In 't kleine restaurant Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch - VIaan deren No. 83 VRIJDAG 23 JANUARI 1925. 40e Jaarg. J. C. VINK - Axel. Het wapen der gedachte. FEUILLETON. Binnenland. lil .i-g Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Mos. 5 Cent. DRUKKER-U1TGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56 - Postbus No. 6. We spreken van het spel der gedachten- ls ons denken in de meeste gevallen wel veel meer dan een spel? Ik spreek niet van de weinigen, die systemen bouwen en consequent van de eene gedachte tot de andere voortschrijden en zi al meer af ronden, tot zij werkelijk één mas sief geheel vormen. Het denken der massa, ons denken van eiken dag, is dat wel meer dan een spel 't ls verschillend met de gedachten der menschen. Hier komen ze vlug en verdringen ze elkaar, bij een ander zijn ze statig en langzaam. Er zijn men schen, die van hun gedachten haast niet kunnen afkomen en in hun waken en droomen altijd weer tot hetzelfde terugkeeren. Is het alles meer dan een spel Een aardig, interressant spel. We loopen even bij elkaar op om een praatje te maken, om wat nieuws te hooien en te zeggen. Inderdaad is het te doen om het spel der gedachte te spelen. Sommigen hebben er behagen in om juist altijd het tegenover gestelde te zeggen als een ander. Dat zijn de menschen voor wie het spel een soort hartstocht ge worden is. Maar ook zij, en juist zij, vergeten straks weer hetgeen zij gezegd hebben. Dat doen wij allen. Wij hechten er weinig waarde aan. Wij laten het doel loos vervlieden. Weet iemand nog iets van het geen hij een jaar geleden heeft gezegd Zelfs de gedachten van gisteren zijn voor het grootste deel voorbij. Zij hebben hun rol gespeeld, zij zijn even opgeschoten als vonk jes uit het vuur; als wolkjes aan den' hemel zijn zij voorbijgedre ven en men weet niet meer hoe zij er uitzagen en weiken weg zij gegaan zijn. Beteekent het veel Spel is aardig, er ligt ook op voedende kracht in, en het is uiting van levensvreugde, maar het is er niet om op zichzelf onthouden te worden. Durft, wie eerlijk zijn gedach- 2) »W«#t ja 't nu spott* ik, toeu zy weg was. »Heb je strak* haar oogen ge- xitD, toen xij tegen mij Uehte N »Jongen, wat heb je het t» pakkan. Maar mooie «ogen hééft zi.t »lk las er iets anders in dan enkel dat ze mooi waren,* meende Barker. Weet je wat ik geloot Dat die kerel haar liet zitten Ik wed, dat wy hem hier nooit terug zi«n.« »Geen groot verlies,* zei ik. >Maar dan zie je haar ook niet weer.* »0 jawel!* riep Baiker, met een zekerheid, waarvan ik de juiste reden niet kon gissen. Barker kreeg gelyk. De man bleet spoorloos verdwenenzij kwam echter terug, dag aan dag. En op 'n keer raakten wij in gesprek. Kon het anders Zy sprak met ons doodgewoon, zonder preuischheid of terughou ding, eerst enkel over net res taurant, het eteD, de bediening, ten beziet, er in verreweg de meeste gevallen hooger beteeke- nis aan hechten Dan is hij misschien juist een pedant, die in elk zijner woorden een ge wichtigheid legt, waarvan hij echter zelf alleen liet gewicht voelt. Als dit de eenige beteekenis was van onze dagelijksche ge dachten, zou ik het nog groot vinden. Spel is geen onnutte dwaasheid. Als de dichter zelfs heeft kunnen zeggen, dat in den beginne de wijsheid een vroolijk spel speelde voor Gods aange zicht, dan zullen wij ons spelen met de gedachten niet gering mogen achten. We zullen erop moeten letten, hoe ons spel is. We zullen het beste moeten geven en eerlijk moeten zijn. Het spel moet zijn voor Gods aangezicht. In het opschrift van dit stukje wijs ik een anderen kant uit. Daar wordt gesproken van de gedachte als een wapen. Ik heb ergens gelezen, dat iemand een gedachte aanbeval ais een wapen. Wapent u, zei hij, met deze ge dachte. Nu doet het er niet toe, welke gedachte het is, die mij ais wapen werd aanbevolen, de vraag iskan ooit een gedachte daartoe dienen? Die vonkjes, die witte zomerwolkes, een ern stig wapen? Dat spel een ver dediging of aanval Ja juist Onze gedachten, al die vluch tige uitingen, die we soms uit spreken en dikwijls zelf slechts met moeite kunnen behouden in hun vlucht, komen tenslotte voort uit een zeer stevigen en zeer constanten ondergrond. Het zijn in al hun verscheidenheid de uitingen van ons eigenlijke wezen, dat zich door middel van zijn gedachten uitspreekt en hand haaft. „De uitgangen van het leven zijn uit het hart'. Alles wat zich voordoet in de veelvul digheid van ons bestaan, komt in laatste instantie voort uit ons diepste wezen. Ook ons spel, ook onze gedachten, ook onze woorden. later ook over algemeen® onder werpen. Myu vriend begon al gauw het aas uit te werpenhij brandde ran verlangen, meer van haar persoontje te weten. Doch hij kresg geen beet. Zij trok xich niet terug, deed niet verlegeD, maar maakte 't zonder veel woorden duidelijk, dat zij gaan plan had, ons in haar vertrouwen te neman. Haar naam mochten wij weteD, daar was zij niet geheimzinnig meeNora Cartwright heette xij. Maar wat haar familie was, waar zy woonde en wat zij uitvoerde, dat. alles achtte zij blijkbaar Diet noodig mede te deelen. En wy konden daarnaar toch niet rechf- stréek8 intormeeren. De liefde is vindingrijk en stout. Na eenige dagen waagde Barker het, te iDtormeeren naar den man, met wien wy haar voor 't eerst hier gezien hadden. >0, dien antwoordde zy luch tig. »Dat was maar een vluchtige kennismaking net ais nu met u. Ik ben hem alweer vergeten, en ik weet niet eens, hoe hy heette. Hij interesseerde my in het ge heel niet De opzettelyke koelheid, waar mee ze dit laatste zei, gaf my de vrytield, het mijne te denken ran ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Ceritvoor eiken regel meer 12 Cent. Graote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. De nieuwere zielkunde heeft, eigenlijk in volkomen overeen komst met de oude wijsheid, ons geieerd dat het niet gemakkelijk op te maken is uit de uitingen, wat het wezen onzer ziel is. „Wie zal zijn eigen hart door gronden zijn hart zoo vol arg listigheid?" Men moet deze tee- kens der ziel kunnen lezen. Maar wie ze leest zal altijd weer bij zichzelf en bij zijn omgeving de overtuiging krijgen, dat er in de bonte verscheidenheid iemand zich uitspreekt. En die iemand handhaaft zich door zijn gedach ten en in zijn gedachten. Hij beschermt zich met zijn gedach ten als met een stevig pantser en laat niet doordringen, wat hij als gevaar gevoelt. Hij valt uit en valt aan. Wij zijn nu een maal strijders en een onzer sterk ste wapenen van aanval en ver dediging beide is de gedachte. Onze gedachten, wat uiten zij, wien verdedigen zij, wien om ringen zij met eén pantser? Heel vaak een klein, zelfzuchtig wezen, dat zichzelf groot vindt en nu zijn gedachten laat spelen, om toch vooral maar aan zijn eigen waan te kunnen vasthouden. Heel vaak een echt zondig wezen, dat bij allexlei wisseling der ge dachten, zichzelf wil handhaven en door zijn gedachten slechts uitgaat op nieuw voedsel voor het zondevuur, dat binnen brandt De gedachten kunnen dan ver nuftig zijn, het kan een virtuoos spel zijn, tenslotte dienen zij als wapen der ongerechtigheid. Maar als een gedachte voort komt uit een zuivere ziel, al is zij dan ook nog zoo eenvoudig, al wordt zij geheel spelenderwijs daarheen geworpen, daar doet zij haar werk als krachtig wapen. Zij bewaart de ziel, zij doet het licht der ziel uitstralen, zij keert de werken der duisternis. Wie zoo is moet daarom niet bang zijn met zijn gedachten voorden dag te komen. Hij moet ze niet als weinig' waard onderdrukken niet ze minachten als maar een spel. De wijsheid spelende voor Gods aangezicht is misschien haar voorgewende onverschillig heid. Ook Barker bad, ondanks xijo verblinding, dien indruk gekregen. Toan de dame weg was, ver klaarde hy met een opgewondei- heid, die my verraste: «Morgen moet ik er meer van weten Doeh het werd morgen, en juffrouw Cartwright verscheen niet. We xagen haar niet weer. Barker deed alle moeite, h*arop te sporen doch New-York is groot. En misschien had xij wel een valschen naem opgegeven. »Toeh zal ik haar uitvindon verzekerde de verlietde, »en dien kerel ook.* Ik zelf moest kort daarna op reis, en ook Barker verliet tij dGfjk New-York. Na een jaar ODgeveer was ik weer in de metropolis, en in de begeerte naar iets bekends in den verbijsterden chaos zocht ik ons oude restaurant, 't Was nog niet aangegrepen door grootheidskoorts. Ik zocht en vond de tafel, waar ik met Barker placht te zitten. Ze was onbezet, de eenige op dat moment. Pas was ïk gezeteD, of een andere bezoeker verscheeD en nam zonder te vragen aan de vrjje wel de beste openbaring van Gods wezen en van Zijn groote kracht. Dr. v. D. Oe zich onthoudende liberalen ln een rede te Rotterdam heeft mr. Dresselhuijs o.a. besproken, dat van de huidige veel gekriti seerde dingen er vele niet zouden zijn gebeurd, wanneer de libera len sterk genoeg waren geweest om "de balans te kunnen hou den". En de schuld daarvan weet hij aan dat denkend deel der natie, dat zich te hoog achtte om zich met politiek te bemoeien, dat aan kunst en dierenbescherming doet, maar niet aan politiek. Dat heeft het in zijn macht de beginselen van rechtvaardigheid weer te doen zegevieren. Hier- richtte spreker zich in het bijzonder tot de jongeren. Als de liberalen van hun kracht hebben ingeboet, komt dat door dat ze het contact met de jonge ren hebben verloren. Tal van jongeren zijn als het ware aan gewezen door hun talenten en ruggegraat, de magistraten te worden, en in plaats van hen, die door jacht naar kiezersgunst thans op het kussen zitten. Door hun afzijdigheid zullen zij het bestuur in handen zien van hen, die zij krachtens hun tatenten, ontwikkeling, karakter verre over treffen. En dan bepalen zij zich tot het schrijven van een inge zonden stuk of de vorming van een nieuw partijtje. Waarom onthouden vele jon geren zich Of stemmen ze op andere partijen, iets dat bij on derling geoefende critiek bij geen enkele andere partij voorkomt? Alleen de iiberaal uit louter ge voel van onafhankelijkheid ver laat zijn eigen vaandel. Het is best mogelijk, dat de critiek, op de liberale vertegenwoordiging veel juistheid bevat, maar de eenige oplossing is dan, dat in die vertegenwoordiging andere tegenover my plaat». Men neemt dat niet xoo Dauw in «en we reldstad. Ik k«ek even op en herkende den man, dien wy gezien hadden met Nora Cartwright Zijn kleeren waren nog even armoedig, xoo nietereer nog maar hy was netjas geknipt en geichoren. Zijn uiterlijk was uietteiniu even grimmig. Hy bestelde weinig, waarschyn- lyk by gebrek aan middelen, doch verslond gulzig wat er werd voorgediend. Na het eten haalde hij een papieren eigarottendoosje uit ayn zak, opende het 't was leeg. Hy zag er naar met onmiskenbare teleurstelling. Het aanbieden van een cigaret was voor my een geschikte ge legenheid om iD gesprek te komen. Ik herinnerde mij onze vroegere belangstelling voor hem, en vooral voor zijn gezellin, en de oude nieuwsgierigheid kwam boven. »Ik geloof, dat ik u wel eerder heb gezien,* begon ik. »Dat kan wel maar lang geleden.* »Een jaar.* >Dat komt uit En geen beter aanknoopingspun t vindend, vervolgde ik»'n Goed restaurant hier, vindt u niet?* afgevaardigden worden aangewe zen. Was er een sterke stroo ming tegen spreker, en was er een jongere te vinden, dre zijn plaat» beter en krachtiger wist te vervullen, het zou spreker geen moeite kosten heen te gaan. De liberaal heeft te weten, dat het afgevaardigde zijn geen kwes tie van eerzucht, maar een kwes tie van dienen is, een offer. Bij de oude magistratie stond een opofferingsgezindheid steeds op den voorgrond. Uit de kranten blijkt, dat al weer een nieuwe partij is opge richt (het Vaderlandsch Verbond). Hun program lijkt gecopiëerd van dat van den Vrijheidsbond. Onder de onderteekenaars vindt men namen uit de partij van den Vrijheidsbond. Ais ze van den Vrijheidsbond één of twee zetels weet te winnen, dan is er weer splitsing weer schade ge bracht aan de liberale partij. Hadden deze ontevredenen niet op andere wijze hun invloed kunnen oefenen Met een oproep aan de jongere, waarin hij de vrouwen begrijpt, die in den Vrijheidsbond idealen zullen vinden als in geen andere partij, idealen liggende binnen den kring der verwezenlijking, besloot spr. het deel van zijn rede, nog ten stotte toegevende dat links niet regeeren kan. Met de sociaal-democraten heeft de liberale partij zeer weinig ge meen, ze zijn eer tegenpalen.. Maar rechts heeft ook de regee- ringskracht niet, het is niets dan een coöperatieve belangenver- eeniging. De taak der liberalen is niet om in de naaste toekomst te re geeren en spreker voor zich heeft niet de eerzucht aan de regeering deel te nemen, maar zijn ideaal is, zoo sterk te worden, dat de ba lans van nuchterheid en gezond verstand in evenwicht wordt ge houden. Een groep van 20, zelfs 15 li beralen zou extremistische maat regelen kunnen belemmeren en de liberale gedachte den boven toon doen houden. Zij, die voe- »Ja, als je 't betalen kunt... Maar ik ben niet gewoou, voor mijn eten te betalen.* Ik begreep niet geheel, wat hij daarmee bedoelde, en durtde er niet verder op ingaan. Wy maak ten nog een paar onnoozele op merkingen over hot weertoen ging bij heen, na oen korten groet. Plotseling herinnerde ik mij Rarker's nieuwsgierigheid naar Nora en aijn overtuigiug, dat er iets bestond tusscben baar en dien man. Ik kreeg do opwelling, hem te volgen en aldus iets te ver nemen. Licht kon ik Barker, mijn goeden vriend, van dienst zyn. Ik was nog juist bijtijds buiten de deur om hem te kunnen ont dekken in het gewoel. Een paar passen brachten mij vlak achter hem, en tusschen de menigte kon ik gemakkelijk onopgemerkt volgen. Hij liep voort zonder om te zienwel een half uur was ik achter hem wij waren genaderd tot buurten, waar van New-York's rykdom en heerlykheid weinig meer te bespeuren viel. Hy sloeg een zeer armoedige straat in. Ik volgde aarzelend, aoch weldra zag ik hem verdwijnen in een groot huis, een morsige huurkazerne. (Wordt vervolgd). U-'i tO I

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1925 | | pagina 1