ZWARE OFFERS.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch- Vlaanderen
No. 67.
DINSDAG 25 NOVEMBER 1924.
40e Jaarg.
Raadsverslag.
FEUILLETON.
J. C. VINK - Axel.
cp2
ÖO
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
Zitting van 18 Nov. 1924.
Aanwezig alle leden. Voor
zitter de heer F. Blok, Burge
meester, Secretaris de heer J- L.
J. Maris.
(Slot).
11. Yoorsttl grondbedrijf, enz.
De Voorz. zegt, dat het B. en
W. wenschelijk voorkomt, dat ten
opzichte van de exploitatie van
de bouwgronden in het verlengde
der Julianastraat en aan de te
makeh nieuwe straten, een af
zonderlijk grondbedrijf te maken,
daar het moeilijkheden oplevert
om dat alles in de gewone ge-
meentebegrooting te verwerken.
Daarom wordt voorgesteld dat
bedrijf in te stellen en afzonder
lijk te administreeren, zoodat ook
noodig is een afzonderlijke ver
ordening en begrooting, waarna
de ontwerpen bij de stukken ter
inzage hebben gelegen.
Een afzonderlijke ambtenaar
wordt niet noodig geacht. Daar
de gelden toch alle worden ver
handeld bij den gemeente-ont
vanger, wordt aan dezen ambte
naar de administratie opgedragen.
Z. h. s. worden hierna vast
gesteld
le. VERORDENING betreffende
het Gem. Grondbedrijf.
Art. 1 bepaalt, dat gronjjen die
door de gemeente worden aange
kocht, met het doel als bouwgrond
te exploiteeren, worden beheerd
als Grondbedrijf''.
Art. 2 luidt: De gronden wor
den ingebracht tegen de waarde,
waarop zij in publieke veiling
zijn aangekocht, verhoogd met
de kosten van aankoop.
Indien de gronden op andere
wijze zijn verkregen, worden zij
ingebracht tegen de waarde,
waarop zij, op de wijze in artikel
8 bepaald, worden geschat.
Tegelijk met het besl.uit van
den Gemeenteraad, waarbij tot
inbreng wordt besloten, wordt
tevens vastgesteld het bedrag van
de schuld, welke op het oogenblik
van den inbreng op de gemeente
41)
ter zake van den grond rust. De
ingebrachte gronden kunnen, met
uitzondering van het geval ge
noemd in de slotalinea van art. 4,
krachtens een besluit van den
Gemeenteraad uit het bedrijf
worden teruggenomen tegen de
waarde, welke de gronden be
zitten op den dag der overneming,
volgens schatting op de wijze als
in art. 8, eerste lid, isjbepaald.
Art. 3: Ter zake van de gron
den, welke bij het in werking
treden dezer verordening zijn in
gebracht, mogen slechts als schuld
ten laste van het bedrijf worden
gebracht, de voor deze gronden
of ten behoeve van daarvoor uit
gevoerde werken aangegane lee
ningen, voor zoover op dat oogen
blik nog niet afgelost.
Art. 4 De kosten van werken,
welke worden vereischt om den
grond de bestemming te geven,
welke hij volgens het plan van
uitbreiding (of plan van exploi
tatie) zal bekomen, waaronder
zijn begrepen de kosten van
straataanleg, rioleering en be
planting, komen ten laste van het
bedrijf.
De bedragen van de in het
eerste lid bedoelde kosten worden
gevoegd bij de boekwaarde van
de gronden, welke de gemeente
raad daartoe zal aanwijzen.
Bij het aanleggen van straten
en wegen wordt de daarvoor be-
noodigde grond uit het bedrijf
genomen, en wordt de waarde
daarvan, berekend volgens de
boekwaarde, gevoegd bij die
gronden, welke de Gemeenteraad
daartoe zal aanwijzen.
Art. 5 Het bedrijf wordt be
heerd door Burgemeester en Wet
houders.
Art. 6 duidt aan de lasten en
baten der begrooting.
Art. 7 verwijst naar restitutie
in art. 6 f (baten).
Art. 8 bepaalt, dat iedere 5 jaar
herschatting der gronden plaats
heeft.
Art. 9 handelt over de uit
komsten dier schattingen.
Art. 10: Winst wordt in de
eerste plaats aangewend tot
schulddelging.
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postbus No. 6.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte >erekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Art. 11 Deze verordening
wordt geacht in werking te zijn
getreden den 21 Maart 1924.
„O, hoe zal ik je danken voor dit
12. Vaststelling begrootingen
a gasbedryf. b Vleeseh-
keuringsbedryf en c Bur-
geriyk Armbestaur.
a. De begröoting van het ge
meentelijke gasbedrijf over 1925
bedraagt f54,388,78.
De inkomsten worden geraamd
als volgt
voor gaslevering f 32350,—
straatverlichting 3566,40
producten 12100,—
meterhuur 2000,
diverse baten 394,—
arbeidsloonen 150,
fittings, enz. 1500,—
restant goed slot 1921 1851,76
verhaal pensioensbij
dragen 466,62
De uitgaven worden geraamd
als volgt
Grondstoffen f23312,50
Jaarwedden 3100,—
Arbeidsloonen 10722.13
Onderhoud 2855,—
Materialen 490,—
Belasting en verzekering 571.80
Drukwerk, enz. 250,—
Diversen 515,
Magazijn goederen 1500,—
Voor pensioenen 1405,59
Renten 2815,38
Afschrijving 1985,
Onvoorzien 1966,38
De kapitaaldienst beloopt f4985
als afschrijving ter eene en aflos
ter andere zijde.
AXELSCHE
COURANT
(Uit het Duitsch.)
„Zie je dat niet aan mij stiet de
jonge vrouw huiverend uit, in heesche
scherpe klanken. „Bekijk mij goed.
Je staat voor een vrouw, die door haar
man geslagen is. Jawelgeslagen,"
riep zij zinneloos plotseling uit.„ge
slagen als de erbarmelijkste aller er-
barmelijken. Nu weet je het
Ethel werd gloeiend verontwaardigd.
Het trotsche bloed der Brückenau's
t kookte in haar aderen.
„De ellendeling," riep zij uit en nog
eens herhaalde zij„de ellendeling."
„Ja, een ellendelingherhaalde
Adèle met gebalde vuisten. „O, als je
eens wist
Ethel knielde voor de ongelukkige
neder. Op haar innige, lieve manier,
die zij terstond terugvond, vroeg zij
„Vertel mij alles. Je moet je uitspre
ken, anders verstik je er onder."
„Hij heeft zijn wraak genomen. Weet
je, hoe hij mij zocht te treffen, de
nietswaardige? Alsof het een af te
danken bediende betrof, zei hij mij bij
de koffie, dat hij straks je vader in een
brief zijn ontslag uit zijn betrekking
had medegedeeld. Daarbij verlangde
hij koel lachend van mij, dat ik je weg
renden zouwegzenden, jadat
woord gebruikte hij
„Dus toch en Ethel sprong op
uit haar knielende houding, „dus om
mijns vaders wilen om mijnen
2. VERORDENING naar aanleiding
van art. 114bis der Gemeentewet,
betreffende het Gemeentelijk
Grondbedrijf.
Artikel 1.
De invordering van alle inkomsten
en ontvangsten en het doen van alle
uitgaven zullen word«n verricht door
den Gemeente-Ontvanger.
Betalingen zullen alleen mogen ge
schieden op schriftelijken last van
Burgemeester en Wt-thouders.
Art. 2
De noodige voorschriften omtrent
de inrichting: der boekhouding, wor
den Burgemeester en Wethouders ge
geven.
Art. 3.
De begroeting voor het volgend
dienstjaar wordt jaarlijks met de be
grooting der plaatselijke inkomsten
en uitgaven aan den Gemeenteraad
aangeboden.
Zij wordt met die begrooting op de
Secretarie voor een ieder ter inzage
nedergelegd en, hetxij in di uk. hetzij
in afschrift, tegen totaling der kosten,
algemeen verkrijgbaar gesteld.
Zij wordt door den Gemeenteraad
vastgesteld vóór die der plaatselijke
inkomsten en uitgaven en bij deze
gevoegd bij de opzending aan Gede
puteerde Ötaten.
Art. 4.
Burgemeester en Weihouders kun
nen op de posten de begrooting af-
en overschrijven, voor zoover de Ge
meenteraad zich niet bij de begroo
ting het verleenen van machtig, ng
daartoe heeft voorbehouden.
Buiten de begraoting om kan geen
uitgaaf geschieden.
In buitengewone gevallen vsyi
dringenden spoed kunnen Burgemees
ter en Wethouders tot het doen van
zoodanige uitgaaf besluiten, mits, hun
daartoe te nemen, met redenen te
omkleeden, besluit terstond aan den
Geneeuteraad wordt ingezonden.
De uitgaaf door den Gemeenteraad
goedgekeurd, wordt aan de begroo
ting toegevoegd.
Bij weigering van den Gemeente
raad aijn deleden van het College van
Burgemeester en Wethouders, die tot
het besluit hebben medegewarkt, per
soonlijk voor de uitgaaf aansprakelijk,
v Art. 5.
De rekening van inkomsten en uit
gaven, mot alle daarbij behoorende
bescheiden, wordt vóór 1 Juli door
Burgemeester en Wethouders aan den
Gemeentnraad ingezonden.
Op deze stukken is van toepassing
hetgnen voor de gemeenterekening is
bepaald bij de artikelnn 219 en 220
der Gemeentewet.
twilleHoe verschrikkelijk
Met somber voorhoofd zag ze stijf
naar de vensters, waarvoor de avond
schemering haarsluiers begon te weveri.
Met trillende klacht zei ze„Ach,
waarom moesten wij uw levenspad
kruisen. Het ongeluk hebben wij in
uw leven gebracht
Verrast, getroffen dooreen zonderlin
ge gevoelsuitbarsting, keek de jonge
vrouw, die doodelijk vermoeid in haar
stoel was blijven zitten, naar haar op.
Er was een vreemde metaalklank
in haar stem, toen zij herhaalde„Ja,
wij hebben het ongeluk in uw leven
gebracht 1 Dat zeg ik nog eens. Ik
zal je mijn woorden ook nader ver
klaren. Eindelijk moet de waarheid
tusschen ons worden gezegd, de waar
heid, die jij tot nu toe met alle kracht
van je groote, edele ziel heb trachten
geheim te houden, maar die ik toch
op 'tspoor ben gekomen..."
Steeds meer verward hoorde de jonge
slotvrouw de woorden van haar vrien
din. „Ik weet niet, wat je bedoelt
„Werkelijk niet, Adèle...? Dan
vraag ik je: Waarom heb je destijds
den vrijheer uw jawoord gegeven
Niet uit liefde. Welke andere reden
kon je dan hebben om zijn vrouw te
worden ik zal je die reden noemen.
Hij staat in verband met vader en mij."
„Je dwaalt..." viel de jonge vrouw
haar snel in de rede. terwijl een ver
raderlijke blos haar wangen kleurde.
„Je dwaalt, Ethel."
Maar deze schudde het hoofd.
„Adèle, laat de uitvluchten weg.
Kijk, na het ongehoorde, dat heden
geschiedde, moet ook het laatste en
geheimste tusschen ons worden gezegd.
Jij. wilde mij en vader, wier bestaan
Je destijds bedreigd achtte, een veilig
thuis bereiden... daarvoor bracht jij
het otter slotvrouw van Zellwitz te
worden. Spreek dat tegen, indien je
kunt
Langzaam boog de jonge vrouw het
hoofd ter zijde.
Na een korte pauze ver> olgde Ethel
„Reeds sedert eenigen tijd zag ik plot
seling helderziend de ware, voor jou
zoo dieptreurige omstandigheden. Tot
zoo'n offer had jij je verheven, met
verloochening van alles, wat je het
ware geluk had kunnen zijn, moeten zijn.
Tot dit heldhaftig otter... En nu
wilde de ruwe eisch van den vrijheer
vandaag dit offer te niet doen toen
ben je opgevlogen, heb jij je geweerd
als een leeuwin, jij arme Adèle. Maar
de brutaliteit van den man was sterker
dan je heldhaftig verweerhij sloeg
je de wapens uit de hand... sloeg
toe en trof je zelf
„Sloeg mij neer in het stof," vol
tooide de jonge vrouw met hartver-
scheurenden lach. „Je hebt gelijk. Ik
zie, je bent van werkelijk verbazende
helderziendheid." Werktuigelijk maakte
zij haar verwarde haren wat in orde.
„Laat nu je heldere blik," zei ze, „ook
door de duistere toekomst dringen, die
voor mij ligtwat zalwat moet
ik doen
„Je broeder moet je roepen, opdat
hij je terugbrengt naar het huis, waar
je bent geboren."
Adèle liet de hand neerzinken van
het haar, dat zij in orde maakte, en
stak hem afwerend uit. Bitter vroeg
zij„Ben ik niet zelfstandig t enoeg
geworden in de school des levens, om
te kunnen gaan waar ik wil, naar
eigen, vrije keuze.? Waarom zou ik
juist naar mijn broeder terugkeeren
Hij is het immers,,."
De Gemeenteraad stelt de rekening
voorloopig vóór de gemeenterekening.
Burgemeester en Wethouders zijn
bij de behandeling daarvan tegen
woordig, doeh onthouden zich van
medestemmen.
Art. 6.
Hat besluit van Gedeputeerde Sta
ten tot vaststelling van de inkomsten
en uitgaven, waartfe de bedrijf»re
kening reacht wordt te behooren,
strekt Burgemeester en Wethouders
en de Gemeente-Ontvanger tot ont
lasting, behoudeed later in rechten ge
bleken valsheid in bewijsstukken.
Art. 7.
De boeken en kas van het bedrijf
worden ten minste eenmval in elk
kalenderkwartaal door Burgemeester
en Wethouders opgenomen.
Het opnemen van boeken en kas
aan een ltd va* het College vaa Bur
gemeester en Wethouders of een
daartoe aangewezen ambtenaar wor
den opgedragea.
Burgemeester en Wethouders en
lid van hun College, of de ambtenaar
met de opneming belast, zijn bevoegd,
zich hierbij door een deskundige te
doen bijstaan. Het van de opneming
op te maken procesverbaal wordt aan
den Gemeenteraad medegedeeld.
A't. 8.
Bij schorsing, ontslag of overlijden
van den Gemeente-Ontvanger wordt
zijn kas door Burgemeester en Wet
houders opgenomen, worden de boe
ken dit bediijf betreffende afgeslotea,
en kas en boekeu bewaard, totdat in
den dienst zal zijn veoriien.
Zij maken hiervan proces-verbaal
op, dat aan den Gemeenteraad zoo
spoedig mogelijk wordt medegedeeld.
Art. 9.
Da verordening wordt geacht in
werking te zijn getreden, de» 21
Maart .1924.
3. De begroeting voor het Grond
bedrijf voor den dienst 1924, als v olgt
Ontvangsten.
Opbrengst verkoop grond f 10 000,
idem huur van tuingrond f 420, kapi-
taalsverstrekkmg door de gemeente
f 31.000, overbrenging van de kapitaal-
dienat t 9400.
Uitgaven.
Bureaubehoeften f 60, kosten van het
uit de huur nemen Ta* pei ceelen tuin-
grend f100, kosten van bet aangaan
angeldieeaiiigen f160, grondbelasting
f50, uitkoeriug aan d» gemeente we
gens rente v,.n kapitaalschuld f6 0,
overbrenging naar oen kapitaal lenst
fy40J, buiieagewone aflossing f9400,
kosten w*ge*s bet aankoopen van
gelden fSl.OuO.
Totaal van afdenli»g I f H).420
idem van afdeeling II 144.0001
Zich op de lippen bijtend, brak zij
plotseling af.
Op dat oogenblik verhelderde een
stil licht het voorhoofd van Ethel en
bleef er glanzen.
„Spreek maar uit," voltooide zij met
de volle welluidendheid van haar lieve
stem, diep uit haar hart geweld. „Je
wilde zeggen, dat het eer. handeling
van je broeder geweest is, waardoor
jij je destijds tot het noodlottig besluit
nebt laten drijven. Is het zoo...?"
Adèle ging naar de andere zijde van
de kamer en liep daar op en neer.
„Laat dat rustenfluisterde zij,
steeds somber afwijzend. Plotseling
kwam zij snel weer op het jonge meisje
toe, omarmde het en riep met groote,
ruwe hartelijkheid „Kleine spion, hoe
durf je zoo in mijn hart door te dringen
„Adèle," sloot Ethel snel er bij aan,
„ik heb nog nooit een heel groot ver
zoek aan je gedaan. Nu doe ik het.
Zeg je broeder, wat je tegen hem op
het hart hebt... en dan zal juist hij
het zijn, die je uit de onwaardige
ketenen verlost, die jou arme, moede
oogen den zonneschijn teruggeeft. Zie,
zoodra jou oogen weer stralen, zijn we
allen gered... wij allen," fluisterde zij
heel zacht nog eenmaal, en het was,
alsof zij met een droomerigen trek op
net gelaat luisterde naar zich zelf, naar
haar hart, alsof daar binnen een geluk
voorspellend ruischen en zingen weer
klonk.
Een poos stond de jonge vrouw
blijkbaar in tweestrijd toen, over
wonnen, stak zij de hand uit; „Kom,
wij willen ons gereed maken en naar
Brückenau rijden. Nog dit oogenblik.
Ik doe wat je van mij verlangt. Ik
zal met Adolf spreken,"
4. De begrooting voor het Grond
bedrijf veor den dienst i92ö, als volgt
Ontvangsten.
Opbrengst verkoop bouwgrond f 5300,
id«m huur tuingrond f310, kapitaal-
versirekking door de gemeente f33.000,
overschrijving van den gewonen dienst
f 2000.
Uitgaven.
Bureaubehoeften f60, kosten van ket
eventueel uit de huur nemen van per-
ceelen tuingrond, memorie kosten va*
het aangaan van geldleeningen f200,
grondbelasting f 50, uitkeering aan de
gemeente wegens rente van kapitaal
schuld f330<>, overbrengen naar de*
kapitaaldienstf('OO.gewone verplichte
aflossing f2000, korte* wegens het
aanleggen van straten en rioleering
f 33.( 00.
Totaal van afdeeling I f;,6lO;idem
van afdeeling II f35.O00.
besluit," riep Ethel vol blijdschap. „Nu
zal alles weer goed worden."
Adèle legde beids handen op de
schouders van het jonge meisje, hield
de slanke gestalte een eindje van zich
af en keek naar het zacht-blozende
gelaat in een plotseling opkomende
gedachte. Zij wilde een woord zeggen,
een vraag doen maar ze hield beide
op de lippen terug. Een zacht lachen
gleed ever de smartelijk vertrokken
lippen. „Kom," was alles wat zij zei.
Zij ging naar de deur.
Ethel hield haar tegen.
„Als de vrijheer je verhinderde heen
te gaan Het zou verschrikkelijk
zijn nog eens zoo'n ha'elijk, brutaal
optreden te moeten doormaken. Is het
niet beter, dat jij voorloopig hier blijft.
Ik rijd alleen naa' Brückenau en keer
met graaf Adolf terug. Aan zijn sterke
hand verlaat je dan het slot."
„Ga en haast je. Ik blijf in jou
kamer en sluit me weer op. O, wat
smacht ik naar bevrijding van alles,
wat in mij gebonden en gekneveld is.
Zoo'n bevrijding bestaat voor mij
niet."
„Geloof er aan. Nog geschieden won
deren, groote, heerlijke wonderen..."
Om alle opzien in het slot te ver
mijden liet Ethel in het dorp een wagen
aanspannen. Het was zes uur des
avonds, toen zij op weg was naar
Brückenau.
De jonge knaap, aan wien Ethel zich
had toevertrouwd, had gedaan wat hij
kon. Reeds vöör zeven uur stond het
wagentje op het slothof van Brückenau,
(Wordt vervolgd.)