Nieuws- en Advertentieblad
voor Z e e u w s c h - V1 a a ii d e r e n
Het Qeheim.
No. 35.
VRIJDAG 2 AUGUSTUS 1929.
J. C. VINK - Axel.
Geen
nieuws.
FEUILLETON.
Buitenland.
Binnenland.
-I5e Janrg.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-U1TGEVER
ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Im Westen nichts Neues.
Remarque.
De kranten berichtten Het is
rustig aan het Westelijk front,
niets nieuws te melden.
En toch viel daar dien dag
een mensch, na jaren van doods
angst en ellende. Misschien vie
len er meerWie zal zeggen,
wat daar allemaal gebeurde, hóe
er geleden en gestreden werd.
Maar de algemeene indruk was
er een van rust, niets te
melden.
Hoe dikwijls komen wij ergens
vandaan met de mededeeling
„Het was er rustig, het ging
iedereen goed, niets nieuws."
Wat gebeurt er in Amsterdam,
in Rotterdam Den Haag
Niets, 't Is rustig. Nergens
iets nieuws. Geen opzienbarende
artikelen kunnen er geschreven
worden over groote gebeurtenis
sen in onze steden, over revo
luties, evoluties. Ze zijn niet
zichtbaar. Maar daarom zijn ze
er wel.
Zooals Paul uit „lm Westen
nichts Neues" streed en viel op
een dag, dat alles zoo onbe
langrijk scheen, zoo leeft er
strijd en evolutie, onrust en
revolutie in de schijnbaar zoo
kalme steden. Want daar wonen
menschen. En waar menschen
zijn is altijd iets belangrijks, is
altijd iets te melden. Alles gaat
schijnbaar zijn oude gangetje,
maar overal leeft de duizend
voudige strijd. Elke seconde
wordt de aarde rijker of armer,
elk uur brengt nieuwe woelin
gen, nieuwe gedachten.
Laten we dus nooit wanhopen,
als er zoo weinig „gebeurt". We
moeten niet in de kranten zoe
ken naar de groote gebeurtenis
sen. Laten we ze in ons eigen
leven zoeken en ir. dat van
onze vrienden. Wij leven en
strijden onafgebroken verder.
Soms vereenigen we ons tot een
massa, dan krijgen de kran
ten stof voor opzienbarend nieuws.
Maar meestal leeft de evolutie in
ons, het belangrijke gebeurt
maar de wereld ziet 't niet.
Probeer het vertrouwen van
uw vrienden te winnen, ge
zult in de meeste gevallen ver
rast worden door hun rijkdom,
hun diepte van gedachten. Dat
hadt ge niet van hen gedacht,
ge dacht, dat ze maar meelie
pen in het kalme leventje van
hun omgeving. Maar nee, zij
hebben toch een persoonlijk
leven, achter de rust en de
eentonigheid lag toch nog iets
anders, ongeweten, ongezien.
Slechts in het binnenste der
menschen komen de groote revo
luties tot stand. Zeg dus niet,
dat uw tijd arm is aan gebeu-
re dat de menschen laksch en
futloos zijn. Het uiterlijk leven
zal zich ten slotte voegen naar
wat innerlijk gewonnen is. De
strijd van den enkeling, hij
wordt niet opgemerkt. Niets
te melden. Maar de goede op
merker vindt hem overal. Hij
zal dan ook niet langer gelooven
aan een stilstand in de men-
schenwereld. Hij voelt de evo
lutie in zich, om zich leven.
Dr. JOS. DE COCK.
Engeland.
Uit de schaarsche berichten,
welke tot dusver uit Lancashire
over de groote uitsluiting in de
katoenindustrie komen, werd
steeds als oorzaak van het con
flict aangewezen het besluit van
de werkgevers tot een loonsver
laging van ongeveer 12 pCt.
Toch zit die oorzaak dieper.
De industrie in Lancashire ont
stond door het feit, dat men daar
ter plaatse goedkooper en beter
katoen dan waar ook ter wereld
kon vervaardigen.
Engelschen nu vormen een
eigenaardig volk, gesteld op tra
ditie en zeer conservatief, ook in
hun industriëele methodes. Het
directe gevolg van deze nationale
vasthoudendheid aan het oude
was natuurlijk dat andere volken
die verbeterde productie-metho
den gingen toepassen, op de
katoenmarkt met succes konden
paan concurreeren met John Buil.
Afzetgebied op afzetgebied ging
voor Engeland verloren. Ontstel
lend zijn de nuchtere cijfers welke
de statistici ons kunnen voor
leggen. Werd b.v. voor den
oorlog 100 M. katoenen stof ge
ëxporteerd, dan bedroeg dit het
vorig jaar slechts 56 AAeter. Nog
schriller spreken deze getallen,
wanneer men verder constateert
dat de wereldvraag en-consump
tie naar en van katoen steeds
stijgende is.
Het mag dan ook geen ver
wondering baren dat van 1 Jan.
1929 af reeds 67 katoenspinnerijen
gesloten werden.
De zaken staan thans zoo dat
een aanzienlijk gedeelte van het
volksvermogen- dat in de spinne
rijen belegd is voorzichtige
schattingen stellen het vast op
20.000 000 pd. st. als vernie
tigd kan worden beschouwd.
Als tweede oorzaak, die het
hare er toe bijdroeg om deze be
langrijke industrie te vernietigen,
moeten de sociale wetten ge
noemd worden, die de fabrikanten
noodzaakten om met het één-
ploegenstelsel te werken. Tegen
over de 40 productie-uren per
week van een machine in Enge
land, stellen de Japanners er b.v.
100. Waar in de katoenspinne
rijen nu zeer dure machines ge
bruikt worden, zal het duidelijk
zijn, dat de productiekosten door
dit feit alleen reeds aanmerkelijk
hooger zijn.
De loonsverlaging, welke de
werkgevers voorstelden moet, in
bovenstaand licht bezien, dan ook
als een noodsprong opgevat wor
den. Zelfs indien ze door de
arbeiders aanvaard zou zijn ge
worden, zou ze de eigenlijke zieke
plek noch aangewezen, noch ge
nezen hebben.
De eenige weg welke uit dit
doolhof van narigheden voert, is
de door de Amerikanen aange
wezen gerationaliseerde werk
methode.
Hoe de eerste vrouwelijke mi
nister, miss Margeret Bondfield,
de beide eindjes bij elkaar zal
brengen
Weer een hittegolf in Amerika.
Te New York zijn Dinsdag
weer vijf personen door zonne
steek om het leven gekomen.
Langs de geheele kust heerscht
weer een hittegolf. Te Baltimore
en Oklahama was de maximum
temperatuur 40 graden Celsius in
de schaduw.
Geen speelgoed.
Op een weide bij Zborow in
Oost-Galicië trachtten eenige boe-
ren-jongens, die het vee hoedden,
een granaat die zij op het veld
gevonden hadden, uit elkaar te
nemen. Plotseling ontplofte de
granaat, waardoor zes knaapjes
in den ouderdom van zeven en
acht jaar op slag gedood, terwijl
twee andere jongens zwaar ge
wond werden.
Onbezonnen.
Te Dortmund werden in een
café regelmatig bijeenkomsten
van scholieren gehouden. Vrij
dagavond laat begaven twee vrien
den, de H.B.-scholieren Fritz
Delere, zoon van een aannemer,
en Helmuth Steinbach, zoon van
een architect te Dortmund, zich
gezamenlijk van zulk een bijeen
komst naar huis. Er ontstond een
woordenwisseling, welke een zeer
heftig karakter aannam en plotse
ling trok de jeugdige Fritz Delere
een revolver en schoot op zijn
vriend. Het schot trof Steinbach
in het linkeroog en bloedend en
waanzinnig van pijn viel de jon
gen neer. Delere richtte de re
volver op zich zelf en doodde
zich onmiddellijk door een schot
in den rechterslaap. De stervende
Steinbach werd naar een zieken
huis overgebracht, waar hij korten
tijd later overleed.
Omtrent de motieven tot de
vreeselijke daad tast men in het
duister.
Weinig werk in Canada.
De directeur van de Vereeni-
ging „Landverhuizing" deelt mede,
dat tengevolge van groote hitte
en droogte dezen zomer de oogst
in Canada voor een groot deel
mislukt is.
Als gevolg daarvan is de vraag
naar oogstarbeiders, welke in
normale jaren groot is, zeer
gering en kan deze ruimschoots
gedekt worden door de in het
land aanwezige arbeidskrachten.
Het laat zich aanzien dat de
financieele gevolgen in Canada
ook een zeer ongunstigen invloed
zullen hebben op de werkge
legenheid in den winter, welke
in normale jaren reeds zeer be
perkt is.
Dringend moet dan ook aan
ieder ontraden worden nog dit
jaar naar Canada te gaan.
Betere verbinding met België.
De raad der gemeente Roo
sendaal besloot tot het verleenen
van een crediet van f220 000
voor de verbetering van den weg
Roosendaal Belgische grens. Deze
verbetering van de kortste inter
nationale verbinding tusschen
Nederland en België zal ten
spoedigste tot stand komen, op
dat deze weg voor het groote
verkeer gereed zal zijn voor de
opening van de groote Wereld
tentoonstelling te Antwerpen in
den zomer van 1930. De raad
droeg den burgemeester op, de
door hem gevoerde onderhande
lingen met den Min. van Water
staat om dezen weg op het
Rijkswegenplan te brengen, krach
tig voort te zetten.
De Tweede Kamer.
Bij het Centraal Stembureau
voor leden van de Tweede Ka
mer is van alle gekozen leden
bericht van aannemen ontvangen,
met uitzondering van de heeren
Colijn en Ruysch de Beerenbrouck.
De lierstelconferentie.
De Nederlandsche regeering
heeft aan de betrokken gezanten
in antwoord op hunne stappen
doen weten, dat het haar aan
genaam zal zijn de conferentie
nopens de reparaties te 's-Gra-
venhage te ontvanger.
Zij heeft daarbij den wensch
uitgesproken, dat de korte ter
mijn van voorbereiding, die haar
(Wordt vervolgd)
AXELSCHE
COURANT
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
41;
Nu dan. Niemand wist zoo goed
als de oude Lavandal, waar de kleine
Felix gebleven was. Dtze moest eerst
worden opgeruimd 1 Het verdere ont
wikkelt zich nu zelf. Op 't ooger.-
blik is de jonge Lavandal op Set.-
kenberg te gast en ik twijfel niet,
dat, wanneer hem de tijd er voor ge
leverd wordt, hij zich spoedig bij zijn
oom bemind heeft gemaakt. Lukt hem
dit niet, dan maakt hij ook de oude vlug
van de baan hij is de oudste der
neven en is volgens de wet dus erfge
naam.
Maar kerel, hoe heb je dat
alles gevonden Mij duizelt het
hoofd alleen van 't luisteren I riep
Wasmut.
Door de oorknoppen, Het was
een gelukkig toeval. Ik hield de feiten
stuk voor stuk in de hand, maar miste
den sleutel, die er verband tusschen
brengen moest. De oorknoppen waren
deze sleutel. Mevrouw von Senkenberg
droeg ze, toen ze het kasteelontvluchtte,
ze legde ze nooit af. Toen ze de woning
der Eisler's evenwel had verlaten, vond
de kamenier ze op de wastafel lig
gen. Blijkbaar had ze deze geheel met
naar gedachten bij een snelle vlucht, ver
geten.
Vrouw Eisler legde ze In tegen
woordigheid der kamenier in een
eveneens achtergelaten kistje en zei-
de Tot ik terugkom, zijn ze
het eigendom van den kleine» Ik
zal ze met al zijn bezittingen tot later
bewaren.
Bij de oorknoppen behoorde een
broche en een collier, die ik toe
vallig op Senkenberg te zien kreeg
en bij informatie vernam ik toen
van Peter Mark de heele geschiede
nis. Eerst toen begreep ik het ver
band. Tot zoo lang volgde ik blin
delings het spoor, dat mijn instinct
me wees, hoewel mijn verstand er
zich soms tegen verzette, daar dit
geen logisch verband somwijlen kon
ontdekken.
Wasmut haalde diep aden.
Het is wonderbaarlijk, mom
pelde hij. Eisler de zoon van een
der rijkste grondbezitters hij, die
nauwelijks droog brood dikwijls te eten
had.
Ik hoop, dat je nu niet meer aan
de feiten twijfelt?
Neen, de bewijzen, die je me
gegeven hebt, zijn meer dan afdoen
de. Ze verklaren alles, wat tot dusver
onbegrijpelijk was.
Het beste bewijs is trouwens
een merkwaardige gelijkenishoofd en
trekken tusschen vader en zoon. Het
viel me direct op, toen ik den ouden
Senkenberg zag, al wist ik eerst niet
van wien hij zooveel had en waarom
hij mij zoo bekend voorkwam- Toen
ik de broche in handen kreeg, wist
ik er direct alles van: Eisler en Peter
Mark's verhaal deed de rest. Nie
mand, die hen naast elkaar ziet,
zal twijfelen, dat het vader en zoon zijn.
Wat moet er nu verder gebeu
ren 'f Zal ik Lavandal laten gevangen
nemen
Neen, we hebben te weinig be«
wijzen. Vrouw Olaser heeft hem
niet als dp Richter herkend en met
vrouw Moser zou het wellicht even-
zoo gaan en wij zouden ons danig
blameeren. Ik heb een ander idee.
Welk
Ik wil hem overrompelen. Je
geeft me Eisler en deoorknoppenmeeen
ik deel den ouden Senkenberg alles
mede zoo mogelijk in Lavandal's
tegenwoordigheid. En de drommel mo
ge me halen, als hij zich dan niet bloot
geeft.
Dat is nog de vraag. Geraffineerd
als hij blijkbaar is hij zal maken,
dat hij weg komt, wanneer hij Eisler
ziet.
Zoo wil ik het ook niet doen.
Eisler gaat met mij in alle stilte naar
mijn logies in Prachatitz en ik ga weer
als antiquair naar het kasteel Senken
berg, om daar mijn draden te span
nen. Hoe dat weet ik zelf nog
niet, want ik ben al een week lang weg
en ik moet eerst weten, hoe de toestand
daar is.
Hm je wilt een dramati
sche scène in elkaar zetten. Maar
zelfs wanneer het je gelukt dien Lavan-
del tot een onvoorzichtigheid te
brengen hoe wil je hem dan vast
houden
In 't geheel niet. Je geeft me
een paar detectives mee en schrijft
de politie, me in alles te steunen.
Het staat niet vast, dat ik direct naar
Senkenberg ga. Misschien gaan we
het heerschap wel een poos na,
zonder dat hij het vermoedt. Dat
hangt allemaal van de berichten,
af, die ik in „de Kroon" denk te
vinden.
Dan zie ik niet in, waarom je
Eisler direct meenemen wilt.
Werkelijk niet? Heeft hij niet
genoeg geleden En zijn vader
begrijp je niet, dat deze geen
minuut langer wachten wil als hij alles
weet
Jawel, maar er zijn bezwaren.
Ik weet niet of de gerechtelijke
formaliteiten wel zoo gauw in orde
komen.
Kom nu, Wasmut. Van zijn
onschuld ben je nu toch zeker over
tuigd
Zeker, maar
Dan is één pennestreek vol
doende. Bovendien gaan immers
jou detectives mee en ik sta borg voor
alles.
Wanneer wil je vertrekken
Morgen zoo vroeg mogelijk.
Voor tien uur kan ik niet...
Mooi, dat is voldoende. Om
half elf gaat er een trein. Wij ko
men dan tegen de avond in Prachatitz.
Den roem laat ik jou, Wasmut. Je
kunt
Dacht je dat ik me met niet ver
diende veerer. wil tooien
Ach wat, wij hebben immers van
het begin af aan samen gewerkt.
Hij lachte daarbij luide en sloeg
zijn vriend gekscherend op den schou
der.
Eèn ding beding ik voor mijden
ouden Brankow Eisler's veranderde
levensomstandigheden mee te deelen
en nog watDat zal me een klap
geven.
Silas Hempel nam als monsieur Rodin
weer zijn intrek in „de Kroon". Bij
hem was een jonge man, wiens groote
ernst in tegenspraak was met zijn
van nature lachende bruine oogen,
Hij sprak weinig, zag met een
zekeren onrust om zich heen en
bloosde, toen 4e hotelier, blijkbaar
om té vernemen, wie de nieuwe
gast was, beide heeren hartelijk be
groette.
Rodin vond het blijkbaar niet noo-
dig, zijn metgezel voor te stellen. Hij
bestelde voor hem een kamer naast de
zijne en vroeg, of er met den ochtend
trein geen twee heeren uit Weenen
waren gekomen. De heeren Winkler en
Stein
Ja, die waren gekomen, maar na 't
diner uitgegaan. Ze hadden de kamers 8
en 9, recht tegenover die van meneer
Rodin.
Of het misschien zakenvrienden van
monsieur waren vroeg de portier
nieuwsgierig.
Hij kreeg geen antwoord op zijn
vraag.
Kom het me direct meedeelen, wan
neer de heeren thuis komen, beval Hem
pel, en ging met zijn metgezel naar
boven.
Ziezoo, meneer von Senkenberg,
zeide hij, toen ze alleen in de kamer
waren, nu moet u nog een beetje
geduld hebben, Zooals u ziet, heeft
de portier me een aardig pakje
brieven overhandigd, die ik in de eerste
plaats lezen moet. Ze zijn van juf
frouw Melitta en van Peter Mark. Ga
zitten.
De jonge man was zenuwachtig ge«
worden bij dezen naam.
Noem me niet zoo, mompelde
hij verlegen. Het is me zoo vreemd"
Bovendien staat nog niet vast, of
degene, die alleen te beslissen heeft,
mij als zoodanig wil herkennen.
Onzin I Met de grootste blijdschap
natuurlijk, Hoe kan het anders, wanneer
ik hem mijn bewijzen toon? zeide
HempeL