Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwse li- Vlaanderen
No. 65.
VRIJDAG 20 NOVEMBER 1925.
4le Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Raadsverslag.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postbus No. 6.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Vergadering van 17 Nov. 1925.
Aanwezig de heeren J. M.
Oggel, (le wethouder), Ph. J.
van Dixhoorn, J. Weijns, J. M.
Baert, A. Th. 't Gilde, F. Diele-
man, J. de Feijter en P. de
Feijter.
Secretaris de heer J. L. J.
Maris.
De Voorz. opent te 2 uur de
vergadering met gebed en stelt
aan de orde de agenda.
1. Notulen.
De notulen van 6 Oct. jl. wor
den ongewijzigd vastgesteld.
2. Ingekomen stukken.
a. Schrijven van de h. h. M.
W. Koster, A. E. C. Kruijsse en
Ed. van de Casteel, dat zij ver
hinderd zijn de vergadering bij
te wonen eerstgenoemde wegens
ongesteldheid.
b. Idem van den Minister van
Waterstaat, H. en N., inhoudende
de beslissing der Kroon, in zake
het beroep van den Gemeente
raad van Axel tegen het niet
goedkeuren door Ged. Staten van
Zeeland van het contract met de
Prov. Zeeuwsche Electriciteits-
Maatschappij (P. Z. E. M.) voor
stroomleTering. Zooals bekend is,
werd door die beslissing de Raad
in het gelijk gesteld.
c. Goedkeuring van Ged. St.
van verschillende raadsbesluiten.
d. Circulaire van Ged. St. in
zake gemeentelijke steun voor
woningbouw.
e. Bericht van P. C. Filius,
dat hij zijn benoeming tot Gem.
Opzichter aanneemt en dankt
voor de gratificatie.
f. Dankbetuiging van J. C
Fokker voor de vermindering van
woninghuur.
g. Verzoek van J. A. van
Hoeve.
Adressant wendt zich namens
M. Dieleman Kz. te Axel tot den
Raad met het beleefd verzoek,
om vergunning te mogen ont
vangen voor het bouwen van een
bergplaats (voor kar of wagen)
waaraan verbonden een varkens
hok en mestbak, overeenkomstig
bijzijnde teekening en bestek, op
zijn perceel achter dejulianastraat.
Wellicht overbodig, voegt hij
hier toch aan toe dat het voor
hem een teleurstelling zou zijn,
indien hij geen toestemming zou
krijgen te meer nog, omreden
zijn bedrijf er op aangewezen is,
om ook door arbeid aan het
aankweeken en houden van een
keutje, zijn bestaan moet helpen
verzekeren.
Vertrouwend, dat de Raad den
goeden wil tot arbeiden zal in
zien, en daarom de gevraagde
vergunning zal verleenen, tee
kent, enz.
Het advies van den gem. opz.
is om de vergunning niet te ver
leenen, daar de afstand van het
te plaatsen hok, tot de daarlangs
staande gebouwen te kort is en
dat de lucht daar ter plaatse
wellicht al genoeg verontreinigd
zal worden, dus dat er wel var
kens weg gelaten moeten worden.
De Voorz. zegt, dat adressant
zich eerst tot B. en W. heeft
gewend met dit verzoek, doch
deze hebben dit uit hygiënisch
oogpunt afgewezen.
Nu hetzelfde verzoek tot den
Raad komt, wil spr. erop wijzen,
dat reeds is geantwoord, dat die
zaak volgens de Politie-verorde-
nlng tot de competentie van B.
en W. behoort.
Dhr. J. de Feijter merkt op,
dat het dan overbodig is om
advies te geven, maar hij zou
het toch ook niet toestaan.
h. Brief van Ged. St., waarbij
de diverse begrootingen, dienst
1926 met eenige opmerkingen
worden teruggezonden.
De begrootingen, waarin de
gemaakte opmerkingen zijn ver
werkt en welke hoofdzakelijk van
administratieven aard zijn, worden
opnieuw z. h. s. vastgesteld.
i. Brief van den le luitenant
der Marechaussée.
Dit schrijven houdt in, dat het
Dep. van Oorlog heeft goedge
vonden, dat de thans in gebruik
zijnde marechausséeskazerne we
derom van den eigenaar wordt
ingehuurd voor een termijn van
7 jaren, mits de gemeente bereid
is op 1 Januari 1926 ter beschik
king te stellen de som van f 875,
overeenkomende met een bijdrage
van f 125 per jaar.
De Voorz. zegt, dat het loopt
over de kwestie of de mare-
chaussée's hier zullen blijven of
niet en omdat B. en W. gaarne
de marechaussée's hier zouden
houden, stellen zij voor om die
bijdrage van f875 aan het Rijk
te schenken.
Dhr. Van Dixhoorn vindt het
een eigenaardig systeem van de
Regeering. Ze willen overal op
bezuinigen en wat dan te kort
komt op anderen afwentelen. Dat
is geen methode en nu is het
hier wel niet zoo'n groot bedrag,
maar toch gaat het z.i. niet op
om dergelijke douceurtjes aan de
Regeering te geven. Principiëel
is hij sterk tegen zulke flauwi
teiten.
De Voorz. is het in principe
eens met dhr. Van Dixhoorn, maar
om die politie hier te houden
hebben B. en W. maar voorge
steld om toe te geven aan de
Regeering
Dhr. Van Dixhoornls het
wel regeeringswerk Komen
dergelijke uitvindingen niet uit
de pen van een of ander, die er
belang bij heeft, want ik vind
zulke zaken ver beneden de
waardigheid van de Regeering
De Voorz. zegt, dat de zaak
al een heele tijd loopende is
waarvan dit voorstel nu het re
sultaat is.
Dhr. Van Dixhoorn wil B. en
W. er geen verwijt van maken,
maar komt op tegen zoo'n sy
steem van bezuinigen.
Wat maakf zoo'n bedrag uit
voor de Regeering?
Dhr. Oggel zegt, dat de eigen
lijke oorzaak is, dat de eigenaar
van de kazerne buitensporig is
in zijn eischen en daarom de
Regeering er over dacht om de
marechaussee hier niet te doen
blijven. En als de gemeente er
nu belang bij heeft, dat er politie
woont, moeten ze er ook in hel
pen betalen. Als we moesten
bouwen zou het veel duurder
kosten.
Dhr. Van DixhoornAls dat
het standpunt is van de Regee
ring, moesten we maar alle gc-
meente-politie afschaffen.
De Voorz. brengt het voorstel
in stemming, dat wordt aangeno
men met 6 tegen 2 st. van de
h. h. Van Dixhoorn en 't Gilde.
j. Adres van enkele bewoners
van Sluiskil.
Namens eenige bewoners van
de buurt Axel-Vlakte vraagt H.
Vogelaar, om aan het electrisch
net van Sluiskil aan te sluiten,
waar voor een garantie van f 7C0
wordt gevraagd, terwijl slechts
voor f 550 is geteekend, zoodat
ze nog f 150 te kort komen.
Daar hun wellicht de gelegen
heid tot aansluiting later niet
meer geboden wordt en zij het
de voordeeligste weg voor de
gemeente Axel achten, vragen
adressanten die f150 van de ge
meente te mogen ontvangen als
bijdrage in de garantie.
Ter toelichting merken zij op,
dat er nog 6 bewoners en 3
landbouwers zijn, die nog niet
geteekend hebben, en alzoo de
bijdrage voor de gemeente niet
veel jaren zal moeten worden
gegeven.
De Voorz. zou dit adres, dat
pas gisteren is ingekomen in
handen willen stellen van B. en W.
Dhr. 't Gilde zou het maar
willen afwikkelen. Dhr. Colsen
van Sluiskil heeft er zich voor
gespannen en gezegd, dat als het
vlug gaat, die menschen nog voor
Nieuwjaar electr. licht hebben en
daar rekenen die menschen nu op.
De Voorz. meent, dat het niet
lang zal duren, of de eerst
volgende raadsvergadering zal
gehouden worden.
Dhr. J. de Feijter zou het wel
noodig achten, dat er een lijst
was, waardoor de Raad kon zien,
hoeveel die menschen zelf bij
dragen.
Dhr. P. de Feijter vreest, dat
we op gevaarlijk terrein komen,
door een complex gebouwen.dat
we misschien mettertijd zelf kon
en voorzien van licht, nu uit de
handen te geven.
Dhr. 't Gilde gelooft, dat de
kabel van de Sassing naar die
huisjes zoo lang is, dat de stroom
ons duurder zou komen, dan die
f150. En dan zijn die menschen
geholpen. Ze betalen ook be
lasting en zijn zoowat overal van
verstoken.
Dhr. Van Dixhoorn zou ook
eerst willen afwachten tot beslist
is, of we de electriciteit zelf ter
hand nemen, dan wel aan de P.
Z. E. M. overdragen. Het is spr.
bekend, dat boerderijen belangrijk
voordeel geven aan de exploitatie
en als we nu dat gedeelte los
laten en niet verder gaan dan de
Sassing, zou het kunnen, dat de
daar tusschen gelegen boeren
voor goed werden uitgesloten.
Dhr. Dieleman is er ook voor
eerst een onderzoek in te stellen.
Er zouden 3 boederijen meewer
ken, sraat er, maar dat is lang
niet zeker.
Zonder hoofd, stemming wordt
dit punt uitgesteld.
k De Voorz. heett nu nog een
paar mededeelingen te doen.
le Aan dhr. Dieleman, die
een lantaarn vroeg voor de Sas-
sing (Buthdijk), dat er nog geen
reden was, om daar reeds een
lantaarn te plaatsen.
2e Aan dhr. 't Gilde betreffen
de zijn vraag om vaste aanstel
ling van Mobach als terreinwer
ker aan de gasfabriek.
B. en W. hebben besloten om
Mobach niet vast aan te stellen.
Dhr. 't Gilde Is die zaak ook
behandeld in de gascommissie
De Voorz.Ja, de gascommis
sie had voorgesteld tot vaste aan
stelling, doch B. en W. hebben
dat voorstel niet overgenomen.
Dhr. 't Gilde zou gaarne hoo-
ren, welke motieven B. en W.
daar voor hebben.
De Voorz.Een der oorzaken
was, dat er een aanbeveling was
van slechts een persoon en ook
werd een vaste terreinwerker niet
noodzakelijk geacht.
Dhr. 't Gilde En hoe denkt
de chef daarover
De VoorzDie is het eens
met de gascommissie.
Dhr. 't Gilde vindt het dan
treurig, dat zulke besluiten wor
den genomen. En dat is iederen
keer als het over personeel gaat.
Telkens moet men boksen om
iets gedaan te krijgen. Eerst
was het met de fitters en nu
weer met den terreinwerker. Het
komt hem voor, dat de oorzaak
meer zittn een persoonlijke kwestie
Spr. gelooft, dat de Voorz.
daar boven staat, maar omtrent
de beide wethouders heeft hij
den indruk, dat elk verzoek naar
de papiermand gaat, als men
vermoedt, dat het van hem komt.
De vorige vergadering heb ik
het nog gezegd, dat de man daar
reeds een paar jaar onafgebroken
werkzaam is. Hij is er dus noo
dig en welk bezwaar is er dan.
om hem nu aan te stellen?
Dhr. Oggel zegt, dat de oor
zaak ook daarin schuilt, dat
Mobach heeft geteekend voor
een aantal werkuren, dat in strijd
is met het werkliedenreglement.
Zoodra hij aangesteld was, zou
dat toch weer spaak loopen.
Dhr. P. de Feijter is het niet
eens met dhr. 't Gilde, maar be
treurt toch ook, dat er niet meer
eenstemmigheid is tusschen de
gascommissie en het college van
B. en W. Spr. zou willen voort
gaan om iemand, die jaren te
werk is gesteld, vast aan te stel
len. Hij vindt, dat er wel iets
te zeggen is voor de motieven
van B. en W. maar ze berusten
toch maar op formaliteit en nu
vindt spr. het onaangenaam om
B. en W. aan te moeten vallen,
maar hij zou toch willen voor
stellen om Mobach aan te stellen.
De Voorz. merkt op, dat dit
niet kan, want de benoeming
staat volgens de verordening aan
B. en W. en niet aan den Raad,
maar de Raad kan wel de wen-
scheiijkheid uitspreken, dat men
den man zal aanstellen.
Dhr. Oggel acht het tijd, dat
er een andere regeling komt bij
het in dienst stellen van perso
neel. Men zou eerst iemand
moeten benoemen op een jaar
proef en dan na goedvinden een
vaste aanstelling doen volgen en
niet zooals tot nu toe, dat de
Directeur maar iemand neemt, die
men dan later maar moet aan
stellen.
De Voorz. ziet in die regelingen
weinig verschil.
Dhr. OggelHet is toch beter,
dat eerst een oproeping plaats
heeft? Er zijn meer menschen,
die voor die betrekking in aan
merking willen komen en die
hebben nu niet de gelegenheid
Voor de fitters is toch ook een
oproeping gedaan.
De Voorz.: Dat komt, dat het
een andere toestand geworden is.
Vroeger werd gedacht, dat een
terreinwerker maar tijdelijk noodig
was en daarom was de Directeur
bevoegd een los werkman in
dienst te nemen. Nu is intus-
schen gebleken, dat zoo'n man
altijd noodig is en wil men hem
daarom vast aanstellen. Spr.
betreurt het ook, dat er telkens
oneenigheid komt tusschen de
gascommissie en de wethouders.
Dhr. 't Gilde zegt, dat het hem
voorkomt, dat het advies van den
Directeur niet op prijs wordt
gesteld. Als iemand toch jaren
lang in dienst is en tot tevreden
heid van zijn chef werkt, waarom
hem dan niet benoemen
Op die manier gaat het toch
den weg op, dien dhr. De Feijter
aangeeft, dat de Raad er op ge
wezen wordt, dat B. en W. steeds
de besluiten van de gascommissie
in den weg staan, ik zou het
vertikken om in zoo'n commissie
te zitten.
Dhr. Dieleman vindt wel iets
goeds in het gesprokene van dhr.
Oggel. Nu moeten we iemand
nemen, die door den Directeur
is geroepen, maar dan heeft een
ander geen gelegenheid. De man
kan goed zijn, daar gaat het niet
om, maar een ander is ervan
verstoken om te solliciteeren.
De Voorz. De toestand is er
een gevolg van. We hebben den
laatsten tijd meer en meer los
personeel door vast vervangen en
willen dat ook nu doen.
Dhr. Oggel wil maar eens
klaren wijn schenken en zegt,
dat vroeger de benoemingen uit
gingen van B. en W. en dat was
niet naar den zin van den Di
recteur. Toen is gezegd, dat de
Directeur los personeel kon aan
stellen. En deze neemt nu tel
kens maar losse werklieden voor
het bedrijf, waardoor het voor
B. en W. onmogelijk is om iemand
te benoemen, tenzij ze den man
nemen, dien de Directeur aanwijst.
Nu heeft men in dit geval Mo
bach een verklaring laten teeke
nen, dat hij voor f20 25 in de
week 54 uur zou werken, wat niet
mag. Het spreekt van zelf, dat
als die man benoemd is, dan
dhr. 't Gilde of een of andere
organisatie zal zeggen, dat is
in strijd met het reglement. Spr.
is er tegen om op dergelijke
manier iemand aan te stellen.
Dhr. 't Gilde is het er mee
eens, dat een werktijd van 54
uren te lang is.
De Voorz. acht de zaak thans
voldoende toegelicht.
3. Benoeming lid Burg. Arm
bestuur.
Tengevolge van de periodieke
aftreding van dhr. J. de Feijter
Lz., worden voorgedragen de h h.
J. de Feijter (aftr.) en J. K. de
Putter Jz. Dhr. de Feijter wordt
herkozen met 6 st., tegen 1 stem
op dhr. de Putter en 1 op C.
Hamelink Kz.
Dhr. de Feijter neemt de be
noeming aan.
4. Benoemen lfd van de
Comm. van Toezicht op
het lager onderwjjs.
Wegens periodieke aftreding
van dhr. J. C. Bom worden voor
gedragen de h. h. J. C. Bom en
C. A. Dekker. Dhr. Bom wordt
herkozen met 7 st. tegen 1 op
C Hamelink.
5 Benoemen keurmeesters.
Voor de aanst. veemarkt wor
den voorgedragen als keurmees
ters de h.h. Jac. de Putter Pz. en
D. F. Dieleman Lz., met J. J.
Michielsen en L. J. de Maat. Als
arbiter staan de h.h. P. Verstra
ten en J. Verstraten-Boer op de
voordracht. Gekozen werden de
h.h. de Putter, Michielsen en P.
Verstraten, terwijl 1 stem was
uitgebracht op de h.h. Dieleman,
de Maat, A. C. IJsebaert en Ed.
van de Casteel.
6. Verkoop oude kelen.
Z. h. s. worden B. en W. ge
machtigd om de voor de ge
meente niet meer bruikbare keien,
welke uit de bestratingswerken
gekomen zijn, bij openbare in
schrijving te vekoopen.
AXELSCHE
it*
t
COURANT