tl
De lastige tweelingen
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwscb - Vlaanderen.
No. 93.
DINSDAG 2 MAART 192G.
41e .Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Huwelijksrecht.
FEUILLETON.
Binnenland.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postbus No. 6.
ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Mevr. mr. BakkerNort, lid
der Tweede Kamer, heeft in het
„Haagsch Maandblad" een artikel
geschreven over het Huwelijks
recht of -onrecht der vrouw,
waarin zij met voorbeelden aan
toont dat bij dat recht zeer veel
onrecht is voor de vrouw, niet
tegenstaande daarin door de Ar
beidswet van 1907 wel eenige
verbetering is gekomen en een
vrouw haar eigen verdiend loon
kan ontvangen en .ten bate van
haar gezin" gebruiken, mits met
toestemming van haar man.
Maar toch blijft er volgens
mevr. Bakker-Nort nog veel on
recht over waarvan zij verschil
lende voorbeelden aanhaalt.
.Wanneer een man zijn werk
kring in Indië heeft, doch zijn
gezin naar Holland laat gaan
voor de opvoeding der kinderen,
dan is het domicilie der vrouw
niet de plaats in Nederland, waar
zij verblijft, doch zij wordt geacht
haar domicilie in Indië te hebben.
Zij heeft dus in Nederland geen
kiesrecht, evenmin is zij verkies
baar voor gemeenteraad of andere
vertegenwoordigende lichamen,
hoe geschikt zij daarvoor moge
zijn. En wie herinnert zich niet
het frappante geval der vrouw,
lid van den gemeenteraad en van
de Provinciale Staten in Zeeland,
die eenvoudig deze functies ver
loor, om lat haar man tijdens het
echtscheidingsproces zijn domici
lie verplaatste naar een andere
provincie. Hij nam trouwens en
passant ook den geheelen inboe
del mede.
.Men weet dat, wanneer een
paartje in het huwelijk treedt, en
zij niet vóór het huwelijk bij den
notaris huwelijksvoorwaarden
maken, zij niet alleen een van
ziel, doch ook een van vermogen
worden geacht. Al wat ze per
soonlijk bezitten, en later tijdens
het huwelijk verwerven aan ka
pitaal en inkomsten valt in de
gemeenschap der goederen
activa zoowel als passiva. Juist
dat laatste is een groot gevaar,
(Engelsche schets).
Tante Agatha kwam bij mg
met een zak vol nieuwtjes over
■de familie. Ik luisterde er niet al
te scherp nasr, omdat 't mij niet
interesseerde, tot ze kwam met
de verrassende mededeeling
»En Charley en Edward ver
trekken Vrijdag naarZuid-Afrika.
»Watblief?« riep ik, tamelijk
onbeleeld. «Overmorgen al
«Ja. Ze gaan met de «Edin-
bourgh Castle* ze krijgen een
betrekking te Johannisburg.*
Charles en Edward ik her
innerde mg de bengels uit onze
schooljaren. Sedert had ik niet
veel van hen gehoord, ik dacht,
dat zij hoog en droog te Oxford
zateD. Maar tante legde mij uit,
dat ze zich aan de universiteit
onmogelgk hadden gemaakt; ze
waren wat je noemt gesjeesd en
oom Ciive had met moeite een
baantje voor hen gevonden in het
verre land.
«Morgen,vertelde tante, «ko
men ze te Londen en vertrekken
Vrijdagochtend met de boottrein
want trouwt een man met veel
schulden met een erfdochter, dan
vallen al haar goederen in de
gemeenschap, en zijn dus ver
bonden voor zijn schulden.
Als hoofd van het gezin be
heert en beschikt de man over
deze goederengemeenschap, zon
der daarvoor aan zijn vrouw re
kenschap en verantwoording
verschuldigd te zijn ook al kwam
het gansche kapitaal van haar
zijde.
.Erft de vrouw staande het
huwelijk, niet zij, doch haar man
teekent bij den notaris de boe
delscheiding. Zoo is mij een
geval bekend dat aan een vrouw
een groote erfenis ten deel viel
van vaderszijde. Haar man inde
het groote kapitaal, en verbraste
de erfenis met een vriendinnetje.
En de eens zoo rijke vrouw kon
later hard sloven als pension
houdster oin de kost te verdienen
voor zich en haar kinderen.
.Dergelijke gevolgen van het
huwelijk kan men voorkomen
door een huwelijkscontract te
maken voor het huwelijk. De
gemeenschap kan worden uitge
sloten en de vrouw kan zich het
beheer over eigen kapitaal en
inkomsten voorbehouden. Zij
kan het doen. Maar hoe weinigen
doen het? Nog geen vijf van de
honderd. En is dit zulk een
wonder? Het overgroot deel der
paartjes begint hun huwelijks
leven met meer idealen en hoop
voor de toekomst dan met effec
ten in de brandkast. Zij denken
er dus niet aan kosten te maken
voor een notarieele acte met het
oog op mogelijk toekomstig bezit.
Bovendien hoewel elke Neder
lander geacht wordt de Neder-
landsche wet te kennen, hoe
weinigen kennen inderdaad, voor
het te Iaat is, de hardheid der
wet jegens de vrouw? En dan
nog denkt men er uiterst zelden
aan om bij huwelijksvoorwaarden
de vrouw het beheer over eigen
goederen te laten behoudende
meeste notarissen achten de man
daarvoor veel beter geschikt."
Mevr. Bakker-Nort wijst er dan
weder op, dat een aantal bekende
uaar Southampton.*
«Als do dolende schapeu hier
maar niet verdwalen,* merkte
ik op.
«Daar moet jjj voorzorgen, Jack.
Je oom vraagt, of jij hen onder
je hoede wilt nemen. Wij kennen
jou ais een fliuken bedaarden
jongen*
Ondanks dit vleiend compliment
voelde ik niet veel puf in dat
ba&Dtje, maar tante Agatha heelt
een manier vaa argumenteeren,
waar geen man tegen op kan. Eu
tante gaf niet onduidelijk te ken
nen, dat zij aan eventueele finan-
cieele bezwaren wel tegemoet
sou komen.
Den volgenden dag, toen ik nog
bezig was mij voor het diner te
kleeden, bestormden de beide
jongelingen mgn kalmeflatwoning
Charley en Eddy wareD maar zes
jaar jonger dan ik, doch tegenover
hun jeugdige uitgelatenheid voelde
ik mg als een grootvader.
In een ommezien hadden ze
mgn twee gemakkelijkste stoelen
in beslag en twee van mgn fgnste
cigaretten in den mond.
«Je hebt zeker gehoord van
onze kleine moeilijkheden, Jack
zei Charley.
«Tante Agatha heeft mg zoo
iets verteld.*
politiek en juridisch op den voor
grond tredende personen al meer
malen hebben gewezen op de
wenschelijkheid om hierin ver
andering te brengen, zooals mr.
S. v. Houten, prof. Teilegen, mr.
Jitta, mr. Levy, prof. mr. Suyling,
prof. mr. van Goudoever. De
beide laatsten vinden de maritale
macht iets dat hoe eerder hoe
beter op zij moet worden gezet,
en mevr. B-N. gaat daarin na
tuurlijk met hen mee.
Mr. Limbnrg's pogingen
mislukt.
Mr. Limburg heeft Vrijdag ter
kennis van de Koningin gebracht,
dat hij tot zijn leedwezen niet
geslaagd is in de hem verleende
opdracht tot samenstelling van
een extra-parlementair kabinet
Hij verzocht van de hem ver
leende opdracht te wordeu ont
heven.
Van 11 November j.l. af zit
ons volk in afwachting, wat het
einde zal zijn van de crisis, die
ons toen, wellicht niet geheel
onverwacht maar dan toch in elk
geval wel onvoorbereid, is over
vallen. En nog steeds staan wij
voor dezelfde groote vraag
„wat nu?"
Wij zullen over de geschiede
nis van deze crisis niet veel meer
schrijven. Iedereen kent haar,
althans voor zooveel de geschie
denis naar buiten is gebleken.
Het eerst kwam de heer Marchant,
die ons aan een democratisch
Kabinet zou helpen, maar daar
voor de hulp noodig had van
sociaal-democraten en Roomsch-
Katholieken En de laatsten, die
geenszins allen vooruitstrevend
zijn, weigerden die hulp, waar
schijnlijk omdat zij vreesden.dat
deze aan de Roomsch Katholieke
Staatspartij het uittreden der min
der vooruitstrevende elementen
zou kunnen kosten. Alleen voor
het geval van de „uiterste nood
zaak" bleef de deur op een kier.
Na mr. Marchant kwam dr. de
Visser, die eerst de vorming van
«Die goede oude tante Dan beu
je wel ingelicht, naar ik vertrouw.
Eu wat denk je du met je kost
bare gasten uit te voeren.
«Ik dacht zoo eerst hier een
stukje eteD. Mijn trouwe Jenkins
is al druk berig met het sobere
maal.*
«En daarna
Daarna Wel, dan kunnen wg
wat kletaeü over ditjes en datjes.
En aangezien jelui trein al in de n
grauwen morgen gaat, tien nur
geloof ik, zullen jelui wel graag
vroeg naar bed wilieD. Is 't niet
De hoopvolle tweelingen lachten
kaar toe. Er was medelgden in
hun blik.
«Jack,* zei Eddy, «wg zouden
graag 't een of ander zieD, een
cal aret, een paar bars
«Dat zal te laat wordeD,* meen
de ik «je hebt je nachtrust wel
noodig.*
«Nachtrust lachte Charley.
«Dacht je soms, dat wg dien
laatsten avond in Londen te bed
wilden verslijten
Een heelen Dacht verboemelen
Neen, daar ben ik de man niet
naar. In 't grijs verleden ging dat,
maar du beD ik een bezadigd
mensch en eeD ordelievende staats
burger. Twee uur en geen seconde
later, dat ia mgn limietMaar
een parlementair Kabinet be
proefde, dat vermoedelijk veel
overeenstemming zou hebben
gehad met het tegenwoordige
demissionaire ministerie. En toen
deze poging mislukte zou dr. de
Visser de vorming van eer.
extra-parlementair Kabinet be
proeven. Als oud-Minister, Ka
merlid en zelfs voorzitter van een
belangrijke kamerfractie scheen
de heer De Visser voor leider
van zoodanig Kabinet niet de
meest aangewezen persoon. Maar
toen hij aan de Koningin be
richtte, dat zijn poging niet ge
slaagd was, en onmiddellijk
daarna aan mr. Limburg opdracht
tot het vormen van een Kabinet
werd verleend, meenden velen,
daarin eene voortzetting van het
werk van dr. de Visser te moe
ten zien. En zij verwachtten in
den aanvang, dat de heer Lim
burg zeer spoedig met de vor
ming van zijn ministerie gereed
zou zijn. Hoe droevig hebben
deze velen zich vergist! Gedach
tig aan het „wie gelooven haas
ten niet" hebben zij gewacht,
weken lang. Tot thans de droeve
mare kwam, dat ook de heer
Limburg zijn pogingen opgeeft.
Of het bericht on verwacht kwam
durven wij zelfs niet zeggen.
Want de vele tegenstrijdige ge
ruchten omtrent de kansen van
mr. Limburg deden ons voort
durend slingeren tusschen hoop
en vrees. Den eenen dag heette
het, dat het ministerie op één of
twee mannen na gereed was en
dat de definitieve vorming elk
oogenblik mocht worden verwacht
Maar den volgenden dag weer
hoorde men van onoverkomelijke
moeilijkheden. Dat de heer Lim
burg door invloedrijke personen
werd tegengewerkt, wordt alge
meen als vast staand aangeno
men. Maar daarnaast werd ook
verkondigd, dat van allerhoogste
plaats beslist werd gewenscht,
dat de heer Limburg zou slagen,
wat echter niet is gebeurd.
Zal nu eindelijk de sluier die
hangt over alles, wat door de
heeren De Visser en Limburg is
verricht, worden opgelicht? Zul-
jawelMet die kwajongens was
niets redelijks aari te vang«D, en
't werd ODgeveer negen uur iD den
vroegen morgeD, eer we mijn
woning weer betraden. Ik was
niet al ie frisch meer en bad nog
juist kracht genoeg, plechtig af
scheid te nemen van mgn dierbare
bloedverwanten, hun een voorspoe
dige reis eD veel geluk in Airika
te weDschen. ToeD rolden zg de
trap af eD ik in mijn bed.
En ik sliep dadelijk zoo vast,
dat ik niet eens merkte, hoe ze
terug keerden naar de eetkamer
en een ontbijt eischten. Jenkins
heeft mg dat later verteld.
't Moet ongeveer een uur in den
middag zijn geweest, toeD ik
wakker werd. Ik voelde mij zoo'n
beetje als een buiten dienst gestel
de vaatdoek maar er was één
troostende gedachte dat de twee
liDgen nu veilig en wel op de boot
waren en een vaarwel toeriepen
aan de vaderlandscho kust, die
zich van hen verwijderde
Daarom kreeg ik een schokje,
toen de deur van mgn slaapkam r
open ging en Charity binnen
stapte.
«Hallo Jack, goed geslapeD
Wat zou je denken van een terme
lunch Ik dacht, dat ik weer eeu
nachtmerrie bad er waren er
len zij duidelijk en onomwonden
aan het Nederlandsche volk me-
dedeelen, alles wat zij hebben
verricht, opdat dit zal kunnen
oordeelen over de zoo hoogst
belangrijke vraag, wie het is of
zijn, die de vorming van een
Kabinet, als thans werd beoogd,
onmogelijk hebben gemaakt?
Want op dezen rust eene zeer
zware verantwoordelijkheid. Zij
zullen toeh naast het afbrekend
werk ook iets opbouwends moe
ten stellen. Op hen rust dan
toch de moreele verplichting om
Nederland aan een ander Kabinet
te helpen.
Zal nog een ander de pogingen
van Dr. de Visser en Mr. Lim
burg voortzetten Wij weten
het niet. Thans is weder het
woord aan de Koningin er. Hare
raadslieden. Is er kans, dat een
ander zal volbrengen, wat aan
deze twee, zoo hoogst bekwame
mannen mislukte, dan zullen wij
nog verder wachten. Maar als
die kans er niet is, wat dan?
Zal H.M. dan, evenals na de
verwerping van de Vlootwet, aan
het tegenwoordige Kabinet moe
ten verzoeken, te blijven, aange
zien immers elke andere oplossing
onmogelijk is gebleken Wie
eenig begrip heeft van de wer
king van ons parlementaire stelsel,
gevoelt het groote bezwaar, dat
hieraan is verbonden. Want de
Ministers, die op deze wijze
blijven zitten, zijn als het ware
onaantastbaar. Zij kunnen elk
votum van de Staten-Generaal
rustig naast zich neerleggen, met
de verklaring, dat zij niet heen
kunnen gaan, omdat zij daar
zitten op uitdrukkelijk verlangen
van de Koningin en omdat wel
gebleken is, dat onze Staten-
Generaal wel critiek kunnen uit
oefenen, maar zonder de tegen
woordige Ministers niet kunnen
regeeren. Het ministerie Ruys
de Beerenbrouck was in den
laatsten tijd in deze positie. Doch
die duurde slechts betrekkelijk
kort, terwijl wij nu nog slechts
aan het begin van een vierjarige
periode staan. Daarom is deze
toestand nu nog noodlottiger.
zooveel geweest tijdens mijn slaap.
Maar 't bleek mij gruwelijke wer
kelijkheid.*
«Watdrommel doejg nog hier?*
riep ik uit.
Charley keek mij verwijtend aan.
«Is dat nu de toon van een
gastheer, Jack
«Waarom ben je niet op weg
naar Zuid-Afrika
«Dat zal ik je eens gauw uit
leggen. Je weet welhet meisje,
dat je aan mg voorstelde in het
cabaret
«Welk meisje?*
«Er was er maar ééo,« zei
Charley koel. «Haar naam was
Marion Ward. Ik heb een heelen
tijd met haar gedanst. Herinner
je maar
Ik begon mij te herinneren.
Marion was een kennisje van mij.
Een liet kind. Zjj was met een
gezelschap in het cabaret geweest,
en mijn neef had er op aange
drongen, dat ik hem aan haar
vourstelde. Zg is een heel fatsoen
lijk zangeresje van't Apollotheater.
Wordt vervolgd).
Moet gij links een weg inslaan,
Neemt dan steeds de riimste
[Daan,
Gaat uw weg rechts va.i oe hand,
Houdtd nsteeds den binneokanti
AXELSCHE
COURANT.