Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeen w sell- V 1 a a n d e r e n
TEN HALVEGEKEERD
No. 71
VRIJDAG II DECEMBER 11)25.
41e Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Niemand kent de geheele wet.
FEUILLETON.
Binnenland.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postbus No. 6.
ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
„Iedereen wordt geacht de wet
te kennen" is een oud gezegde.
Maar zoo ooit dan geldt hiervan
„spreekwoord leugenwoord". Wij
aarzelen niet hier neer te schrij
ven, dat hoeveel eminente rechts
geleerden ons land ook moge
tellen, geen hunner het in zijn
hoofd zal krijgen, om te zeggen,
dat hij de bovenvermelde kennis
bezit. De onmogelijkheid daar
van springt al dadelijk in het oog
als men weet, dat een bekende
uitgave een verzameling, die
nog lang niet alle wetten omvat
meer dan 100 nummers telt.
Bij deze wetten zijn er die meer
dan 2000 artikelen tellen. Men
rekene dit sommetje maar eens
uit. Daarbij komen nog talrijke
andere wetten tot zelfs uit den
Franschen tijd. Ten slotte komt
het af en toe nog wel eens voor
dat bij de rechtspraak wetten uit
den tijd van den tachtigjarigen
oorlog en zelfs van honderden
jaren vroeger te pas komen. Met
een weinig gezond verstand kan
men dus wel begrijpen, dat ons
opschrift meer waarheid bevat,
dan de aloude spreuk „Iedereen
wordt geacht de wet te kennen".
Maar dat behoeft niemand af
te schrikken, want we varen im
mers allen in hetzelfde schuitje
Bovendiennet zoo min als we
in het dagelijksch leven alle
woorden uit het woordenboek
gebruiken of zelfs kennen, ge
bruiken we ook in het dagelijksch
leven alle wetten, 'tls dus ook
niet noodig om de gansche wet
te kennen. Wat wèl noodig is
dat is dat ieder althans van de
meest voorkomende zaken in het
leven eenig begrip heeft. En dat
is heusch niet moeilijk, 't Is eigen
lijk moeilijker om de wanbegrip
pen, die er op dit gebied bestaan
kwijt te raken. Zoo bestaat er
in 't algemeen de meening, dat
men aan mondelinge afspraken
niets heeft. Men heeft liefst
„zwart op wit" en liefst zoo uit
voerig mogelijk. Het eerste nu,
zoowel als het laatste is onjuist.
Engelsche Vertaling.
(13
's Avonds gingen ze nsar cor
eerten, comedie's ot opera's, zoodat
de tyd omvloog, en Richard vond
dat z'n moeder er nog nooit zoo
opgewekt en goed had uitgezien.
Ze liet zich geheel door Florence
regeeren en liet zich met een
glimlach welgevallen wat deze
over haar toilet beschikte. Oom
Alexander was heel blydat hy
zich aan al die uilgangetjes kon
onttrekken, aan den eenen kart
wegens z'n zaken,aan den anderen
kant wegens z'n zwakke gezond
heid. Met dokter hield hij zich
niet op want hij wist by onder
vinding, dat die hem in de eerste
plsats zouden voorschrijven min
der te eten en te drinken en hij
meende, dat z'n kwalen een geheel
andere oorzaak hadden. Hij was
heel bly, dat Florence intusechen
zooveel kon genieten als ze ver
koos en hoopte maar, dat z'n zuster
en haar zoon bun verblijf zoo
lang mogelijk zonden rekkeD.
Onder al dat uitgaan en die
Het eerste omdat b.v. zoowel
een mondelinge huur als een
mondelinge koop volkomen rechts
geldig zijn. Het dagelijksch leven
leert ons dat reeds. Immers welke
huisvrouw b.v. denkt er aan haar
dienstbode een contract te laten
teekenen Wie onzer lezers, die
hetzij werkzaam b.v. aan een
bank of een andere onderneming
heeft een schriftelijk contract ge-
teekend en hoevelen onzer lezers
werkgevers wij laten de col
lectieve contracten nu daar
zouden hun personeel een schrif
telijke overeenkomst hebben laten
teekenen V Dit zullen hooge uit
zonderingen zijn. Niettemin ach
ten 'zoowel werkgevers als werk
nemers zich gebonden en zijn
dit in rechte ook zeer zeker,
zooals meermalen blijkt, wanneer
de rechter over. zulk een monde
linge overeenkomst moet oor-
deelen.
En wat koop en verkoop be
treft Wie daaraan twijfelt, ga
maar eens een kijkje op de markt
nemen. Daar wordt voor duizen
den omgezet zonder een letter
schrift.
Wie denkt er verder aan als
hij of zij zich een pak laat aan
meten of een mantel om een
schriftelijk contract te teekencn.
Niemand, naar wij meenen. Toch
is men door al deze mondelinge
afspraken gebonden en kan deze
in rechte handhaven. Zoodra
kooper en verkooper 'tover de
verkochte zaak en den prijs eens
zijn, is de koop in rechte geldig.
Nu willen we met deze rede
neering niet zeggen dat een
schriftelijke overeenkomst van
nul en geener waarde is. Integen
deel. Bij elke overeenkomst van
eenigszins langen duur of van
belangrijke financiecle beteekenis
raden wij elk aan zich schrifte
lijke contracten te verschaffen
Een huurder met een schriftelijk
huurcontract staat heel wat ster
ker dan iemand met een bloot
mondelinge overeenkomst. Wij
raden dus ieder aanVerschaf u
bij een zaak van eenige beteekenis
een schriftelijk contract.
Een tweede raad, dien wij in
drukte herinnerde Richard zich
plotseliog, dat het spoedig de dap
zou zijn, waarop hy beloofd had
z'n eerste bezoek aan Nancy te
brengen en hij kreeg een onaan
genaam gevoel over zich, alsof
hij het meisje wat veronachtzaamd
had. Hy had niet altijd punctueel
geschreden, daar allerlei andere
bezigheden hem nu in beslag
namen, hy zon dat verzuim nu
wel weer goed maken. Als hy
maar weer in haar donkeie oogen
kou kijken zouden die kleinighe
den ook wel gauw vergeten zijn
en Ba die scheiding van twee
maauden zouden se veel te ge
lukkig ziin elkaar weer te zien.
ToeD Florence hoorde dat Ri
chard den volgenden Maandag
naar Bristol zou gaan, was ze
verontwaardigd
Waarom?* vroeg ze.
»Ik heb een afspraak, die ik
moet houdern,* zei hy.
»Wel nu kom aan, en Maandag
avond zouden we naar de opera
gaan; de plaatsen zyn al veertien
dagen geleden genomen. Hoe ver
is Bristol? Kunt ge niet vóór den
avond terug zijn
Richard was in tweestrijd, hy
was van plan geweest den naeht
by z'n oom op de pastorie over
te blaren, maar nu z'o moeder
dit verband geven is: Zorg dat
de stukken gezegeld zijn. Ook
de quitanties. Anders kan het u
honderden guldens kosten. En
bewaar uw quitanties en uw be
taalde belastingbiljetten als uw
oogappel. Het kan te pas komen.
Men meene nu echter niet, dat
als men iets op schrift heeft, dat alles
dan in rechten precies zoo moet
gebeuren, als in de schriftelijke
afspraak staat. Soms zal men
meer krijgen, dan in zoo'n con
tract staat, soms minder.
En nu is 't eigenaardige, dat
hoe minder er op schrift staat,
hoe meer men soms kan krijgen
en omgekeerd. Want er is een
artikel in ons Burgerlijk Wetboek,
dat al voor menigeen, die meer
wilde hebben dan hem toe kwam
een muur van beton is geweest,
waartegen zijn overdreven eischen
afstuiten. Wij bedoelen art 1374,
derde, lid, luidende: „Alle over
eenkomsten moeten te goeder
trouw worden uitgevoerd". Dit
is een van de schoonste artikelen
uit onze wetten, omdat 't zoo
vaag is en dus den rechter de
vrije hand laat den ai te begee-
rigen eischer in menig opzicht
te noodzaken zich tevreden te
stellen met wat recht en billijk is.
Enkele voorbeelden mogen dit
toelichten.
Er kwam eens iemand met het
verhaal over het koopen van een
huis Hij had alleen maar een
papiertje waarop stond vermeld,
dat de verkooper aan hem, laten
we hem A noemen, het bewuste
huis voor zooveel had verkocht
en voorts, dat de verkoop nader
voor den notaris in orde zou ge
maakt worden. En nu kwam de
verkooper, laten we hem B. noe
men met allerlei ongehoorde
eischen. Dientengevolge zat mijn
heer A danig in den put want
er stond niets van in het voor-
loopige contract. Tot zijne groote
geruststelling konden we hem
dadelijk op het bovengenoemd
artikel wijzen en de beteekenis
daarvan. Bovendien verzochten
we hem ook nog het volgende
artikel te lezen (art. 1375 B.W.)
luidende„Overeenkomsten ver
en Florence z'n geleide noodig
haddeo, kon hij dut toch moeilijk
weigeren. Er was een namiddag
trein uit Bristol die hem om 6 3U
te Londen kon brengen hij zou
juist nog tijd hebban om naar 't
hotel te gaan en zich te kleeden.
H(j beloofde derhalve Florence,
dat hij in ty da terug zou zjjo om
hen te vergezellen.
Op den bepaalden tijd kwam
hy 's middags om 12 o. te Bristol
aan. Gedurende de reis betrapte
hy er zich op, dat het vooruitzicht
van Nancy spoedig te zien, hem
niot zoo gelukkig stemde, als hij
gedacht had. Hij was bang, dat
ze hem zou ondervragen en dan
uit haar humeur raken. Hy had
daarenboven het verdriet der schei
ding oiet zoo gevoeld als zij, omdat
hij afleiding had gebad, maar her
was beter, daar zoo mio mogelyk
over te sprekeD.
Toen hij in de pastorie aan
kwam, vond hij Nauciebel in ge
zelschap van zyo nichtjes en het
was hem haast een verlichting
haar niet alleen te treffen. Nancy
was een weinig verlegen en bloos
de toen hij haar aansprak. Ze
noemde hem mijnheer Kingston,
du ze niet onder vier oogen waren
en ze zag er zoo vreemd uit, du
se baar haar ander* opmaakte en
binden niet alleen tot datgene
wat uitdrukkelijk bij dezezelve J
is bepaald, maar ook tot al het
geen dat, naar den aard van de
zelve overeenkomsten, door de
billijkheid, het gebruik, of de wet,
wordt gevorderd". Het was dus
duidelijk, dat mijnheer B zich tot
de billijkheid moest bepalen en
hetgeen door wet en gebruik
werd gevorderd en zich boven
dien aan de goede trouw moest
houden, zooals dan ook geschied is
Al stond er dus weinig „zwart
op wit" mijnheer A stond toch
op veiligen grond.
En nu een geval van het tegen
gestelde.
De heer A. had een huis ge
huurd van mijnheer B. Er was
'n huurcontract opgemaakt waarin
o m. stond dat mijnheer A. niet
zonder toestemming van mijnheer
B. mocht onderverhuren. Mijn
heer A. had dit niet gelezen.
Wij raden echter iedereen aan
niet zoo slordig te zijn en alle
contracten geheel te lezen vóór
de onderteekening. Dit tusschen
haakjes. Aangezien mijnheer
A teneinde de hooge huur wat
te verlichten, het raadzaam vond
een deel van zijn huis te verhu
ren, ging hij daartoe over, aan
gezien ook de vorige huurder
zulks had gedaan. Mijnheer B
droeg van deze verhuring door
mijnheer A. kennis, maar zei niets,
tot er tusschen beiden verschil
van meening ontstond. Toen zeide
de heer B. tegen den heer A.
Je moet er uit, want je hebt
zonder mijn toestemming onder
verhuurd.
Mijnheer A. antwoordde „zie
maar dat je me er uit krijgt."
Mijnheer B. op hooge beenen
naar den rechter met het verzoek
om den boozen huurder te ver-
oordeelen om „het gehuurde r.iet
de zijnen en het zijne te ont
ruimen."
De rechtvaardige kadi zei ech
ter: Hoor eens mijnheer B. je
meent wel gelijk te hebben maar
toch krijg je ongelijk. Want vele
maanden heb je trouw de huur
geïnd, wetende, dat je huurder
onderverhuurd had zonder je toe
een ander snit van japon droeg.
Hij merkte zeer goed op, dat ze
een soort van verandering had
ondergaan hoewel hij eigeulijk
niet had kunnen zeggen, waarm
die bestond, maar ze geleek niet
meer op de oude Nancy van vroe
ger. Toen de hel voor de koffi -
tafel luidde, verscheen ook de
predikant en spoedig waren ze
ge-e!lig gezeten. Mijnheer Hen-
ninghatn vroeg allerlei omtrent
oom ATxandsr eu diens plannen
en informeerde ook zeer naar
Florence. Omtrent di? punt was
Richard zeer spraakzaam eu weid-
do in alle bizonderheden over het
bekoorlyke meisje uit. Nanciebel
luisterde stil toe, maar geen woord
ontging haar en toen na de lunch
iedereen zijn eigen weg ging,
vroeg Nancy bedeesd aan Richard
WilleD we wat in den tuin gaan
»0?eral waar ge wilt, kindlief,*
antwoordde hij en dus stapten ze
door de openslaande deuren in
den lommerrijken grooteu tuin,
waar niemand hen kon beluisteren.
»Ik ben heel bly u weer eeos
te zien, Richard,* begon ze met
neergeslagen oogen, terwijl ze
echter niet z'n arm durfde neaieo
uit vrees dat iemand het zien zou.
>Ea ik ben bly, dat ge er zoo
goed uit siet,« zei by. »Myn oom
stemming, maar nimmer heb je
hem op het verbodene gewezen
en nimmer heb je van hem ge-
eischt zulks te laten, dus je hebt
stilzwijgend toegestemd. Boven
dien deed de vorige huurder met
eenzelfde contract het ook. Dus
heb je die bepaling altijd als on
geschreven beschouwd. Je krijgt
ongelijk en leer art. 1375 B.W.
derde lid, uit je hoofd, dan krijg
je niet weer het lid op den neus,
als je het onderste uit de kan
wilt hebben. Ga naar huis en
handel voortaan te goeder trouw."
We willen niet onder eede be
weren, dat precies dezelfde woor
den gebruikt zijn, maar dit was
toch de zin daarvan. Zoodat de
conclusie voor de hand ligt, dat
men er met „zwart op wit" niet
altijd komt.
De Kabinetscrisis.
Dr. J. Th. de Visser, die door
de Koningin is beiast met de
vorming van een parlementair
Kabinet, heeft reeds kort na het
ontvangen van de opdracht eenige
conferentiën gehouden.
Onder het opschrift „de tweede
phase" sehrijft de „Msb."
Met de opdracht aan dr. de
Visser door H. M. de Koningin
verstrekt, tot vorming van een
parlementair kabinet, is de huidige
crisis in een nieuw stadium ge
komen.
Als tweede in de rij defgenen,
die weibebewust de breuk in de
rechtsche samenwerking hebben
veroorzaakt en dus hare gevolgen
voor hun verantwoording hebben
te nemen, zijn na Marchant's échec
de christelijk-historischen aange
wezen voor een poging, aan ons
land een levensvatbaar kabinet
te bezorgen.
Evenals voor mr. Marchant luidt
de opdracht, dat het een parle
mentair kabinet moet zijn.
Of wij vooral met het oog
op de pers-uitingen, onder ver
antwoordelijkheid van den nieu
wen formateur zeiven in het licht
en de meisjes zyc zeker heel
vriendelijk Toor u, dat heb ik al
uit uw hóeven opgemerkt, hoewel
ge u daarin nooit zoo hebt uit
gesproken als ik verwacht had.*
Heeft u dat teleurgesteld, Ri
chard Maar ik wilde niet klagen,
en toch heb ik me zoo een/aam
gevoeld, sedert ik hier ben. Zeker,
iedereen is vrieDdelyk voor me,
maar dat is niet alles. O R chard,
ais ik aan die dagen io Stratford
denk, hoe anders was toen alles
»Ja, dat weet ik wel, Nancy,
maar wo moeteu nu toch tevreden
ayu.«
»G(j hebt goed praten,* ant
woordde Nancy een beetje kribbig,
»gij hebt u natuurlijk goed ge
amuseerd met die aangenomen
dochter van uw oom. Gy' zult u
niet verveeld hebben ot verlaten
hebben gevoeld.*
»Ik klaag er ten minste niet
zoo over,* zei hy eenigszins
scherp, »als er toevallig niemand
is om me lieve woordjes te
zeggen.*
»Nu, vraag dat haar dan maar,*
zei Nancy, haar hoofd in den nek
werpend.
Wordt vervolgd),
AXELSCHE
a
COURANT