Bewogen Huwelijksleven.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zee uwseh- Vlaander en
No. 34
DINSDAG 2 AUGUSTUS i i)27.
43e Jaarg.
1 méij»
J. C. VINK - Axel.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Tefef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Provinciale Staten
Als vervolg op hetgeen in de
zitting van de vorige week is be
handeld en besloten, noemen we
nog de stichting van een gebouw
te Breskens voor berging van
goederen, de aanschaffing van
eer. ponton, oprichting van een
olietank, stichting van een kolen
bergplaats te Vlissingen, alles
voor de Prov. Stoombootdienst.
Na goedkeuring der rekening
1925 en wijzigingen in de begroo
tingen van 1926 en 1927 kwam
de begrooting voor 1928 in be
handeling.
Nimmer hadden deze een om
vang als nu en als er niet zoo
veel gunsten en feiten werden
aangeroeid zou men denken aan
een Tweede Kamerzitting. In-
tusschen lijkt er wel heel veel
te moeten verbeteren en veran
deren, als zooveel wenschen naar
voren worden gebracht. Toch
zijn er ook inderdaad zaken van
ernstig belang besproken, die
helaas niet voor de eerste maal
in behandeling kwamen en waar
voor in bepaalde gevallen een
motie als dreigement moest die
nen, al is het dat het vragen van
een vrijkaartje op de booten voor
de Statenleden niet onder die be
langrijke punten kan worden ge
rekend. Zoo iets riekt weer naar
eigenbelang, als men weet, dat
de Statenleden toch vergoeding
krijgen voor reis- en verblijfkos
ten, indien zij die ten behoeve
van de Prov. belangen maken.
In de afdeelingen werd dan
gesproken over de wijze, waarop
de leden van Ged. Staten waren
gekozen. De partijen, die daarbij
gepasseerd zijn, zullen minder
welwillend tegenover Ged. St.
staan.
Nadere inlichtingen werden o a.
gevraagd over den stand van
zaken der Z.-Vlaamsche water
leiding. In de pers is gesproken
over vertrouwen en onwilligheid,
en omdat vertrouwen noodig is,
dient openlijk gezegd, hoe de
zaken staan. Hoe komt 't, dat ver
schillende gemeenteraden zich
verzetten en wat is er waar van
de bewering van onderhandsche
aanbestedingen, zoo vroeg men.
Tevens is er op gewezen, dat
het verkeerswezen in Zeeland in
een nieuw stadium is gekomen.
Aan de samenwerking der ver
keersdiensten hapert echter nog
heel wat. Aangedrongen werd
dan ook op de instelling eener
verkeerscommissie, die eenheid
kan brengen.
Inlichtingen werden nog ge
vraagd over de nieuwe ferryboot.
Naar aanleiding van een en
ander deelden Ged. St. het vol
gende mede
De instelling eener commissie
van Statenleden, die o.m. belast
zou worden met het vaststellen
van dienstregelingen, zou in strijd
zijn met ons staatsrecht, dat aan
Ged. Staten de dagelijksche lei
ding en uitvoering van zaken op
draagt. De samenstelling eener
zoodanige commissie komt trou
wens Ged. Staten overbodig voor.
Zij beschouwen een goede rege
ling en aansluiting van verkeers
middelen steeds als een voor
naam deel hunner werkzaamheid,
en zijn steeds bereid wenschen
in overweging te nemen.
Wat de waterleiding in Z.
Vlaanderen betreft, is gezegd, dat
men moeilijkheden met deze ma
terie overal heeft. De besluiten
aangaande geldleeningen zijn
door alle betrokken Z. Vlaamsche
gemeenten genomen. Wat de
beroering over onderhandsche
aanbesteding betreft, er is nog
geen geld, dus kan er nog niet
aanbesteed zijn. Deze bewering
is waarschijnlijk ontstaan, door
dat men door bemiddeling van
het rijksbureau getracht heeft be
slag te leggen op de waterleiding
buizen. De fabrieken, die daar
voor door het rijksbureau werden
aangeschreven, bleken in één
verband te zitten, en een afspraak
met elkaar te hebben gemaakt.
Daarom wordt een onderzoek
ingesteld naar andere buizen. Het
verdere over de Zeeuwsch VI.
waterleiding berust op onkunde
of boos opzet. Te verwachten
is, dat in den loop van het vol
gend jaar het pompstation aan-
(96
»Laat mij een paar dagen hier
vertoeven by u, het is zoo natuur
lijk, dat ik onder de heerschende
omstandigheden hier troost zoek
en raad, tot de zaken bij ons ge
schikt zijn, zeg aan vader, dat ge
mij toegankelijk wilt maken voor
zyu invloed en daaraan arbeiden,
en daarvoor zorgen, dat ik myn
lot meer gelaten drage, dat ik
troost scheppe nit zijne levensbe
schouwing of uit zijn vertrouwen
op God, naar hij het noemen wil.
Zorg alleen, dat ik ontsnappen
kan aan het toezicht van myn
man, die opeens begonnen is den
baas te spelen. Nu of nooit moet
ik myn geluk grijpen wees my
behulpzaam, moeder, laat my hier
met Landry het noodige bespre
ken en afspreken, daar my ieder
bezoek ontzegd is te ontvangen
of af te leggen,
>Ik zal zien, Marie, wat mijn
geweten mij toelaat,zei mevrouw
Gerland bedrukt, slaat u na thuis*
brengen, het is tyd eD uw vader
i* moede en aangedaan,*
En Marie ging heen, veel lich
ter dan zij gekomen was. Thuis
gekomen ging zy de kamer haars
schoonvaders voorby en hoorde
zy de stem van haren echtgenoot,
die stem, welke eens haar hart
had doen beven van hartstochte
lijk woest verlangen. Het was nog
diezelfde diepe mannelijke klank
en de woorden welke hy sprak
en die Marie hoorde, gaven ge
tuigenis van het goede, edele,
moedige hart, gelouterd door leed
en berouw. Maar klank en woor
den waren haar vreemd geworden,
zij vonden den weg niet meer tot
haar hart, om het te kunnen
onttrekken aan zonde en verderf.
Korven vol looi en kransen,
gevlochten uit de schoonste lente
bloemen, werden van Barnrode
gebracht naar de kerk van het
klooster der Ursulinen, om dit te
tooien. De oude huisbewaarster,
die op het landgenoot haar ambt
bekleedde, maar toeh spoedig zon
beengaan, had die zelf gevlochten
met bevende handen en dmzend
tranen waren gevallen op die
bloemen, afgesneden voor den
plechtigen dag welke hare jonge
meesteres wachtte. Een plechtige
dag zou het zijn, de vrome zusters
noemden het een vreugdedag,
besteed kan worden, en dat het
over twee en een half a drie jaar
van goed water voorzien zal zijn.
Technisch gebeurt er niets zon
der het rijksbureau. De Minister
moet alles goedkeuren.
Voor zooveel de ferryboot be
treft, meenen Ged. Staten te kun
nen herhaien, dat van het ter in
zage gegeven plan niet is afge
weken, wat de hoofdzaken be
treft.
Wat de rechtspositie der amb
tenaren betreft, Ged. Staten wil
len eerst eens afwachten de re
geling van het Rijk, die binnen
kort te wachten is.
Over verbetering van een paar
honderd meter weg van den weg
Axel-Neuzen, even buiten Axel,
zullen Ged. Staten overleg plegen
met den hoofdingenieur van den
Prov. waterstaat.
Door een der leden is gevraagd,
in verband met de tekorten op
den bootdienst Neuzen—Hans-
weert, en nu de locaalspoorweg
in Zuid Beveland voltooid is, of
er voor Ged. Staten geen aan
leiding is te overwegen alleen de
verbinding Neuzen Hoedekens-
kerke te onderhouden. Door een
ander lid werd aangedrongen op
beperking van den Zondagsdienst,
vervoer van goederen en auto's.
Een ander lid wenscht aansluiting
van de tram op de laatste boot
Hansweert--NeDzen. Eenzelfde
verzoek werd gedaan voor den
trein te Neuzen.
Nog is er op de beperkte trein
verbindingen gewezen, die Z.
Vlaanderen heeft voor de zomer
dienstregeling Breskens —Vlissin
gen. Vervolgens is er gewezen
op een vermindering van het
verkeer met de verschillende
bootdiensten op de W. Schelde,
wat breedvoerig met cijfers werd
aangetoond. Dit lid meende, dat
er iets zal moeten gebeuren om
daarin verbetering te brengen,
b.v. maar drie veren te houden,
n.l. Breskens—Vlissingen, Neu
zen—Hoedekenskerke, Walzoor-
denHansweert. Beter ware het,
als het Rijk deze veren overnam.
Gezocht moet worden het ver
voer te vergrooten. Daarvoor is
maar voor vrouw Lehnen was
het treuriger en stiller zelfs dan
op die dagen, waarop zij dierbare
geliefde meDschen had toever
trouwd aan den schoot der aarde.
Man en kind waren gestorven,
Felicita's moeder was heengegaan
in den bloei harer jeugd en van
haar geluk, den heer en mevrouw
Hersking had zy na elkander
zelf de oogen toegedrukt. Dat
waren wel stille treurige dagen,
waarop het hart zoo bedroefd en
zoo eenzaam zich gevoelt en men
te moede is, als ware daar opeens
niets meer te doen, niets meer te
verrichten en als zou men niet
weten, wat nu te beginnen met
den overvloed van tijd. Maar die
toen waren weggegaan, die had
de dood geroepen en die deelden
veler lot, zoo ook de treurenden
maar de weg, dien Felicita betradj
die leidde naar een levend graf,
zooals de oude vrouw weenend
beweerde en den feestdag die haar
wachtte, die dag was oneindig
veel treuriger dan de sterfdag der
geliefden, die waren voorgegaan,
die tot God gingen op zijn roep.
Wanneer zij zoo rondkeek in den
geplunderden tain, in het ledige
stille huis, dan snikte zy lnid j
zij had ook zooveel beleefd hier,
zhad jaren geleden met een
noodig: verlaging der tarieven
en geen hooge tarieven voor
auto's, speciaal vrachtauto's.
In verband met den Zondags
dienst gaf een lid in overweging
dè zgn. tweede feestdagen met
weekdagen gelijk te stellen, als
't geen Zondagen zijn.
Gevraagd werd, of door op
heffing van één der drie boot
diensten op de W. Schelde niet
bezuinigd kan worden.
Naar aanleiding van een en
ander meldden Ged. Staten, dat
de aigemeene opmerkingen op de
W. Schelde aanleiding geven tot
de mededeeling, dat de commis
sie van toezicht op dien dienst
sedert eenigen tijd bezig is ge
gevens te verzamelen voor de
samenstelling van een rapport
over die inrichting.
De vraag om een dienst der
Zeeuwsch-Vlaamsche tramweg
maatschappij te laten aansluiten
op de laatste boot Hansweert—
Neuzen, zal aan de directie dier
maatschappij worden voorgelegd.
Ged. Staten verwijzen betref
fende de klacht over de beperkte
treinverbindingen van Zeeuwsch
Vlaanderen naar de vragen van
den heer Wallien, en het ant
woord daarop, d.d. 10Juni 1927.
Bij de vaststelling der stoomboot
dienstregelingen worden zooveel
mogelijk verschillende belangen
overwogen, maar 't is niet doen
lijk aan allen recht te doen
wedervaren.
Als de ferryboot in exploitatie
is, zal overwogen worden, of de
tarieven, in het bijzonder die
voor auto's, gehandhaafd moeten
worden.
Alg. beschouwing.
De heer Wallien vindt, dat
Zeeland aan de grens van zijn
belastingheffing is gekomen. Laat
dat voor de Staten een ernstige
overweging zijn om te bezuinigen.
Zorg moet worden gedragen, dat.
voor de electrificatie niet meer"
gelden, dan tot nu toe, moeten
worden gevoteerd. Voorts moeten
de tekorten op de bootdiensten
zooveel mogelijk worden beperkt.
Inkrimping der provinciale be
moeiingen met de gezondheids-
vroolijk hart voor Felicita's moe
der de kransen gevlochten, welke
de kerk zonden sieren, waarin
zij verbonden zou worden met
haren echtgenoot, zy had de kleine
Felicita, toen deze als moederlooze
hierheen gebracht werd, op de
armen gedragen en toen ze in
Barnrode was, haar verzorgd met
angstige zorg. Zij had nooit geluk
gezien en genoegen in de stille
donkere oogen van dit kind maar
toen was Felicita thuisgekomen
als een gelukkige bruid, zoo zalig
door bovenaardsche vreugde, dat
de oude brave vrouw God dankte
uit de volheid van haar hart. En
un mevrouw Hersking lag
in den koelen schoot der aarde bij
man en kind, in het huis der vreug
de was het stil geworden als in
een graf en in Felicita's hart
ledig en treurig als in den ge-
plunderden tnin, waar geen bloe
men meer stonden en de wind
alleen zijd spel dreef ont de ver
welkte geknakte bloesems.
En toch was Felicita een bruid
de oude vrouw kon het toch niet
b^grypen en wilde het toch niet
gelooveD, dat ook een bruid des
hamels gelukkig was. Den volgen*
dan dag zou zy hare gelofte at*
leggen, eindelijk was zy na byna
tweejarig oponthoud by de Urgu-
zorg bijv. wil spr. echter zeer
zeker niet.
Inzake de regeling der rechts
positie van het personeel werd
gewacht op de rijksregeling. Dil
was in 1924 en nog wacht men.
Deze regeering heeft wederom
een wetsontwerp over deze zaak
in bewerking. Blijft de regeering
wachten, dan blijft het personeel
ook wachten. Spr. drong op
zedelijke gronden aan op de tot
standkoming der rechtsregeling
en diende een motie in, waarin
Ged. Staten worden uitgenoodigd
in de komende najaarszitting te
komen met een regeling van de
rechtspositie van de personen
in publieken en semi-publieken
dienst der provincie.
De heer Onderdijk protesteerde
nog eens tegen de samenstelling
van het college van Ged. Staten.
De helft van het aantal kiezers
is nu niet door Ged. Staten ver
tegenwoordigd, de samenstelling
berust nog op de coalitie. Wan
neer dit echter zuiver was, dan
had ook de V. B. geen zetel
moeten hebben.
Spr. geeft toe, dat er bezuinigd
moet worden, doch zeker niet op
overheidszorg voor de gezond
heidszorg. De overheid moet in
grijpen als het parficulier initia
tief tekort schiet.
Spr. behandelde de kwestie der
zuigelingenzorg. Er is wel eenige
verbetering gekomen, doch geen
afdoende.
De rechtspositieregeling is een
heele lijdensgeschiedenis geweest.
Steeds werd de zaak maar ver
schoven. In 1918 werd al ver
wezen naar de rijksplannen. Spr.
had een motie over de instelling
ingediend, doch nu de Chr. Hist,
dit hebben gedaan, trok spr. de
zijne in.
Spr. behandelde daarop de te
korten der gewone huish. diensten
der provincie. Hij wenscht een
toelichtenden staat bij elke be
grooting. Er zijn buitengewone
uitgaven gedaan uit de gewone
middelen.
De heer Welleman betoogde
ook dat spr.'s fractie buiten Ged.
Staten is gehouden.
lineu gekomen tot het inzichl,
dat deze stap den vrede in haar
zou verzekeren, van welks bestaan
de abdis zoowel als de biechtva
der haar overtuigden, zij het ook
dat haar eigen hart hieraan niet
gelooven wilde, en eindelyk had
ook de heer Gerland gehoor ge
geven asn de beden zijner doch
ter, voor wie hij waarlyk geen
hoop meer voedde op aardsch
geluk. Barnrode zou de bruids
gift zijn der jonge non het ge
schenk, waarvan de gerechtelyke
akte reeds was opgemaakt, zon
op den dag der inzegening aan
het klooster worden overgegeven.
Voor den heer Gerland was de
dag bestemd tot de feestelijkheid,
geheim gehoudeD, daar men voor
zag, dat de beslissende stap zijner
dochter hem te zeer zou ont
roeren 6d wellicht nadeelig zou
werken op den vrede eD de ziele-
rust van het jonge meisje. Op
Felicita's wensch waren daarom
reeds sedert zes weken geen brie
ven meer tusschen hen gewisseld,
om hare rust en hare vrome over
denkingen niet te storeD en de
heer Gerland had haar beloofd,
geen gewag te makeu van haar
besluit, voor het was ten uitvoer
gebracht.
WonÜ vervolgd,)
f. y,