Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch - Vlaanderen.
Als de avond valt.
No.
DINSDAG 15 APRIL 1924.
40e Jaarfif.
iAS»
7ó\
1 1
J. C. VINK - Axel.
Binnenland.
FEUILLETON.
£*3 0 ih
ajrNb
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56 - Postbus No. 6.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Cent; voor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag II ure.
Kameroverzicht.
De Tweede Kamer heeft een
drukke week achter den rug, aan
gezien er vóódat men met Paasch-
recès kon gaan nog heel wat
moest afdoen. Maar de heer
Kooien weet, als het noodig is,
de touwtjes strak te houden en
den spreektijd aanmerkelijk te
beperken. Wat de Kamerleden
dan dikwijls zeer onaangenaam
vinden, maar waarbij de behan
deling der zaken weinig verliest.
In de eerste plaats was aan de
orde het initiatief voorstel-Albarda
betreffende het instellen van een
onderzoek naar de oorzaken van
het geschil in de textielnijver
heid. De voorstellers troffen het
niet, want juist was het besluit
verschenen, dat de Arbeidsge-
schillenwet op 16 dezer in wer
king zal treden.
Bij de begrootingsarbeid gaf
Minister Aalberse eene uitvoerige
uiteenzetting van zijne plannen
tot herziening van de sociale
verzekering. Deze plannen hoe
wel nog slechts in beginsel vast
staande gaven aanleiding tot een
langdurig debat. De Minister
bleek dit zeer op prijs te stellen,
daar het hem er in hoofdzaak
om te doen was, te weten te
komen, of hij bij zijne plannen
op den steun van de Kamer kon
rekenen. En over het algemeen
zal dit wel het geval zijn. De
heer Duys diende eene motie in
om de ziekteverzekering los te
maken van de bedoelde herzie
ning en haar nog in het volgende
zittingsjaar in behandeling te
nemen. De motie werd met 60
tegen 12 stemmen verworpen.
Van belang was voorts de
aanneming van de motie-Schaper
met 39 tegen 30 stemmen, waarin
de wenschelijkheid werd uitge
sproken dat alle groepen van ar
beiders die daarvan tot heden
verstoken waren ten spoedigste
geleidelijk, onder de werking de
Arbeidswet zouden worden ge
bracht en dat de volledige toe
passing der Arbeidswet 1919 on-
(Duitsche Novelle.)
»In vrede, hm zei de justi-
tiraad. »Weet u, dokter, als ik
eens heel plotseling aan een be-
roertetje den hoek om ga dat
is beslist mijn einde, omdat me
het bloed te ontstuimig van het
hart naar het hoofd stroomt,
aaijn vrouw sterft eenmaal aan
anomie van het gezamenlijke
gevoelsapparaat. Die kent geen
greintje haat of bitterheid
die is een en al kalmte. Die had
eigenlijk een een ja, wat
zal ik zeggen een goudvischje
moeten worden, koudbloedig en
geïsoleerd tegen elke gemoeds
aandoening.*
>0, vadertje, wees niet zoo
onbillyk! Moeder neemt het zoo
groot, zoo edel op
»Kind«, zei Schlottman meteen
spotlachje om de lippen, »wees
op je hoede voor de edelmoedig
heid die vertrouw ik niet. Recht
vaardigheid en plichtsbetrachting
zijn wij schuldig. Daarvan hebben
wy genoeg. De edelmoedigheid
heeft altyd tot ondergrond recht
der geen omstandigheden langer
zou mogen worden uitgesteld.
Deze motie was vooraf door den
Minister aanvaard, hetgeen eene
belangrijke tegemoetkoming van
Z. Exc. was aan de uiterste linker
zijde na zijne verklaring in de
Memorie van Antwoord, dat ver
dere verzwaring van lasten door
uitbreiding van de werkring der
Arbeidswet zeer bedenkelijk zou
zijn.
Van het volgende debat ver
melden wij nog, dat Minster Aal
berse zeer optimistisch gestemd is
ten aanzien van den woningbouw
en mededeelde dat in ons land
in den laatsten tijd vijf maal
zooveel gebouwd werd als in
Engeland. En voorts dat de zeven
vrouwelijke Kamerleden tezamen
een motie indienden om terug te
komen op de voorgestelde be
zuiniging ten aanzien van de
kinderhygiëne. Maar de groote
meerderheid der Kamer vond het
blijkbaar met Minijter Aalberse
noodzakelijk,, zoodat de dames
geen succes hadden van haar ge
meenschappelijk optreden
De begrooting Van Arbeid werd
vervolgens aangenomen zonder
stemming. En hiermede was het
begrootingswerk eindelijk afgeloo-
pen althans voor zooveel de
Tweede Kamer betreft.
Voordat de Kamer met vacan-
tie kon gaan moesten echter nog
eenige punten worden behandeld
ten aanzien van de ambtenaars
salarissen. Deze punten waren
het wetsontwerp tot verlaging
voor 1924 van de salarissen,
welke bij de wet zijn geregeld,
het ontwerp waarbij aan de amb
tenaars in den ruimsten zin ge
nomen, dus met inbegrip van de
militairen, de onderwijzers enz.
alle rechten, welke zij meen
den te kunnen hebben, zullen
worden ontnomen en de inter
pellatie van den heer J. ter Laan
omtrent de onderhandelingen in
het georganiseerd overleg.
Bij het eerste wetsontwerp be-
om ongenadig te zyn eu werkt
vernederend op het voorwerp, dal
begenadigd wordt. Zoo en hm
U fabriceert glaswerk, waarde
schoonzoon, compöte-scboteltjes eu
dergelyk goedje.'.1*
En nu begon Frits Kriiger over
zijn fabriek te spreken, en hij
voelde zich innerlijk zalig, toen
hij daarbij zag, hoe Therese hem
de woorden als van de lippen
stalzij ging reeds geheel op in
de wereld zijner geheel persoonlijke
belangen.
De justitieraad luisterde met
de grootste belangstelling en voel
de zich steeds meer tevreden
gesteld. Dat alles beteekende nog
heel wat meer, dan hetgeen men
hem op zijn informaties bericht
had.
Nu en dan streelde hij met
een verliefd glimlachje de blozende
wangen zyner dochter, of streek
haar dq blonde baren uit de oogen,
die door een dartel avondwindje
telkens weer in de war werden
gebracht.
Wat was zij een verstandig
kind, en welke groote zorgen had
zij hem met dit engagement van
zijn oud, lichtzinnig hart afge
wenteld 1
Om hen heerschte de avond
drukte van het groote hotel.
Tusschen spreken en luisteren had
hoeven wij niet lang stil te staan.
Zooals men weet, zullen op de
salarissen van alle ambtenaren
voor 1924 kortingen worden toe
gepast en de Regeering heeft te
recht ingezien, dat dit, als men
daartoe overgaat, ook moet ge
schieden ten aanzien van diege
nen, wier salarissen op een wet
berusten, t.w. de leden der rech
terlijke macht, de Algemeene Re
kenkamer en den Raad van State.
Het tweede wetsontwerp komt
slechts daarop neer dat uitdruk
kelijk zou worden verklaard, dat
de Regeering het recht heeft, de
positie der ambtenaren op alle
gebied en ten allen tijde zóó te
regelen als zij op dat oogenblik
wenscht. Het allerzonderlingste
van de zaak was, dat de Regee
ring uitdrukkelijk verklaarde deze
bevoegdheid ook te hebben zon
der dat zij bij de wet werd toe
gekend, maar haar nochtans in
de wet wilde leggen om te voor
komen, dat de rechter er anders
over denkt en een ambtenaar,
als deze aan den Staat een pro
ces mocht gaan aandoen omtrent
schending van verkregen rechten
in het gelijk zou kunnen stellen.
Hierin ligt dus opgesloten, dat
de Regeering de mogelijkheid
erkent, dat zij met dit wetsont
werp verkregen rechten zal schen
den.
De heer ter Laan had zijn in
terpellatie zeer groot opgesteld
en deed uitdrukkelijk uitkomen,
dat de Regeering hier een zuivere
machtspolitiek wilde voeren. Hij
diende een motie in, waarin op
hernieuwd overleg met de amb
tenaren werd aangedrongen. Mi
nister Heemskerk, die de perso-
neelzaken behandelt, nam de zaak
zeer kalm op en verklaarde zoo
kort mogelijk te zullen antwoor
den. Hij zeide o.a. dat door de'
heffing der pensioenskorting reeds
20 millioen voor het Rijk werd
bespaard en dat in den laatsten
tijd ruim 5500 ambtenaren wer
den ontslagen of op wachtgeld
gesteld. De heer Marchant had
weinig moeite het onrecht aan te
toonen, dat de Regeering hier
wilde begaan door aan de amb
Schlottman altijd nog tijd gevon
den, naar een paar byzondere
schoone dames eenige huldigende
blikken te zenden en naar het
gegons der gesprekken aan de
tafeltjes in de uabijheid te luis
teren. Ook dronk hij het eene
glas na het andere leeg.
»Is u dan afschaffer ?c vroeg
hij verwonderd aan zijn aanstaan
den schoonzoon. Maar zijn glimlach
verdiepte zich tot ironie toen deze
antwoordde »Ja, voor zoover
dit mogelijk is, om niet vooreen
zonderling door te gaan dus
bijna geheel.*
Dan zullen we zeker met melk
broederschap moeten drinken
>0, ik ben geen »Prinzipien-
reiter,* zei Frits zacht en hief
het beslagen champagneglas naar
hem op. Na de opmerking van
Schlottman had deze gewichtige
ceremonie nu iets gedwongens.
Toen. sprong de justitieraad op.
Lang op de zeilde plek zitten was
niet zeer naar zijn smaak. Zij
liepen door het park naar buiten
naar de straat. Een paar lichte
rijtuigjes stonden in de nabijheid,
wachtend op een vrachtje.
»Nu zetten wij het kind in dit
gemakkelijke chaisje,* besliste
Schlottman, »en zij kruipt ginds
vlug in haar bedje. Wij mannen
praten nog een uurtje, en als je
tenaren den weg naar den rech
ter af te snijden en haar eigen
woorden waardeloos te verklaren.
De heeren Dresselhuys en Van
Schaik stonden weifelend tegen
over het ontwerp. De eerste gaf
toe dat de salarissen der ambte
naren over het geheel niet te hoog
zijn, en meende, dat de Regeering,
als zij deze gaat verlagen, zoo
spoedig mogelijk het onrecht
weder zal moeten herstellen.
Maar hij was ook van oordeel
dat het onjuist zou zijn, de Re
geering te dwingen het overleg
te hernieuwen, waardoor zij ge
heel in de handen der ambte
naarsorganisaties zou worden ge
leverd. De heer Van Schaik be
greep niet, waarom men met dit
wetsontwerp kwam, als de Re
geering toch dezelfde rechten
reeds heeft.
Ook de heer Schokking meende
dat de Regeering te ruw ingrijpt
en zelfs de heer Rutgers had be
zwaren. En toen kwam de heer
Nolens den doorslag geven door
zijne verklaring dat "zelfs ver
meende rechten niet bruut ter
zijde mochten worden gesteld.
Ernstiger werd een wetsontwerp
zeker nooit veroordeeld. En de
verdediging der Regeering was
zóó zwak, dat daardoor de zaak
reeds vóór de stemming werd
beslist. De heer Heemskerk mocht
met hooge borst spreken, als ju
rist kon hij niets ter verdediging
van het wetsontwerp aanvoeren.
En de heer Colijn kon wel met
cijfers komen, die feitelijk om de
zaak heen gaan, ook dit maakte
geen indruk meer.
Op voorstel van den heer Dres
selhuys werd ten slotte besloten
de behandeling tot na Paschen
te schorsen.
Eerste Kamer.
De Eerste Kamer is deze week
intusschen ook weder bijeen ge
komen en heefi de Indische be
grooting behandeld. Met uitzon
dering van de sociaal democra
tische leden heeft de Kamer het
Minister de Graaf niet al te las
tig gemaakt. De heer De Muralt
toonde zich bijzonder ingenomen
't goed vindt loopen we wat aan
deri oever op en neer. Ik ben
wel niet ter wille van deze
poëtische natuur hier heen ge
komen, maar zeker isuccèi
d'estime* dwingt ze mij toch at.«
Hij kuste Therese, die reeds
op ue voettree van het rijtuigje
stond, teeder op het voorhoofden
nam zyn schoonzoon onder den
arm.
De beide heeren liepen langs
de kade. In een halven cirkel
rezen de hotels en de villa's tegen
de helling op. Uit alle ramen
viel bet licht op de tuinen en
teriassen en voor bijna alle huizen
zaten vroolijk pratende groepen.
Uit enkele ramen van de hoogere
verdiepingen kwamen tonen van
zang en muziek. Op het water
schoten hier en daar bonte lichtjes
voorbij, dat waren verlichte booten.
Dö twee mannen zwegen. Zij
hoorden het water ruischen en
tegen den kaaimuur kabbelen.
Voetgangers kwamen slechts nu
en dan voorbij, des te meer
rijtuigen en enkele auto's.
»Verdrommeld suggestief zoo'n
zwoele zomernacht* zei Schlott
man half binnensmondsFrits
Krüger nad hena onder den arm
genomen, maar gemakkelijk liepen
ze toch zoo naast elkander niet.
Schlottman had den korten ge-
met het werk van Z. E., waarbij
hij zich tevens een krachtig tegen
stander toonde van uitbreiding
van Staatsbemoeiing op het ge
bied der exploitatie van Indië.
En dat de heer De Waal Malefijt
zich in de belangrijkste zaken
aan de zijde van het bewind zou
scharen, sprak wel van zelf.
De heer Van Ketwich Verschuur
besprak de exploitatie v. Nw.
Guinea, en wij hoorden met ge
noegen, dat hij er niets voor ge
voelt de exploitatie van dat land
geheel aan vreemden over te
taten. Hij vroeg den Minister
om de Kamer van mogelijke
concessie-aanvragen op de hoogte
te houden, 't Is te hopen dat de
Regeering zijne wenken ter harte
zal nemen.
De beide sociaal-democratische
sprekers de heeren Van Kol en
Cramer, hadden vele klachten
over het tegenwoordige bewind,
zij voorspellen nog steeds een
grooten opstand in Indië en ver
klaren, dat de sociaal-democraten
zich dan aan de zijde der opstan
delingen zullen scharen.
Minister de Graaff heeft de
sprekers zeer kort beantwoord.
Wij weten nu dat van dezen Mi
nister geen beteekenende hervor
mingen moeten worden vewacht.
De Eerste Kamer is tot 23 dezer
uiteen gegaan.
Staat en ambtenaar.
De Staat der Nederlanden is
tegen heden voor de Arrondis-
sements-rechtbank te 's Gravenha-
ge gedagvaard door het Neder-
landsche Onderwijzers Genoot
schap, gevestigd te Amsterdam,
betreffende een aangelegenheid,
welke in verband met de actueele
vraag van de rechtsverhouding
van den ambtenaar tot den Staat
van belang is.
Het betreft hier echter niet een
vordering wegens vermindering
van salaris, doch wegens intrek
king van een benoeming, welke
voor bepaalden tijd had plaats
gehad. Een onderwijzer aan de
Rijksnormaallessen te Zaandam
was aangesteld voor een periode
van 1 jaar, ingaande 1 Mei 1923.
wichtigen stap ran zijn leeftijd
eu van zijn aankomende zwaar
lijvigheid. Frits had moeite, met
hem in den pas te blyven, omdat
de korte stappen hem lastig waren.
»Hier,t zei de justitieraad, een
eind verder naar een omgekeerde
roeiboot wijzende, die dicht aan
het water lag, »laten wy hier
wat gaan zitten. Hier zal ik je
iets van ons huwelijk, van het
huwelijk van Therese's ouders
vertellen. Je moet toch weten,
uit welk nest je wijfje komt.*
»Nu maar niet,* zei Frits.
Waarom wilt u je zelf plagen
met u te verontschuldigen of te
beschuldigen
»Neen, laat ik liever nu maar
eens opbiechten, dan weetje het,*
zei Schlottman zacht. »Het nood
lot heelt zoo van die vreemde
grillen. Toen ik mijn vrouw kreeg,
was ik zoo koel als een stokvisch.
Nu is zy een dikke veertig en
ik ben een mooi stuk over de
vijftigHm 1 Je moet weten,
ze is heel mooi heel en al
>dame«, verduiveld gesoigneerd
en ladylike, en nu* Schlottman
zette de tanden op elkander en
deed een samentrekkende bewe
ging met de handen.
Toen glimlachte hij weer kalm.
(Wordt vervolgd.)
AXELSCHE
i*S.
'v.
Kïj'l
COURANT
Fj j •o?#ciou