No. 32. Dinsdag 31 1923. 39e Jaarg. üij i® We Aks l Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaander en. J. C. VINK - Axel. Binnenland. FEUILLETON. Du blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanuen 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 5». - Postgiro 60363. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 60 Cent; voor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdag voor middag ELF ure. Actie voor een betere vrede. Door eenige Nederlandscbe bonden en veraenigingen is gezamenlijk de navolgende manifesten aan de regee- ringen van de voormalig oorlogvoeren de landen en van de neutrale Staten, aan de leden van den Volkenbond, aan de pers van al die landen en aan vele groote vereenigingen in het bui tenland gezonden Manifest aai de volkoren van Europa en Amerika. Juni 1919 werden de wapens neer gelegd Thans schrijven wij Juli 1923. Nooit hebben wy meer gesnakt naar waren vrede, en hoeveel haat, verbit tering en wantrouwen zijn er om ons. Nooit was er meer behoefte aan ar beid en producten, en hoeveel werk loosheid heerscht er in vele landen. Nooit was er meer behoefte aan in nerlijke verdieping en opbouw, en hoe groot is de zedelijke en geestelijke ver wildering. Maar ook nimmer was de wereld meer moe van al deze regenstellingen en verlangend naar evenwicht. Daarom doen ondergeteekenden, allen vertegenwoordigend vereenigin gen in Nederland van verschillende richting, een beroep op de volkeren. Wy doen een beroep op het Fran sche en Belgische volk, dat zij in dezen moeilijken tyd al datgene zullen doen wat een volk waarlijk groot maakt, dat zij de bezetting van het Roer-ge- bied, die moreel en economisch een ramp is, niet alleen voor het bezette land zullen helpen opheffen, opdat de rust weerkeere in de wereld. Wij doen een beroep op het Duitsche volk, dat het tot de uiterste grens vaD zijn kunnen zal gaan om zijn schuld at te betalen, opdat het vertrouwen bij zijn tegenstanders wederkeere. Wij doen een b6roep op het Itali- aansche volk, dat het met al de jonge kracht die het eigen is, zal medewer ken om de geschillen te helpen effenen. Wij doen een beroep op het Eugel- sche volk, dat het al zijn wilskracht en zijn bezonnenheid zal gebruiken om naar billijkheid en rechtvaardigheid een uitweg te vinden uit alle moeilijk heden. Ook doen wij een beroep op het Amerikaansche volk, dat het mede zal helpen ontwarren, hetgeen bijna onont warbaar schijnt en dat het uit zijn isolement zal willen treden tot heil van Europa. Manifest aan de leden van den Volkenbond. Vertrouwen stellende in uw groeien de macht, in het volle goloof, dat een maal de Volkenbond zal worden een bond van alle volken, doen wij een beroep op al zijn leden om het initia tief te nemen tot zoodanige maatrege len als kunnen voeren tot een vreed zame oplossing van bet hangend ge schil tusschen Frankrijk en Duitsch- land, opdat de rust kunne wederkeeren in de wereld en de algemeene opbouw kunne aanvangen. Manifest voor de Neatralen. Op ons neutralen, rust een schoone plicht: wij zijn de aangewezenen om vereenigd, een hecht en sterk bolwerk te vormen tegen het geweld een cen trale voor de vredesgedacbte en vre despogingen in eiken vorm. Vereenigd, kunnen wij de publieke opinie in onze landen en ook daarbuiten van de vre- desgedachte en van het verlangen naar recht doordringen, opdat overal niet alleen de overtuiging van het schade lijke van geweld veld winne, maar ook de ernstige wil wakker geroepen worde om wantrouwen en verdeeld heid te doen wijken voor vertrouwen en samenwerking. Eerste Kamer. De uitslag der verkiezingen voor leden van de Eerste Kamer is als volgt: Provinciegroep Brabant, Zeeland, Utrecht en Limburg. Gekozen 1 Chr. Hist.Prof. Dr. J. R. Slotemaker de Bruine. 8 Kath. Jhr. Mr. F. X. A. Ver- heyen, Mr. M. M. van Lanschot, H. M. J. Blomjous, Mevrouw P. W, de de Jongv. d. Heuvel, Jhr. Mr. A. F. O. van Sasse van Ysselt, A. M. F. Haffmans, Mr. F. I. J. Janssen, Jhr. Mr. M. H. L. J. van der Maessen de Sombrefif. 2 S. D. A. P.W. C. de Jonge en P. Moltmaker. 1 V. B.Jhr. R. R. L. de Muralt. 1 A.-R Mr. A. A. de Veer. (Vrij uit het Duitsch.) Maar graaf Wolf was geen moderne Ezau, hij had zijn goed recht bevochten en ook hierdoor zijn schoonzuster aanleiding gegeven tot de bitterste beschuldigingen. Haar hart herhaalde die nog heden, toen zij de ronde deed door de onderste rijen kamers, welke met echte kunstenaarskennis en fijnen smaak in orde waren gebracht. Het rijke snijwerk en het donkere eikenhout, de schoone oude lederen behangsels en de prachtige glasschilderingen der groote boogvensters waren wel door handen gemaakt, die lang reeds rustten en tot stof waren vergaan. Maar de meubelen in den stijl van dien tijd en toch in gemakkelijkheid zoo ver hem vooruit, behoorden tot den tegen- woordigen tijdop de donkere, met zijde ge stikte gordijnen kleefde het stof van lang ver vlogen jaren nog niet en de bloemen, die in de antieke vazen bloeiden, waren kinderen van het heden Aan graaf Wolfs woon- en werk kamer grensde de statige bibliotheek, alles in den ernstigen degelijken stijl, waaruit zijn karakter sprak en eerst in de eetkamer bevond men zich, zooals graaf Herbert zich uitdrukte, op neutralen grond en bodem. Deze was niet zeer groot, berekend voor familiegebruik en vertrouwde vrienden en misschien zou deze kamer het minst de op merkzaamheid der tegenwoordige gasten hebben opgewekt, als niet het beeld van Ariadne van den tegenover de vensters gelegen muur op hen had neergezien. De opperjachtmeester had deze plaats voor zijn geschenk van voor twee jaren zelf uitgezocht en per brief den dank van zijn broeder ontvangen, die, zooals hij naderhand tot zijn smart hoorde, eenige dagen pp Kettenstein had doorgebracht om den bouw te bezichtigen, zonder den opperjachtmeester te begroeten. Sinds had niemand het beeld wedergezien en zooals het daar, in het gunstigste licht, aan den muur hing, scheen de schoone vrouw vleesch en bloed gekregen te hebben en de smeekend opgeheven armen schenen zich uit te strekken naar wien Herberts voet stond stil en een oogenblik ook zijn hart. Hij was het beeld vergeten, als het origineel en nu kwam het hem tegemoet als een profetie voor de toekomst, als een waarschuwing en als een aanklacht. Wilde hij haar dan verlaten was in zijn hart reeds een onreine gedachte opgekomen, welke deze vertwijfelende vrouw uitriep in de wereld Zijn schuwe blik zocht snel zijn oudersde gravin beschouwde het rijke oude tafelzilver op het buffet, maar de blikken van den opper jachtmeester hingen bewonderend aan de schilderij. „Heerlijk, heerlijk," zei hij verrukt, „zij was de schoonste vrouw, die op de aarde rond wandelt. Ik heb vaak geloofd, dat Magdalena's trekken niet geschikt waren voor deze hoogst tragische uitdrukking, maar de schilder heeft wellicht profetisch haar lot vooruitgezien en met kennersblik de gelijkenis geschilderd, die eenmaal komen zou. Wie weet of zij nu deze uitdrukking niet heeft, die, smartelijk als zij is, toch edel blijft en zijn schaduwen alleen op Theseus werpt." „Zoudt gij uw gedachten en opmerkingen over kunst en vrouwelijke schoonheid niet af breken of bewaren tot gelegener tijden vroeg de gravin haar gemaal in kwaden luim. „Ik zou gaarne de woonkamers der nieuw opge doken gravin zien, eer wij tot den handkus worden toegelaten." Zonder het te vermoeden, hielp de gravin met haar bittere opmerking haar zoon door een pijnlijk oogenblik heen. Niemand had de vluchtige kleurwisseling op zijn gelaat gezien en hij had zijn bedaardheid en zelfbeheersching reeds herkregen, toen de opperjachtmeester, bereidwillig als altijd, den wensch zijner gemalin gehoorzaamde en snel de deur opende, welke door het hooge voorportaal met de bruin ge worden portretten der voorvaderen uit ver vloden eeuwen, naar den,tegenovergestelden vleugel leidde. Hier was het vroolijke rijk eener vrouw eener jeugdige en gelukkige vrouw, dit zag men bij den eersten oogopslag en de gravin stiet een kreet van bewondering uit, die tege lijkertijd smartelijk klonk. De met schitterende zijden tapijten behangen muren waren versierd met vroolijke landschapschilderijen kostbare vazen en beelden van Florentijnsch marmer, die graaf Wolf zich gedurende zijn menigvul dige verblijven in Italië had aangeschaft, ver sierden de hoeken en tafels en tafeltjes waren ingelegd met mozaïek, dat het kabinet van iedere vorstin getooid zou hebben. Zwijgend en beschouwend doorschreed de gravin de ontbijt- en kleedkamer, zoo rijk en toch zoo sierlijk, als zij het nauwelijks had kunnen droomen en wierp vervolgens nog een blik in het jonkvrouwelijk slaapvertrek; een beeld der Moeder Gods met het kind Jezus blikte in zachte schoonheid op het leger neder en een fraai besneden bedlessenaar met een wijwater bakje er boven, stond daar binnen. De teedere liefde van den vader had aan alles gedacht. Theresa's godsdienstige be hoeften, het jeugdig verlangen naar vroolijke schoonheid, die duizend bevallige beuzelingen waaraan een meisjeshart, in dit geval kan men zeggen een kinderhart, hangt, hadden een plaats gevonden in zijn zorgvuldige beschik kingen. Van deze kamer uit was het gezicht onvergelijkelijk schoon, als een juweelenkistje lag het dal daar beneden, zijn lachende schoon heid was wel in staat het heimwee weg te tooveren, dat wellicht Theresa's hart kon ge voelen. Als dit alles den nijd opwekte der gravin zoo gaf het haren gemaal stof tot nadenken het was nauwelijks aan te nemen, dat graaf Wolf dit kleine rijk vol schoonheid geschapen Provincie Zuid-Holland. Gekozen 2 Chr. Hist. Jhr. N. C. de Gijse- aer, A. v. d. Hoeven. 3. Anti-Rev. A. W. F. Idenburg, Prof. Mr. A. Anema, J. H. ae Waal Malefijt. 1 V. B.Mr. Rink. 8 S. D. A. P.H. H. van Kol, Ch. G. Kramer, A. B. de Zeeuw. 2 R. J. J. G. baron van Voorst tot Voorst, Mr. E. B. F. F. baron Wittert van Hoogland. 1. V. D.Mr. M. Slin- genberg. GroepGelderland, Overijsel, Gro ningen en Drenthe. Gekozen 3 S. D. A. P.Mr. H. Mendels, R. Stenhuis, E. Rugge. 2 A. R.Mr. P. A. Diepenhorst, Dr. H. Franssen. 2 Chr. Hist.Mr. W. L. baron de Vos van Steenwijk, Mr. O. J. E. baron van Wassenaer van Catwijck. 2 V. B.Mr. H. Smeenge, E. v. Kettwich Verschuur. 3 R. K.J. F. C, Arntz, P. T. H. Dob- belman, J. C. L. v. d, Lande. 1 V. D. J. B. Westerdyk. Groep Noord Holland en Friesland. Gekozen2 Chr. Hist.Mr. H. Ver kouteren, L. W. de Vries. 1 V. D Dr. D. van Embden. 2 A. R. J. J. Croles, W. de Vlugt. 3 R. K.Mr. J. N. J. E. Heerkens Thyssen, P. J. J. Haaze- voet, W. Fransen Jzn. I V. B.S. v. d. Bergh Jr. 3 S. D. A. P. H. Polak, Mevr. W. C. Pothvis —Smit, F. M. Wibaut. Totaal in alle groepen16 R. K., 8 A. R., 7 Chr. Hist., 11 S. D. A. P., 5 V. B., 3 V. D. 31 rechts, 19 links. De oude samenstelling der Eerste Kamer wasR. K. Staatspartij 21, A. R. Partij 14, Chr. Hist. Unie 7, V. D. Bond 4, S. D. A. P. 3, Vrijheidsbond 1. zou hebben voor een onbeschaafd gemoed of een zwak verstand, en als de jonge gravin haar naam waardig was, zoo zou haar hand van des te meer waarde zijn voor Herbert. De opperjachtmeester keerde in opgewekter stemming met de zijnen terug in de torenkamer, waarin men ver den rijweg kon overzien en eindelijk werd aan het koortsachtig wachten een einde gemaakt. Langzaam reed een open rijtuig den weg op, gevolgd door een tweede, met de bedienden en de bagage. Van den kerktoren in het dorp begon de klok te luiden en donderend weerklonk het eerste schot in het dal, waarop een tweede en een derde volgde. „Als de intocht eener vorstin," zei de gravin, terwijl zij het bleekgeworden gelaat van het venster afwendde, „en wij hare vazallen Een smeekende blik, een haastige handdruk van haren gemaal zochten haar op te beuren. „Wees verstandig, Adelheid," fluisterde hij, „en deze vorstin wordt uw gehoorzame dochter.' Hij verliet, door de zijnen gevolgd, de kamer en ging in het portaal staan. Beneden plaatsten zich de bedienden en het hoerageroep der dorps bewoners, die zich in den hof van het kasteel verzameld hadden, weerklonk honderdvoudig naar boven. Langzaam reed het rijtuig den hof opgraaf Wolf, die zijn verwanten herkend had, wenkte met de hand, het jonge meisje aan zijn zijde volgde zijn beweging na met een bevallige buiging van het hoofd en een seconde later lagen de broeders in elkanders armen, Haar, haar alleen golden de gespannen blikken, aller oogen waren op haar gericht, toen graaf Wolf, haar bij de hand nemend, met krachtige volle stem zei„Dit is mijn lieve, geliefde dochter," en zich half tot de bedienden wendend, „uw toekomstige vrouw." Een vernieuwd hoerageroep volgde als ant woord en toen graaf Wolf haar zeide, dat dit haar gold, dankte de jonge gravin met lieftal- ligen lach. (Wordt vervolgd). 59) -_owko_

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1923 | | pagina 1