Binnenland.
Bli Griep en Gevatte koude
Bij Hoesten en Bronchitis
dat volgens officieele opgave
den regenval te gering is om te
St. Jansteen per dag blijvend
4 3 rnillioen liter water te kun
nen onttrekken zonder de gron
den in die gemeente voor den
landbouw zoo goed als geheel
waardeloos te maken.
dat daarom met zekerheid mag
worden verwacht, dat de exploi
tatie der waterleiding te St. Jan
steen in alle opzichten op een
fiasco en tengevolge daarvan op
een financieel bankroet moet uit-
loopen
dat volgens art. 51 van het
Wetboek van Koophandel, de
vennootschap haren aanvang niet
zal kunnen nemen voor en aleer
er tien ten honderd van het
maatschappelijk kapitaal gestort
zij
dat hieruit volgt dat, wanneer
er nog geen storting van lOpCt.
van het maatschappelijk kapitaal
heeft plaats gevonden, er geen
aanvang is, dus ook feitelijk
geen bestuur, maar alleen een
comité en dus niemand het recht
heeft om voor de gemeenten
aandeelhouders eenig ambt uit
te oefenen
dat destijds op eene algemeene
vergadering aan de afgevaardig
den der gemeenten aandeelhou
ders op een daaromtrent betrek
king hebbende gestelde vraag is
verzekerd, dat bij eene voldoende
meerderheid de Naaml. Vennoot
schap kan worden ontbonden
dat bekend mag worden ge
acht, dat het gros der bewoners
der gemeenten absoluut gekant
zijn tegen de voorgenomen wa
terleiding
dat weliswaar destijds tal van
raadsleden voor de waterleiding
hunne stem hebben uitgebracht,
doch zulks te wijten was aan
het feit, dat volgens toen ver
strekte of verkregen inlichtingen
en door verzuim om voldoende
inzage te nemen van de offi-
cieele stukken, zij in de meening
verkeerden dat de waterleiding
voor de betrokken gemeenten
zoo goed als niets zou kosten,
en de belasting of hoofdelijken
omslag ook niet verhoogd zou
moeten worden,
besluit:
Om voortaan alle inlichtingen,
adviezen en andere stukken be-
tfeffende de onderhavige water
leiding welke aan hen ter ken
nisgeving om bericht of raad
of anderszins worden toegezon
den, zonder meer voor kennis
geving aan te nemen.
b. om hare volle medewer
king te verleenen om in overleg
met andere betrokken gemeenten
zoo spoedig doenlijk de N.V.
Z. VI. Waterleiding Maatschappij
te doen ontbinden
c. Wijzen in deze als ge
machtigde en als plaatsvervanger
aan, twee raadsleden-tegenstan
ders met opdracht om met andere
betrokken gemeenten of wel met
een of meer gemachtigden dier
gemeenten in overleg te treden
om te zanten met hen te zorgen
dat de ontbinding der voormelde
vennootschap zoo spoedig moge
lijk en in elk geval binnen af-
zienbaren tijd tot stand komt of
een feit wordt
d. Om wanneer een of meer
dere gemeenten-aandeelhouders
tot het bijwonen van een door
de commissarissen uitgeschreven
algemeene vergadering van ge
meenten-aandeelhouders worden
uitgenoodigd voor het bezoeken
daarvan zonder uitzondering al
leen in aanmerking te doen
komen de gemachtigde of diens
plaatsvervanger hiervoren be
doeld n.l. -raadsleden tegenstan
ders- en uitsluitend met een bin
dend mandaat, hetwelk in dien
zin moet worden opgevat, dat
hij alleen voor een voorstel of
motie zijn stem mag uitbrengen
wanneer zulks beoogt om de
N.V. voornoemd, zoo spoedig
mogelijk te ontbinden of te doen
ontbinden.
St. Jansteen Koewacht
AxelGraauw, Boschkapelle en
Hengstdijk.
Januari 1929.
't Welk doende,
(get.) A. van den Branden,
raadslid te St. JansteenC. Ha-
merlinck en C. J. M. van Doese
jaar, raadsleden te Koewacht;
Ch. G. Claesssns en A. Th. 't
Gilde, raadsleden te AxelJ. Fer-
ket en H. Vergouwen, raadsleden
te St. Jansteen P. L. Mangnus,
raadslid te Boschkapelle; A. G.
van Hyfte en P. van Heese,
raadsleden te HengstdijkC. P.
Staal, raadslid te Graauw.
In het praeadvies van Burg. en
Weth. wordt erop gewezen, dat
het doel van dit adres is om
thans te besluiten, om in over
leg met andere betrokken ge
meenten zoo spoedig doenlijk
de N.V. „Zeeuwsch-Vlaamsche
Waterleiding - Maatschappij" te
doen ontbinden.
In 1927 is met instemming van
de algemeene vergadering van
aandeelhouders de bekende Com
missie van 50 heeren ingesteld,
waarvan de drie eerst onderge-
teekenden van het verzoek voor
deze spoedeischende vergadering
ook zitting hadden.
Thans is het rapport van die
commissie door de commissaris
sen met hun aanteekeningen den
aandeelhouders voorgelegd, om
hierover den 14 Februari a s. met
hen te vergaderen.
Aangezien na die vergadering
eerst de vertegenwoordiger zijn
rapport aan den Raad kan uit
brengen, in welk stadium de
plannen voor een waterleiding in
Zeeuwsch-Vlaanderen verkeeren,
betreuren wij het, dat door
het houden van deze vergadering
en het nemen van een besluit
hoe dit ook zal vallen op
de zaak wordt vooruitgeloopen
en een ontijdig besluit het re
sultaat zal zijn.
Het college van B. en W. stelt
daarom voor, dit adres aan te
houden, totdat de vergadering
van de aandeelhouders heeft
plaats gehad, die in den loop van
deze maand zal gehouden worden.
De Voorz. geeft nu het woord
aan dhr. Claessens als eerste
onderteekenaar, van het verzoek,
doch deze ziet voorloopig van
het woord af en wenscht eerst
te hooren, wat anderen ervan
zeggen.
Dhr. Dieleman vraagt dan het
woord en verklaart, dat het pre
advies niet getuigt van vastheid
in lijn. B. en W. zeggen daarin
te betreuren, dat door een ontij
dige behandeling een ontijdig
besluit zou kunnen genomen
worden en dit nu, zegt spr., be
rust op een misverstand of op
het niet overzien der situatie,
waarin de gemeente Axel thans
verkeert, want wij loopen de
zaak niet vooruit, maar zijn al
anderhalf jaar ten achter geraakt.
De omstandigheden, waaronder
het laatste besluit aangaande de
waterleiding genomen is, zijn
voor Axel nog precies dezelfde.
Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen
met zijn vijf aangesloten gemeen
ten ligt nog op dezelfde plaats.
Ook Oost Z.-Vl. is nog niet naar
het Belgenland veihuisd en onze
eigen gemeente Axel denkt er nog
niet over zich te laten inlijven
bij een naburige gemeente. De
zelfde motieven tegen deze water
leidingplannen van toen zijn ook
nu nog van kracht.
Mijnheer de Voorzitter, toen in
de vergadering van den gemeen
teraad van Axel, gehouden op
Donderdag 25 Augustus 1927,
het verzoek van leden van den
gemeenteraad van Terneuzen tot
ontbinding der N.V. Zeeuwsch-
Vlaamsche Waterleiding - Maat
schappij aan de orde kwam, is
na lange en breede bespreking
een voorstel van B. en W. van
Axel met 8 tegen 2 stemmen
aangenomen. Alleen de heeren
Kruysse en Van Dixhoorn stem
den tegen.
Het kan zijn nut hebben, M.
d. V., nog even het voorstel van
B. en W. met de toelichting in
herinnering te brengen. Het luidt
aldus „B. en W. stellen voor
„aan ontbinding dierMaatschappij
„mede te werken. Het college
„doet zulks niet direct op grond
„van de te hooge tarieven, doch
„voornamelijk omdat het plan
„voor de 20 gemeenten te duur
„komt, omdat slechts enkele ge
beenten in Westelijk-Zeeuwsch-
„Vlaanderen tot aansluiting heb-
„ben besloten, waardoor de ge»
„meente Axel en het overige deel
„van dit gewest, tijdens de steeds
„meer en meer tot uitingkomende
„malaise en slechten financiëelen
„toestand, te zwaar wordt belast,
„terwille van de gemeenten in
„het Westen. Het college is niet
„tegen waterleiding, doch de tijd
„is thans minder geschikt."
Op dat standpunt stond destijds
het college van B. en W. en een
zeer groote raadsmeerderheid.
Ook ik, M. d. V., heb in die
zelfde vergadering evenals ande
ren mijn bezwaren breed naar
voren gebracht. Zie de notulen
van 25 Aug. '27, en thans, M. d.
V., sta ik nog op het standpunt
dat de noodzakelijkheid eener
waterleiding in Zeeuwsch-Vlaan
deren noch uit hygiënisch oog
punt, noch uit industriëel oog
punt, noch uit het oogpunt van
waternood te bewijzen valt, en
zelfs niet aanwezig is.
Maar ik heb mij voorgenomen,
M. d. V., om mij thans over die
zijde van het waterleidingsvraag-
stuk niet verder uit te laten, aan
gezien anderen van mijn collega's
deze taak wel op zich zullen
nemen. En op gevaar af van te
worden beschuldigd van achter
lijkheid, wil ik toch wel mee-
deelen, dat de verplichte aan
sluiting mijn allergrootste grief
is, waar voor mij gerust dit wa
terleidingsplan mee mag vallen.
Alleen de bloote mededeeling van
den raad van Commissarissen,
dat om financiëele redenen de
verplichte aansluiting niet kan
vervallen, bewijst dadelijk, hoe
weinig populair deze waterleiding
is. Ze leeft alleen in het brein
van menschen meestal van buiten
Zeeuwsch-Vlaanderen, die met
het Zeeuwsch-Vlaamsch volks
karakter niet op de hoogte zijn
en die zich niet ontzien om ter-
wille van den enkeling een heele
streek te dwingen tot aansluiting.
Want, M d. V., de overheid mist
ten eenenmale het recht om drin
gend op te treden in het alge
meen, want naar de ordeningen
die de Souvereine Schepper zelf
aan het leven stelt, weten we
toch dat de overheid er is om
der zonde wil, dat ze er is om
het leven der onderdanen te be
schermen en het samenleven on
derling mogelijk te maken, of
wilt ge, M. d. V., opdat we een
stil en gerust leven zouden leiden
(Art. 36 Ned. Geloofsbelijdenis)
en, omdat de menschen door den
haat elkander niet zouden ver
nietigen. Er zijn, M. d. V., nu
eenmaal sfeeren en kringen in het
leven, waar een Souvereiniteit
heerscht, die niet aan de overheid
haar ontstaan dankt, maar die
onmiddellijk van God is afgeleid.
Men denkt slechts aan het gezin.
De overheid is er dus om het
gezin, en niet het gezin om de
overheid en wij handhaven de
pretentie, dat de overheid van
het gezin af blijve, tenzij dan,
wanneer er van geen gezin meer
sprake zijn kan. Derhalve niet
dringend maar beschermend zal
de overheid optreden.
Zorg nu voor de gezondheid
is ons dus niet'vreemd. Wij ver
vallen echter niet tot de zenuw
achtige vrees en overdreven zorg,
die velen hebben getoond ten
opzichte van de bacillenvrees en
andere hygiënische exessen. In
verstandige verzorging en rein
heid gaan we mee voorop en
we hebben daarin niet alleen
een eigen roeping, maar'ook de
Overheid heeft een roeping om
te zorgen, dat ze goede maat
regelen treft inzake de hygiëne.
Die roeping der Overheid grondt
zich hierop, dat de burgers met
elkander in aanraking komen en
dat de handelingen van den
cenen burger zijn onzedelijkheid,
zijn roekeloosheid enz. geen ge
vaar kunnen zijn voor de gezond-
geid en het leven van den ande
ren burger. De overheid wake
dus alleen op het groote publie
ke terrein, waar het onderlinge
verkeer plaats heeft, hiertegen,
dat de een den ander door zijn
spotten met alle gezondheids
wetten niet benadeelt. Zonder
noodzaak dringe de Over
heid echter niemand tot aanslui
ting bij de waterleiding en zij
meene werkelijk niet, dat ze
niets heeft te ontzien, want dan
leert de historie ons, dat het
verantWQordeltjkheldsbesefbeden-
kelijk gaat verslappen en wor
den we gedreven naar de moderne
Staatsidee, die inzonderheid op
het Christelijke volksdeel funest
werkt. En onomwonden, M. d. V.,
durf ik het hier uitspreken, dat
ik in de verplichte aan
sluiting zonder noodzaak zie een
openbaring van de revolutionaire
Staatsgedachte, waar ik als Chris
ten toe geroepen ben tegen te
strijden, met alle mij ten dienste
staande geoorloofde middelen.
De overheid toch, M d. V.,
moet voor handelen een rechts
grond hebben en juist die mist
zij ten eenenmale. Indien vast
stond, dat het drink- en spoel
water hier schadelijk was voor
de gezondheid, en de statistie
ken en de medici onomstootelijk
aantoonden, dat het sterftecijfer
als gevolg daarvan hooger was
dan elders, waar men waterlei
ding heeft, dan had de overheid
het recht en tevens rechtsgrond
om tot goede drinkwatervoor
ziening over te gaan. Maar, M. d.
V., nu de overheid dat alles-
mist en er geen enkele grond
(dan alleen financieele) aanwezig
is, ja zelfs door medici gezegd
wordt, dat Zeeuwsch-Vlaanderen
gunstig afsteekt bij andere deelen
van ons vaderland, waar de
waterleiding wel is, daar is het
voor mij onverklaarbaar, dat een
Christen, die zijn roeping ver
staat, mee kan werken aan de
dwingelandij van de verplichte
aansluiting.
Bovendien, M. d. V., de con-
sekwentie van dit optreden der
overheid leidt er noodwendig
toe, dat de overheid steeds meer
naar zich toe trekt en de dwang
nog steeds grooter afmetingen
gaat aannemen. Wat is er op
haar standpunt tegen om in Z.
Vlaanderen een groote centrale
bakkerij te plaatsen en om ons
te dwingen daar ons brood te
koopen, even zoo met onze
kleederen en al onze levensbe
hoeften En als we dan nog
niet in Rusland zijn aangeland
zijn we er toch zeker niet ver
meer vandaan Daarom, M. d. V.,
hoop ik van heeler harte, dat
het Zeeuwsch-Vlaamsche volk
verschoond mag blijven voor
deze dwinglandij evenals op
Zuid-Beveland, want de verplichte
aansluiting ligt op hetzelfde ter
rein als de vaccinedwang en de
leerplichtdwang, waartegen onze
vooraanstaande mannen altijd te
velde zijn getrokken, en dit nog
doen, waar het hun te pas komt.
En wij, hunne volgelingen, mogen
en kunnen niet anders dan in
hunne voetsporen wandelen en
daardoor tijdig trachten te voor
komen dat de burgerij van Axel
in haar geheel, (behalve degeren,
die 40 M. van de buisleiding af
wonen) verplicht worden hunne
regenbakken en pompen te plaat
sen in het museum van oudheid
en mee te helpen dragen de
nieuwe lasten dezer waterleiding,
die louter en alleen om finan
ciëele redenen ons worden op
gelegd en waar misschien 80 pCt.
van de bevolking niet van ge
diend is. En daarom, M. d. V.,
zou ik willen voorstellen, dat de
Raad zijn besluit van 25 Augus-
t s 1927 handhaaft.
(Wordt vervolgd).
Nienwe wetsontwerpen.
Bij de Tweede Kamer is een
wetsontwerp ingediend tot her
ziening der curateele bepaalde
lijk met het oog op drankzuch
tigen en een wetsontwerp tot
wijziging der wet tot regeling
van het Staatstoezicht op krank
zinnigen en aanvulling van art
39 der Armenwet.
Ingezonden Mededeelingen
Sanapirin-tabletten,
Buisje 75, 40, 25 ct.
Anga-siróop.
Flacons van 1 gld. en f 1.75
Bij Apoth. en Drogisten»
AXEL, 8 Februari 1929.
Zal het dooien of vriezen, is
de vraag waarmede de liefheb
bers van de ijssport voor het
te bed gaan nog even de lucht
inkijken. En daar is reden toe,
want wetend, dat daar een mooie
ijsbaan ligt, die als het maar een
beetje vriezend is en het ijs geen
water wordt, een prachtige gele
genheid schenkt om op de
dunne ijzers naar hartelust te
zwieren, is het vervelend zoo nu
en dan een regenbui te zien
opkomen,
Zoo werd Maandag vol moed
door de welwillendheid van het
gemeentebestuur de motorspuit
afgestaan om de baan nog eens
extra onder water te zetten, ten
einde den volgenden morgen een
mooie spiegelgladde baan te
hebben, met het resultaat, dat
den anderen dag de plassen op
de straten stonden
Beschrijf nu zoo'n teleurstel
ling, evenals die der vorige
week, toen in de etalage van
den penningmeester der V.V.V.
een prachtige zilveren wisselbe
ker prijkte als geschenk voor
den Zeeuwsch-Vlaamschen kam
pioen en nog niet de wedstrijd
was beraamd of dooiweder deed
de plannen in duigen vallen.
Maar de „IJsclub" geeft den
moed niet op en opnieuw is
men aan 't werk getogen en
wordt thans weer tegen aanst.
Maandag een ijsfeest voorbereid,
naar we hopen met veel sncces.
Vanmiddag werd omgeroepen,
dat de banen toegankelijk zijn
voor de leden en tegen een klein
entree voor het publiek.
„Oefening kweekt Kunst.''
Het was een goede gedachte
van deze vereeniging om de uit
voering van Kerstdag nog eens
over te doen, want door de over
volle zaal van meer danslustige
dan wel kunstlievende bezoekers
kwam het spel niet tot zijn
recht. Woensdagavond was dat
beter en waar de eerste uitvoe
ring goed gespeeld werd, was
dit niet minder nu de aandacht
onverdeeld was en geen woord
verloren ging. Jan, Klaas en Frans
blonken uit in het hoofdnummer
en ook Lize toonde zich een
goede vertolkster.
De overige nummers beston-
deu in kluchtspel waarbij vooral
Manke Nelis veel succes oogstte.
Het was een goed geslaagde
avond, zoowel wat het aantal
bezoekers als het amusement
betreft.
Doordat een kleedje uit
gleed, dat op de aangevroren
steenen lag, kwam Woensdag
alhier een vrouw te vallen en
brak haar been.
Vrijdag werd brand ontdekt
in de schuur op de hofstede
van. den landbouwer Jac van
Laare - de Maat in den Hoog
landpolder, gemeente Ossenisse.
De schuur met inhoud, wagen
huis en een bijschuur zijn een
prooi der vlammen geworden.
Behalve de geborgen oogst werd
de inventaris door de vlammen
verteerd en ook 25 balen kunst
mest. Voorts kwamen 6 varkens
in de vlammen om. Het is ge
lukt de paarden en koeien nog
tijdig uit de brandende schuur te
halen.
Door mej. M. F. Wieland,
onderwijzeres aan de openbare
school te Othene, is wegens
voorgenomen huwelijk tegen 1
Mei a.s. ontslag aangevraagd.
Pensioenfonds Z, Y. T. M. en
B. H W.
Voor het vaste personeel der
Zeeuwsch-Vlaamsche Tramweg-
Maatschappij en Stoomtram Hulst-
Walsoorden is met ingang van
1 Maart a.s. een Pensioenfonds
gesticht. Het reglement is reeds
door den Minister van Waterstaat
goedgekeurd en zal een dezer
dagen aan het personeel worden
uitgereikt. Dit fonds zorgt zoo
wel voor de pensioenen van
weduwen en weezen als voor dat
van de mannen, Voor het per
soneel, dat thans in dienst is,
gelden de pensioenrechten terug
werkende tot den datum van in
diensttreding. Bij vollen dienst»
tijd bedraagt het pensioen voor