Nieuws- en Advertentieblad voor Zee uw scli-Vlaander en Hen schoons taak. No. <>7. VRIJDAG 25 NOVEMBER 1927. 43e Jaarg. J. C. VINK - Axel. FEUILLETON. Hoe Sint-Nicolaas aan zijn vrouw kwam. Binnenland. £p3 Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond, ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-U1TGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56. - «Postrek. 60263. „Goed doen ts de heer lijkste taak van den mensch" Het ligt in den aard van het wezen van den mensch, als uiting van den Logos, dat hij, onder welke omstandigheden hij zich ook geplaatst ziet, immer werk voor handen of geest zal kunnen vinden, dat niet alleen materieel vruchten zal afwerpen, doch ook tegelijkertijd voor anderen tot nut en hulp zal strekken, daarbij den bedrijver van het werk steeds een groote moreele voldoening verschaffend. Om het eigenlijk heel kort te stellen Voor ieder mensch is goed werk te doen. En hierin ligt feitelijk de kern voor alle welslagen. Want dit weten brengt onherroepelijk met zich mede, dat men nooit hoeft te vreezen voor de uitkomst van het werk, nooit hoeft te twijtelen aan het welslagen van de taak, en geen vrees hoeft te koesteren voor concurrentie of tegenspoed, wanneer men zich gedragen weet door het besef, dat het werk, hoe simpel of nederig dit ook moge schijnen, goed is. Dat het hel pend, opbouwend, nuttig is. Het is goed, in dit opzicht eens de wonderlijk bemoedigende woorden te overdenken van John Ruskin, waar hij zegt„Ik geloof dat de juiste vraag, die men ten opzichte van alle versiering te stellen heeft, eenvoudig deze is Werd het met vreugde gedaan was de beeldsnijder gelukkig, toen hij er mee bezig was Het kan het zwaarste werk geweest zijn, dat men zich denken kan, en te zwaarder, omdat er zooveel vreugde in gelegd werdmaar het moet gelukkig geweest zijn ook, anders kan het niet leven We zijn niet in deze wereld ge zonden, om eenig ding te doen, waarin we niet ons geheele hart kunnen leggen. We hebben zeker werk te doen voor ons brood, en dat moet met ijver gedaan wordenwe hebben ander werk te doen voor ons genoegen, en dat moet van harte gedaan wor den, doch met een vasten wil Een ware geschiedenis uit de Avp. door B. v. E. II. Met myter en staf en den lan gen witten baard niet te verge ten, naderde onze Sint. Da beer Luytbulckert sloeg achterover in zyn stoel, sprakeloos van verba zing. De goede Sint scheen wat nervous te zyn. Hij plukte aan zijn baard, hakkelde en stotterde en zette zenuwachtig iets neer op tafel, vlak voor den verbluften generaal. Het was een Zeiss-kij- ker. Maar wat voor eenZulk een Zeiss-kijker had zelfs de Duit scbe kroonprins niet bezeten toen hij nog iets over z'n regimenten te zeggen had. Het was eigenlijk geen Zeisz-kyker meerhet was een soort glanzend juweel, waar door men in staat zou zyn de kiezelsteenen op te tellen. Maar wat drommelwie zou dat syn dacht de heer Luyt bulckert en hij keek Sint Nico- laas opmerkzaam aan. Sn piotse en wat deze inspanning niet waard is, dat moet heelemaal niet gedaan worden. Misschien is alles wat we hebben te doen, voor niet anders bedoeld, dan een oefening van het hart of van den wil en is op zichzelf mis schien nutteloos; maar in ieder geval, al geeft iets een weinig nut, we knnnen het wei achter wege laten, als het niet waardig is, dat we onze handen en onze kracht er aan zetten." Nietwaar? De vreugde, de blij heid bij den arbeid is dus zoo heel noodig. En niet alleen om dat dit aan den arbeid ten goede komt, doch ook en vooral, omdat het een onmiskenbaar teeken is, dat het werk, waar we onze kracht en energie aan geven, een goed werk is. Dan kan men een ge zegde, als dat van Philips Brooks, „geluk is de natuurlijke bloem van den plicht", of van den ou den wijsgeer Sophocles„Goed te doen is de heerlijkste taak van den mensch" gaan begrijpen en waardeeren. En in dit licht kunnen we ook weten, dat, indien wij ons in de omstandigheid bevinden, dat we voor ons dagelijksch brood werk verrichten moeten, dat niet ons hart heeft, omdat we begrijpen, dat het in zijn strekking niet goed, schadelijk is voor de menschheid, er zich zeker een gelegenheid zal voordoen, om dit weinig help- volle werk te verlaten en beter, goed werk te aanvaarden. Zoodra dit besef bij den denkenden mensch levendig wordt, zoodra hij gaat inzien, dat het werk dat hij doet niet goed is, zal deze „zachte stem" steeds luider wor den en gebiedender. Totdat hij voelt, dat hij dit werk niet meer doen kan. En dan zal zeker een ander werk, goed werk voor hem aanwezig zijn, andere werkgele genheid. Omdat we nooit gedwon gen kunnen worden, iets te doen, dat niet goed is. En omdat wij kunnen weten, weer uit den aard van ons wezen, als weerspiege ling van den algeest die in zijn alomtegenwoordigheid, algoed heid en alwetendheid den kosmos beheerscht, dat er geen mensche- liog meende hij iets te herken nen die oogen- die neus-, dat moest de oude overste Ver- beeck zijn die hem eens, ja hoe lang was dat al niet geleden, in Indie bij de Tamiangexpeditie als kapitein het le ven redde 1 Ver- beeck was immers op thuiskomst naar Holland. Dat was nog eens een verrassing! Die ouwe Ver- beeck toch Stilnou niets laten merken 1 Nou net doen of 't ie 'm niet herkende 1 Nou moest ie zich groot houden Dat was voor Verbeeck, z'n ouwe strijdmakker zelf ook het aardigste. »Wel,« bromde Luytbulckert grommend »Goede Sint u ver rast mij U hebt het zeker erg druk Gaat u nog by andere menschen rond vanavond? Wy hopen dat u de rest van den avond by ons zult willen door brengen. Wellicht dat u zich eerst echter ontdoen wilt van uw voor naam, doch lastig en warm ge waad Wat was dat nu? Rosy klapte in de handen en de goede Sint scheen geheel verbluft. Hij hak kelde maar wat, boog, schudde den generaal de hand, boog weer en verliet toen snel de kamer. Rosy vloog hem na« In een wip lijke behoefte of nood kan ont staan, waarin niet overvloedig zal voorzien worden. Ja zeker, het is een woord van groote wijsheid Góed te doen is de heerlijkste taak van den mensch. Want dit goed doen schenkt den bedrijver reeds dadelijk vreugde, en kan in zijn gevolg niet anders dan goed en vreugde medebren gen. Omdat goed brengt voort goed en kwaad hetikwade, krach tens de universeele wet, dat elke soort zijn eigen soort voortbrengt. F. C. De Klompenindustrie. Aan de Tweede Kamer is een adres gezonden, waarin de toe stand van de klompenindustrie in ons land is beschreven en waarin wordt aangedrongen op meer be- stuurszekerheid van de klompen makers. De klompenmakers of an deren uit België koopen hier het klompenhout op en komen met de klaargemaakte klompen op de markt, tegen een prijs waarvoor ze hier niet te leveren zijn. Aan .dien invoer moest paal en perk gesteld worden. Bedroeg de invoer van 1910 tot 1923 gemiddeld 2711 ton per jaar, in 1923 tot 1926 werd ge middeld 3989 ton ingevoerd. De uitvoer bedroeg van 1910 tot 1913 gemiddeld 577 ton per jaar, in 1923 tot 1926 werd ge middeld 230 ton per jaar uitge voerd. De invoer steeg met bijna 40 pCt; de uitvoer daalde met ruim 60 pCt. In de maanden van Januari tot en met September van dit jaar bedroeg de invoer 2720 ton. De uitvoer bedroeg in dezelfde maan den 229 ton. Bij dezen zeer slechten toestand komt zich nog de steeds stijgende uitvoer van hout voegen. In de eerste 8 maanden van dit jaar werd 27.063 ton uitge voerd, in dezelfde maanden van 1926 bedroeg de uitvoer 27.262 ton, in dezelfde maanden van 1925 was dit 21.051 ton en in dezelfde waren ze verdwenen. Luytbulckert bleef met zijn Zeiszkijker en zijn gezwachtelde voet alleen. Hy grinnikte. »Zoo'n dekselsche meid, die Rosy» dacht hy »die was mee in 't complot, die was met de ouwe Verbeeck samen in 't complot 1 Zoo'n nest van een meidNou zou straks overste Verbeeck binnen komen en dan zouden ze elkaar, na ja ren scheiding begroeten, en een srezelligen avond doorbrengen. En Rosy zou de wijn uit den kelder halen. Daar was nog dat fijne merk van z'n verjaardag, en daD maar wat drommel, waarble- veD ze toch. 't Leek wel dat de overste zich heelemaal ontkleeden moest. En waar Rosy toch uit hing De generaal snapte er niets van. »Hélc riep hy einde lijk. Maar er kwam geen ant woord. >Héél!' schreeuwde hy du driftig: »Rosy! waar zitje? Hé Geef eens antwoord Rosy-y-y-y j 11» Niemand luisterde naar hem. Toen werd de oude snorrebaard paars van drift. Hij zette zijn omzwachtelde voet op den grond. »Ai! Genade wat een pijn het trok hem door zijn heele been 1 Die beroerde jicht ook I Maar by tot 5 regels 60 Cent; voor Groote letters worden naar ADVERTENT1ËN van 1 eiken regel meer 12 Cent. plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. maanden van 1924, 5202 De laatste jaren duseen co n- stant hooge uitvoer, vergeleken met 1924, toen de Belgische klompenmakers het klompenhout nog niet kwamen wegkoopen. Het is dus begrijpelijk, dat het den klompenmakers pijnlijk aan doet, dat het hout in veel^ te groote massa wordt uitgevoerd zonder eenige beperking, en van dat zelfde hout de bewerkte klompen worden ingevoerd tegen een prijs, zooals bovengenoemd. Met deze uiteenzetting beoogt men de Kamer te verzoeken, om beperking van invoer van klom pen of stopzetting van uitvoer van klompenhout. Wat dit eerste betreft, meent het comité dat maatregelen, zooals voorheen in het Schoenenwetje waren neer gelegd, zeer zeker den onhoud- baren toestand zouden helpen verlichten. De minister var) arbeid heeft aan de plattelandsgemeenten ver zocht, een opgaaf te verstrekken van het aantal populieren in hun gemeente, alsmede den stand van den aanplant en de opruiming van die boomsoort. Dit verzoek houdt verband met een ingekomen klacht over den uitvoer van populierenhout, waar door de klompenindustrie zou worden bedreigd. Provinciale Staten Voorstellen van God. Staten voordeaanst. najaarsvergadering Inzake het verzoek om le de vrachttarieven van goederen, enz., te verlagen. 2e uitbreiding vap den Zondagsdienst, en 3e meer laadruimte op de boot, betreffende den dienst Hansweert—Walsoor-, den, stellen Ged. St. voor om dit om praeadvies naar Ged. Staten e zenden, aangezien aan ditcol- ege den tijd heeft ontbroken om in die zaken een bepaald voor stel te doen. Een verzoek van het „Wit-Gele- Kruis" om susbidie wordt aange houden, tot deze vereeniging heeft geconfereerd met „Het Groene Krusi" zou zeHij zou zeHij zou la ten zien dat ai bewaar me wat een gemeene scheut 1 dat hij baas was in zijn eigen huis. Zoo nu voorzichtig aan oo, nu was hij er bijna. Voetje voor voetje strompelde generaal Loytbulekert naar de deur. Woest trok hij ze open eD zag de gang in. Toen bleef hij wezenloos staan. Daar zag hyboe kon het mogelijk zijn,.,., dat de goede Sint, Rosy, zijn lieve, onschuldige, onwetende dochter, in zyn armen hield en vurig kuste. »Hé!« riep Luytbulckert verblutt. Maar de Sint hoorde niets. Men had een battery naast hem kun nen afvuren hij zon het niet ge merkt hebben. En de onschuldige, lieve dochter scheen het de ge woonste zaak van de wereld te vinden en ook tegen 't kussen maakte ze geen bezwaar. De oude generaal duizelde het. »Hé-é-é-ébulkte h\j opeens woest. Zyn stem leek een myn- ontploffiag. Dat hielp. De twee in de gang sprongen met een gil uit elkaar. Sint Nicolaas droeg geen baard meer. Een jong gezicht zag van Ged. Staten stellen voor een verzoek van den A. N. W. B. en de K. N. A. C. om verbete ring van den provincialen steiger te Walsoorden aan te houden tot de zomerzitting van 1928, daar het onderzoek nog niet is afgeloopen. Het college heeft gemeend op juridisch advies te moeten be rusten in het vonnis van de recht bank te Middelburg, waarbij de provincie Zeeland veroordeeld werd tot het betalen van f740.70 plus rente en proceskosten in verband met de aanvaring tus- schen de hoogaars „Breskens 27" en het s s. Zeeland van den Prov. Stoombootdienst op de Wester- Schelde. Voorgesteld wordt ten behoeve van den Stoombootdienst op de Westerschelde te Vlissingen nieu we kantoorlokalen, met wacht kamer, goederenloods enz. te bouwen, waarvan de kosten op f25000 worden geraamd. Verbetering Prov. wegen en werken. Ged. Staten stellen Prov. Staten voor ten behoeve van het ver- beteringswerk aan den steigerdam te Kamperland beschikbaar te stellen de som van f26.000; voorden aanleg van een ducdalf bij den steiger te Kortgene eene som van f 4200. voor het bestratingswerk aan den Prov. weg Neuzen—Axel eene som van f 15.000 voor de voltooiing van de ver nieuwing en verbreeding van de kunstbaan van den Prov. weg BuitenlustGroede eene som van f 20.500 met machtiging aan Ged. Staten, om tot aankoop der gron den over te gaan voor werken tot verbetering van den steiger te Hoedekenskerke eene som van f 20.000 van de aanduiding van de in deeling der wegen in klassen, de gesloten verklaring der wegen en de eventueele sluiting der Prov. wegen bij opdooi, een en ander op grond van het Motor- en Rijwielréglement, beschikbaar te stellen een som van f25.000. Subsidie handelsonderwijs. In de Statenvergadering van 25 Juli 1927 werd besloten aan de Katholieke Middelbare School- onder debisschopsmijter versch rik den razenden Luytbulckert aan Wie is u, mynheer Hoe waagt u hoe heet u hijgde de generaal, die een beroerte naby was. De goede Sint sloeg militair de hakken tegen elkaar en salueerde Verbeeckc, zei hij manmoedig >Verbeeck, tweede luitenant der intanterie. Ik wilde, ik deed ik won. »Verbeeck.» viel de generaal hem in de rede. »Verbeek? Zeg eens mijnheer, ben jy familie van overste Verbeeck die op de Ta miangexpeditie mijn leven red de?* »Zijn zoon, generaal* De rest waarde lezer, ben ik niet te weten gekomeD. Maar uit zeer nabije relaties hoorde ik als zéér zeker mededeelen dat Sint Nicolaas getrouwd moet zijn en dat het huweljjk een zéér ge lukkig huwelijk is.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1927 | | pagina 1