dat amen
dement over.
DJir, Oggel Is ook voor verbod
op Zondag. En als men den
Zondagmiddag geeft, kan men
evengoed den geheelen Zondag
geven, want vreemde clubs b.v.
moeten, als er 's middags ge
speeld wordt, toch 's morgens
reeds op reis en hebben alzoo
evenmin gelegenheid om ter kerk
te gaan. Ons principe, zegt spr.
is in deze bekend en daarom zal
ik er niet veel van zeggen.
Dhr. Dieleman zegt ook, dat
het principe der gereformeerden
in dit geval afwijkt van dat der
katholieken en zij daarom niet
den halven Zondag, maar den
geheelen Zondag opeischen.
De Voorz. brengt het artikel
in stemming. Vóór de h.h. J. de
Feijter, Koster, Dieleman, P. de
Feijter en Oggel. Tegen de h.h.
Kruijsse, Van Dixhoorn, Van de
Bilt, Wolfert, Claessens en 't
Gilde. Het art. is dus verworpen
met 6 tegen 5 st. In omgekeerden
zin wordt nu met 6 tegen 5 st.
aangenomen het voorstel-Claes-
sens om het voetballen ook des
Zondags toe te staan, des namid
dags na 1 uur.
Art. 59.
Hij, aan wien bij een volksver
zameling op den openbaren weg,
door de politie gelast wordt zich
uit de volksverzameling te ver
wijderen, is verplicht aan dezen
last onmiddellijk te voldoen, en
wel langs den weg of in de rich
ting door de politie aangewezen.
Art. 60.
Onverminderd de wettelijke be
palingen omtrent collecten voor
weldadigheid, is het houden van
collecten of inzamelingen op of
aan den openbaren weg of aan
de huizen verboden, tenzij met
vergunning van den Burgemeester.
Art. 61.
Het is verboden op den open
baren weg met zeisen of scherpe
voorwerpen te loopen of deze te
vervoeren, tenzij deze voorzien
zijn van een schede of andere
bedekking.
Art. 62.
Het is verboden in wateren
binnen de kom der gemeente te
zwemmen, anders dan gekleed
met zwembroek of in badcos-
tuum.
Art. 63.
Het is verboden binnen de be
bouwde kom der gemeente, op
of aan den openbaren weg buiten
privaten of waterplaatsen te ver
richten datgene, waartoe die in
richtingen bestemd zijn.
Art. 64.
Het doen dekken of laten be
springen van paarden, muilezels,
ezels, hoornvee en varkens binnen
de bebouwde kom der gemeente
is verboden, indien dit geschiedt
op zoodanige wijze, dat dit vanaf
den openbaren weg zichtbaar is.
Art. 65.
Het is verboden binnen de be
bouwde kom der gemeente op
den openbaren weg of van daar
zichtbaar, dieren te slachten of
te villen.
Art. 66.
Het is verboden, zonder ver
gunning van Burgemeester en
Wethouders, binnen de kom der
gemeente, eenig gebouw hoe
ook genaamd, tot koe- of paar
denstal in te richten of een koe-
of paardenstal te stichten of te
gebruiken.
Dit verbod is niet van toe
passing op bestaande gebouwen
waarin voor of op 1 Januari
1929, een vee- of paardenstal
aanwezig was of het veehouders-
bedrijf of landbouwbedrijf werd
uitgeoefend.
Art. 67.
In de bebouwde kom der
gemeente is het verboden var
kens te houden tenzij met ver
gunning van Burgemeester en
Wethouders en overeenkomstig
der daaraan te verbinden voor
waarden.
Art. 68.
Het is verboden door middel
van een toestel, bestemd tot het
hoorbaar maken van muziek of
van de menschelijke stem, hetzij
in de buitenlucht, hetzij in een
afgesloten ruimte, voor de om
geving hinderlijk geluid te maken.
Art. 69.
Het is verboden
1. stoffen welke hinderlijken
stank verspreiden, het water ver
ontreinigen, of voor de gezond
heid schadelijk zijn te achten,
te laten loopen of te werpen, te
hebben te bergen of geborgen te
houden op of aan wegen.
2. De verbodsbepaling van dit
artikel geldt niet ten behoeve
van den gemeentelijken reini
gingsdienst.
Art. 70.
Het is verboden huiden of af
val van dieren, zoomede doode
dieren voor hondenvoedsel of
andere doeleinden bestemd, aan
wezig te hebben op plaatsen,
vanwaar die voorwerpen, vol
gens het oordeel van Burge
meester en Wethouders een hin
derlijken stank kunnen versprei
den of waarop de aanwezigheid
om andere redenen door dit Col
lege niet gewenscht wordt geacht.
Art 71.
1. Het is verboden haardasch
of vuilnis op of aan wegen
anders uit te zetten of te heb
ben dan in gedekte bakken, pot
ten, vaten of emmers, en op
andere uren dan daarvoor door
Burgemeester en Wethouders bij
openbare kennisgeving zijn aan
gewezen.
2. De voorwerpen in het le
lid bedoeld, moeten door of van
wege de eigenaars of gebruikers
steeds in goeden staat worden
gehouden en zoodra ze geledigd
zijn, van de wegen worden ver
wijderd.
Art. 72.
Het is verboden binnen den
afstand van 5 Meter van woon
huizen of wegen, mesthoopen of
verzamelingen van mest, bagger
specie of dergelijke aan te leg
gen of te hebben of de daaruit
loopende vochtdeelen over wegen
te doen afvloeien.
Art. 73.
Het is verboden, krengen of
andere walgelijke voorwerpen op
of in mesthoopen of verzame
lingen van mest, baggerspecie of
dergelijke te brengen of te heb
ben.
Art. 74.
Het is verboden, tenzij met
vergunning van den Burgemees
ter op of aan den openbaren
weg, muziek of zanguitvoeringen
of vertooningen te geven of
muziek te maken.
Muzikanten, zangers, kunsten*
makers, hardloopers en vertoon
ders van poppenkasten en der
gelijke mogen hun bedrijf op of
aan den openbaren weg niet
uitoefenen, tenzij met vergunning
van den Burgemeester.
AXELSCHEffiCOURANT.