ZWARE OFFERS. No. 44. VRIJDAG 5 SEPTEMBER [$24. NieuAVS- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. J. C. VINK - Axel. FEUILLETON. 40e Jaarg. lamer ïan Koophandel en Fabrieken ïoor Zeenwsch-Ylaanderen. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Cent; franco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-U1TGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postbus No. 6. tot 5 regels 60 Centvoor Groote letters worden naar ADVERTENT1ËN van 1 eiken regel meer 12 Cent. plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. VI. Veehandel. De vleeschexport naar Enge land was slecht, wegens de da lende vleeschprijzen in het bui tenland. Ter vergelijking deelt een exporteur mede in 1918 voor dien export 5000 varkens geslacht te hebben en thans slechts 700. Ook Frankrijk en België namen door de dalende valuta weinig af. De veefokkerij voor export levert weinig winst op, vandaar dat door de landbouwers weinig gefokt wordt en de export zoo stil is. Vlasindustrie. De vlasteelt was in 1923 on gekend goed. De opbrengst was te velde zeer ruim en het blijkt dat het rendement aan vezel zeer gunstig is. Voor de vlasindustrie zelve is het ondanks alle mogelijke gun stige voorwaarden een meer dan bedroevenden uitslag, wegens het uitblijven van medewerking van regeeringswege om deze industrie te beschermen tegen de buiten- landsche concurrentie. Een gevolg hiervan was, dat alle fabrieken en ook de huis industrie zoo goed als geheel stil vielen en de vlasbewerking het karakter kreeg van vóór den oorloghet stroo te ontdoen van de bollen en het dan zoo vlug mogelijk te leveren naar België, dat voor de bewerking enz. onder gunstiger omstandigheden ver keert dan onze fabrikanten. De oogst van 1923 werd voor een groot deel door Belgische vlassers te velde gekocht, ten eerste omdat de voorraad in België op was. wegens de slechte oogsten van 1921 en 1922, ten tweede om zich te dekken met goederen wegens den zakkendtn frankenkoers, ten derde om zich spoedig te verzekeren van voor raad, voor het geval de Regec- ring mocht ingrijpen ten bate der Nederlandsche vlasindustrie. De Nederlandsche vlassers konden niet koopen, omdat de Nederlandsche wetgeving de pro ductiekosten hooger opvoert, wegens de verschillende eischen en maatregelen, de onzekerheid in dat opzicht bestond daar nog verdere belemmerende maatrege len konden volgen en ten slotte de valuta, die een groote factor was. Van fabrikantenzijde is betoogd, dat, indien de Regeering maat regelen had getroffen, de op brengst van 15.000 H.A. in Ne derland had kunnen blijven, het geen op 2000 vlassers slechts 7 H.A. per man is, alzoo te weinig om allen voortdurend aan 't werk te houden, doch waaruit een zoo danige onderlinge concurrentie zou ontstaan, dat de prijzen voor het stroovlas op peil bleven. Prijzen van f 700 en f 800 per H. A. zouden kunnen betaald worden, indien er op een gere geld bedrijf kon gerekend wor den, doch de onzekerheid ten opzichte van regeeringsmaatre- gelen, aldus werd betoogd, maakt de vlassers huiverig verder risico te beloopen en men verkoopt dan liever het vlas waarover men beschikt, waarvan de winst dan zeker is. Het gevolg daarvan is, dat de fabrikant, als handelaar optre dend winst maakt, doch dat de werknemer zonder verdiensten buiten de fabriek blijft. Door het uitvoeren van den oogst naar België is, matig ge schat ook 15000 maal f300 aan arbeidsloon uit Nederland ge voerd, terwijl voorts ook geheele partijen stroovlas met de bollen werd uitgevoerd en alzoo ook ee'n groot kwantum zaaizaad mede de grens overging. Uit een en ander vloeit voort, dat de Nederlandsche industrie in mis- crediet komt. Aan het eind van 'tjaar werd er tot f 18 betaald voor ruw vlas. Ook de Nederlanders zouden dit kunnen betalen, indien het ge vaar voor daling der franken niet aanwezig ware geweest. De handelaars koopen niet, om niet Toch behield zijn stem een toon van het gevaar te loopen dat België boven het hoofd hangt. In het eerste gedeelte van dit uittreksel is reeds vermeld, wat door de Kamer in verband met de vlasindustrie is verricht. Landbouw en Veeteelt. De toestand van den landbouw was in Zeeuwsch-Vlaanderen over het algemeen vrij bevredi gend. De halmgewassen bestonden als vroeger uit tarwe, gerst, haver en rogge. Hoewel deze vruchten door het koude voorjaar in ont wikkeling werden tegen gehou den, werd een sterk gewas ge oogst en gaven deze een bevre digende opbrengst. Zoowel kwan titeit als kwaliteit viel mede en de prijzen konden normaal wor den genoemd De peulvruchten bestonden uit erwten, boonen (veld) en bruine boonen. De erwten vielen, on danks de slechte structuur van den bodem in opbrengst mede. Ook konden zij op tijd worden geoogst. De prijs die zeer duur mag worden genoemd, werkte mede tot hoogere opbrengst. Deze liep tot f20 en f25 per 100 KG. De veldboonen waren gemid deld in opbrengst en de luis trad niet vernietigend op, zooals sommige jaren het geval is. Bruine boonen waren in de meeste gevallen een mislukking, een groot gedeelte werd omge ploegd, en die gebleven zijn kon den niet naar behooren behan deld worden. De late groei, be nevens de voortdurende regens in het najaar' gaven geen tijd tot behoorlijke oogsting, zoodat zelfs de tollen in den winter 1923/24 nog op verschillende plaatsen te zien waren. De knolgewassen bestonden uit suikerbieten, aardappelen en uien. Al deze vruchten, zooals hiervoren reeds aangegeven ge zaaid in onvruchtbaren bodem, bij ongunstig weder in den voor zomer, konden niet tot ontwik keling komen, waardoor kwanti teit en kwaliteit beiden zeer tegenvielen, en deze gewassen nauwelijks middelmatig mogen worden genoemd. Tegenover het voorgaande jaar bleven de suikerbieten aan de fabriek ge middeld dooreengenomen zes a zeven duizend K.G. per H.A. daar beneden en ook in suikergehalte 2 pCt. beneden het vorige jaar. De suikerprijsevenwel vergoedde een groot gedeelte, omdat deze werkelijk goed was te noemen, waardoor per H.A. nog een ta melijke opbrengst werd verkregen. De aardappelen en uien bleven uit oorzaken als hiervoren ver meld eveneens tegenover het vorig jaar in opbrengst daar be neden, doch ook in dit geval deed de prijs, die duur mag wor den genoemd, den landbouwer de uitkomst ten goede komen. De ziekte in aardappelen bleef tot geringe afmetingen beperkt en kwam niet dan sporadisch voor. De overige gewassen beston den uit koolzaad, vlas, papavers en een enkel partijtje mosterd zaad. Het koolzaad had een goeden bloeitijd en de opbrengst mag gemiddeld geheeten worden. Ook de dorschtijd was goed, waar door de kwaliteit goed mag hee- ten. Het vlas had, hoewel goed uitgekomen, door de koude zeer geleden. Het gunstige weer tegen bloeitijd deed het evenwel zoo danig ontwikkelen, dat over het algemeen een best gewas werd verkregen. Ook de prijzen lie pen op, wegens schaarschte en het slechte product der vorige jaren. Het rendement was goed te noemen en de opbrengst be vredigend. De papavers waren eveneens slechts gemiddeld te noemen, wegens den kouden voorzomer. Dit is een zomer gewas bij uitnemendheid, waar door ook de opbrengst, evenals de prijs, middelmatig mag wor den genoemd. De huur en koopwaarde der landerijen bleef stijgende. Bouw landen bleven stationnair. De prijs der kunstmeststoffen was lager dan een jaar te voren, maar nog belangrijk duurder dan vóór De arme Ethel ging nu opbiechten den oorlog. Groententeelt werd slechts rond de groote plaatsen waargenomen, vooral Hulst, waar de gronden zich speciaal voor dit doel lee- nen, maakt zoowel op het ge bied van groententeelt als dat der boomkweekerij een gunstige uitzondering. Ook in de onmid dellijke omgeving vanTerneuzen neemt deze tak van bedrijf meer omvang aan. De paardenfokkerij blijft voor de landbouwers in Zeeuwsch- Vlaanderen een geliefde bron van welvaart. Hoewel de valuta van onze voornaamste afnemers, België en vooral Duitschland, zeer laag was, was een begin van opleving v/aar te nemen en gingen de beste exemplaren tegen tamelijke prijzen van de hand. Het vee, vooral het vette vee, was goed in prijs en ook de kalfkoeien werden gretig tegen goede prijzen verkocht. Mond- en klauwzeer deed zich vooral in het najaar gelden, het geen in hoofdzaak moet worden toegeschreven aan het aankoopen op de markten van kalveren uit de besmette provinciën Zuid- Holland, Noord-Holland en Utrecht. De varkensfokkerij wordt vooral in het z.g. Land van Hulst het meest in praktijk gebracht en kon nog rendeerend worden ge noemd, ofschoon de prijzen toch niet tot uitbreiding uitlokten. Een meer doeltreffende verede ling van het Vlaamsche landvar- ken is zeer aan te bevelen. Peren en appelen waren schaarsch, en wordt nog in hoofd zaak als bijvak beschouwd. Het najaar was koud en nat, van af midden September tot December bij voortduring regen en wind, waardoor de rooiing en levering van aardappelen en vooral van suikerbieten met groote moeite en kosten en onder ontzettende lichaamsinspanning voor mensch en dier plaats had. Het zaaien van wintervruchten kon hierdoor eveneens met moeite plaats vinden en niet op tijd. (Wordt vervolgd) cou (Uit het Duitsch.) 19) Ondertusschen was mr. Greffkins opgestaan en had van een tafeltje, dat terzijde stond, het mooie, levensgroote portret van zijn vrouw gehaald, dat hij nu voor Ethel op tafel zette. „Daar is mama," zei hij langzaam en ernstig, „zeg haar zelf, dat je weigert, haar laatsten wensch te ver vullen." „O, spreek niet zoo, papa. U weet toch hoe ik mama heb lief gehad en hoe oneindig dierbaar mij de herinnering aan haar is." Zij raakte met innigen kus het portret met haar lippen aan en droeg het weder naar haar plaats twee schalen met roode en witte rozen zette zij er voor. Toen zij weer aan tafel kwam, begon zij met bevende lippen opnieuw: „Zie papa, er kunnen toch omstandigheden zijn, die... die..." waarschijnlijk begreep zij, dat zij op deze wijze haar doel niet be reikte, en hield nadenkend stil. De vader wachtte een kleine poos en toen vroeg hij: „Welke omstandig heden Spreek dan." Ethel had weer naast haar nicht plaats genomen en hield haar hand vast, alsof dit haar steun gaf. Maar al spoedig liet zij de hand der vriendin los en zette zich recht op haar stoel. Een roode streep trok over haar voor hoofd. Zij voelde plotseling, dat het yorgtoppertje spelen haar eyen gnwaar- dig als krenkend voor haar vader was. Zij wilde bedaard haar daad bekennen, maar de naam van dengene, die daar mee in verband stond, moest een geheim blijven. „Vergeef, papa," zei ze dapper, „dat ik niet terstond in het begin de reden noemde, die het gewenscht maakt, mijn arbeid in den circus weer op te vatten Gij hebt mij de volle vrije beschikking over mijn geld gelaten en zoo heb ik al voor eenigen tijd, zonder eerst uw raad te vragen, van die toestemming gebruik gemaakt. Ik heb het geld uitgeleend en wil het voorloopig nog niet teiugvragen. Daarom „Jij hebt het geld uitgeleend vroeg hij in de hoogste verbazing. „Aan wien Zij zag hem smeekend aan. „Ik zou het als een bewijs van groot vertrouwen rekenen, indien u mij toe staat, geen naam te noemen." Mr. Greffkins beet zich op de lippen, waarover eerst een heftig antwoord had willen komen. Nu zweeg hij een korten tijd, doch men zag, hoe bitter het hem aandeed. Zijn kind, waarmee hij tot heden één ziel en een gedachte was geweest, verborg iets voor hem, en het ging niet om een of andere kleinigheid, doch om een belangrijke som, die voor Ethel's toekomst alles kon beteekenen. Van zijn standpunt als vader en man, die de wereld kende, moest hij haar zeldzaam han delen veroordeelen. Doch zij was tenslotte in den strijd met de bitterheid des levens en een moeilijk beroep gerijpt,., daarom wilde hij zich ook gaarne naar haar ve zoek om groot vertrouwen voegen. gekrenktheid, toen hij eindelijk ant woordde „Zooals je wilt, Maar ik denk, je zult toch wel spoedig tot het besluit moetenkomen, mij in deze eigenaardige aangelegenheid wat op heldering te geven. Een beetje recht daarop heb ik wel." Stijf ging hij de kamer uit. Ethel hield hem niet terug. Zij zag hem slechts met sombere oogen na, beide handen op het hart gedrukt. Een zachte zucht gleed over haar lippen. Toen keerde zij zich naar de vriendin, maar schrikte, toen zij in haar gelaat een trek van spanning ont waarde... Adèle had de korte uiteen zetting tusschen vader en dochter met een gevoel van begrijpelijk mishagen aangehoord. Ook op haar moest Ethel's verklaring, dat zij haar geld aan iemand had uitgeleend, wiens naam zij niet wilde noemen, een eigenaardi- gen indruk maken. Een sombere sluier wilde zich over het reine voorhoofd der vriendin uitbreiden. Maar zij verscheurde dien met beide handen neen, neen, ook niet het minste spoor van eenigen twijfel mocht ruimte vin den in haar hart. En toch schudde zij zacht het hoofd en moest peinzen over den samen hang daar ging het als een bliksem straal door haar hoofd. Het viel haar in, dat voor langen tijd zij in Ethel's handen een brief had gezien, waarvan het schrift haar aan dat van haar broeder had herinnerd. Zij had slechts een vluchtigen blik op het blad ge worpen en er verder niet op gelet. Zij moest zich natuurlijk vergissen Ethel kende immers graaf Adolf hee- lemaal niet, was slechts eens in de zij kamer gedwongen getuige geweest van het gesprek tusschen hem en zijn zuster. Thans, nu Adèle dien brief met het bekende schrift plotseling in gedachten weer voor zich zag... indien hij toch eens van haar broeder was geweest. Als tusschen deze twee iets bestond, waarvan zij niet wist,niet zou weten, zij niet en niemand anders 1 Wat kon dat zijn Dat graaf Adolf de man was, aan wien Ethel het geld had geleend, was natuurlijk onmogelijk. Hoe had dat kunnen gebeuren Daar was geen denken aan. En toch En toch De span ning, waarin deze gedachte haar bracht, was het, die Ethel deed schrik ken, toen zij na het heengaan van den vader zich tot de vriendin richtte. Zij schertste onzeker: „Wat zie je er uit I Je wilt mij, hoop ik, niet ook een verhoor doen ondergaan Op haar impulsieve wijze riep Adèle plotseling„En als ik dat van plan was,..? Ik wil echter slechts één ding weten: Zeg mijdatmijn broeder niet met de zaak in verband staat Ethel werd bleek en zich verradend, stamelde zij onwillekeurig „Hoe weet jij?" Toen ging Adèle plotseling een ontzettend licht op. Zij werd doodsbleek. Haar handen omklemden den arm der vriendin en met hartverscheurende stem riep zij: „Neen, neen, het is niet waarHet kan niet waar zijn I" „Luister dan toch eerst naar mij „Hij heeft van jou het geld aange nomen, nadat hij jou, je vader enjou- zelf, den drempel van zijn huis wees „Laat mij je verklaren „WatZij dwong zich plotseling, als met een ruk, tot onheilspellende kalmte en ging zelfs zitten. „Goed, spreek dan." maar de betoovering, die destijds tus schen haar en graaf Adolf zoo over machtig heerschte, vermocht zij in dit pijnlijk uur niet opnieuw te wekken. Adèle had diep in haar verbitterd gemoed ook geen toegang verleend. De woorden waren voor haar ijle klanken. Zij begreep slechts dit eene graaf Adolf had de bloedverwante eerst koud en harteloos verloochend, toen zij met volle handen voor hem verscheen met het geld er in, dat hem kon redden toen bezon hij zich geen oogenblik toen greep hij toe I Dat had hij gedaan 1 Van een dwaas jong meisje, dat zich door haar week hart liet leiden, nam hij zonder wroeging de hulp aan, ook zonder er maar aan te denken, of zij niet zichzelve op offerde en in de bitterste verlegenheid geraakte, zooals nu ook werkelijk het geval was Adèle stiet den stoel terug waarop zij in onnatuurlijke kalmte een minuut had gezeten, en sprong op. Een schril hoonlachen kwam over haar lippen. „Bravo, jij trotsche aristocraat! Dat was een meesterstuk! Een streek zonder wederga!" Zij liep als een gevangen tijgerin de kamer op en neer. „O, ik heb hem tot heden nog maar half gekend, mijn edelen heer broeder! Nu staat de held eerst in volle, stralende levensgrootte voor mij De tranen van toorn schoten haar plotseling in de oogen. „O, foei, foei, hoe ik mij schaam over deze lage daad

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1924 | | pagina 1