Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch - Vlaan deren
Gevlucht.
No. 26
VRIJDAG 29 JUNI 1928.
44e Jaarg.
j
J. C. VINK - Axel.
Verzint eer gij begint.
Binnenland.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENT1ÊN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
De statistieken leeren ons, dat
het aantal echtscheidingen gedu
rende de laatste jaren voortdurend
toeneemt, waaruit men de con
clusie moet trekken, dat velen tot
het sluiten van een huwelijk over
gaan, zonder zich vooraf voldoen
de rekenschap van dien stap te
hebben gegeven.
Groot is daardoor ook het aan
tal gehuwden, die ondanks een
tekort aan huwelijksgeluk bij el
kander blijven.
We zullen den lezer de be
schrijving sparen van de gevolgen,
welke een ongelukkig huwelijk
met zich brengt. Ze zijn helaas
dagelijks te zien. Laten we daar
om liever trachten de oorzaak er
van op te sporen, ten einde de
ruzie, de jaloezie, de haat en wat
al niet meer nog een groot deel
van het leven van zoo'n tweetal
hoopvolle levens bederft, te voor
komen.
De vraag, welke de oorzaken
zijn van die ellende is zeker van
het grootste belang, want door
die te kennen en er rekening
mede te houden is nog veel van
wat het goede spoor had verlaten,
in het reine te brengen.
De voornaamste- oorzaak is na
tuurlijk een tekort aan liefde,
hetzij bij één der betrokkenen, of
bij beide partijen. Aan de eerste
voorwaarde voor een gelukkig
huwelijk geestelijke harmonie
kan dan nimmer voldaan wor
den, zoolang men het tekort niet
inhaalt.
Onder geestelijke harmonie
wordt niet verstaan, dat men het
over alles eens is. De meeningen
van twee mensche.n kunnen zuiver
tegengesteld zijn en toch behoeft
dit volstrekt geen reden tot on
aangenaamheden te zijn, mits er
werkelijk liefde tusschen hen be
staat. Het is zelfs goed als men
het niet altijd eens is, want wan
neer men een zaak van twee
kanten beziet, loopt men geen
gevaar eenzijdig te worden. Het
vriendschappelijk bespreken van
dingen, waarover men het niet
eens is, kan dus zeer leerzaam
zijn, wat voor beide partijen een
voordeel beteekent.
Bij den man overheerscht het
verstand bij de vrouw het gevoel.
Tusschen verstand en gevoel be
staat, ook in één persoon, een
spanning, als tusschen plus- en
min-pool eener electrische stroom
bron. Een lamp, die 4 Volt kan
verdragen, zet men niet op een
stroom van 220 Volt; dat zou
immers haar vernietiging betee-
kenen. Evenmin kunnen een man
en een vrouw, die elkander niet
verdragen, samengaan. Maar zij,
kunnen dit soms leeren. En de
grootste fout in vele huwelijken
is, dat zij dit niet probeeren, dat
zij geen geduld genoeg hebben.
Lichamelijke aantrekking alleen
is geen waarborg voor huwelijks
geluk. Zij kan tijdelijk bevredigen,
maar laat daarna een geestelijke
leegte. Zingenot is niet het doel
van het huwelijk. Het natuurlijke
doel is de voortplanting. Kinderen
<unnen echter niet tot volkomen
ontwikkeling komen als de ouders
geen kameraden zijn, die elkander
in alle moeilijkheden trouw ter
zijde staan. De kinderen zijn
altijd de dupe van de fouten
ïunner ouders. Daaraan wordt
te weinig gedacht, anders zou
men eerder tot het brengen van
een offer bereid zijn.
In de eerste plaats is ook vóór
het huwelijk geestelijke harmonie
noodig. Bestaat deze niet direct,
dan kan men trachten haar te
scheppen, doch als dat niet ge-
ukt, doet men verstandig in het
belang van beide partijen van een
verbintenis af te zien. Trouwen
behoort „houwen" te zijn.
In vele gevallen kan een echt
scheiding voorkomen worden als
Schuwden een eerlijke poging
doen eikaars „gevoeligheden" te
ontzien en eens vriendschappelijk
met elkander van gedachten te
wisselen, totdat het evenwicht
hersteld is. Zoodra men het ge
voel heeft, dat er evenwicht is,
dient zich het huwelijksgeluk aan
als een zwerver, die van een verre
reis teruggekeerd is. Sluit dan de
poorten uwer harten niet 1
Tr.
7)
De heilige plicht gebiedt de
levendeD niet om de doodeo te
vergeten. Kom, myn vr end, wij
zullen zijn schrijfbureau direct
doorzoeken. Alles, wat belang
heeft, placht hij daarin op te
bergen.
Ze gingen naar dr. Hellkreut's
kamer, waar Marianne alle vak
ken van het schrijfbureau ont
sloot en de daarin liggende pa
pieren begon te doorsnuffelen.
Spannberg stond naast haar
ZQn blik verliet echter spoedig
de papieren, om vol liefde te
blijven rusten op een portret, dat
midden op de tafel stond.
Het stelde een knap, slank, nog
kinderachtig jong meisje voor,
met donkere fluweelen cogcn
en blanke huid, bet gelaat om
lijst dour ravenzwart haar.
Het portret was in pastelkleur
geschilderd en was bijzonder
levendig door een lieftallig glim
lachje, dat om de overmoedig
gekrolde lippen speelde, en de
heldere frisschs kleuren.
Ja» dat wm ze, wie zijn leren
Nederland -Belgie.
Maandag jl. maakten ruim 100
leden van „Handelsbelang" te
Middelburg en enkele ger.oodig-
den, namelijk de rechtskundig
adviseur, de heer mr. P. Dieleman,
de vertegenwoordigers der Kamer
van Koophandel, de heeren M.
Laernoes en mr. H. Doorenbos
en de heer G. J. de Jonge, direc
teur van den Prov. Stoomboot-
dienst op de Westerschelde, een
excursie, naar Antwerpen.
Te half zeven uit Vlissingen
vertrokken, kwam het gezelschap,
na een heerlijken tocht over de
Schelde, te kwart over tien aan
het Steen te Antwerpen aan.
Te 11 uur werd een bezoek
gebracht aan het Stadhuis.
In de prachtige Leijszaal, wer
den allen officieel door het ge
meentebestuur ontvangen, nadat
het bestuur was voorgesteld door
den consul-generaal van Neder
land te Antwerpen, den heer A.
Ruijs.
De voorzitter der vereeniging,
de heer G. v. Nederveen, zeide,
dat deze reizen, die tot doel
hebben het verruimen van den
gezichtskring der leden, ditmaal
buiten de landsgrenzen gaan. Het
is een groote eer en een groot
genoegen op het prachtige stad
huis te worden ontvangen van de
stad Antwerpen, die zich in den
loop der eeuwen ontwikkelde tot
een stad van 450.000 inwoners,
waaronder 25.000 vreemdelingen,
wel een bewijs van het cosmo-
politische karakter.
Spr. wees op de groote nijver
heid, de prachtige wetenschap
pelijke inrichtingen, de juweeltjes
van schilderkunst, de mooie ge
bouwen, in alle stijlen van af de
vroegere middeleeuwen tot heden,
van Antwerpen. Verder op de
mooie parken, de machtige stapel
plaatsen, de havens, alles een
bewijs van welvaart.
Spr. bewondert den onderne
mingsgeest om in 1930 een ten
toonstelling te organiseeren en
zegt ten slotte, dat de leden van
„Handelsbelang" zijn gekomen als
rechtschapen Nederlandsche Han
delsleden met vriendschap in het
hart, welke door de hartelijke
wijze van ontvangst is beant
woord, en met de hoop, dat Ant
werpen onder het kundig bestuur
van der. burgemeester en sche
penen steeds in groei en bloei
moge vooruit gaan.
Een driewerf hoera volgde op
deze woorden.
De burgemeester de heer F.
van Cauwelaert beantwoordde
deze rede en zeide voor de vrien
delijke woorden zeer dankbaar te
zijn. Spr. zeide dat het goede
initiatief om ook buiten de eigen
grenzen te gaan, de gelegenheid
geeft kennis te maken met wat
door anderen is verwezenlijkt.
Dit is een der goede eigenschap^
pen, die spr. in de Nederlanders
waardeert, en die de Belgen niet
hebben. Het is goed zich op de
hoogte te stellen var, hetgeen de
wereld brengt. Dat is de sleutel
van de Nederlandsche welvaart.
De sympathieke belangstelling
voor Antwerpen is bekend en
stemt tot vreugde en dankbaarheid.
Spr. weet, dat Antwerpen in de
streek der gasten steeds goed
staat aangeschreven.
Dit bezoek kan slechts bevor
derlijk zijn aan de streek en aan
de stad Antwerpen. Maar ook
elders in Nederland zal met ge
noegen vernomen worden van
deze hartelijke wijze van ont
vangst. Spr. weet, dat ook met
belangstelling is gevolgd, wat
Antwerpen direct na den oorlog
heeft gedaan voor haar herstel
en dit met vertrouwen in de toe
komst. Spr. wil juist op die
toekomst den nadruk leggen en
dan wijzen op de groote wen-
schelijkheid dat de goede betrek
king tusschen Noord en Zuid
steeds levendiger en effectiever
wordt. Beide landen, Nederland
en België, hebben eikaars steun
en bijstand noodig en zij zijn op
elkaar aangewezen.
Daarom is sprekers innige
hoop, dat de politieke moeilijk
heden, die tusschen Noord en
Zuid mogen bestaan, zullen wor
den weggenomen. Met behoud
toebehoorde. Hoe dikwyls had
hy haar toegefluisterdwit als
sneeow, rood als bloed, zwart
als ebbenhout, beu jij mya fee.
En zij hoe had ze nog eer
gisteravond haar lief kopje aan
zijn borst gelegd, terwyl zy hem
toefluisterdeIk heb je zoo
lief, Richard, boven alles ter
wereld
Nu was ze weg. Heengegaan
zonder afscheid, zonder dat by,
dien ze zoo boven alles lief had,
ook maar vermoeden kon waar
heen en waarom. Terwijl Spann-
berg's blik in brandend verlan
gen op de schildery was gericht,
sloop ook niet de schaduw van
twyfei aan haar tronw zyn ziel
binnen.
Arm, dwaas kind, dacht hij,
je ging alleen, omdat je meende,
dat een of andere heilige plicht
je daartoe drong. Aan de smart,
die je my daardoor aandeed en
dat je eerste plicht tegenover my
vertrouwen was, heb je in je
opgewendenheid niet eens gedacht,
waarachynlijk.
Marianne had intaischen alle
vakken van het schrijfbureau ge
leegd, de papieren vluchtig be
keken en zag nu teleurgesteld
tot Spannberg op,
Niets, geen enkel papier»
van ieders politieke zelfstandig
heid moet men zich verheffen
boven tijdelijke en plaatselijke
belangen, die moeten wijken voor
het algemeen lèndsbelang. De
beide naties moeten elkaar zoeken
en spr. meent, dat een bezoek
als dit daartoe zal kunnen bij
dragen. Spr. hoopt ook, dat de
deelname van Nederland en kolo
niën op de tentoonstelling van
1930 groot zal zijn.
Spr. zegt, dat de kolonie van
Nederlanders een eerste plaats
inneemt, waar meer dan 10000
Nederlanders te Antwerpen en
omgévjf wonen.
Hij meent, dat zij hier aange
naam verblijven. Men moet al
meer en meer het wederkeerig
belang begrijpen. Beiden zijn
deine volken en moeten zich
verheugen in elkanders groei en
bloei en samen aan de groote
landen toonen, waartoe kleine
landen in staat zijn. Men moet
geen moeilijkheden zoeken, maar
de zoo hoog noodige samen
werking.
Spr. brengt ten slotte nog
grooten dank voor de goede
zorgen, die Zeeland betoond heeft
om de tienduizenden vluchtelingen
uit Antwerpen te helpen, waarvan
hij zich zelf in 1914 heeft over-
tuid en die men nimmer vergeet.
(Luid applaus).
De heer Ruijs dankte den heer
van Cauwelaert voor deze harte
lijke ontvangst.
Hierna werden, blijkens het
verslag in de Midd. Crt., waar
aan het bovenstaande is ontleend,
de overige zalen van het stadhuis
bezichtigd en trok men verder
met autobussen de stad door.
Na een bezoek aan de automobiel
fabriek Minerva en een maaltijd,
werd de terugtocht weer met
prachtig weer volvoerd.
De reis van de Koningin.
Het Zweedsche telegraafagent-
schap meldt uit Abisko, dat Ko
ningin Wilhelmina en Prinses
Juliana naar Noorwegen vertrok
ken zijn, na een verblijf van een
week te Abisko.
De Koningin en de Prinses
dat op Serena betrekking hebbeD
kan, is er te vinden.
Misschien is er ergens eeD
geheim vak
Neen. Het schrijfbureau is
»an mijn gestorven vader en ik
ken het heel precies. Geheime
vakken zijn er niet in.
Dr. Hellkreut schrytt echter
toch zelfDe papieren za
moeten er dus zijn. Is er in hnis
dan geen enkele andere plaats,
waar hy ze bewaard kan hebben
Neen. Hij moet ze buitens
huis gedeponeerd hebben. Mis
schien by een advokaat, by 't
gerecht, by een bank, wie weet.
Jammer, dat jhr. ven Marko hier
niet is. Die was Bernards vriend
en in zakelyke aangelegenheden
zyn raadsman. Misschien dat hy
ons een vingerwijzing zou kunnen
geven. Marko vertoeft thans ech
ter b(j zyn gehuwde dochter in
Dar-cs-salam.
Ik geloof niet, dat meneer
von Marko ods veel helpen kan.
Wat dr. Hellkreut n rooit gezegd
heeft, zal hjj dezen zeker niet
toevertrouwd hebben.
Zwjjgend en moedeloos staar
den beiden voor zich heen.
Op dit oogecbiik ttad Fine bin
nen. Haar rimpelig gelaat stond
▼ol aorgeu en droeg de sporen
van geween. Ze bad voorzichtig
eenige voorwerpen in de hand,
die ze voor haar meesteres neer
legde.
Dit zat in de kleeren, waar
in hij stierf, mevrouw
Het is goed. Ik dank je.,
mompelde Marianne met verstikte
stem en wenkte haar, heen te
gaan.
Voor haar lag het gouden hor
loge van haar man, een zakdoek,
zijn portefeuille en een kleine,
verfrommelde enveloppe, die er
vochtig uitzag, als was ze in el
kaar geknepen in 't water ge-
worpeo. In een hoek stond
een klein monogram in goud
druk S H.
Sarena's postpapier, riep
mevrouw verbaasd, toen haar blik
daarop viel. Wat kan zy myn
man geschr
Verbleekend bleef ze stok
ken an zag verschrikt naar Spann
berg, die de enveloppe omge
draaid bad, zoodat het voor bei
den leesbaar -werd t
»Aan den heer Georg Greiser,
secretaris van Losenegg, in
den molen, Direet te overhan
digen.
Ook Spannberg werd bleak,
Mat bevende vingers poogde bjj
deo brief uit de enveloppe
trekken.
Er stondeD maar een paar zin
nen op, luidende
»U hebt gelijk, er blyft geen
andere weg over. Er mag niet
geaarzeld worden. Ik kan van
niemand meer afscheid nemen
niemand meer in de oogen
zien. Wacht mij morgen vroeg
bij de steenfabriek. Verder laat
lk alles aan u over. Weg van hier.
Middernacht 22/5, S H.c
Sprakeloos zag Marianne op
dezen brief. Spannberg balde de
bevende vingers tot een vuist.
Dus toch 1 stiet hy buiten
zich zeiven van woede uit.
Met hem 1 Met dezen schurk, met
dezen moordenaar 1 Hy hield zich
du» op in den bemchten molen
in bet bosch, Deze ligt aan den
voet vbd den kruisberg. Mijn be
diende heett zich dus niet ver
gist, toen hy hem daar zag. Wat
mag hij haar hebben wijsgemaakt?
En wat moet zy geleden hebben,
voor zfj tot dezen stap kon be
sluiten 1 Daar staat het»Er blyft
my geen andere weg over* eü
dan»Ik kan niemand meer in
de oogen zien.s
Wordt vervolgd),
AXELSCHE
COURANT