Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch - Vlaanderen Wedergekeerd. No.' 50 DINSDAG 24 SEPTEMBER 1920. 45e Jaarg. Buitenland. FEUILLETON. J. C. VINK - Axel. Binnenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. Engeland Ontwapening is de eenige po sitieve en zekere waarborg tegen het uitbreken van een nieuwen oorlog, zegt de grijze Lord Robert Cecil, die de vertegenwoordiger van Engeland in de Voorberei dende Ontwapeningscommissie is, en in de derde commissie van de Volkenbondsvergadering in een groote rede het standpunt van de Eritsche regeering inzake de ont- wapeningskwestje heeft uiteenge zet. Zijn rede was een algemeene afrekening met de tot nu toe door den Volkenbond verrichtte werk zaamheden in 't belang van de ontwapening. Lord Robert Cecil begon met een zeer kritisch en sceptisch overzicht te geven van het verloop der werkzaamheden in de voor bereidende ontwapeningscommis sie tot nu toe. Hij constateerde allereerst, dat in de vergadering van den Volkenbond zoowel de vertegenwoordigers van de groote mogendheden als ook de verte genwoordigers van de kleine naties op den grooten ernst en op de beteekenis van de ontwa peningskwestie hebben gewezen. Spr. voelde zich .de tolk van de groote meerderheid van de openbare meening der geheele wereld, die den ernstigen wensch koestert eindelijk practische vor deringen in de richting van ver mindering en beperking van de bewapening der mogendheden te zien. Den Volkenbond is de ont wapening als een verplichting in het Volkenbondspact opgelegd. Dezelfde pindende verplichtingen bevatten de vredesverdragen. Vermindering van bewapening is iets tastbaars en werkelijks en daarom belangrijker dan verdra gen over veiligheid en vrede. De ontwapening is de hoeksteen van het geheele Volkenbonds gebouw. Het is verre van hem met zijn voorstel de voorbereidende ont wapeningscommissie de lijnen aan te geven, hoe zij moet werken, doch het is onzinnig aan te nemen, dat de vergadering van den Vol kenbond niet het recht zou hebben haar standpunt te bepalen ten opzichte van de principieële kwesties der ontwapening en de voorbereidende ontwapenings- commissie hierop nogmaals op merkzaam te maken. Op het gebied der arbitrage zijn gedu rende de laatste jaren weliswaar eenige vorderingen gemaakt. Min der en zelfs niet veel is tot nu toe op het gebied der veiligheid gedaan. Lord Cecil gaf vervolgens een overzicht van de onderhandelin gen, die tot nu toe gevoerd zijn over de ontwapening in de lucht, ter zee en te land. Op het gebied van de bewape ning in de lucht zijn in het jaar 1927 eenige principes voor de vermindering van de luchtmachten vastgesteld. Sindsdien zijn echter geen vorderingen meer gemaakt. Óp het gebied van de ontwa pening ter zee is de ontwape ningscommissie ook nog niet uit de moeilijkheden geraakt, waarin men door de vlootconferentie var. 1927 is geraakt. Doch buitep de Volkenbonds commissie om, zijn thans belang rijke onderhandelingen gaande tusschen Engeland en de Ver- eenigde Staten en er bestaat een toenemend gevoel van vertrouwen, dat werkelijke vorderingen bij deze onderhandelingen zullen worden gemaakt. Doch de vermindering van de bewapening ter zee aldus be toogde Lord Robert Cecil met nadruk is niet de alleenbe- slissende waarborg voor de vei ligheid. De wereldoorlog heeft geleerd, dat de groote militaire beslissingen gebracht worden door de troepen te land en niet door de vloten. Met de ontwa pening te land is men sinds 1927 geen stap verder gekomen. Van vermindering van het opgeslagen materiaal is niets gekomen, even weinig inzake de geoefende re serves. Over 't algemeen toonden de werkzaamheden van de voor bereidende ontwapeningscommis sie een teruggang. DRUKKER-U1TGEVER Lord Robert Cecil besloot zijn rede in de ontwapeningscommis sie van den Volkenbond met een beroep op Frankrijk. Wanneer thans niets meer geschiedt, dan geeft men de hongerende mensch- heid steenen in plaats van brood. Lord Cecil zeide te rekenen op de medewerking van Frankrijk en alle aanwezige mogendheden voor een definitieve oplossing. De rede van Lord Robert Cecil heeft diepen indruk gemaakt. China—Rusland. Naar uit Moskou wordt ge meld heeft de plaatsvervangende commissaris van buitenlandsche zaken Litwinow Woensdag een vrij langdurig onderhoud gehad met den Duiischen gezant von Dirksen over het Russisch-Chi- neesch conflict. In welingelichte kringen ver luidt, dat er voorloopig geen kans bestaat op hervatting der Russisch-Chineesche betrekkin gen. De pogingen van de Chi- neesche regeering om een ver- zoeningsconferenlie in Berlijn tot stand te brengen moeten defi nitief als mislukt worden be schouwd. De minister van buitenlandsche zaken heeft den Duitschen ge zant een nota overhandigd aan de Sowjetregeering, waarin pro test wordt aangeteekend tegen de Russische vergeldingsmaat regelen en arrestaties van Chi- neesche onderdanen door de Sovjetambtenaren. Onmiddellijke invrijheid stelling der gearresteer den, die in de gevangenis zeer slecht behandeld worden, wordt geëischt. De Chineesche regee ring verzoekt de Duitsche regee ring verdere maatregelen ter be scherming van de in Rusland gearresteerde Chineesche onder danen op zich te nemen. in de omgeving van de sta tions Progranitsnaja en Blago- vechtchinsk en in verschillende dorpen aan de Chineesche gren zen wordt voortdurend door Chineesche soldaten op Sovjet- patrouiles geschoten. In de om geving van het station Mandsjo- ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Oroote letters worden naar plaatsruimte berekend. Adverteiitiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. rie naderden Chineesche troepen bestaande uit een compagnie infanterie en een peloton cava lerie de Sovjetgrens en onder hielden gedurende zes uren het vuur op een Sovjetpatrouille en poogden gevangenen te maken. Russische grenswachten, die te hulp schoten, wisten de Chinee- zen terug te drijven. Volgens een telegram van het Japansche persagentschap, en komende uit Wit-Russische bron, heeft de regeering van Opper- Mongolië alle mannen tusschen 20 en 40 jaar gemobiliseerd ter wijl maatregelen zijn getroffen om 50.000 man te zenden, zoo dra de toestand in het Chineesch Russische conflict dit vereischt. Kameroverzicht. Zooals gebruikelijk is, hebben de beide Kamers van de Staten- Generaal, in de week, waarin de nieuwe zitting door de Konin gin werd geopend, eenige korte vergaderingen gehouden. Deze gelden in hoofdzaak voor het regelen van eenige huishoudelijke zaken en dienen om de machine weer op gang te brengen. Zoo worden dan in de Tweede Ka mer door den minister van Fi nanciën mondeling de wetsont werpen aangeboden, die tezamen de begrooting voor 1930 moeten vormen en de Kamers eenige maanden zullen bezig houden. Maar dezen keer waren de bijeenkomsten wel van eenige bijzondere beteekenis. In beide Kamers zag men veel nieuwe gezichten, terwijl bekende figuren waren verdwenen. In de Eerste Kamer bekleedde voorts een nieuwe voorzitter de eereplaats. Door H. M. was hiervoor aan gewezen de heer De Vos van Steenwijk, zeker een gelukkige keuze, die in een keurig ver zorgde redevoering de nieuwe waardigheid aanvaardde en zijn voorganger, die thans in de zaal heeft plaats genomen, huldigde voor de wijze, waarop hij gedu- rende vele jaren de vergaderin gen had geleid en voorts een beroep deed op de medewerking van allen. In de Tweede Kamer gaat dat niet zoo gemakkelijk. Daar moet de Kamer zelf den Voorzitter aanwijzen, want, al geschiedt de benoeming door de Kroon, de Kamer heeft zelf de beslissing, aangezien no. 1 van haar voor dracht steeds wordt benoemd, terwij! de andere leden, die op de voordracht zijn geplaatst, als eerste en tweede plaatsvervan ger optreden. Daar de heer Ruys de Beerenbrouck weder in het torentje had plaats genomen, werd de stemming voor de can- didaten met belangstelling tege moet gezien. Maar de spanning verminderde spoedig, aangezien weldra bleek, dat over de eerste twee plaatsen van de voordracht binnenskamers reeds overeen stemming was verkregen. Als tweede ondervoorzitter van de vorige Kamer leidde de heer Schaper de eerste bijeenkomsten en beëedigde hij de leden. Als merkwaardigheid moge worden vermeld, dat alle honderd leden aanwezig waren. Eene tweede merkwaardigheid was, dat het accoord over de eerste twee plaatsen, waarop wij boven doelden, niet was tot stand gekomen tusschen de drie groe pen van rechts doch tusschen de Roomsch Katholieken en sociaal democraten. Of hieraan eenige politieke beteekenis moet worden toegekend, weten wij niet. Wel licht zal het later blijken. Zeker is, dat reeds bij de eerste stem ming alle sociaal-democraten te zamen met de Roomsch-Katho- lieken hun stem uitbrachten op mr. J. R. H. van Schaik, die daar door onmiddellijk 53 stemmen verkreeg en als eerste candidaat was gekozen. De niet-Roomsche leden van de rechterzijde ver- eenigden zich in hun keuze op mr. Heemskerk, terwijl de Vrij heidsbond en Vrijz. democraten hun stem uitbrachten op hun eigen leiders. En voor de tweede plaats werd eveneens bij eerste >4'A< AXELSCHEM COURANT Duitsche vertaling. 7) Het was een onophoudelijk komen en gaan in het ruime vertrek, waar Moeder Christien de petroleumlamp, die aan de zoldering hing, had aar - gestoken Ook de dochters des hu zes, Koenraads zusters, waren haastig aan gekomen en begroetten hun broer allerhartelijkst. Het waren twee krach tige, bloeiende vrouwen, wie men tut aanzag, dat de hoofddeugden der Taunusboerinnen netheid en ijver in volle mate bij hen aanwezig wa ren ze hadden hun mannen bij zich, boeren van in de dertig, die met hun gladgeschoren gezichten vol uitdruk king, het' kortgeknipte blonde haar en hun krachtige gestalten met recht konden gelden als de vertegenwoor digers van het Nassausche volk. Drie vlasblonde kinderen met purperroode bazuinengelwangen, een meisje en twee jongens, hingen eerst verlegen aan de rokken van hun moeders, maar kwamen dadelijk bij, toen de vreemde oom hen op schoot nam en uit zijn zak eer, zakje met suikertjes te voorschijn haalde. Koenraad moest vertellen. De tal rijke gevechten en veldslagen die hij In zijn lange dienstjaren had meege maakt, leverden hem onuitputtelijke stof, om de in spanning luisterende toehoorders urenlang te onderhouden, Hoofdzakelijk interesseerden deze zich eehter voor den laatsten grooten slag bij Waterloo en de krijgsverrichtingen van de daarbij betrokken Nassausche troepen. Toen de verteller den laat sten stormloop der Fransche gardes schilderde en met aangrijpende woor den daarbij den gesneuvelden vriend Hendrik Schilling herdacht, herinnerde hij zich weer de belofte, die hij den doode gegeven had, en zijn verhaal afbrekend, vroeg hij „De arme jonge vrouw heeft het zeker wel zwaar getroffen Nauwe lijks getrouwd en dan je man op die manier veliezen, dat is hard 1" „In het begin was ze als verdoofd antwoordde zijn zwager Christoffel Frisch. „Mettertijd heeft ze zich een beetje beheerscht 1 Wat kan ze ook anders? Ze moet van vroeg tot laat werken, om met haar kindje rond te komenHet plaatsje is klein, zoo'n herberg brengt niet veel op Zondags en 's avonds heeft ze wel wat te doen, en dat moet gezegd worden, ze is bij de hand en doet alles a* zonder meid 1 Alleen haar oude vader helpt haar, zooveel hij kan 1 „En met de schillings I Hoe staat ze daar mee I" informeerde Koenraad. „Met die staat ze heelemaal niet 1" was het antwoord. Die twee zijn altijd tegen elkaar als wildvreemde menschen I Als Anne Margreet vrouw Schilling tegenkomt, dan kijkt die een anderen kant op. Ze zal wel weten, waarom ze Hein zijn arme vrouw niet in de oogen durft kijken I" „Je bedoelt, om die erfenis van den ouden Schilling, Christoffel Hein heeft me 's nachts voor den slag bij Waterloo verteld, dat het na den dood van zijn vader niet eerlijk toege gaan is I Qelooven ze dat in het dorp ook Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. „Er wordt van allerlei gipraat 1" antwoordde Christoffel. „Iets zekers weet men niet. Maar dat is zeker iedereen in het dorp heeft al die jaren gedacht, dat de Rodeberger hoeve na den dood van den ouden Schilling aan Hein zou komen op eens heet het, dat Hein een natuur lijk kind is, en toen de oude Schil ling stierf, heeft zijn vrouw de boer derij opgeëischt voorhaarzoon Hansjörg en het gerecht heeft die haar ook toe gewezen.'' En Christoffel Frisch vertelde ver der, hoe Hendrik Schilling moeite gedaan had. om zijn goed recht te bewijzen. Alle pogingen waren ech ter vergeefsch geweest, zooals zijn zwager zeker wel van den gesneuvelde gehoord zou hebben, en er zou ook wel geen hoop meer zijn, dat er ooit nog iets voor de jonge weduwe en haar kind bereikt kon worden. Ka- trien de weduwe van den ouden Schilling, was een geslepen iemand, en zat vol streken, en had zeker wel alles zoo voorbereid, dat men haar niets maken kon. Onder dit gesprek was moeder Christien met haar dochter Marie al weer in de keuken bezig, om voor het avondeten te zorgen. De buren en bekenden waren langzamerhand vertrokken, om het vee te voeren. De man van Marie, Peter Schwarz, die nooit veel zei, was eveneens zwijgend van tafel opgestaan, toen het gesprek gekomen was op de we duwe van Hendrik Schilling, en had de kamer verlaten. Toen de tinnen borden in de keuken al rinkelden, toen Liesbeth al het bonte tafellaken uit de tafellade te voorschijn haalde en de groote tafel dekte keerde Peter terug met een paar flesschen wijn on der den arm en zette die zwijgend op tafel. „Omdat jullie juist over Anne Margreet spraken, heb ik gedacht, dat we de arme vrouw wel eens wat konden laten verdienen, omdat Koen raad gelukkig weer thuis is I" zei Peter kalm en verschoof zijn korte pijp naar den anderen mondhoek. „Dit is de langste redevoering, die Peter sedert jaar en dtg gehouden Heeftzei zijn schoonzuster Lies beth lachend en ging naar de gla zen kast, die in den hoek stond om en kele witte kelkglazen te voorschijn te halen. Spoedig ziten allen gezellig om de tafel, waarop naast twee schotels met aardappelsla een reusachtig stuk var- kensvleesch stond te dampen, en ze weerden zich dapper. Onder schert sen en lachen werd de thuiskomst van Koenraad tot laat in den nacht gevierd, en al bekroop hem ook af en toe een bedrukt gevoel, zoodra hij dacht aan den gang, die hem wachtte, naar de weduwe van zijn gesneuvelden vriend, toch stroomde zijn hatt over van vreugde, daar hij uit ieder woord en iedere handeling van de zijnen bemerkte, hoe eendrach tig ze samen waren en met welk een innige liefde hij, de zoo lang ontbeerde, weer in den kring van zijn familie werd opgenomen. IV. Voordat Koenraad den volgenden dag zich gereed maakte om de her* berg „In den grauwen kop" op te zoeken, begaf hij zich naar den dorpsbarbier, om zijn eenigszinsverwil derd uiterlijk weer in orde te laten brengen. De schoonheidsdokter, een brood mager, bewegelijk mannetje, met een spitsen schedel, waarop nog slechts enkele haren wezen op een ver dwenen lokkenpracht, moest uit zijn schuur gehaald worden, waar hij ijverig winterwortels had gesneden. Toen hij Koenraad herkende, danste hij als een tol om hem heen, over laadde hem met vragen naar zijn lotgevallen en gaf na iedere streek met het scheermes zijn politieke mee ning in een niet te stuiten woorden vloed ten beste. Ook die was nog precies hetzelfde als zeven jaar ge leden; alleen zag hij er nog mager der uit en de trekken van zijn listig vossengezicht waren nog scherper ge worden. Koenraad was blij toen het hem eindelijk gelukt was, van denpraat jesmaker af te komen, en begaf zich nu naar de, een paar huizen verder gelegen herberg. Bij het binnentreden in de gelag kamer viel hem de voorbeeldige orde en netheid op, die er heerschte. Geen stofje lag er op de lange no tenhouten tafel, aan weerskanten waar* van twee ruwe banken voor de gas ten stonden; als zilver glom de tinnen lamp die aan de zoldering hing, en sneeuwwit blonk de vloer, die blijk baar pas geveegd was en met schoon zand bedekt. Dezelfde netheid toon den ook de gehaakte gordijnen voof de kleine ramen, en de helgekleurde platen aan de muren, die enkele jachttafereelen voorstelden, eveneens het buffet met glazen en tinnen kannen in den hoek, waarnaast, naaf de groote kachel gekeerd, een leeren stoel stond, (Wordt vervolgd^

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1929 | | pagina 1