ZWARE OFFERS. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuvvsch- Vlaanderen, No. 24 VRIJDAG 27 JUNI 1924. 40e Jaarg. J. C. VINK - Axel. Wat is waarheid FEUILLETON. Binnenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-U1TGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postbus No. 6. ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. Op een blaadje van mijn scheur kalender las ik eens de volgende woorden: „De waarheid wordt zelden kalm gezegd en nog zeld zamer kalm aangehoord." Toevallig las ik later op dien dag het Kamerverslag waaruit bleek, d2t weer druk gedebat teerd was ovei vloot en militai risme. En onwillekeurig kwamen daarbij die regels weer in de gedachte en zoo bracht ik een en ander met elkaar in verband. „De waarheid wordt zelden kalm gezegd". Zou het niet juis ter zijn te schrijven„Wat men voor de waarheid houdt, wordt zelden kalm gezegd Want „was is waarheid Dit „oud vergeelde* woord van den Romeinschen landvoogd in de rechtszaal te Jeruzalem, is al wat dikwijls herhaaldHet liefst door hen, wien het ant woord er op tamelijk onverschil lig laat. „Waarheid Nu ja, waar heid 1Wat is waarheid Zij maken zich, evenmin als Pilatus warm over het vraagstuk. Er is voor hen geen absolute waarheid. Of er die is Niet voor ande ren, wel voor ons zelf. Neen, niet voor anderenDaarom is het opdringen van eigen mee ning en overtuiging nutteloos en schadelijk. Wat men voor zich zelf voor de absolute waarheid houdt, wat ons, heilig is gewor den, wat ons gelukkig maakt, ons leven steun en onzen arbeid ze gen geeft, wat wij daarom uit altruïsme, uit naastenliefde, uit roeping, ook gaarne anderen willen deelachtig maken, mogen en moeten wij aanprijzen met al wat in ons is, omdat de liefde er ons toe dringtmaar eischen, dat een ander, die geheel en 1 met ons van meenin:; verschil alleen op ons woord en dorr onze verklaring, zijne meening en overtuiging voor de onze zal prijsgeven, is onredelijk en on geoorloofd. Alleen onverdraag zaamheid gunt anderen niet, wat men voor zich zelf eischt. De i) (Uit het Duitsch.) HOOFDSTUK I. Voor het heerenhuis kwam een aardige kleine koets aangereden, die er op de gasten bleef wachten. Geen halve minuut stond de bediende wach tend en kalmeerend naast het vurige bruine paard, of de huisdeur ging open en met rasse schreden kwam een jonge dame de paar treden van de stoep af, ■#m de koetsiersplaats in te nemen en de teugels te „grijpen. De oude be diende kroop op het achterbankje. Vooraf had hij zich de vriendelijke eerbiedigende opmerking veroorloofd „Hella lijkt mij vündaag wat onrustig. Ik mag zeker de freule wel verzoeken..." „Wees onbezorgd, beste oude," viel hem de jonge dame lachend in de rede, „wij zullen onze ledematen heel tehuis brengen. Ik ben mij heel goed be wust van de verantwoordelijkheid, die ik tegenover u heb, en er ligt ook voor mijzelve veel aan gelegen, in de toekomst zoo recht en flink als nu door het leven te gaan." Met een liefkoozenden blik wendde zij zich naar het paard: „Niet waar, Hella, je begaat geen dwaasheden Je bedenkt, dat je de eer hebt, freule Adèle te trekken, die niet alleen een algemeen erkende schoonheid is, maar ook in haar diepste wezen een paar heel nette, menschelijke eigenschappen heeft Het zou werkelijk jammer zijn, als de bezitster van deze veelbelovende drijfveer van alle propaganda en van elk debat moest zijn liefde, het waarachtig belang van den ander of van anderen. Waar patijbelang, eigen belang van welken aard ook, in het spel is, daar is de drijfveer onedel. Daar ziet men dan ook aanstonds de kalmte verdwijnen, zoo bij de sprekers als bij de toegesproke- nen. En kalmte bij het debat is het waarmerk van vaste over tuiging niet alleen maar ook van de nobele drijfveer: Geen ander belang, dan dat van den ander en van anderen. Waar de bitter heid de woorden kruidt, de hoon het woord kracht wil geven, daar kan men er van verzekerd zijn, dat de drijfveer onedel is, dat het niet gaat om de waarheid. Die heeft dan met de bedoelin gen van de(n) spreker (spreekster) niets te maken. In de godsdienst en de poli tiek, vooral als met den eersten eigenlijk kerkdienst en met de tweede partijpolitiek bedoeld wordt, is onverdraagzaamheid aan de orde van den dag Verdacht making van de bedoeling of de beginselen, de opvatting, de leer, de motieven van andersdenkenden is het gewone wapen. Anders denkenden zijn tevens „de tegen partij", waartegen men „strijd" voert. Van kiescheid, verdraag zaamheid, van eerbied voor de overtuiging van anderen is geen sprake. „Eens anders eigendom moet u heilig zijnstond in mijne jeugd eens als schrijfvoor beeld op het zwarte schoolbord. Eens anders geestes, ziels en verstandelijk eigendom ook. Dit een ander listig of ruw, zoet- fluitend of met geweld, te willen ontfutselen of ontrooven is po ging tot diefstal. Want, wat voor ons waarheid is, is voor een ander leugen misschien. En dit uitmaken, is ten slotte geen werk van menschen maar van den Geest Gods alleen. En hoe dikwijls weten wij zelf niet, „Van hoedanigen geest we zijn". Wij denken er nief aan, in dit opstelletje, de Kamerdebatten te bespreken, of onze meening uit eigenschappen, voordat deze zich in vollen glans konden ontvouwen, haar hals brak." De oude bediende, Jozef, had met een glimlach van stil oneindig genot geluisterd. Met de teederste bewon dering rustten zijn oude, wat knippende oogen op de schoone, jonge meesteres, die hij, eeuwigdurend vrijgezel, sedert haar eersten ademtocht beschermd en aangebeden had. Schoon en jong, dat was zij, freule Adèle. Haar slanke gestalte was meer dan middelmatigen was van volmaakte evenredigheid der vormen. Op de zuivere lijnen van den hals rustte een klein hoofd, waarvan men bij het bloeiende leven, dat er uit sprak, ver gat, dat mond en neus kleine eigen zinnige onregelmatigheden vertoonden. Zonnig en groot waren de oogen, het voorhoofd was breed en vlak, en het blonde haar, dat de lijst er omheen vormde, golfde in zware, met moeite bedwongen lokken. Het was van dat zeldzame blond, waarover een mat stof schijnt te zijn gewaaid. De geheele verschijning der freule ademde sterke oorspronkelijkheid, een levendig temperament, maar niet over de grens, die elke edele natuur weet te bewaren. Het leek niet onmogelijk, dat het mooie hoofd zich in onge naakbare terughouding in den nek kon werpen, dat over de zonnige oogen de leden in ijskoude afwijzing half zouden kunnen neerzinken. En vooral den eigenzinnig gevormden mond zou men gerust het hard verwonderd trekken toeschrijven, dat elke over schrijding van vertrouwelijkheid binnen de perken terugwijstDe freule wilde juist het mooie, vurige paard het teeken tot ve-trek geven, toen om den rechten hoek van het heerenhuis, te spreken over Vloot en Leger. Maar wel willen wij ernstig waarschuwen tegen de suggestie, die ook in deze aangelegenheid een groote- en gevaarlijke rol speelt en de waarheid doet zoek raken. Wie zich laat beïnvloe den door dikke woorden, en door schoonschijnende, het egoïs me streelende verzekeringen van partijleiders, loopt gevaar te worden meegesleept naar het on heil over land en volk. Scher men met woorden en termen, die voor ons een kwade zin hebben, is een der middelen tot massa-suggestie. Men lascht zulk een woord handig in den volzin, en de phrase is voor ons de waarheid geworden, ofschoon zij inderdaad de leugen is. Zoo o.a de woorden Militairisme en ,Oij zult niet dooden Alsof de maat regelen tot handhaving van rust en veiligheid in het binnenland en die ter verdediging en bewa king van het vaderland en de bezittingen in andere wereld- deelen, iets te maken hebben met het militairisme. Dit toch wil den oorlog het stuurt aan op oorlog uit hebzucht en machtsbegeerten. Bij het militairisme beweegt zich alles in den staat om de „sol daterij" die staat bij alles op den voorgronddaaraan wordt door regeering en volk alles on dergeschikt gemaakt. Hoe men in Nederland, gelet op ons legertje en de schepen etc. die wij „onze Vloot" noemen, gelet op de gezindheid van Re geering en volk ten opzichte van de bedoelde „soldaterij", toch nog van militairisme bij ons kan spreken, gaat boven ons begrip. De vraag Wat is hierbij waar heid beantwoordt zich zelf. En wie 's lands verdediging tegen aanvallen van buiten met de middelen om die eenigszins mo gelijk te maken, wie zelfverde- digbaarheid en zelfverdediging van volken en personen in strijd noemen met het verbod: „Gij zult niet dooden en daarbij zich beroepen op den Bijbel, als op Gods woord, moeten wel ver legen staan met heel de historie van de dienstgebouwen, een jong, forsch man kwam aanstappen. Hij was misschien tien jaar ouder dan de twee en twintigjarige freule, met wie hij in verschillende opzichten duidelijke trekken van familie-overeenkomst ver toonde. De frissche, vroolijke zorgeloosheid van een gezonde, sterke natuur, die het gelaat der zuster zoo buitengewoon bekoorlijk deed schijnen, ontbrak echter in zijn trekken, die bleek en afgemat leken. Er lag een zenuwachtige trek in. De gedachten achter het licht- gerimpelde voorhoofd bewogen zich stellig niet in den aangenaamsten kringloop van tevredenheid en ge regelde verhoudingen. Onzekere schaduwen somberden in zijn oogen, die wellicht eenmaal zonnig en open de wereld hadden ingekeken, zooals die van de zuster. En ook een zekere soort van aangeboren be minnelijkheid was niet te miskennen, die echter voor dit oogenblik lag verborgen onder den druk van allerlei zorgen. Zorgen zouden het wel zijn, die juist daardoor zwaar drukten, omdat zij door eigen schuld waren ontstaan „Jij gaat rijden?" vroeg graaf Adolf von Brückenau zijn zuster. Waarheen „Mijn vriendin Ella Reinsberg is gister niet hier geweest," antwoordde freule Adèle, „hoewel zij het mij uit drukkelijk had beloofd. Ook vanmorgen is zij niet gekomen, zooals ik ver wachtte. Dat is mij een bewijs, dat zij zelve ziek geworden is, of dat het met haar arme mama slechter staat. Daarom wil ik den namiddag gebrui ken, om er heen te gaan en mij te overtuigen of mijn vrees gegrond is. Misschienmaar ik hoop van ni«t." van het Israëlitische volk onder het theocratisch bestuur van Je hovah. Want immers heel die historie is één lange reeks van oorlogen, waarvan vele, zoo niet de meeste zelfs op Jehovahs bevel. De waarheid is, dat een volk zijn eigen ondergang bewerkt, als het door drogredenen van Vrede, vrede en geen gevaar en door partijschap bedwelmd, zich laat in slaap wiegen. Wie aan het wiegje zitten, lachen in hun vuistje, als de bedwelmde insluimert. En hoe zal dan het ontwaken zijn Z. d. B. D* gehuwde onderwijzeres en de leeftijdsgrens bJJ het onderwijs. Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging van de Lager On derwijswet 1920. Aan de Memorie van Toelich ti ng wordt ontleend, dat bij al- gemeenen maatregel van bestuur voor de vrouwelijke Rijksambte naren de regel is gesteld dat op het sluiten van een huwelijk ont slag volgt. Hetzelfde motief, dat tot 't Kon. Besluit heeft geleid, n.l. dat het werkzaam zijn van een gehuwde vrouw in een ambtelijke betrek king in het algemeen niet ge- wenscht is, kan gelden voor een gemeenteraad ten opzichte van de onderwijzeressen aan open bare lagere scholen. Het voorstel strekt om den gemeenteraad vrijheid te laten, niet om hem tot het verleenen van ontslag bij huwelijk te ver plichten. De minister acht het wensche- lijk, dat bij deze gelegenheid tevens de bevoegdheid aan den gemeenteraad wordt toegekend welke de besturen der bij zondere scholen reeds hebben om te bepalen, dat het bereiken van ten minste den 65-jarigen leeftijd zonder meer tot ontslag zal leiden. Een spottende trek van ergernis legde zich om den mond van den graaf. „Daar je bij deze gelegenheid hoogstwaarschijnlijk den broeder van je vereerde vriendin, den fameusen heer verzekeringsbeambte, zult zien, verzoek ik je, hem mijn groeten te brengen." Hij lichtte los den hoed op, keerde zich om en ging de stoep op in huis. Een snel, heet rood had bij zijn woorden het gelaat der freule gekleurd. Reeds wilde zij den broeder een ras, bitter antwoord geven maar in het laatste oogenblik bedwong zij zich en riep hem schijnbaar kalm na: „Ik zal je groeten overbrengen." Daarna rolde het rijtuig over het voorplein door de allee, en verder naar den straatweg, die op deze plaats langs de laatste huizen van het dorp ging en daarna tusschen velden en weiden boog, Van den oogst ontbloot strekten wijde vlakten zich links en rechts uit, maar de hemel, die er boven schitterde in helder blauw, was nog geheel een zomerhemel. Goud- golven zond hij neer in den vroegen namiddag. Bij al het glinsteren en fonkelen rondom, in de reine, heldere lucht, verdween de wolk van het voorhoofd der freule al spoedig. Met stralende oogen omvatte zij het landschap, dat, ondanks alle eenvormigheid, niet zon der bekoorlijkheid was, omdat de bodemvorming hier en daar plotseling een heuvel met bosch op den voorgrond schoof en in de verte een rivier als zilveren band in tallooze kronkelingen schemerde. Eindelijk bleven de blikken der jonge dame hangen aan de hui zenzee van de slechts een half uur verwijderde stad, die rechtuit haar toros» an talrijk* *choor«t»onen omhoog De ralsch geldcentrale. De Minister van Justitie heeft bepaald dat de centralisatie, welke reeds bestaat ten aanzien van het justitiëel onderzoek naar Strafwetovertredingen op het ge bied van bankbiljetten, uitgebreid wordt tot andere waardepapieren en tot muntstukken, en wel in het bijzonder waar het betreft Nederlandsche van rijkswege uit gegeven zilverbons, rijksdaalders, guldens en andere munten, post zegels, rentezegels, tabaksbande rolles, schuldbrieven, enz. Dit geldt voorloopig tot 1 Juli 1925. Ingeval derhalve gevallen van vervalsching ter kennis van politie en justitie komen, dient het onderzoek zoo spoedig mogelijk te worden gehouden in overleg met den procureur-generaal te Amsterdam en het onder dezen ressorteerende bureau, hetwelk zich met deze aangelegenheid in het bijzonder bezig houdt. De Weesliirichtin te Neer bosch. Zaterdag hield bovenstaande vereeniging haar jaarvergadering te Neerüosch. Aan het verslag door de secre taris, tevens directeur der inrich ting, ds. J. Schrijver uitgebracht, ontleenen wij het volgende ln het afgeloopen jaar werden 52 kinderen opgenomen, 11 ver trokken weder naar hunne familie, 32 werden geplaatst in de maat schappij, 6 overleden en 1 is er weggeloopen. Op 31 Dec. waren 481 kinderen in de inrichting. Aan legaten werd f 8432.86 ont vangen. De Neerbosch-cent heeft in de 20 jaren van haar bestaan ruim f 100.000 opgebracht. Ge memoreerd wordt de benoeming van ds. ea mevr. Steenbeek, van Zierikzee, als adjunct directrice, die bestemd zijn voor de even- tueele opvolging van de tegen woordige directrice, waarmede echter niet is gezegd, dat ds. en mevrouw schrijver hun taak nu neerleggen. De rekening sluit in ontvang sten en uitgaven met f 199.514.83. Het batig saldo ten gunste van stak in de wolk van bruinachtigen damp, die onbewegelijk er boven zweefde. Hella liep in vlug tempo, maar zonder eenige onrustige uiting van temperament. De zachte en toch vaste hand der meesteres scheen door het mooie dier gewillig te worden gehoorzaamd. Reeds doken de eerste huizen op, die, omgeven van groentetuinen, met kakelend hoendervolk, dat op straat rondwandelde, nog een landelijken indruk maakten. Toen hield de freule plotseling met een scherpen ruk het sierlijke rijtuigje stil. Op het smalle voetpad aan de overzijde had een heer gegroet en hij naderde den wagen. Het was een verschijning, die den man van opvoeding deed kennen, maar overigens op het eerste gezicht ook weinig aanduidde, waardoor hij zich van de groote menigte onderscheidde. De gestalte was groot, breed ge schouderd, maar niet lenig genoeg, in de kleeding pijnlijk net, zonder toch de allerlaatste mode te dragen. In het gelaat verhinderde een litteeken, dat van de slapen een eind op de wang liep, en het deed betreuren, dat men daar door de beteekenis van die trekken niet zoo volkomen kon onderscheiden, den ernst er in tot strengheid te wor den, wat volkomen voegde bij den mond, die vastheid van karakter deed verwachten. De man kon voor het overige slechts weinig jaren ouder zijn dan de freule, die hem nu van haar zitplaats kameraadschappelijk de hand toestak en haastig en oezorgd vroeg „Wilde u naar ons, naar Brückenau ja? Toch naar ik hoop, niet met een slechte tijding?" (Wordt vorvolgd). AXELSCHE COURANT

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1924 | | pagina 1