ZWARE OFFERS.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zee u w s c h - V1 a a n d e r e n
No. 38.
VRIJDAG 15 AUGUSTUS 1924.
40e Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Nooit weer oorlog.
J^EUILLETON^
Binnenland.
Dit blad verschijnt.eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postbus No. 6.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
De afgeloopen week wordt
door de pacifisten „de interna
tionale Vredesweek" genoemd,
omdat in alle Europeesche groote
steden is herinnerd aan de ver
schrikkingen, die de oorlogen
welke 10 jaren geleden over ons
werelddeel uitbraken, met zich
brachten, ten einde aldus stem
ming te maken voor de vredes-
idee „Nooit meer oorlog!"
Als dit een wensch inhoudt,
dan gelooven we niet, dat er één
mensch is in Europa, die daar
niet mee instemt. Maar indien
het een voorschrift, een wil uit
drukt, dan blijft er twijfel over,
of dat mogelijk is.
Toch is het goed, dat de vre-
desidee zooveel mogelijk wordt
gepredikt, want een feit is, dat
als de bewindvoerders van een
land min of meer oorlogszuchtig
zijn, dat land eerder in oorlog
zal komen, dan wanneer die vre
delievend en menschlievend zijn.
Meermalen is toch tijdens dén
oorlog gefluisterd in ons land,
als we dit of dat Ministerie had
den, was ons land reeds lang in
oorlog geweest. Gelukkig dach
ten onze Staatslieden van toen
er anders over.
En daarom is het zoo goed
die vredesidee juist in de kinde
ren te prenten, want wie zal zeg
gen, dat onder hen geen toe
komstige regeerders zijn. Weliu
ook wij willen daarom zoo mo
gelijk nog een steentje bijdragen
en eens het licht doen vallen op
de wreedheden van den oorlog
Tien jaren is het geleden, dat
de wereldoorlog ontbrandde en
dat voor het keizerlijk slot te
Berlijn duizenden Duitsche man
nen en vrouwen den „Fri«den-
kaiser* toen „Oberster Kriegs-
herr" geworden van ganscher
harte toujuichten en toejubelden
Inderdaad zelden genoot een
monarch zoo rijkelijk sympathie
en vertrouwen van zijn volk,
zelden werd sympathie en ver
trouwen zoo jammerlijk verbeurd
en misbruikt, als dit in het
Duitsche Keizerrijk het geval is
geweest.
Dit neemt niet weg, dat men
de spontane geestdrift, waarmede
hier den oorlog begroet werd,
niet maar zonder meer als een
gevolg van massa-begoocheling
of valsche gevoelens van opge
zweepte volksmassa mag brand
merken.
En al is men licht geneigd
verschrikkingen van den wereld
oorlog te vergeten, nuchtere ge
tallen zullen in de annalen der
wereldgeschiedenis een waar
schuwing voor het nageslacht
blijven om niet nogmaals enke
lingen over het lot van volkeren
lichtvaardig te laten beslissen
Volgens de tot nu toe bekende
cijfers betreurt Duitschland door
den oorlog aan gesneuvelden
2.000 000 menschenlevens. Twee
millioen krachtige mannen, aan
oorlogswaan en oorlogswaanzin
ten offer gevallen Daarbij ko
men nog .vele duizenden, die
slachtoffer van de hongerblok-
kade zijn geworden, wier aantal
men op 700.000 schat. Dit
heelt een achteruitgang in het
aantal geboorten tengevolge ge
had van 3600 000, zoodat het
totale verlies voor Duitschland
bedraagt 6.300000 menschenle
vens
Voor Oostenrijk-Hongarijege
sneuveld 1.500.000. verhoogde
sterfelijkheid 500,000, geboorten-
minus 3750.000. Samen 5.75
millioen.
Voor Frankrijkgesneuveld
1.400.000, verhoogde sterfelijk
heid 450.000, geboorteminus
1.500 000. Samen: 3.35 millioen.
Voor Italië gesneuveld 550.000,
verhoogde sterfelijkheid 300.000,
geboorteminus 1.400 000. Samen
2.25 millioen.
Voor Rusland: gesneuveld
3 000.000, verhoogde sterfelijk
heid 2 000.000, geboorteminus
9000.000. Samen: 14 millioen.
Voor Engelandgesneuveld
1.050.000, verhoogde sterfelijk
heid 200.000, geboorteminus
850.000. Samen 2.1 millioen.
In het geheel schat men de
door den wereldoorlog geleden
menschenverliezen op ruim 36
millioen. Zal men deze bloedige
cijfers licht vergeten Wat waren
de pest en de cholera in de
middeleeuwen •vergeleken bij de
funeste gevolgen van vier jaar
wereldoorlog
En is het niet begrijpelijk, dat
de vorige week, toen duizenden
zich opnieuw voor het Keizerlijk
stot verzamelden, dat toen één
stemmig weerklonkNie wieder
Krieg
Het moet gezegd worden bij
de betoogingen tegen den oorlog
is de burgerij slechts door enkele
vredes-corporaties vertegenwoor
digd en zijn het voornamelijk de
arbeiders-partijen, die uiting ge
ven aan hun afkeer van milita
risme en geweld-politiek, tevens
waarschuwing voor de reactie,
welke zich meer merkbaar be
gint te maken en in de toekomst
niet voor nieuwe oorlogen zou
terugdeinzen.
Ook te Rotterdam is een be
tooging gehouden voor den vrede,
waaraan door honderden werd
deelgenomen. De bijeenkomst
werd geopend door V. K-J.Hon-
dius uit Rotterdam, die deze
vergadering noch politiek, noch
kerkelijk propagandistisch noem
de. Lauwheid omtrent de vragen
van oorlog en vrede, aldus spr.
is ongeoorloofd. Ten opzichte
van de vrede geldt: „Wie niet
voor mij is, is tegen mij."
Daarna kreeg ds. S. H. j.
James, Ned. Hervormd pedikant
te Rotterdam het woord over
Nederlandsch Nationalisme en de
Vredesbeweging en hield een
rede waaraan het volgende is
ontleendLord Robert Cecil,
is uit Nederland zeer teleurge
steld teruggekeerd, omdat men
hier in kerkelijke kringen zoo
bijzonder weinig voor idiëel stre
ven voelde. Voor dit speciaal
Hotlandsch verschijnsel is wel
een verklaring. De rechtzinnige
in Nederland gebruikt den Bijbel
steeds op deze wijze, dat hij
enkele teksten neemt, die een
zeker onderwerp scherp belichten,
en verwaarloost die, welke in
den tegenovergestelden zin spre-
ken. Er zal een tijd komen, dat
onze eeuw van bewapening
krankzinnig genoemd zal worden.
Er is gezegd dat het streven
van de Vredeweek te weinig re
kening houdt met het zondige
karakter van den mensch. Maar
waarom wordt wel gestreden
tegen de uitingen dezer mensche-
lijke verdorvenheid als drank
zucht enz. en niet tegen die dui-
velsche neiging tot den oorlog
Het is voor een Hollander niet
gemakkelijk te erkennen, dat er
een Nederlandsch nationalisme
bestaat. Toch bestaat dit, zij het
dan ook van een zeer goedmoe
dig karakter. Dit Nederlandsch
nationalisme heeft haar uiting
gevonden in de zinspreuk; God,
Nederland en Oranje, terwijl zij
haar grondslag vindt in het wel
i wat opgesierde verhaal van den 80
jarigen Vrijheidsoorlog. Het er-
kennen van deze drie grootheden
sluit niet in, het aanvaarden van
alle ontstane begrippen, door
het volk daaraan gehecht, vooral
niet wanneer wij God opvoeren
tot de juiste Hoogte en de beide
andere grootheden terugbrengen
tot de ware proporties. Het gaat
in onze eeuw niet meer aan, op
zulk een eigenaardigen trotschen
toon te spreken van God en Ne
derland.
Het is overtuigend gebleken
dat de oorzaken, die de mensch-
heid in den oorlog hebben ge
dreven in de laatste jaren, niet
idiëel maar materieel waren.
Ons trotsche kleine land heeft
de schoone taak, dat het voor
gaat, in den oorlog tegen den
oorlog. Rond het Vredespaleis
groeie op, de Vredeswil en het
Vredesenthousiasme.
Een krachtig applaus volgde
op deze woorden en geen won
der. Moge de hier uitgedrukte
wensch nog verwezenlijkt worden,
in de tijden, die wij beleven,
opdat we met dankbaarheid op
de propaganda voor de vredes
idee mogen terugzien en het door
alle landen klinke Nooit weer
Oorlog
SaUrisregellng onderwyiers en
Administratieve ambtenaren.
Naar gemeld wordt, zal voor
de onderwijzers de salarisrege
ling als volgt zijn
Onderwijzer die niet de acte
van bekwaamheid bezit, bedoeld
in art, 134 Lager Onderwijswet
1920, doch de acte van bekwaam
heid bedoeld in art. 77 der wet
van 17 Aug. 1878, aanvangs-
wedde f 1200.
Maximumwedde voor gehuw
den (te bereiken in 22 jaar)
f 2600, voor ongehuwden f 2200,
te bereiken in 14 jaar.
Voor den onderwijzer die niet
de acte van bekwaamheid bezit,
bedoeld in art. 134 der Lager
Onderwijswet, doch in het bezit
is van de acte bedoeld in art. 77
der wet van 17 Aug. 1878, aan-
vangswedde f 1400.
Maximum voor gehuwden
f3100 (te bereiken in 22 jaar)
en voor on gehuwden f 2700, te
bereiken in 14 jaar.
De U. L. O. marge zal f 300
bedragen, mits de betrokkene in
het beztt is van nader vast te
stellen acten.
Voor het bezit van bij-achten
zal f50 per acte worden betaald,
tot een maximum van f200.
Wat betreft de administratie,
is het volgende vastgesteld
Zij, die belast zijn met een-
voudigen, min of meer werktui
gelijken arbeid (rang van schrij
ver) f 1000f 1500, met 5 jaar-
lijksche verhoogingen van f 100.
Gediplomeerde klerken en ad
ministratieve ambtenaren met vak
radicaal, die belast zijn met ar
beid, welke verstandelijk oordeel
vereischt en waarvoor gevorderd
wordt de kennis wat den inhoud
betreft van de regelingen, wetten,
besluiten enz., waarvan de toe
passing behoort tot het betrok
ken dienstvak, f 1100—f1800,
met 2 tweejaarlijksche verhoo
gingen van f200 en 3 driejaar-
lijksche verhoogingen van f 100.
Adjunct-Commiezen die belast
zijn met arbeid gelijk aan die
AXELSCHE
lC<ï<K
cou
(Uit het Duitsch.)
13)
Ook de dameswereld bracht de jonge
kunstenaressen zonder nijd haar hulde,
vooral omdat heel spoedig bekend
was, dat de jonge schoolrijdsters een
onberispelijk leven leidden. Zij waren
niet te naderen, de hinkende mr.
Greffkins bleek een niet te misleiden
wachter van zQoveel bekoorlijkheid.
Langzamerhand verbreidde zich ook het
gerucht, dat miss Ethel en miss Amy 1<>-
den waren van een oudadellijk geslacht,
en daarmee weefde zich een nieuwe
tooversluier om haar blanke hoofden.
De bewonderaars gaven aan hun
hulde, die ze niet konden uitspreken
in woorden, uitdrukking in kostelijke
bloemen en allerlei waardevolle ge
schenken. Miss Ethel had steeds alle
geschenken afgewezen, nu echter ont
wikkelde freule Adèle met echt
kwajongensachtig lachen een ander
plan. Mr. Greffkins moest den gevers
vragen, of zij toestonden, dat de ge
schenken ten bate van arme hulpbe
hoevende circusmenschen mochten
worden aangewend, zoo niet, dan
zouden de gaven worden teruggegeven.
Wel waren zeker de ridderlijke heeren
bij deze vraag een weinig ontnuchterd,
doch er bleef hun natuurlijk niets an
ders over dan toe te stemmen.
Zoo konden de beide rijdsters heel
wat hulp verleenen, die haar vrij wat
verbitterde harten deed winnen en
tevens verhinderde, dat nijd en afgunst
uit de kringen der vakgenooten haar
schaadden of hinderden.
Freule Adèle voelde zich gelukkig
in haar werkkring, door haar zelve
gekozen en miss Ethel werd door haar
meegetrokken in den zonneschijn en
verhoogde levensvreugde. Dikwijls
leunde zij haar wan" tegen die van
Adèle en fluisterde op warmen toon
„Wat glans en volheid heb jij in mijn
stil, ernstig en moeilijk leven gebracht
Hoe oneindig veelDank daarvoor
hartelijk dank!"
HOOFDSTUK VI.
Freule Adèle had indertijd, toen zij
het haar voorgelegde contract onder-
teekende, haar broeder met korte
woorden het gebeurde medegedeeld.
Graaf Adolf was natuurlijk hevig
verontwaardigd geweest. Al vermeed
hij ook zelf naar Berlijn te reizen, om
de zuster naar huis te halen, toch
eischte hij in een opgewonden schrij
ven, dat zij terstond zou terugkeeren.
Adèle antwoordde echter dat zij mondig
was en niemand veroorloofde beslis
send in te grijpen.
Graaf Adolf begreep toen, dat hij
moest vragen, dat hij moest trachten
te overreden, wilde hij haar terugkeer
bewerken en niet voorgoed er van
afzien, haar tot zijn plannen over te
halen. Hij overwon zichzelf, haar
nogmaals zijn zwakheid te bekennen,
en haar hulp in te roepen. Ja, ten
slotte verklaarde hij, dat het familie-
goed in gevaar verkeerde, indien zij
bij haar weigering bleef volharden.
Die woorden troffen de freule in het
hart. Hot geliefde ouderlijk huis den
ondergang nabij, door de schuld en
de lichtzinnigheid van den broeder in
vreemde handen overgegaanHeete
tranen welden in haar oogen. Al de
heerlijke plekjes rezen voor haar her
innering op, het slot, het park, de
schilderijen en graven dei ouders 1
Het greep haar aan, als wilde het haar
meesleuren naar het huis, het was haar,
alsof zij zich beschermend m vest stellen
voor de groote ingangspoort om iederen
vreemden voet den toegang te weigeren.
Maar kon zij dat legen den prijs,
dien men van haar eischte? Neen, en
nogmaals neen Zij verkocht zich niet
Liever het hart verbloeden in bitter
wee, om het verloren ouderlijk huis 1
Haar veerkrachtige natuur droeg
haar spoedig weer omhoog uit deze
sombere gedachten. Zij troostte zich
met de gedachte, dat haar broeder
haar door de bedreiging gewillig en
bevreesd wilde maken in werkelijk
heid kon hij onmogelijk den smaad op
zich laden, het eeuwenoud bezit der
familie te laten vervliegen in onwaardig
spel I Eerder moest hij met nagels
en tanden zich verweren, dan dit
uiterste te laten geschieden.
Van de familie Reinsberg had Adèle
geen afscheid genomen, toen zij de
de nieuwe loopbaan begon. En het
had haar bij de gedachte daaraan toe
geschenen, alsof Ernst Reinsberg mei
zijn groote, treurige oogen haar aanzag
en zich in veroordeelend zwijgen van
haar ging afwenden. Van Berlijn uit
had zij haar vriendin Ella geschreven
hoe alles zoo gekomen was en hot
de zaken nu stonden. Ella had spoedig
geantwoord, op hartelijke wijze, maa:
over den broeder zweeg de brief, zelfs
geen groet. Dat had Adèle diep gekrenkt
Na die wonderbare avondwandeling,
na het hoopvol afscheid aan de poor
van het slotpark, had zij wel eei
woord van hem mogen verwachten.
Hij zweeg. Maar al te dikwijls was er
iets als zacht heimwee in haar hart.
en dit heimwee schreed zoekend door
de kleine, vriendelijke vertrekken van
een welbekende woning in de voor
stad, boog zich nieuwsgierig over den
schouder van een man, die vlijtig
schrijvend aan zijn schrijftafel zat, en
speurde in de bladeren, hoe ver het
boek was gevorderd, waarvan hij toen
had gesproken het boek dat hem
zou helpen, een schoone toekomst te
veroverenEn eens, in de lichtstra-
lende manege had Adèle bijna luid
geroepen van blijden schrik. Haar
rondziend oog had een gelaat ontdekt
een lief, welbekend gelaat met een
brand-litteeken het gelaat van een
man, die haar destijds in dat heerlijk
avonduur van zijn hoop en verlangen
had gesproken, waarin haar eigen
wenschen en hoop waren overgevlamd I
Daar zat hij, in de eerste rij achter
de loges
Daar had hij gezeten, want toen zij
na het rondrijden van de arena den
Diik op de bewuste plaats richtte
was hij weg. En zij wachtte er ver
geefs op. dat hij na de voorstelling
zou trachten, haar te spreken. Hij
kwam niet. Hij had zich in haai
onmiddellijke nabijheid bevonden
versmaadde het, haar een vriendelijk
woord te zeggen, haar hand te drukken 1
Voorbij! Een harde trek legde zich
om de lippen van Adèle, en duister
fronsten zich haar wenkbrauwen.
En spoedig daarna dook een ander be
kend gelaat voor haar op in de ruimte
dertoeschouwers: vrijheer vonRuthling!
Zij merkte hem in het voorbijrijden
op en vermeed het, nogmaals daarheen
te zien. Zij wilde zijn groet niet.
Maar zij meende te gevoelen, dat zijn
oogen slechts haar, haar alleen volg
den, met heeten blik aan haar hingen,
haar trachtten te bannen. Hij trachtte
overigens haar niet te naderen, doch
den volgenden dag was hij er weer
en zoo voortaan eiken avond. En
steeds werd voor haar een mand met
de schoonste witte rozen afgegeven,
zonder kaartje, zoodat zij geen reden
had, de bloemen te weigeren.
Zij wist, de kostbare bloemenhulde
kwam van hem, kwam volkomen over
een met zijn opmerkzaamheden, die
hij haar vroeger op slot Briickenau
bewees. En daardoor werd zij menig
maal bij het zien van de bloemenmand
nadenkend. De vrijheer moest toch
een sterke liefde voor haar gevoelen,
zoo'n volharding in de aanbidding kon
slechts gepaard gaan met echte toege
negenheid. Echte toegenegenheid is
echter geen eigenschap van een ka
rakter, zooals zij het zijne beoordeelde.
Was hij toch anders Had zij haar
oordeel over hem te snel gevormd Nu,
dan zou ze in het vervolg beter over hem
denken. Maar zij wenschte ook thans
niet, dat hij zijn houding zou verande
ren. De gevraagde liefde kon zij hem
toch niet, nu en nooit, schenken.
Toen vond zij op zekeren dag in een
courant een bericht, dat haar hevig deed
ontroeren. „Indien ik toch eens de oor
zaak was 1" beefden haar kieurlooze lip
pen, en zij reikte het bladoveraan Ethel,
cue naast haar in een boek zat te lezen.
De cou ant berichtte van een duel tus-
sclien een jongen bankier Henry Sch wei-
lach en een vrijheer von Rihhling. Een
meeningsverschil omtrent een 'veel ge
vierde jonge schoolrijdster was de aan
leiding geweest. Beideduellanten waren
zwaargewond. (Wordt vervolgd^