Bewogen Huwelijksleven.
Nieuws- en Advertentieblad
s^ja I
voor Zee uw sc h - V1 aan deren
Afschaöing doodstraf in Indië.
No. 99
VRIJDAG 18 MAART 1927
42e Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
FEU1LLETON.
mEmmilffl
iL'-y
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNF. MENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Cent; franco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
Ter overdenking.
Wat is de bijbel toch een mooi
boek, jonge menschen, aldus zeide
ds. Den Hertog onlangs in de Wil
lemskerk te 's Gravenhage, toen
deze zijn jeugdpreken hield met
als uitgangspunt: ls het om niet,
dat Job God vreest (Job 1 9b).
Van alles lezen we erin. Zoo
ook het geweldige Boek van Job,
dat een drama is, onovertroffen
waarin een rechtvaardige worstelt
met het „waarom des lijdens,
welk lijden door hem intusschen
deemoedig wordt gedragen.
In 't begin teekent't ons Job als
een zorgzaam vader, die, terwijl
zijn kinderen aan het feesten zijn,
brandofferen offerde met de ge
dachte„misschien hebben zij
gezondigd".
Dan verplaatst het ons als het
ware in den Hemel, op een dag
als de kinderen Gods kwamen om
zich voor den Heere te stellen en
de Satan ook in het midden van
hen verscheen en de Heere aan
Satan de vraag stelt of hij ook
acht geslagen heeft op den trou
wen en oprecht vromen Job. Maar
Satan beantwoordt deze vraag met
een wedervraag, scherp en bitter
„Wat, Job oprecht en vroom Na
tuurlijk, het kan niet anders, hij
is rijk, een groot herdersvorst, ge
lukkig in alle opzichten, God heeft
hem dubbel gezegend, dan kan
men vroom en oprecht wezen.
Maar ontneem hem alles eens en
de uitkomst zal zijn, dat hij God
vervloektSatan krijgt macht van
God, hem alles te ontnemen, zijn
vee, zijn knechten en kinderen,
als het ware op één moment, en
als alles Job ontvallen is, dan klinkt
dat woord: „De Heere heeft ge
geven en de Heere heeft genomen
de naam des Heeren zij geloofd
Belangelooze godsdienst. God
dienen, niet om in den Hemel te
komen, maar om God zelf. En
wat is er toch een godsdienst, ook
in onzen tijd, met bijbedoelingen
ze zijn te veel om op te noemen
Eén is er geweest, die belang
loos God heeft gediend wiens
lust en spijze het was den wil
des Vaders te doen dat was Jezus
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
en deze zal ons steunen en helpen,
wanneer wij zonder nevenbe-
langen God willen dienenin
Hem is ook de ontknooping van
het „waarom?" des lijdens.
Plechtig klonk het hierna
Buiten U is niets dan strijd,
Niets den moeiten, niets dan
[zorgen
Laat mij, in Uw vreugd ge
borgen,
Rusten gaan in eeuwigheid
Pro en Contra.
Eenige dames en heeren te
Weltevreden en Bandoeng heb
ben zich vereenigd om handtee-
keningen te verzamelen van hen,
die tegen het voltrekken van de
doodstraf zijn.
Tot dat doel zijn naar alle
ranten lijsten verzonden, die voor
1 Maart terug verwacht werden,
teneinde in de eerste dagen van
Maart een verzoek om gratie voor
de ter dood veroordeelde com
munistische verzetslieden, en te
vens om afschaffing der doodstraf
aan den Gouverneur-Generaal
aan te bieden.
Voorzitter van het comité was
de heer N. M. C. Tideman.
Wij keuren de actie van vo
rengenoemd comité, onder de
huidige omstandigheden onvoor
waardelijk af, aldus 't „Soer.
Hbld." De Gouverneur-Generaal
moet binnenkort inzake de toe
passing van de doodstraf een
beslissing nemen, waarvan de
consequenties uit een oogpunt
van regeeringsbeleid zeer ernstig
zijn. Uit de verslagen der recht
zittingen is gebleken dat meerdere
verzetslieden het over hen uitge
sproken doodvonnis laconiek aan
vaardden, omdat hun was wijs
gemaakt, dat de voltrekking daar
van toch niet zal plaats vinden.
Wij zijn van oordeel, dat de
Gouverneur-Generaal vrij en on
bevangen behoort te zijn tegen
over de ernstige beslissing, welke
hij heeft te nemen. Een anti
doodstraf-actie op dit oogenblik
is in wezen een poging tot inti-
midatie in elk geval tot beïnvloe
ding van den hoogste in den
lande, waartegen wij krachtig
protest aanteekenen.
Wij vertrouwen, dat de actie
van dit comité' zal stranden op
den onwil tot steunen van allen,
die overtuigd zijn dat aan de be
voegdheid van den Gouverneur-
Generaal inzake het verleenen
van gratie van de doodstraf, niet
mag worden tekort gedaan door
het te voren uitschrijven van een
referendum.
Op dezen grond moeten zelfs
de voorstanders van de afschaf
fing van de doodstraf aan een
petitie, in dezen vorm, hun me
dewerking onthouden. Voor een
actie in dezen geest was gelegen
heid te over in vorige jaren
thans is zij, gekoppeld aan een
gratieeringsverzoek, in strijd met
de houding, welke 'den loyalen
staatsburger past.
„De beweging door eenige
dames en heeren van Weltevre
den en Bandoeng op touw gezet
om handteekeningen te verzame
len van hen, die tegen het vol
trekken van de doodstraf zijn,
waaraan men dan maar tegelijk
verbond een actie voor afschaffing
van de doodstraf, moet als on
verantwoordelijk gedoe worden
gekwalificeerd", aldus de „Java-
bode".
„Er zijn tijden, waarin 't on
verantwoordelijk is om een agi
tatie tegen het Regeeringsbeleid
in een of andere aangelegenheid
te beginnen. Zulk een periode
is er thans voor indië, zegt het
blad.
„Het communistische verzet,
dat hier den kop opstak en gru
welijke misdrijven pleegde, moet
gefnuikt worden. Dat eerst, en
daarna kunnen we zoo noo-
dig over de doodstraf praten.
Wij voor ons achten tot af
schaffing van de doodstraf voor
dit land den tijd nog niet ge
komen.
„En daarom gaat 't niet aan,
een actie te beginnen, welke in
gaat tegen het Regeeringsbeleid
en het effect daarvan dus scha
den zaleen actie bovendien,
welke door velen niet of verkeerd
begrepen zal worden en waaruit
anderen valsche munt zullen slaan
voor hun critiek of agitatie tegen
dat Regeeringsbeleid.
„Om niet misverstaan te wor
den, gaat het blad voort, zij ge
zegd, dat onze critiek niet gaat
tegen hen, die tegenstanders van
de doodstraf zijn en «wier over
tuiging eerbiediging verdient als
elke andere.
Maar 't is thans zeker niet de
tijd om dat vraagstuk in 't open
baar aan de orde te stellen, met
een soort plebisciet nog wel
een te mooi woord overigens voor
dit verzamelen van handteekenin
gen, dat geenerlei waarborg biedt
voor eenheid van gedachten, op
vatting en verlangen bij hen, die
hun handteekening afstaan, zij 't
te goeder trouw".
Hoe goed ook bedoeld, het
moet onverantwoordelijk gedoe
worden genoemd, de „beweging"
welke thans op touw wordt gezet.
„De Regeering moet thans ge
legenheid hebben tot een krach
tig beleid, waarvan de indruk
niet verzwakt mag worden door
dergelijke bewegingen, wel voort
gekomen uit een of andere goed
bedoelde impuls, maar buiten alle
controle van rationeel overleg
(61
»Leo, Leo, waar is uw liefde
riep zij smartelyk eu liet ziju
arm vrij, dien zy nog steeds in
doodsangst omklemd had.
Nu zonk zijn hand voor dien
toon, die als een tooverspreuk
werkte op zijn toornig gevoel,
zijn blik nam een zachtere uit
drukking aan, het werd stiller
in ham op dit machtig woord,
hij drukte haar aan zijn hart en
kuste haar rein voorhoofd.
»Ge zijt myn goede engel,*
zeide hy teeder, »blijt steeds by
my met uw liefde en ik zal niets
onrechtvaardigs kunnen doen
»En wat gaat ge nu doen
vroeg zy.
»Wat een man doen moet,
aan wien lietde en eer heilig
zyn. Niets onbezonnens, niets on
verantwoordelijks, ik ben nu
geheel bedaard en zal doen, wat
ik voor recht houd, voor God
en menschen, voor u en my.
En nu, vaarwel, m(jn gelietde,
vaarwel tot wederzien.*
Hy liet h«»r lo» en ging met
snellen zekeren tred voort, terwijl
bij op de trap zich nog eenmaal
omwendde en met de hand groette,
met een uitdrukking vol onuit
sprekelijke liefde, zooals Kalha-
rina hem nog nooit meende gezien
te hebben. Zy had geen woorden
meer om hem terug te houden,
hare beden verstomden voor de
waardige bedaardheid, verspreid
over zijn gelaat, die haar toonde,
dat hy alleen bet rechtvaardige
kon gekozen hebben.
Toen Leo het huis uittrad, was
het jachtgezelschap reeds heen
gegaan, ook van den kamerheer
was geen spoor meer te zien, de
krommingen van den boschweg
hadden hen snel onttrokken aan
eiken blik. Leo bereikte den
troep eerst op het terrein, waar
de jacht een aanvang zou nemen;
de dry verslinie was reeds in orde,
de opperhoutvester was juist
bezig om den schutters hun plaats
aan te wijzen.
»Waar blyft ge toch,* fluisterde
hij den graaf toe, die intusschen
nadarby was gekomen, «kom hier,
ge zult een goede plaats hebben,
ge zult myn buurman zyn. Ziehier,
hier heeft een dier geloopen en
dsar en ginder, wild zal er wezen
in overvloed. Hier zal het be
proeven door te breken, bltyt
Te verwachten was, dat het
Comité zich tegen dezen aanval
zou verweren. De voorzitter, de
heer N. M. C. Tideman, doet dit
in een schrijven in de „Javabode",
waaraan wij het volgende ont-
leenen
De schr. begint met zich te
verweren, dat ,de actie tegen de
Regeering zou zijn gericht. Want
het comité heeft de overtuiging
dat de Reg. óók tegen toepas
sing der doodstraf is en het co
mité dus eerder de Reg. zou
steunen. Ook de G.G. heeft reeds
zijn fiat op eenige doodvonnissen
geweigerd.
„De heele redeneering van de
voorstanders van het ter dood
brengen van deze misdadigers
komt dus neer op het feit, dat er
nu een uitzonderingstoestand zou
bestaan," gaat de schr. voort.
„Nu weten we allen wel beter.
Er is van eene volksbeweging
gewoon geen sprake geweest.
Een bende, die de domme me
nigte terroriseert is hier ontstaa'n,
en ook in Sumatra blijk het niet
meer te zijn dan dat.
Moet hierin nu aanleiding wor
den gevonden voor de Regeering,
om af te wijken van het hooge
standpunt, dat zij ten opzichte
van het toepassen van de dood
straf tot nog toe heeft ingenomen.
Ketjoe's hebben hier altijd be
staan, de misdadigers hebben hier
al sinds eeuwen een soort van
stand of klasse gevormd, wier
bestaan door de overige burgerij
is erkend, en door de overheid
binnen de perken is gehouden,
totdat men de fout heeft gemaakt,
misdadigers „met een theorie"
niet langer voor gewone boos
doeners te houden. In Nederland
doet men dat nog niet. Daar
zitten er zelfs in de Tweede
Kamer. Hier is men eerder tot
het inzicht in de ware verhou
dingen geraakt, en heeft men nu
eens flink ingegrepen. Dit be
hoeft echter volstrekt geen reden
te zijn, om nu een andere hou
ding te gaan aannemen ten op
zichte van de soort van bestraf
fing, die we kennen als de dood
straf".
Schr. raadt aan, eventueele
executies in het openbaar te doen
geschieden hij is overtuigd, dat
een voorstander dan meteen ge
nezen is. „Een moordenaar is
altijd een uitzonderingsgeval, en
hij is niet slechter, omdat hij zich
heeft laten meesleepen door de
Sneevliets of de Wijnkoops. Eer
der zou men verzachtende om
standigheden kunnen putten uit
het feit, dat het Gouvernement,
zoo lang lankmoedig is geweest
tegenover de aanstokers tot mis
daad, al ging dat ook onder het
mom van vrije „geestesuitingen".
De schr. is het geheel eens
met generaal Sachse, die, zeer
voor uitbreiding der marechaus
sees is. Die doen alleen door
hun verschijning al wonderen en
slechts by mij, op de volgende
plaats moet gy post vatten,*
»Ik dank u duizendmaal, heer
opperhoutvester* antwoordde Leo,
wien het vriendelijk aanbod niet
gelegen kwam, >maar als het u
hetzelfde is, plaats mij dan aan
de afweringszijde.*
«Waarom dan vroeg de opper
houtvester, als men komt om te
schieten, houdt alle bescheiden
heid op, Kom maar hier.*
*Neen waarlijk niet, ik geef
de voorkeur aan een andere plaats
hernam Leo, »het is geen be
scheidenheid, ik verlang zelfs
nog een groot offer van u en
verzoek u ook daar uwe plaats
te nemen. Ik heb u een gewich
tige mededeeling te doen, die mijn
eer en myn geheel toekomstig
geluk betreft. De zaak kan geen
uitstel lyden, ik heb zoowel uwe
hulp als uwen raad noodig en
daar ik van u vertrouw, dat gy
my beide zult verleenen, zoo ver
lang ik voor ons een plaats, waar
wy door- behartiging van onze
belangen ten minste niet aan
het genoegen van het overige
gezelschap hinderlyk zyn.«
»Een zoo gewichtige mede
deeling Sakkerloot,* zeide de
opperhoutvester, maar werd dade-
dalyk ernstig, toen h(j den jongen
man scherper aanzag en een
ongewone aandoening bij hem
bemerkte. »Nu, het is braaf, dat
ge een zoo goede meening van
my hebt,* zeide hij hem de hand
reikend *sla toe, ge zyt naar
ik hoop, aan het rechte kantoor
gekomen. Hölter,* riep hij den
opzichter toe,* kom hier, neem
vandaag myn plaats in, de weren
stel ik zelf.
De zon was intusschen hooger
gestegen, de morgen ging voorbij,
de middag kwam, maar van het
jachtgezelschap keerde niemand
terug. Katharina braeht den tijd
door in ademloozen angstzij had
nu, dat zorg en angst haar ter
neder drukte, een plaats gezocht
daar, waar zy in hare kindsheid
altyd een toevluchtsoord had ge
vonden tegen ieder wee en die
haar nu ten minste troost kon
verschaffen, aan het moederhart,
dat altyd ziohzelf gelyk blyft in
tróuwe liefde, dat nooit verwelkt
en nooit veroudert, maar bloeit
in eeuwige kracht en jeugdige
schoonheid. De blyde verbazing
det opperhoutvesterin, die zich
van haar meester maakte by de
mededeeling, dat KathariDa haar
lot had leeren loven, inplaats van
het te vloeken, week snel voor
den angst, toen zij boorde, welk
een ernstig einde de twist kon
nemen tusschen den kamerheer
en den graaf, vooral wanneer
men in aanmerking nam het
hevig hartstochtelijk karakter van
den laatste. Bezat zij ook zelfbe-
heersching genoeg, om hare doch
ter niet het geheele gewicht te
laten gevoelen van hare vrees,
dat het nauw verwoiven geluk
eendroevig ,een sneleindezou kun
nen nemen, toch keek de anders
zoo bedaarde vrouw met een
waarlijk koortsachtige onrust naar
het uurwerk, dat in 't geheel
niet vooruit scheen te komen.
Tegen den middag meende Katha
rina een vroolyk gelach te hooren
baar hart klopte luid, alles moest
toch goed zijo, niemand zou toch
k u n n e n lachen als er iets ont
zettends gebeurd was zy meende
dat ieder den angst moest gevoelen
van haar hart. Toen zij het
venster uitkeek, zag zij de beide
opzichters.
»Waar is myn vader, heer
Bölter,* riep zy bevend een der
jonge mannen toe,» en waarom is
de graaf nog niet terug
Wordt vervolgd.)
Gelukkig is eigenlyk slechts
degene, die weet te ortbereu,
AXELSCHE
COURANT
- ~f— -n—