flet fortuin van een Fluitist. rwi Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwscli - Vlaanderen No. 6 VRIJDAG 24 APRIL 1925. 41e Jaarg. f r Amerikaansch vlootbezoek aan Oost-Indië. J. C. VINK - Axel. FEUILLETON. Buitenland. cihb \óA6 v Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-UITGEVER Men schrijft aan de „Avp." Terwijl onze .Zeven Provin ciën" uit de haar ten dienste staande kanonnen doffe moord- slagen deed hooren nadat deze bodem had durven bestaan met eigen kracht en middelen heel van Soerabaja naar Priok te stoomen teneinde een indruk te geven van het geweld van onze toch zoozeer gevreesde vloot stoomde het Amerikaan- sche eskader de haven van Tand- jong-Priok binnen. Alweer het evenement van be- teekenis voor Ned. Indië en voor haar hoofdstad in het bijzonder. Eerst, eep paar weken geleden, het groote toeristenschip met zijn 500 passagiers, waaronder tallooze reis- en trouwlustige weduwen van eiken denkbaren leeftijd mitsgaders met de meest voorhistorische brillen toegeta kelde en fantastische costumes dragende manspersonen, die in drie dagen Java gingen bezichti gen en toen weder verdwenen; nu weer een ander Amerikaansch bezoek, het idem-zooveelste in de afgeloopen maanden Wat is Ned.-Indië, Java, toch tgenwoordig een interessant land, niet waar? Als er geen Ameri- kaansche oorlogschepen of lëger- autoriteiten zijn, komen er En- gelsche of Japansche militaire en andere missies. De belangstel ling wordt heusch wat drukkend. Echter, het bezoek gaf, als andere bezoeken veel vertier in de stad. Nauw waren de schepen ten anker en de officieele plechtig heden afgeloopen of een stroom van Amerikaansche officieren, onderofficieren en schepelingen verspreidde zich over de stad om in minder dan geen tijd alle café's, bierhallen en verdere drink gelegenheden als met een zwerm witte bijen te overdekken. 22) Want, nietwaar, Amerika is een droog land, en aan boord van de schepen is het ook droog terwijl in Batavia zoo hier en daar nog wel iets te krijgen is. En weer eenigen tijd later deed de invloed van het ongewone gebruik van alcohol zich kenbaar maken, zag men hier en daar zwaaiende groepjes zeelieden. Ook in de hotels ging het luid ruchtig toe en werd danig ge- foven. Trouwens, de feeststemming is aanwezig. Een avond in den Dierentuin, een bal in de Har monie en in Concordia, de noo- dige diners, alles, om via maag en vermaak kenbaar te maken, hoe zeer men zulke bezoeken op prijs stelt. Ik vind zulke bezoeken natuur lijk ook prachtig. Ze zullen zeker wel noodig zijn ook. Maar er is één drawback aan verbon den. Deze is, dat telkenmale weer opnieuw moet worden ge demonstreerd, hoe diep treurig het met onze Marine gesteld is. Het kan werkelijk niet ellendiger. Ik las, dat in Mei de „Java" zal uitkomen. Ik hoop het. Dan hebben we tenminste een schip, dat zich niet behoeft te verschui len voor eenige vreemde marine En toch, wanneer men komt bij gelegenheden als bezoek van vreemde bodems, dan zou men aan het aantal Hollandsche zee officieren, dat Batavia bevolkt, aan de groote hoeveelheden opper en hoofdofficieren niet zeggen, dat de Vaderlandsche Marine in Oost-Azië, behalve een schip waarmede men niet naar Holland durfde terug te varen en een paar onderzeebooten, geen bodem van eenige beteekenis meer telt. Voorwaar, onze zeeofficieren zullen menigmaal een krachtige verwensching moeten smoren, wanneer zij die machtsontwikke ling van anderen moeten aan schouwen en helpen bewierooken. Bedwongen revolutie'». In de kathedraal Sveta Nedelia te Sofia ontplofte een helsche machine tijdens de begrafenis plechtigheid van den afgevaardig de Kosta Guerguieff, die werd vermoord. Door de ontploffing werden talrijke menschen gedood of gewond. De aanwezige Ministers wer den niet getroffen. Tengevolge van de ontploffing in de kathedraal te Sofia is een der drie koepels ingestort. Het portaal werd geheel vernield. De middelste koepel is dermate ge havend, dat instorting elk oogen- blik kan worden verwacht. Onder de slachtoffers bevond zich ook generaal Davidoff, voorts vijf andere generaals, vier Kamer leden en den particulieren secre taris van den Minister-President. De üorresp. van de „Times" te Sofia vernam van Liaptsef, oud- min. van Oorlog, die den dienst in de kathedraal bijwoonde Tij dens de rede van den aartsbis schop had ineens een geweldige ontploffing plaats. Ik stond ge lukkig onder een paar bogen en bekwam geen letsel. Na een minuut of zeven was de rook opgetrokken en ik zag, op een paar menschen na, ieder op den grond liggen. Stukken met selwerk vielen van het dak, waar de bom waarschijnlijk geplaatst was. Langzamerhand, onder het gekreun en geschrei der gewon den, stond de een na den ander op en rende naar de uitgangen. Geen der geestelijken was gewond en bij het reddingswerk hielp ieder; vrouwen en kinderen wer den het eerst geholpen. De corresp. vertelt verder nog, dat er geen enkele aanwijzing is, wie deze daad heeft gepleegd, maar algemeen wordt geloofd, dat communisten de schuldigen zijn. Er is geen sprake van een revo lutie De regeering zal wel de strengst mogelijke maatregelen nemen om de binnenlandsche „De jongen ïlet er kranig uit, Zeker j ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Cent; voor eiken regel meer 12 Cent. Groote letteis worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. rust te herstellen. Op den boulevard Dunduwok te Sofia is het lijk van een man gevonden, die bij nader onderzoek een Macedoniër bleek te zijn, ze kere Milan Manulef. Deze heeft 13 Febr op de zelfde plaats als waar hij thans gedood is, prof. Milof vermoord. Gemeld wordt, dat een der klokkenluiders na het onheil ver dwenen was, doch door de politie is opgespoord en heeft bekend, dat enkele uren vóór de ontploffing drie mannen verzochten, tot het dak van de kathedraal te worden toegelaten om een mooi uitzicht over Sofia te hebben. Niettegen staande de uitdrukkelijke orders had hij dit toegestaan en het is waarschijnlijk, dat de bom toen geplaatst is. In verband met den aanslag zijn een Buig. kapitein der genie en een geestelijke ge arresteerd. De kapitein wordt er van verdacht, geholpen te hebben bij de vervaardiging van de bom. De politie heeft voorts gearre steerd den gewezen communisti- schen afgevaardigde Petrini en den agitator Marco Friedmann. Beiden werden in hun kamers aangetroffen, zwaar gewapend met pistolen en bommen, doch zij gaven zich zonder tegenstand over. Verder is iemand gevangen ge nomen, die zich had vermomd als officier en bij wien een lijst is gevonden van het Kabinet, zoo ais men dat hoopte samen te stellen, indien door de explosie in de kathedraal de huidige re geering was omgebracht. Even eens is enkele minuten na de ontploffing door de politie een aantal gewapende mannen gear resteerd, die zich ophielden nabij het Dep. van Oorlog, dat zij, na het ontvangen van een signaal, hadden moeten bestormen. De min. van Oorlog, generaal Voelkof, heeft alle leiders van de erkende partijen bijeengeroepen en hun de situatie uiteengezet. Hij deed een beroep op hen om de regeering te steunen gedurende den strijd om de orde te hand haven en verzekerde hun, dat de staat van beleg zal worden op geheven, zoodra de toestand het toelaat. Alle oppositie-leiders hebben de regeering steun toe gezegd. De regeering is in het bezit van bewijzen van de activiteit der communistische internationale die een communistische revolutie in Bulgarije wilde teweeg bren gen, welke 15 April zou uitbre ken. Het land zou moeten wor den geparalyseerd door het ver moorden van den koning en van vele vooraanstaande politici en hooge ambtenaren, terwijl gewa pende benden het district Wilin- Wraten zouden moeten bezetten en daar, met behulp van Buig. revolutionnairen uit het buiten land, de kern organiseeren van de sovjet-republiek Bulgarije. De technische détails van dit plan zijn met de uiterste nauw keurigheid uitgewerkt door spe cialiteiten en de communistische internationale had orders gegeven aan haar agenten in Bulgarije om al hun aanhangers voor 15 April te mobiliseeren. Volgens deze documenten gaat de sovjet-regee ring zelf niet vrij uit bij de po gingen om het huidige regiem in Bulgarije omver te werpen. Het roode leger en de vloot hebben ongetwijfeld hun aandeel in de onderneming gehad. De plannen voor een algemeenen opstand in Bulgarije en speciaal de technische details voor de bezetting van het district Widin- Wratza zijn opgesteld door offi cieren van den Generalen staf. De onderdeden van dit plan be treffende de draadlooze installa tie en het gebruik maken van krachtige ontpioffmgsmiddelen in groote hoeveelheden, wijzen op deelneming door de specialitei ten van het roode leger. De vloot heeft even actief aandeel gehad in jdeze zaak, daar ongetwijfeld Sebastopol en Odessa gebruikt zijn als bases voor speciale be wapende motorbooten met goed gedisciplineerde bemanningen, (Wordt vervolgd.) i Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postbus No. 6. Uit het Fransch vertaald. .Een nieuwe leugen," hernam Lodc- wijk XV. .Een edelman kan desnoods glas blazen, maar voor zijn onderhoud op een fluit blazen, nooit en te nimmer. Geen enkele pastoor van mijn rijk zou zoo iemand tot voorspraak willen dienen. Ik zou u naar de galeien kun nen sturen, doch uw leeftijd in aan merking nemend, zal ik een eervoller straf weten uit te kiezen. Ik leg be slag op uw fluit, uw handlangersin- strument, evenals op dit document, waarop ge niet het minste recht hebt en zal het aan de markiezin ter hand stellen, totdat ik te weten ben gekomen, wie en wat gij zijt." De minister, die wist hoe moeilijk zijn majesteit een besluit nam, gaf den volgenden raad„Waarom zendt uwe Majesteit dit jongmensch, hij heeft er de maat voor niet naar de nieuwe compagnie van de zwarte musketiers, die pas opgericht is of naar de gen darmerie van den Dauphin, of nog beter, naar de karabiniers van Saubise, bij zal als ruiter geen slecht figuur maken." „Mij goed, hoe eerder hoe beter." „Vooruit, jongmensch," spotte de Biron, „we zullen van jou wel een flink soldaat weten te maken." Reeds had de koning hem den rug toegekeerd en begon met de markiezin een fluisterend gesprek, terwijl de Choi- seul uit zijn portefeuille een blaadje scheurde en het volgende bevelschrift Ppslelde „In naam des konings. Mijnheer de Saint Saturnin, kapitein van de tweede compagnie zwarte ruiters, zal den zich noemenden Pèbre tot nader order inlijven onder den naam „La Candeur." Parijs, 31 Juli 1762; namens zijne majesteit, staatssecre taris Choiseul." Na dit aan de Biron overhandigd te hebben, werd Timoléon bij zijn schou der de salon uitgezet, terwijl niemand meer notitie van hem scheen te nemen. Toen hij eenmaal goed en wel ver wijderd was, klaarde het gezicht van zijne majesteit op en ging La Pompa dour weer voor haar clavecimbaal zitten. Een half uur later "ging de deur open. Mlie Jeanneton boog en kondigde aan „Elf uur. Meneer Dagé wacht de bevelen van Madame la Marquise." HOOFDSTUK X. Op hetzelfde moment voerde een rijtuig Timoléon Pèbre naar zijn com pagnie. Alles was hem afgenomen tot zelfs zijn naam. Hij was gezeten tus- schen twee gardes-du-corps, terwijl twee ruiters en een ordonnans het rijtuig begeleidden, en hij verweet zich wanhopig zoo weinig profijt te hebben getrokken van het verbeide oogenblik, dat over zijn toekomst had moeten beslissen. Dienzelfden middag nog werd hij van top tot teen, of beter, van steek tot sporen in een zwarten ruiter veranderd en kreeg hij een stevig paard, dat luisterde naar den naam Dioclétien, tot metgezel. 's Avonds in de chambrée riep bri gadier Beausoleil volgens zijn lijst de namen der manschappen af. Zij allen riepen „present," doch bij den naam La Candeur kreeg de „brigges" geen „asem," Het geval werd gerapporteerd aan den luitenant van de week, graaf de la Cropte-Chantérac, een Adonis van zeventien jaar, die met gratie het uni form der zwarte ruiters droeg Hii zwaaide met zijn karwats met gouden knep, nam den recruut flink op en sprak beleefd, doch onverbiddelüjk„Een nacht provoost." Den volgenden dag herhaalde zich het zelfde tooneel, thans in tegenwoordig heid van den kapitein.de Saint-Saturnir. iemand van in de vijftig, gedecoreerd met het kruis van Saint Louis, een dapper officier, bemind door al zij i manschappen. „Herhaal zijn naam nog eens, Beau soleil," zei daarop de kapitein. „La Candeur." „Waarom antwoordt ge niet, als uw naam afgeroepen wordt, vriend Ieder een heeft vandaag kunnen constateeren, dat ge uw best hebt gedaan en weet met paarden om te gaan." „Dat heb ik thuis geleerd, meneer de graaf." „Val me niet in de rede, jonge vriend. Hier ben ik geen graaf. Waarom antwoordt ge niet. ruiter La Candeur, wanneer een meerdere uw naam al- roept „Omdat ik Pèbre heet, kapitein." „Het bevelschrift van den minister geeft aan, dat ge in mijn compagnie den naam van La Candeur draagt, op welken naam overigens niets aan tc merken valt. De minister gehoorzaamt aan den wil des konings. Men moet de koning steeds gehoorzamen, vriend, als men de eer geniet onder zijn vanen te dienen." De oude officier ging enkele stappen verder, terwijl hij deed, alsof hij zijn glimmende schoenpunten aandachtig beschouwde, weer een „amoureux" van La Pomr - dour, die zich hee't laten snappen," mompelde hij bij zichzelf. De mannen keken „La Candeur" nieuwsgierig aan. „Wat een type, zijn naam niet te willen afroepen I" „Niets op de bon, kapitein vroeg BeauSoleil. „Wel neen I La Candeur verdient geen straf. Let maar op." Mr. de Saint Saturnin nam de appèllijst uit de handen van den korporaal en riep met een krachtige stem „La Candeur 1" „Present, kapitein," antwoordde Ti moléon. „Ga maar mee," zei de kapitein tot Beausoleil, nadat hij Timoléon tevreden had toegeknikt. „Waarom stribbelde je eerst tegen," vroeg Brin d'amour aan Timoléon, toen de kapitein weg was. Brin d'amour was vroeger postmeester geweest en Timoléon interesseerde hem. „Ik heb soms van die buien." „De kapitein schijnt op je hand te zijn en die is niet mak. Ga je mee er ééntje pakken in de cantine? Ik zal je aan Manon Desforges, bijgenaamd Cateau, voorstellen, die indertijd het vriendinnetje geweest is van een offi cier, die evenals jij, Pèbre heette." Brin d'Amour troonde zijn nieuwen makker mee en Timoléon was niet tevreden voor hij allen een rondje ge geven had, den brigadier incluis. „Je lijkt als twee druppels water op iemand, dien ik vroeger gekend heb," zei de bejaarde marketentster, „een zekeren Chevalier de Pèbre, kapitein bij de cavalerie van de koningin." „Merkwaardig," dacht Timoléon. I „Iedereen te Pari'8 herinnert zich mijn i grootvader of mijn vader, behalve de koning, die hen in den adelstand liet verhefijn" Timo'éon wilde, zoodra hij vrij van dienst was, aan Babet, Dagé en La utara schrijven om hun zijn avontuur en nieuw adres mee te geven. Hij vroeg dus aan Cateau pipier, pen en inkt. „Hoe heet je jonge man, en je sectie," vroeg de marketentster. „De ouwe wil weten, waar je inge- deeldbentenhoezeje gedoopt hebben." „La Candeur. Peloton Joli-Coeur, escouader Beausoleii van 2—6 „Dan mag ik je het niet geven, de kolonel heeft het verboden. Je hebt geen verlof tot schrijven, zelfs niet om het kwartier te verlaten zonder permissie van den koning. Je moet dien man wel kwaad gemaakt hebben. O, Liefde, d >or jou vièl Trejel" De marketentster keek daarbij Ti moléon feeder aar, terwijl zij het sig naal der geconsigneerden floot. Een dag later, toen men de paarden naar stal gebracht en ze naar behooren verzorgd had, sprak Timoléon mr. de Saint-Saturnin aan om hem bevestiging te vragen van hetgeen de marketenster hem had meegedeeld. „Helaas, m'n jongen. Het is volko men waar. Ik heb bevel gekregen je hier in bewaring te houden. Geen brieven en geen verlof. Daar valt niets aan te doen dan te gehoorzamen. Een soldaat en voora! een zwarte ruiter moet steeds gehoorzamen. Je zaak zal mettertijd wel beter worden, want ik ben tevreden over je gedrag. Je erzorgt je paard en je musket uit stekend, alteen bij 't schermen met de sabel moet je je nog meer inspannen, anders is iedereen goed over je te spreken." „Ik zal u in alles gehoorzamen, ka' pitein."

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1925 | | pagina 1