maakt, want B. en W. hebben
er geen spoedeischende zitting
voor noodig geacht. Spr. vond
dat best en zou den dag zege
nen, waarop hij eens met B. en W.
samen kon werken om op de
voor de gemeente meest ge-
wenschte manier de electrificatie
te helpen bevorderen.
Spr. acht de houding van Qed.
St. als beleedigde onschuld pot
sierlijk, waar zij eerst zich bereid
verklaarden om electr. stroom te
leveren voor hoogstens 45 en 20
ct. voor licht en kracht tegen een
garantie van f230 000 verzekerd
over 10 jaar en onder voorwaarde
dat als in eenig jaar de f 23000
werd overschreden, restitutie of
ontheffing zou geschieden met
definitieve afrekening
na afloop van het tien
jarig t ij d v a k.
Hierop was de gemeente zeker
ingegaan, ware het niet, dat Qed.
St. zelf een blauwe Maandag later
ontrouw waren geworden aan hun
gegevens en op schrift gesteld
woord en met voor de gemeente
onaannemelijke voorwaarden voor
den dag was gekomen.
Is het nu niet potsierlijk, als
Qed. St. nu met dreigementen
afkomen vraagt spr-
B. en W. hebben naar het
schijnt eenige maling gehad aan
den ultimatum-stijl der laatste 2
brieverr, maar toch acht spr. het
preadvies zeer onduidelijk en is
het, alsof B. en W. nog willen
trachten de geheele gemeente
geëlectrificeerd te krijgen, maar
dan moeten zij daarvan openlijk
getuigen.
Verder spreken B. en W. van
een aanbieding van h.h. Ged. St.
Spr. vindt, dat van geen aanbod
van Ged. St. sprake is, zij bieden
niets aan, maar gelasten, dreigen
en vergen vergunning voor zich
zelf. Er staat iets van een eind
beslissing. Ja, mijnheer de Voor
zitter, hoe dikwijls hebben jullie
al niet gedacht dat er een eind
beslissing was en de gemeente
raad al geluk gewenscht en de
hoop uitgesproken, „dat het voor
3e gemeente tot heil en zegen
zou strekken
Spr. legt er voorts den nadruk
op, dat de P. Z E. M. enkel
vergunning vraagt als bedoeld in
art. 70e van het Reglement op
de Wegen en Voetpaden, teneinde
in de gemeente laagspannings-
1 iding te leggen voor de levering
van stroom. Dat is geen aanbod,
maar een eisch. Over concessie
voor het leveren van stroom
wordt niet gerept en dat is juist
voor den Ra'ad de hoofdzaak.
Spr. verwijst naar Hulst, waar in
de eene straat 45 en in de andere
50 ct. wordt gevraagd per K W.U
Zonder voorwaarden aan de con
cessie te verbinden, worden der
gelijke toestanden geschapen en
daaraan zal toch niemand in den
Raad mee willen werken? We
moeten ons absoluut niet laten
intimideeren door de heeren van
de beleedigde onschuld. De
P. Z. E. M. is en blijft een maat
schappij en ten slotte zal er een
rechter zijn, die de P. Z. E. M.
op zijn plaats zal brengen, want
het staat voor spr. vast, dat de
P. Z. E. Mook al stellen Qed.
St. zich er voor of er achter, voor
het leveren van stroom concessie
moet hebben. Daaraan moeten
we vasthouden en blijven waken,
dat is zeer noodzakelijk, inzonder
heid tegenover de P. Z. E. M.
Ware het niet door de samen
koppeling met Ged. St., dan was
er geen denken aan, dat nog
iemand iets met de P. Z. E. M
te maken zou willen hebben.
Van meet af heeft de Raad
zich unaniem verklaard tegen het
alleen nemen van de vette brok
ken door de P. Z. E. M., maar
nu de garantie van de baan is,
kan men vrij aannemen, dat zij
alleen de vette brokken zullen
nemen.
Reeds eerder is concessie ge
vraagd voor stroomlevering en
spr. heeft een staatje gemaakt
van de daarover gewisselde stuk
ken en leest de voornaamste
daarvan voor, waaruit duidelijk
blijkt, dat de P. Z. E. M. op 8
en 25 Oct. en 13 en 15 Nov.
1923 wel wist, dat het ging om
een door haar zelf verzocht recht
lot het aanleggen en ,stroomlC'
veren" aan de ingezetenen en
daarom is bij herhaling gevraagd
en spr. wijst er uitdrukkelijk op,
dat de bevoegdheden van Ge
meentebestuur en van Provincie
in de Grondwet zijn vastgelegd
en niemand zijn eigen rechter
mag zijn. Daarom maken de
dreigementen van Ged. St. hun
onmogelijke houding nog onmo
gelijker. De gemeente diende
er slechts een kort en bondig
antwoord op te geven, nl.„Pro-
„beer eens zonder concessie van
„ons stroom te leveren in onze
„gemeente. We-zullen dit weten
„te beletten door inroeping van
„interventie van de Regeering".
Er is geen logica in hun hou
ding te vinden. Eerst vraagt de
P.Z.E.M. concessie, vervolgens
om de voorwaarden te mogen
kennen en later zegt ze conces
sie te hebben en zich niet met
voorwaarden te zullen inlaten.
De grootste tegenstrijdigheden
paren zich aan een machtsmis
bruik, die men eerder in Italië
of Rusland zou verwachten.
Dhr. Oggel verklaarde onlangs
er niet veel voor te gevoelen om
met hangende pootjes bij de P.
Z.E.M. aan te komen en nu weer
gaat hij met hen mee, het is
typeerend. Maar spr. zou liever
in plaats van hangende pootjes
de Zeeuwsche vuist toonen.
Niet lang geleden vroeg een
lid van onzen Raad of er nog
geen grooter gevaar in school
om met een particulier of een
andere vennootschap in zee te
gaan, maar spr. antwoordt daarop
het kan niet erger. Tegenover
ieder ander hebben we concessie,
maar tegenover de P. Z. E. M.
zouden we machteloos staan, die
moet ons maar ruïneeren en daar
om moeten we interventie vragen
bij de Regeering. Spr. verwacht
daarin den steun van hen, die
altijd hebben vastgehouden aan
het standpunt „baas in eigen huis"
en electrificatie voor geheel de
gemeente. Het eenige middel daar
voor was zelfopwekking van
stroom en daarom hadden B. en
W. moeten volgen den weg naar
een beroep op de Kroon voor
zelf-exploitatie.
Het offer van f230.000 is ver
smaad door de P. Z. E. M„ het
gemeentebestuur ontvangt een
ultimatum, bedreiging in verwijten
en moet dan nog slikken, dat zij
de verantwoordelijkheid dragen,
indien het verkeerd loopt. Het
is duidelijk, dat het hun bedoeling
is om alleen de vette brokken
te hebben en daarom versmaden
ze ons offer, doch dat is niet onze
bedoeling en daarom werpen we
de verantwoording van ons op
Ged. Staten en niemand anders
Het is een hoon in zoo'n trant
te schrijven als Ged. St. doen
en wijzen op art. 70e van het
wegenreglement en dan 8 dagen
tijd geven. Wij hebben 7 maan
den moeten wachten op vergun
ning van hen voor het leggen
van buizen naar Spui én dat be
treft het leveren van ons eigen
gas in onze eigen gemeente
Concessie voor gaslevering heb
ben we gelukkig niet noodig,
maar toch moeten we 7 maanden
wachten op de vergunning om
buizen te leggen in den weg
Axel—Neuzen. Spr. vindt dat
het tijd wordt, dat aan het stel
sel van willekeur in Middelburg
eens een eind komt en de Re
geering ingrijpt. Spr. zal er niet
veel meer van zeggen, de heeren
moeten zelve de verantwoording
maar dragen, maar het eenige
middel is z.i. zelfopwekking van
stroom.
Dhr. Weijns hoort, dat dhr
Kruysse ook ten doel heeft om
de buitenbewoners te helpen en
dat juicht spr. toe, doch het is
te laatdie tijd is voorbij en het
is juist geloopen, zooals spr
altijd heeft gezegd. Hij heeft
het onderzocht en wist, dat ze
niet verder konden gaan. Wat
zal er nu gebeuren, als we gaan
procedeeren, wat z i. ook geen
succes zal opleveren en dat zal
niet veel minder kosten dan
f 23000. Ged. St. zijn baas en
spr. betreurt eveneens hun hou
ding, maar wat is het belang
van de gemeente Zal die nu
nog niet veel grootere offers
moeten brengen Ik zou daarom
nog willen probeeren om op het
voorstel van Ged. St. in te gaan.
De Voorz. wil dhr. 't Gilde
even antwoorden aangaande het
praeadvies, dat er in den laatsten
tijd andere gezichtspunten naar
voren zijn gekomen en daarnaar
hebben B. en W. zich zoovee
mogelijk oveenkomstig den geest
van den Raad geschikt. En wat
de vergunning betreft aangaande
de uitbreiding van het gasnet,
hebben Ged. St. steeds gezegd,
we geven geen goedkeuring op
die leening, alvorens de zaak
der electrificatie met Axel is be
slecht.
Dhr. Oggel meent uit de lange
rede, die dhr. 't Gilde heeft voor
gelezen te moeten opmaken, dat
hij het praeadvies niet goed be
grepen heeft. We konden toch
niet beslissen, zonder de mee
ning van den Raad te kennen en
het is wel gebleken uit de stem
ming, dat die niet unaniem voor
of tegen was. Die beslissing
hebben we nu.
Dat ik met hangende pootjes
bij de P. Z. E. M. zou aankomen
zegt spr. is onwaar, maar
als wethouder en raadslid meen
ik, nu alles gedaan is wat kon
en de beste wegen welke we
bewandeld hebben nog niet tot
het doel leidden, we thans de
menschen moeten helpen, die om
voorziening van electriciteit vra
gen en daaraan ook behoefte
hebben. Dat is eenvoudig het
algemeen belang dienen.
Dhr. Dieleman is het daarmee
niet eens. Hij gelooft niet, dat
het een algemeen belang is, als
alleen een gedeelte van de kom
wordt aangesloten. Spr. had
liever gezien, dat B. en W. het
standpunt innamen om slechts
onder bepaalde voorwaarden ver
gunning te geven, en zij b.v.
aangaande den stroomprijs ervoor
waken, dat de P. Z. E. M. niet
naar willekeur handelt en mis
schien de verbruikers nu eens
flink laat betalen.
Overigens juicht hij den loop
van zaken toe, dat nu alleen zij
betalen voor de electriciteit, die
het hebben en niet ook degenen,
die er niet van profiteered Het
bezwaar, dat sommigen zullen
uitgesloten blijven, deelt hij niet
alleen Kijkuit en Beoostenblij zijn
uitgesloten, maar zijn vlak bij de
leiding van andere gemeenten en
spr. gelooft, dat de P. Z E. M.
wel weten zal, wie gaarne stroom
hebben en dat zullen leveren, als
het goede afnemers zijn.
Dhr. Oggel gelooft niet, dat
een bepaling omtrent den stroom
prijs noodig is, want als de P. Z.
E. M. niet concurreert met het
dan nemen de menschen
geen electriciteit. En eigenlijk
hebben we er ook niet mee te
maken, want als we een maximum
stroomprijs bepalen, dan gaan we
vanzelf den gasprijs drukken.
Laat de P. Z. E. M. maar zoo
duur mogelijk leveren, dan kan
de gasfabriek het best concur-
reeren.
Dhr. Dieleman vindt het niet
wenschelijk dat de stroomprijs
zoo hoog wordt. De gasfabriek
zal er zooveel schade niet van
hebben, die recommandeert zich
zelf en als het gas naar buiten
gaat, zal wel blijken, dat wie gas
kunnen krijgen, geen electriciteit
zullen nemen dat risico is ver
beurd.
Misschien is het dreigen met
verantwoording bangmakerij, maar
als we er iets aan kunnen doen,
zou spr. gaarne zien, dat we een
rem op den stroomprijs zetten.
Dhr. Weijns begrijpt, dat dhr.
Dieleman liever een stroomprijs
van 45, dan van 55 cent ziet,
maar daar hebben we niets in te
vertellen. Misschien dat zulks een
middel zou zijn om de electrici-
teitslevering onmogelijk te maken,
maar dat kan toch niet, want ze
gaan toch door.
De Voorz. moet dhr. Weijns
opmerken, dat op den Raad toch
de plicht rust, om voor de in
woners te krijgen, wat we kunnen.
Dhr. Weijns: Dan moeten we
aansluiten voor geheel de ge
meente.
Dhr. Kruijsse gelooft, dat als
de Raad recht heeft om voor
waarden te stellen omtrent de
prijzen, dan ook het recht bestaat
om de aansluiting te verbieden-
De Voorz.: Volgens de veror
dening m o e t e n we vergunning
geven, maar niet onvoorwaardelijk.
Dhr. DielemanIs het dan
zooals dhr. Weijns zegt, dat we
knecht zijn?
Dhr. WeijnsWe kunnen be
letten om aan te sluiten als we
willen, daar geeft de P. Z. E. M.
niets omzij gaat door, daar
helpt niets aan.
Dhr. 't Gilde: 't Schijnt wel
dat dhr. Weijns doodsbenauwd
is voor een proces.
Dhr. Weijns Juist.
Dhr. 't Gilde vindt het vreemd,
dat de h.h. Weijns en Oggel nu
juist willen aansluiten, terwijl ze
ook voor aansluiting der buiten-
wijben zijn, wat dan nog jaren
zal duren. Dan zijn we nu pas
aan 't begin.
En wat de rechtskracht van de
door Ged. St. zelf gemaakte ver
ordening betreft actit. spr. die in
strijd met de Grondwet, volgens
welke niemand zijn eigen rech
ter mag zijn. Dat bewuste ar
tikel is voor de P.Z.E.M. zeer
gevaarlijk, want volgens dat art.
is zij verplicht schadevergoeding
te geven, dus ook voor de te
lijden schade van de gasfabriek
Dhr. Oggel gaf zooeven blijk
van liefde voor de gasfabriek,
maar spr. vertrouwde dat niet
zoo erg.
De Voorz.: We dwalen af en
moeten ons bepalen tot de vraag,
hoe denkt de Raad over te ver-
leenen vergunning.
Dhr. Weijns moet toch de be
schuldiging van dhr. 't Gilde van
zich werpen, dat spr. minder zou
voelen voor de buitenmenschen,
omdat hij thans het voorstel steunt.
Dat is niet waar. Dhr. 't Gilde
moet eerlijk zijn en erkennen,
dat ik steeds heb gezegd, als we
geen garantie geven, 'zullen ze
alleen de vette brokken nemen.
Dhr. 't Gilde U geeft dus het
beginsel „baas in eigen huis"
prijs
Dhr. Weijns Het moet wel.
Dhr. Koster wil ook opmerken,
dat de offers die de P.Z.E.M.
vraagt, te groot zijn voor de ge
meente en daarom afgestapt is
van zijn plan en heeft meegestemd
in het college van B. en W. voor
het ingediende voorstel. Hoe
groot voorstander hij ook was
van electrificatie voor geheel de
gemeente, wil hij dat doel gaarne
opofferen om de menschen in de
kom te helpen.
Dhr. KruijsseAls de Raad
nu het voorstel afstemt, wat zullen
B. en W. dan doen
De Voorz.B. en W. hebben
besloten om de vergunning te
verleenen.
Dhr. KruijsseAls dan het
besluit van den Raad niet van
invloed is, dan kunnen we niet
beter doen, dan onze meening
uitspreken in de volgende motie
„De Raad der gemeente Axel,
in openbare vergadering van 31
Augustus 1926, bijeen,
gezien het schrijven van Ged.
St., waarbij vergunning gevraagd
wordt voor het leggen, hebben
en onderhouden van laagspan-
ningsleiding voor de distributie
van electriciteit aan particulieren
in de kom der gemeente,
spreekt zijn wensch uit, dat
B. en W. op grond van art. 70e
van het Regl. op de Wegen en
Voetpaden, hiertoe geen vergun
ning zullen verleenen,
en gaat over tot de orde van
den dag".
Dhr. OggelDe menschen,
die dan de electriciteit in de kom
beletten willen, kunnen dan daar
voor stemmen.
Dhr. 't Gilde Dhr. Oggel moet
ons niet in de schoenen schuiven,
dat we met vóór die motie te
stemmen, het electrisch bedrijf
belemmeren. We wenschen even
goed, dat dat bedrijf tot ontwik
keling komt, maar niet tegen het
belang van de gemeente in.
Dhr. Oggel: Dhr. 't Gilde is
nog altijd tegen de electrificatie
geweest; elke behandeling en
leder voorstel is door dhr.'t Gilde
nog bestreden geworden.
Dhr. P. de Feijter: Als deze
motie aangenomen wordt heeft
de Raad zich uitgesproken tegen
concessie en als dan de P.Z.E.M.
toch leiding legt, moeten we dus
weer in hooger beroep jjaan en
daar ben ik tegen, ofschoon spr.
het betreurt, dat Ged. St. nu niet
het voorstel van den Raad be
treffende de garantie hebben
aangenomen. Te meer, waar door
een commissaris der P.Z.E.M. is
gezegd: „ik zou het zelfs zon
der garantie aanleggen", en later
maken ze allerlei bezwaren. Spr.
zon het ook toejuichen, als ge
heel de gemeente werd aange
sloten onder gelijken prijs. Hij
zou daarom als het kon ook nog
wel willen vragen aan Ged. St.,
om de garantie aan te nemen en
willen ze niet, dan maar con
cessie geven, maar voordemctie
is spr. huiverig.
Dhr. Kruysse De motje spreekt
alleen den wensch uit om geen
vergunning te geven, maarB. en W.
blijven vrij of ze het doen willen.
En als de P. Z. E. M. dan toch
aanlegt, dan blijft de Raad nog
vrij om in beroep te gaan. De
motie bindt tot niets, die spreekt
alleen een meening uit.
Dhr. OggelB. en W. vragen
alleen onder welke voorwaarden
de Raad zou willen, dat vergun
ning werd verleend voor het
leggen der kabels, maar niet
voor den stroomprijs. Die staan
daar heelemaal buiten.
Dhr. P. de FeijterDan ben ik
voor de motie.
Dhr. Weijns meent, dat het ge
volg der motie, als ze aangeno
men wordt, toch zal zijn, dat we
verplicht zijn te procedeeren en
dan krijgen we een conflict tus-
schen den Raad en B. en W.
Dhr. Kruysse Art. 70e eischt
dat we ons gevoelen uitspreken
en daar kan men lang en breed
over praten maar het heeft geen
invloed, daarom stel ik die motie
voor.
De Voorz. brengt de motie in
stemming, met het gevolg, dat
ze wordt verworpen met 5
tegen 4 stemmen.
Vóór de h h. Kruijsse, Baert,
't Gilde en Dieleman. Tegen de
h,h. Oggel, Koster, Weijns, J. en
P. de Feijter.
Hierna gaat de vergadering
over tot eene zitting met gesloten
deuren. (Slot vólgt).
AXEL, 7 September 1926.
Zooals te verwachten was,
heeft de Raadsvergadering van
.1. Zaterdag niet veel uitgehaald.
Er is „geboomd" van 10 tot 12
uur met het gevolg, dat voor een
commissie, bestaande uit de hee
ren F. BJok, burgemeester, Ph.
J. van Dfthoorn als voorstander
en J. de Feijter als tegenstander
van de motie, naar den Minister
zal gaan, ten einde dezen het1
geheele verloop der electriciteits-
kwestie mede te deelen en ad
vies te vragen, op welke wijze
de geheele gemeente zonder
veel schade nog aar. te slui
ten zou zijn.
We vragen ons af, of men in
Den Haag daaromtrent ook
„spoedeischend" zal zijn.
Bij Ministerieel Besluit vaii
30 Augustus is de heer A Schie
man Cz., onderwijzer in practisch
hoefbeslag alhier, benoemd tot
vast lid in de commissie tot af
neming van het examen, ter ver
krijging van het Rijksdiploma als
hoefsmid, welke examens te
Utrecht worden gehouden.
Tentzendlng.
De samenkomsten der tentzen
ding zijn Zondagavond gesloten
ten aanhoore van misschien dui
zend bezoekers. Trouwens de
spreekbeurten mochten zich in
toenemende belangstelling ver
heugen, waartoe zeker bijdroeg
de zang en niet het minst die
van de Chr. Zangvereen. „Asaf".
Als sprekers zijn opgetreden
de eerw. heeren predikanten
Scheele, van Capelle (bij Goes),
leider; dr. Schmidt, van Capelle
Ruysch van Dugteren en Post,
van AxelRaams, van Hoek
Van Dis, van ZaamslagMaas,
van Kioosterzande Van Dijk, van
SerooskerkeNetelenbos, van
deinkenszand Van der Vis, van
Goes Sitsma, van Schoondijke
.ouerse, van Brussel, en de heer
Kerremans, van Lokeren.
Te Ossenisse is met alge-
meene stemmen benoemd tot
gemeente-secretaris en ontvanger
de heer R. Q. A. Hermans,