Bewogen Huwelijksleven.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwse li - Vlaanderen
No. 36
DINSDAG 10 AUGUSTUS 1926.
42e Jaarg.
J. C. V INK - Axel.
Buitenland.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Cent; franco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postbus No. 6.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Cent; voor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Poincaré werkt met een zeld-
zamen invloed op de Kamerleden.
Het financieel programma of liever
de voorloopige maatregelen om
eenige orde in den chaotischen
toestand te krijgen, zijn aangeno
men, weliswaar niet unaniem, maar
toch met voldoende meerderheid,
dat daarin zeker een vertrouwen
schuilt, waarmede het huidig
nationaal kabinet althans kan re-
geeren. Waar in den laatsten tijd
de ministeriëele levens bij uren
waren afgemeten, teekent het den
toestand dat er nu tenminste eenig
vertrouwen is geboren en er
medewerking is om de moeilijk
heden het hoofd te bieden. Het
is voorshands de bedoeling om
de regeering te helpen aan de
middelen die oogenblikkelijk noo-
dig zijn om het financiëel even
wicht, dat door de inzinking van
het betaalmiddel is verstoord, te
herstellen.
Hoewel niet is medegedeeld met
welke middelen men de koers
stijging van den franc wil tege
moet komen, verluidt het niette
min, dat van credieten uit het
buitenland een dankbaar gebruik
zal worden gemaakt, terwijl den
buitenlandschen schuldeischers de
verzekering is gegeven, dat Frank
rijk zijn verplichtingen tot de volle
maat van zijn draagkracht zal
nakomen. Nu lijkt zoo'n toezegging
heel geruststellend, maar of dat
in de praktijk nu zoo volkomen
zal kunnen uitgevoerd worden,
zal intusschen nog nader moeten
blijken.
Men denkt daarbij aan eene
volledige vervulling der op zich
genomen verplichtingen. Evenwel
is het voorzichtig uitgedrukt, als
de restrictie is gemaakt om daar
aan te voldoen naar de volle
maat van zijn draagkracht. De
rekbaarheid van dit begrip kan
tot een onzeker resultaat leiden.
In den roes der geldmakerij wil
men van de vreemdelingen die
Frankrijk bezoeken eene belasting
heffen van 20 francs bij een
korter verblijf dan 48 uur, 100
francs tot 8 dagen, minder dan
een maand 200 francs, langer
dan een maand 300 francs, 500
francs voor drie tot zes maanden
en 1000 francs voor een verblijf
boven het halve jaar.
De Amerikanen die in groote
zwermen Frankrijk bezoeken, zijn
op deze belasting niet gesteld,
doch worden aangeraden zich van
protesten te onthouden. Indien
wij dus redeneert men het
recht hadden ons te verzetten
tegen den intocht van immigran
ten, dan heeft Frankrijk evengoed
het recht buitenlanders te weren.
Op den Spaanschen dictator
Primo de Riviera is een aanslag
gepleegd, die weliswaar is ver
ijdeld, doch toch aanleiding geeft
tot een verscherpte bewaking.
Frankrijk zet talrijke verdachte
vreemdelingen over de grenzen
die uitwijken naar Spanje's ge
bied. Op de anarchisten wordt
een scherp toezicht gehouden.
De staking in de Britsche mijn-
nijverheid duurtnog onverminderd
voort. Indien men gemeend had
de regeering schrik te kunnen
aanjagen, dan hebben de leiders
der staking verkeerd uitgekeken,
terwijl vele der gezinnen van de
mijnwerkers in de grootste el
lende gedompeld zijn. De kans
voor de stakers om den strijd te
winnen, wordt uiterst gering en
de geest van onverzettelijkheid
neemt af.
De driestheid waarmee de sta
king is volgehouden is oorzaak
dat de schatkist zulke belang
rijke verliezen heeft geleden dat
van eene toelage, die eertijds
gegeven werd, geen sprake meer
kan zijn. Rooskleurig ziet de
toestand er allerminst uit. De
bisschoppen hebben .het bemid
delingsvoorstel gedaan het werk
voor vier maanden te hervatten
op het oude loon, mits de re
geering, gedurende de periode
waarin over de regeling wordt
onderhandeld, de subsidieweder
zal verleenen. Van deze bemid
deling zal evenwel, in acht ne
mende de absolute houding der
regeering en de uitgemergelde
staatskas, weinig resultaat kunnen
worden verwacht. Als de mijn
werkers op de voorwaarden, die
vóór de staking golden, het werk
konden hervatten en eenige maat
regelen tot reorganisatie van het
bedrijf werden getroffen, zouden
zij bereid zijn tot eene herziening
van de loonschalen.
Zal er nog oorlog komen
Deze vraag is beantwoord door
een Fransch journalist, Henry
Muffin, waarvan H. Ch.J.vander
Mandere in „Vragen van den Dag"
een vertaling geeft, waaraan het
volgende is ontleend
„Twee gevaren brengt de heer
Ruffin in het bijzonder voor ons
het roode en het gele gevaar.
Hij spreekt van wat men noemen
Kan de vorderingen, die het
bolsjewisme in den Balkan maakt
of althans tracht te maken, en
over de gevolgen die dit hebben
kan voor den vrede. Want ten
slotte, het blijkt wel, dat het
bolsjewisme niet den vrede brengt;
slechts dien vrede, dien het zelf
ziet; slechts de overheersching
van de communistische denk
beelden. Van anderen aard is het
gele gevaar, dat voortkomt uit
een ontwaken van de vroeger
achteraf gezette rassen. Weet men
wel, zoo rekent hij ons voor, dat
onze planeet totaal 1 3/4 milliard
bewoners telt, en dat daarvan
niet meer dan 550 millioen
blanken zijn, van wie 440 millioen
in Europa, terwijl de gekleurde
rassen totaal 1200 millioen zielen
tellen, van welke het gele 550,
het bruine 450 en het zwarte of
roode ras 200 millioen. Er is dus
een geweldige onevenredigheid
ten gunste van de blanken, die
desalniettemin, niet slechts in
Europa, maar ook daarbuiten met
een minderheid de meerderheid
regeeren.
Spreek mij niet, zoo zegt hij
na Grey's beschouwingen over
het uitbreken van den oorlog in
1914 te hebben aangehaald, over
een gelocaliseerden oorlogdaar
aan valt in de tegenwoordige
samenleving niet meer te denken.
Integendeel aan de hand van wat
de oud-Minister van Koloniën,
s- (4
Wai do de rykdom der joDge
erfdochter ook een schitterend lok
aas voor de mannen, toch behaalde
baar schoonheid en goedheid ook
de overwinning over menig man-
nelyk hart, en toen zij in de lente
naar huil terugkeerde, was zy de
bruid van een flink beminnens
waardig man. De jonge bankier
Gerland had weldra de toestem
ming zijner schoonouders verkre
gen, otschoon hij zyn bruid niets
mede ten huwelyk bracht dan
een geachten naam. Het vermogen
van den heer Hersking was in de
laatste jaren door gunstigen aan
koop van land en gelukkige spe
culaties nog aanzienlijk vermeer
derd; hij was een derrykste grond
bezitters der provincie en daarom
kon het geen bezwaar voor hem
zjjn, wanneer zijn kind een onbe
middeld man huwde. De jonge
Gerland beminde zyn bruid har
telijk en innig, zyn hart zon haar
ook hebben toebehoord boven dui
zenden zonder bruidschat, en deze
pvertuigiog woonde oiet alleen in
het hart van het beminnende ver
trouwende meisje, maar leefde ook
bij den scherp en zorgvuldig toe-
zieuden vader. Reeds in den herfst
van hetzelfde jaar bracht Gerland
zijn bruid terug in de residentie
en nu ving voor het jonge paar
ook een tijd aan van zulk een
ongetoond geluk, dat de weerschijn
daarvan zelf viel op het oude slot,
waarin Emma hare kinderjaren
had doorgebracht. Na verloop van
een jaar hoopte zy moeder te wor
den, en toen het tijdstip van de
vervulling dier hoop naderde,
kwam mevrouw Hersking naar de
residentie, om in het beslissend
oogenblik hare dochter bij te staan
met raad en daad. Arme vrouw
Ware zij verre gebleven de ver
vulling dezer hoop werd tegelijk
de vernietiging harer vreugde
want toen de donkere oogen
van een bloeiend kind stil en
nieuwsgierig zich openden voor
het licht der wereld, toen doof
den de vriendelijke sterren der
jonge moeder voor immer uit en
met hen het geluk van den zwaar-
getroffen echtgenoot. De eerste
kreet van het kind overstemde
den laatsten zucht der moeder en
in plaats van met gejubel en
zegenwensohen, werd de kleine
ontvingen bjj heer intreden }n het
de heer Sarraut, hem mededeelde
over de moeilijkheden, die aan
het immigratievraagstuk voor
apan, en ook voor Chinf, zijn
verbonden, stelt hij dit op één
ijn met de allerernstigste vraag
stukken. Men bedenke, zoo heeft
Sarraut hem doen opmerken, dat
Ingeland vroeger een 200.000
arbeiders naar Australië uitzond.
lotseling na den oorlog, heeft
Australië zijn poorten gesloten,
zelfs voor de broeders van over
zee dat duurt reeds zes jaren,
hetgeen neerkomt op 1.200.000
man, juist het aantal werkloozen,
waaronder Engeland gebukt gaat.
<an men dan nog beweren, dat
dergelijke vraagstukken, ook al
zijn zij van overzee, ook al be
treffen zij ver van ons verwijderde
anden, ons niet interesseeren
Kan men dan nog volhouden, dat
een eventueele oorlog tusschen
Japan en Amerika, zou deze ont
staan, zal worden uitgevochten
op den ver van ons verwijderden
Grooien Oceaan en slechts voor
ons van belang is, voorzoover
deze oorlog de met ons verbonden
Koloniale gebieden raakt V
Theorie en Practyk.
Volgens de jongste statistieken
van den Volkenbond bedragen
ondanks den „algemeenen roep"
om ontwapening, de uitgaven der
voornaamste mogendheden aan
bewapening te land, ter zee en
in de lucht, in millioen Holland-
sche guldens (het pond sterling
berekend op 12 gulden):
Groot-Britannië 1368
Ver. Staten 1320
Frankrijk 612
Japan 516
Italië 372
Rusland 456
Duitschland 252
Van Polen en België, de nieuw
bakken groote mogendheden
worden, jammer genoeg, de mi
litaire uitgaven niet genoemd
Hebben ze zich met het oog op
hun jammerlijken financieelen
toestand, wellicht geschaamd, hun
opgaven intijds in te zenden?
Dat er ook anderen, zelfs man
nen van het vak, zijn, die geen
leven met de smarten des doods
en bittere tranen. Aan de dood
kist der moeder, by het licht der
feestelijk stralende kaarsen, werd
het kind gedoopthet was een
dag vol ontzaglijk leed. »Felicita
zal ze heeten,* zei de oude heer
Hersking, en legde zijn bevende
hand op den schouder van den
jongen echtgenoot, die diep ont
roerd stond tusschen het kind en
de enge dookere kist, waarin ge
luk en jeugdige levenlust begra
ven lagen. »Felicita, want zy za'
u het geluk wedergeven myn zoon.
Laat de bitterheid der smart geen
heerschappij voeren over uw hart,
zoodat het zich atwende van het
kind, dat reeds in zyn eerste le
vensdagen ontberen moetwant
de liefde eener moeder wordt door
niets vergoed. Zij is het laatste
liefdesgeschenk uwer gade, een
deel van haar bestaan, van haar
leven en lieven.Toen nam Ger
land het kind met een driftige
beweging uit de armen der min,
drukte het stormachtig aan zyn
hart en toen, het gevend aan de
grootmoeder, bedekte by het ge
laat met de handen en weende
bitter en smartelyk.
»Ja, Felieita zal zy heeten,*
«eide by eindelijk, zicb verman
nend, »moge zy m y geluk geven,
vrede hebben met dergelijke
reusachtige uiigaven, waar nu
reeds bijna acht jaren is ge
schermd met nooit meer oorlog,
wordt thans weer bewezen door
den Franschen kolonel Charras,
die in de „Volonté" een hoofd
artikel schreef met den nogal
duidelijken titel: „De militaire
verkwisting".
Deze vakman, en geenszins
een anti-militairist, schrijft dan
Het Fransche leger is het tal
rijkste en het kostbaarste ter we
reld. Dat men het op dezen voet
in stand 'houdt, is een gevolg
van het handhaven van verouderde
methodes, en van een kastengeest,
welke spot met alle opwelling
van spaarzaamheid en die zelf
zucht in de hand werkt.
Het telt 32 divisiën, terwijl
ieder militair weet, dat het drin
gend noodzakelijk is, dat aantal
terug te brengen tot 16. Maar
dat zou tot gevolg hebben, dat
er 16 divisie-commandanten met
hun staven zouden moeten ver
dwijnen en de daarbij dienst-
doenden overcompleet zouden
worden. Dat durft de regeering
ntet aan, die tegelijk de gevangene
en het slachtoffer is van een
organisatie, welke geen recht
van bestaan meer heeft, doch
welke zij niet durft afschaffen.
Hoewel de ervaringen van den
oorlog hebben uitgewezen, dat
de cavalerie heeft afgedaan, on
derhoudt Frankrijk nog maar
altijd 6 regimenten kurassiers.
25 regimenten dragonders, 13
regimenten bereden jagers, 5 re
gimenten Afrik., 1 bereden regi
ment van het vreemdelingen
legioen en 13 regimenten spahis
dat is welgeteld 69 regimenten
cavalerie, of 69 te veelDe in
richtingen voor militair onderwijs
wemelen van paarden, die er
alléén zijn voor rij- en voltigeer-
lessen en zelfs bij de regimen
ten met motor-tractie en automo
biel-artillerie zijn er paarden, die
absoluut niets doen, gelijk wel
niet behoeft te worden bewezen.
Er is veel te veel beroepskader,
met dit gevolg, dat het elkaar in
den weg loopt. En zóó is het al.
<noge zy zelve het vinden.*
Voor de geboorte van het kind
was men overeengekomen, het,
ingeval het een meisje ware,
katholiek op te voeden, ware bet
een knaap daarentegen, den va
der in het protestantsche geloof te
volgen. Da plotselinge dood der
moeder had de omstandigheden
nu wel eenigermate veranderd
het had zijn bedeukelijke zijde,
het kind, dat nu alleen den va
der nog had, op te voeden in een
geloot dat het zijne niet was en
daardoor reeds dadelijk eeD
scheidsmuur tusschen beiden te
schuiven. Daardoor werd een hin
derpaal opgeworpen tusschen haar
en het hart, dat haar het dier
baarst was, die in later levens
jaren wellicht onoverkomelijk zou
worden, en het zou den heer Ger
land waarschijnlijk met ernstige
bezorgdheid vervuld hebben, als
hy daaraan gedacht had, hoe wel
licht de invloed van een katho
liek priester iD dit geval ver
vreemdend zou kunnen werken,
waar geen beminnende moeder,
geen teedere gade bemiddelaar
ster was. Hare dierbaarste hei
iigste belangen, haar twytel en
haar zorgen zou de kleine uit
storten in een vreemd gemoed, zij
sou haar jeugdig hart wel een?
kunnen beangstigen, als zy eraan
dacht, dat hy God vereerde op een
wyze, zoo geheel verschillend van
de hare. Maar de heer Gerland
was te zeer verzonken in zyn
smart om hierover na te denken,
of, al had hij dit gevaar, in deze
oogenblikken zyn schoonvader te
weerstreven. Felieita werd katho
liek gedoopt en vervolgens op de
ernstige bedenkingen van me
vrouw Hersking, dat het kind in
de eerste maanden ten mioste
beter geborgen was order hare
hoede, dan in het eenzame huis,
waar het't levenslicht aanschouw
de, met de grootouders raar Barn-
rode medegegeven, 't Wai een
treurige terugkeer voor de beide
oude lieden, die waren heenge
gaan, om bun kind te aanschou
wen in de volheid van haar ge
luk, en die het na begraven had
den daar in de verte.
Menige boerenvrouw veegde de
oogeD ai met een tip van haren
voorschoot, als zy de schoone
vroolijke Emma gedacht, die nu
rustte in de aarde, en als zij het
arme kind beschouwde, dat stil
en tevreden rustte in de armen
der grootmoeder en niet vermoed»
de, hoeveel verdriet haar geboorte
veroorzaakt had,
Wordt vervolgd).
AXELSCHE
COURANT