Bewogen Huwelijksleven. Nieuws- eu Advertentieblad voor Zeeuwsch-Ylaanderen No. 22 DINSDAG 21 JUNI 1927. 4Je Jaafg. J. C. VINK - Axel. Binnenland. FEUILLETON. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden, l Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-UITGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. Kameroverzicht. Het wetsontwerp tot regeling van comptabiliteit van het Rijk is thans eindelijk aangenomen. Het was meer een vorm dan nieuwigheid, want in de praktijk werd de regeling reeds lang toe gepast. Wat het meest naar voren kwam was het debat over de verhouding tuschen den minister van Financiën en zijn ambtge- nooten. De heer van den Tem pel meende bezwaar te moeten maken tegen de voorschriften, waarin de macht van den eerst- genoemden Minister ver boven de anderen wordt vastgesteld. Zoo is uitdrukkelijk voorgeschre ven, dat de minister van Finan ciën bezwaar kan maken tegen het indienen van de verschillende hoofdstukken der Staatsbegrot ing, indien en voorzoover het toestaan van de gelden, welke worden aangevraagd, hem met het oog op den toestand van 's lands financiën niet toelaatbaar voorkomt. Terecht meende de heer Van den Tempel, dat dit tot een zeer groote macht voor den minister van Financiën moet leiden, maar de genoemde afge vaardigde scheen niet te weten, dat dezelfde toestand ook thans reeds bestaat, en dateert van den tijd toen jnen aan den minister van Fin. met het oog op de belangen van de schatkist een bijzonder krachtige positie meende te moe ten toekennen. Minder gemakkelijk had de minister van Waterstaat het bij zijne verdediging van de eerste begrooting van het Wegenfonds. Verschillende leden waren van meening, dat hier nog steeds niet met voldoende voortvarendheid wordt gewerkt, doch zij verloren daarbij uit het oog, dat de aan leg van groote wegen een tijd- roovende voorbereiding vordert, zoodat gedurende dit jaar nog niet al te veel werken tot stand zullen komen kunnen. Het is hier niet het geval, dat de Regeering zooals men meende niet voldoen de gelden beschikbaar wil stel len, maar omgekeerd, dat de op brengst van de wegbelasting te groot is om, met de bijdrage ten laste van de gewone Waterstaats- begrooting, geheel te worden verwerkt. Toen toch een amen dement werd ingediend om de laatstbedoelde bijdrage met om streeks 2 milloen te verhoogen werd dit door den minister van Financiën onaannemelijk ver klaard, omdat het bij de behan deling van de Waterstaatsbegroo- ting had moeten worden voor gesteld en niet nu, en daarna door de Kamer met groote meer derheid verworpen. De begroo ting van het Wegenfonds werd vervolgens goedgekeurd. We hebben echter niet veel moed, dat Zeeuwsch-Vlaanderen hiervan in de eerste 10 jaren zal profiteeren, tenzij in negatieven zijn door het afstaan van eenige duizenden, die we ten behoeve van onze Noordelijker landge- nooten mogen en moeten offeren. Dan is nog een dag besteed aan de interpellatie-Kleerekooper betreffende de weigering van mi nister Donner en vroegere ambt- genooten om de Koninklijke goed keuring te bevorderen op de ge wijzigde statuten van den Nieuw Malthusiaanschen Bond. De Mi nister achtte de werkzaamheid van den bond een gevaar voor de openbare orde en de goede zeden, in welke meening ZExc. door de meerderheid der leden gesteund werd, zoodat de inter pellatie dood liep. Ook het wetsontwerp tot in stelling van een nieuwe centrale middenstands Credietbank ont moette zeer weinig instemming. Maar minister De Geer noemde het wetsontwerp erfelijk belast. Sinds men besloot, dat het Rijk de steunverleening voor verschil lende ondernemingen zal garan deeren, kan men zich niet meer straffeloos aan de zaak onttrek ken. De thans voorgestelde wij zigingen brengen echter eenige voordeelen, het gegarandeerde bedrag zal iets lager worden en (84 »Weet ik niet wie ik voor mij heb schreeuwde hij buiten zich zelf, »dat zal ik je bewijzen. Ik weet het beter dan gijzelf, melk baard, ik zal het je zeggen, hoe ge heet, opdat ge het ook weet Müller heet je, ge zijt een zoon van den bediende Müller Weet ge het nu? Rods, Von Rod a, ja dat klinkt zeer schoon, dat vond je vader ook, daarom trok hü den bediendenrok uit en de uniform aan van zijn meester, Von Roda, jammer maar dat ge het niet zjjtge stelt u wel zoo aan. Ik zal je den lust benemen fatsoenlijke lui, die uwen vader iederendag in het tuchthuis kunnen brengen, den hoed van het hoofd te slaan. Als een beeld stond Alexander daar begreep hü ook niet vol komen, wat die man daar voor hem meende, zoo gevoelde hi toch instinctmatig, dat hfj dooc en verderf over hens had besloten, dat aan ontzettend geheim tns< johan hep bestond, een geheim de garantiekosten, het toezicht van den Regeeringscommissaris op de werkzaamheden van de bank zal worden verscherpt. En het grootste voordeel is wellicht, dat de verschillende kleine sec- tarische middenstandscredietban- ken zullen verdwijnen en door een centrale bank zullen worden vervangen. Aller hoop is er nu op geves tigd, dat de nieuwe bank krach tig en gezond zal blijken te zijn, in elk geval het Rijk weinig ge vaar zal loopen, de gegarandeerde bedragen te moeten bijstorten. Alles komt dus neer op de lei ding van de bank, waarvoor men nu deskundige mannen kan kie zen zonder op geloof op poli tieke overtuiging te moeten letten, ïn het einddoel zal moeten zijn dat de Staatsgarantie geheel zal (unnen verdwijnen. In deze hoop aanvaardde de Kamer het wets ontwerp zonder hoofdelijke stem ming. Vervolgens was nog aan de orde het wetsvoorstel van de ?egeering om met ingang van September a.s. weder het zevende leerjaar op de lagere scholen te herstellen met dien verstande, dat wel overal de gelegenheid zal worden geboden om dit onder wijs te genieten, doch hiertoe jeen verplichting wordt opgelegd. De heer Albarda was hierme de niet voldaan en had een ini tiatief-voorstel ingediend om met Januari a.s. de leerplicht ook voor het zevende leerjaar in te voeren. De Regeering bestreed dit voorstel hoofdzakelijk uit gel delijke overwegingende maat regel zou n.l. 31/;, millioen 'sjaars kosten. De heer Suring kwam met een amendement op het Re- geeringsvoorstel, waarmede het zelfde werd beoogd, als de leider der sociaal-democraten had voor gesteld. Beiden betoogden, dat het geld er best af kon, nu de inkomsten zoo ruim vloeiden. Maar de minister van Financiën, die bij den aanvang der debatten niet aanwezig was, doch Vrijdag op het appèl verscheen, ver dat gene den moed gaf zoo op te treden. Op zijn moeder had deze mededeeliDg, ofschoon door een dronken tong gedaan, dezelfde uitwerking. Lang reeds had een pijnigende angst haar gekweld, als Nortel kwam. Nu scheen deze haar grond te vinden. Met moeite hield z\j zich vast aan de balus trade, terwijl de plotselinge schrik haar byna deed neerzinken. Met open mond en verwonderde oogen hoorden de bedienden het onge- loofeljjke, het engehoorde in twij fel of het wel waar kon zijn. Breng den man weg,* zei de adjudant, zijn verbazing bestrü dend, »by moet naar huis, ge ziet hoe hij ge9teld is.» Maar met den eigenzin van een dronken menseh hield Nortel zich vast. >Raak me niet aan,* schreewde hij, »bl\jf van me at, of ik roep om hulp, opdat Miillor komt en nwe hoogheid bestraft.* Op hetzelfde oogenblik evenwe verscheen de minister van oorlog ongeroepen, wellicht door het ge rucht waarvan hij de oorzaak reeds vermoedde, op den drempe van zjjn voorkamer. Hij was doods bleek, zyn oogen schenen grooter geworden ta zijnen lippen waren half geopend, al zijn zenuwen klaarde, dat het de bedoeling was de gewenschte regeling in te voeren met ingang van 1 Juli 1928, maar in geen geval eerder. Het wetsontwerp van de Regee ring werd zonder stemming aan genomen, waarna dat van den heer Albarda werd verworpen met 57 tegen 33 stemmen. Op het laatste oogenblik was nog aan de agenda toegevoegd het wetsontwerp tot bevordering van het onderhouden der lucht vaartdiensten tusschen Nederland en het buitenland door de K.L.M. Aangezien het Rijk voor een belangrijk bedrag in het kapitaal der onderneming gaat deelnemen en voorts een zeer ruime subsidie geeft, scheen de zaak van vol doende belang om een ernstig debat te verwachten. Maar, of de Kamerleden de aangelegen heid nog niet voldoende hadden bestudeerd, dan wel of zij naar hun vacantie verlangden, zeker is, dat het wetsontwerp, zonder dat daarover een woord werd ge wisseld, werd aangenomen. En de Kamer ging tot nadere bijeenroeping uiteen, nadat de voorzitter den leden een genoege- lijke vacantie had toegewenscht. Jubileum Roode Kruis. Zooals bekend werd Vrijdag het 60-jarig bestaan van het Ned. Roode Kruis herdacht. Feestelijk heden hadden niet plaats, wegens de stormrampen. Alleen werd receptie gehouden, waarbij men den Voorzitter, Prins Hendrik der Nederlanden en de overige be stuursleden kon gelukwenschen. Naar aanleiding hiervan heeft de Prins Donderdag het volgend communiqué aan de Ned. Pers gezonden „Morgen herdenkt het Neder landsche Roode Kruis zijn zestig jarig bestaan. Deze herdenking zal op de meest eenvoudige wijze geschie den, met het oog op den nood in verschillende provinciën, tot de leniging waarvan wij thans al onze krachten moeten inspannen. Het vijftigjarig bestaan, vallende in den rampspoedigen oorlogstijd, werd eveneens zonder eenige feestelijkheid herdacht. Wanneer ik terugblik op alles wat het Roode Kruis, sedert zijn oprichting door wijlen Koning Willem 111, in Nederland, zijne koloniën en bezittingen, en in den vreemde heeft mogen ver richten, dan gevoel ik mij ge drongen om aan allen, die in het verleden het Roode Kruis hebben gesteund met hun persoonlijken arbeid, met hun ambtelijken in vloed en met hunne giften, mijn hartelijken dank uit te spreken voor hetgeen zij door onze be middeling voor de lijdende menschheid hebben gedaan. Zij zijn zóó talrijk en zóó over het geheele land verspreid, dat ik niet beter weet te doen, dan ook ditmaal daarvoor de hulp van de dagbladpers in te roepen. In de geschiedenis van de menschheid beteekenen zestig jaren zeer weinig. En wie van de menscheid spreekt, gewaagt van het Roode Kruis, dat geen onderscheid kent van ras, natio naliteit, godsdienst of politieke overtuiging, dat gereed staat voor vriend en vijand. De verloopen zestig jaren zijn dan ook te be schouwen als een eerste begin tijdperk in de vlucht van de Roode-Kruis-gedachte over de wereld. Een groote toekomst ligt nog voor ons open. Moge het Roode Kruis ook in de toekomst steeds kunnen re kenen op de liefde en toewijding van allen, wien het lot des naas ten ter harte gaat. Hendrik, Prins der Nederlanden". Vrijdag werd de algemeene vergadering gehouden in een der zalen van den Dierentuin, waar de Roode Kruisviag uitstak en het bureaupersoneel een fraai bloemstuk, voorstellende een wit kussen met rood kruis, aanbood. Z. K. H. hield een lange feest rede, die met applaus werd onder broken en besloten. Namens de afdeelingen werd den Prins een voorzittershamer aangeboden en aan het bestuur schenen in beweging, toen hy langzaam naderde. Een blik op de omstanders toon de hem den geheelen samenhang het was alsof zijn hooge kloeke gestalte plotseling in elkaar zakte bij die ontzettende waarneming en syn stem wa» bijna toonlooi toen hy zeide i »Laat hem los.* >Hoort ge het?* riep Nortel triomteerend uit, »die weet hoe ik behandeld moet worden en dat ik de waarheid spreek. Uw jongen wil me niet gelooven dat hy Müller heet en geen recht heeft, bij mij den adellyken heer te spe len zeg het hem zelf, opdat hij het gelooft. Een hoffelyke behan deling verlang ik, dat merkt ge.* En hiermede strompelde hy heen, niemand sprak, niemand hield hem op, schuw blikten de bedienden naar hun heer, die on- beweeglyk daar stood en Nortel nakeek, tot de huisdeur knarsend in het slot viel. Toen keerde hy zich om en even langzaam, als hij gekomen was, ging hy io zün kamer terug, die hij achter zich sloot. De adjudant bevond zich in de grootste verlegenheid, hü wist volstrekt niet, hoe hü zieh te ge dragen had bj|j een toeoeel, dat op de betrokken personen een zoo verpletterende uitwerking had et) dat bij hemzelf de zonderlingste gedachten had opgewekt. Hij vond het 't beste, z:ch vooreerst te ve>-- wüderen en de familie aan zich zelf over te latei), maar tegelüker tüd de wooderlüke beschuldigin gen tegen den minister van oorlog, die deze geenszins weer legde, 6D die een volkomen be vestiging vonden in de ongehoorde toegevendheid, welke hij jegens Nortel getoond had, met zijn ka meraden te bespreken. Hij nam daarom afscheid, vriendelijk maar kort, sprak met geen enkel woord verder over het voorval en liet mevrouw Vod Roda over aan de zorg van haar zoon, die haar vol liefde naar hare kamer geleidde. »Wat was dat, Alexander, om Godswil, wat was dat,* vroeg zü in vreeselijken angst. »Hü was dronken, moeder,* zoo stelde hij haar gerust, thet was onzin.* >Neen, neen, niet zoo geheel,* riep zü bevend uit, »er moet iets bestaan tusschen nwen vader en hem, waardoor hü zoo durft spre ken. O, ik heb steeds hem ge vreesd als mün noodlot en meer nog dan ik geloof ik, deed nw veder dab Hebt gij hem aange keken, Alexander De dood lag op zijn aangezicht en vertwijfe ling vervulde hem.* «Zoo laat ons tot hem gaan en verklaring vragen in zulk een ontroering moogtgü niet blyveo.* »Dat durt ik niet,* antwoordde de arme vrouw beangst, »hoe zal ik tegenover hem staan en een schuldbekentenis verlangen, die zijne eer en wellicht mijne liefde zou kunnen vernietigen »Wees sterk,* bad haar zoon »licht moet het toch worden tus schen hem eu u, al moet dat licht misschien een schuld van vader aan den dag brengen. O, moeder, de liefde vergeeft en verzoent zooveel, ge hebt het aan Felieita gezien, wat zij vergeven kan; richt niet voor ge gehoord hebt. Kom met mü, wie weet boe het beangstigd hart van vader Daar u verlangt, dubbel angstig, als hij om vergeving heeft te bidden.* Dat werkte mevrouw Von Roda was een zachte, echt vrouwelüke natuurde liefde tot hem, die haar zoolang gelukkig gemaakt bad, die haar steun had gewyd en teedere opmerkzaamheid, waar bü jegens anderen zoo koel was, verhief zich boven de onmacht ha- rer liebatnelüke kraohten. verrol COURANT

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1927 | | pagina 1