,\o. 30
Ay
Dinsdag 2i Juli 1023
30® Jaaig.
ÜIJ is de Weak#
Nieuws-
en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
r
J. C. VINK - Axel.
Buitenland.
FEUILLETON.
T' jïB
Du blad verscnijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonaeriilke Nor. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Teief. - Poetgis-o G03®3.
tot 5 regels 60 Cent; voor
Groote letters worden naar
aDVERTENTIEN van 1
eiken regel meer 12 Cent.
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, ui ter Rik
Dinsdag- en Vr$j dasvoor middag ELF ure.
tot
Omtrent de uitzetting van 100 man
spoorwegpersoneel met huisgezinnen,
in totaal 400 personen, uit de gemeente
Zewen wordt gemeld, dat de Pranschen
tot dezen maatregel zijn overgegaan,
doordien Duitschers een Pranschen sol
daat een pak slaag hebben gegeven,
naar bet heet, omdat de soldaat een
rijwiel zou hebben gestolen. Daar de
dader niet kon worden gevonden, werd
het bevel tot uitzetting gegeven. De
burgemeester, die geen gevolg gaf aan
de opdracht, de meubels van de uit
gezetten op een bepaalde plaats te be
zorgen, is in hechtenis genomen.
Toen ook de overige bewoners der ge
meente weigerden, voor het transport
der meubels te zorgen, dreigde de
commandant alle inwoners uit te zetten.
Aangezien de helft der bevolkiug van
de gemeente Zewen reeds is uitgezet,
vreest men dat de bedreiging werkelijk
zal worden uitgevoerd.
De Pranschen hebben op verschillen
de plaatsen in het bezette gebied pro
clamaties aangeplakt waarin wordt
meegedeeld, dat ieder, die zonder verlof
de greus tusschen het bezette gebied
passeert, gevaar loopt te worden dood
gerchoten. Dat het hiermee ernst is,
kan hieruit blijken, dat by Brakel,
Velbert, en Vohwinkel reeds 3 burgers
zijn doodgeschoten, die naar beweerd
wordt trachtten over de grens te
komen.
De Rijnland-commissie heeft een
Dieuwe verordening afgekondigd, waarin
zij, die critiek oefenen op de verorde
ningen der commissie, met een hooge
geldboete en gevangenisstraf worden
bedreigd, eveazoo diegenen, die mee
werken aan het uitreiken van middelen
of grondstoffen, welke bestemd zijn om
den passieven tegenstand tegen de ver
ordeningen der commissie te handhaven.
Tegenover de tendentieuse berich
ten der Parijsche bladen, wordt in
uondensche politieke kringen verze
kerd, dat de Duitsche gezaut den Eti-
gelscheu min. van Buiten). Z iken geen
verzekering heeft gegeven, dat Duitsch-
laud het lijdelijk verzet zal staken in
dien Engeland dit zou eischen. De
van het Quai a'Orsay uitgaande be
wering, dat Duitschland de Engelsche
regeering zou hebben voorgesteld, dat,
mocht de bezetting na het staken
van het lijdelijk verzet „onzichtbaar"
worden, Duitscnland tot een soort ca
pitulatie zou overgaan, wordt uitdruk
kelijk tegengesproken. Het Dep. legt
er nadruk op, dat dergelijke onderhan
delingen nooit hebben plaats gevonden.
Te Breslau zijn levensmiddelenrel
letjes voorgekomen. Behalve 15 levens
gevaarlijke gewonden, zgn er nog on
geveer 100 min of meer ernstig ge
kwetsten. Vrijdagochtend heerschte er
rust in de stad. Patrouilles der scaupo,
gewapend met karabijnen en haudgra
naten, trokken door de straten en ver
hinderen alle nieuwe samenscholingen.
Bijna alle winkels zijn gesloten. De
algemeene Duitsche bond van vakver
eenigingen heeft zich ter beschikking
van de overheid gesteld om behulp
zaam te zijn bij 'het handhaven van
de orde. De overheid heeft dit aan
vaard.
Bovendien heeft de politie aanzien
lijKe versterkingen uit Midden-Silezië
ontvangen.
Over de opstootjes worden nog bij
zonderheden gemeld, die voor een
deel slechts van bij zoodanige opstoot
jes gebruikelijke tooneelen melding
maken, maar voor een ander deel doen
zien, dat het de politie onmogelijk
was het oproer met den gewenschten
spoed te onderdrukken, omdat het op
allerlei verschillende punten der stad
gelijktijdig losbrak.
De dooden zijn gevallen bij de ver
dediging van een confectiemagazijn
door de politie. Een betrekkelijk
kleine troep had reeds verschillende
confectiemagazijnen uitgeroofd en zich
voorzien van een aantal pakken, dat
het aantal plunderaars verrö overtof.
Toen de politie de plundering van een
volgend confectiemagazijn trachte te
verhinderen, werd zij zoodanig in het
nauw gedreven, dat zij van haar
schietwapenen gebruik moest maken.
De plunderaars beschikten over
fietspatrouilles, die bij het naderen der
politie waarschuwden. De bevolking
trachtte telkens de arrestanten te be
vrijden.
Volgens de laatste berichten zouden
tot op heden 1200 arrestaties wegens
plundering en ordeverstoring plaats
gehad gebbeu. Het aantal dooden moet
6 bedrageD. Een aantal gearresteerden
is weer vrijgelaten.
De bootwerstaking in Engeland
schijnt nu toch op haar eind te loopen.
Te Manchester en Birkenhead is het
werk hervat, terwiji ook de vleesch-
dragers te Smithfieldec de groentelos-
sers vau Govent Garden, die een sym
pathie staking begonnen waren met de
Londensche bootwerkers, weer aan den
slag zijn gegaan. De Londensche boot
werkers hebben echter op enkele uit
zonderingen na de staking nog voort
gezet, doch men verwacht, dat ook
deze mannen wel spoedig weer het
werk op zullen vatten. Te Huil, waar
de staking ook nog voortduurt, heeft
het stakiugscomité zich bereid ver
klaard bemiddelingsvoorstellen in over
weging te nemen.
Te Sofia is begonnen het proces tegen
de leden van het Kabinet Stambuliiski.
Ongeveer 600 personen zyn in staat
van beschuldiging gesteld, terwijl tot
dusver in het geheel ruim 10 000 per
sonen zijn gearresteerd en ingesloten.
De correspondent van de Daily
Telegraph te New-York meent, dat de
lage prijs van de tarwe, die lager is
dau de kosten van voortbrenging een
belangrijke factor is om de Vereenigde
Staten ervan te overtuigen dat het her
stel van het evenwicht in Europa en
den wereldvrede een even groote levens
kwestie voor Amerika is als voor Europa.
Volgens te Lemberg ontvangen be
richten, is in verschillende plaatsen
van de Oekraïne cholera vastgesteld.
R
(Vrij uit het Duitsch.)
Hij ging naar zijn schrijftafel, trok met ze-
nuwachtigen haast de middelste lade open en
wierp een pak papieren op het prachtig inge
legde blad.
„Dat zijn de hypotheken op mijn huis, het
is belast tot het dak toe hier is een schuld
bekentenis van 10.000 thaler aan Veitel, daar
een van 8.000 aan Myring. Hier is de verpanding
van Tannensee, die op den sterfdag van mijn
broeder in werking treedt, 25 percent onder
de taxatie! Ik heb voor dit document indertijd
25.000 thaler gekregen en mijn ganschen
inventaris daarvoor verpand. Deze paketten
bevatten rekeningen van datgene, wat er in
de laatste twee jaar gebouwd is en aangeschaft.
De loopende schulden vertegenwoordigen een
bedrag van minstens 12.000 thaler. Ziedaar
de schuld. Vraagt gij waar de contanten
zijn Naar de maan r
Graaf Herbert was toch van kleur veranderd,
toen het schielijk opgelicht gordijn hem opeens
een zoo dreigend beeld liet zien, zwijgend viel
hij in een leunstoel neder en droogde met
zijn zakdoek zijn vochtig geworden voorhoofd af,
„Het is verschrikkelijk," zei hij, „ik moet u
zeggen, dat ik de zaak zoo erg niet heb in
gezien."
„Evenals alles, wat u niet bevalt," hernam
de oppeijachtmeester somber. „Gij zult nu
echter ten minste overtuigd zijn, dat ik niet
om mijzelfs wille, maar wei ter wille van u,
u hierheen heb doen komen. Wat gij vóór
twee jaar verzuimd hebt bij Melanie Voltz,
kunt gij Goddank nu bij uw nicht goedmaken
vat het niet licht op en laat geen minuut on
gestoord voorbijgaan." Hij vermoedde het niet,
hoe zwaar zijn woorden vielen op het gemoed
van zijn zoon, de tijd was voorbij, zoolang
reeds en voor immer.
„Als ik deze zaak zoo snel wilde ten uitvoer
brengen, als uw onrust dit wenscht, dan ware
zij verloren. Ik ken oom Wolf bijna alleen
uit datgene, wat gij van hem gezegd hebt,
maar als ik hierop afga, dan moet zijn mis
trouwen bij een onverijld aanzoek zeker worden
opgewekt. Is Theresa werkelijk de idiote of
het kind uit het volk, waarvoor men haar
uitgeeft, dan zal en moet oom Wolf zelf met
het plan tot een huwelijk voor den dag komen
en mij daarbij natuurlijk groote voordeelen
aanbieden. Is zij lieftalliger en beschaafder
dan ik mij voorstel, dan is er een bepaalden
tijd toe noodig, om hein te doen gelooven. dat
nog andere aantrekkelijkheden dan de rijkdom,
mijn hart tot zijn dochter neigen. Zooveel
ijdelheid heeft iedere vader en oom Wolf is
daarbij nog een gemoedsmensch, zooals de
geschiedenis zijner jeugd aantoont."
„Gemoed zei de opperjachtmeester spottend
lachend, „daarvan heb ik nooit iets gemerkt
Om een meisje te verleiden, of zelfs het tegen
alle regelen des verstands en des rechts te
huwen, daartoe heeft men geen gemoed noodig,
de grootste schurk is daartoe instaat. Om het
nagelaten kind te gedenken, daartoe heeft men
alleen noodig oververzadiging, verveling of
de gebreken des ouderdomsal deze dingen
zullen zich bij Wolf hebben doen gelden."
„Nu goed, laat ons dan alleen rekening
houden rnet zijn vaderlijke ijdelheid," hernam
Hei bert, „overzetten mag men de zaak niet,
nog minder het hoofd er bij verliezen. Er
valt geen plan te maken, eer een ontmoeting
heeft plaats gehad en als uwe verwachtingen
door de een of andere omstandigheid niet
verwezenlijkt worden, dan moet gij u gerust
stellen met de gedachte, dat Theresa niet het
eenige meisje is, dat mij kan redden."
„U, ja u," riep de opperjachtmeester ver
stoord uit, „het ligt in uw aard, alleen aan
uzelven te denkenHet spreekt van zelf, dat
een verbintenis in de familie ook mij de so
liditeit zal wedergeven, welke ik grootendeels
om u verloren heb."
De jonge graaf stond op. „Laten wij el
kander niets verwijten, vader, laten wij het el
kander niet zeggen, waarin wij faalden. Laat
ons dien sluier niet oplichten, want in ieder
geval zou ik voor hebben boven u. Ik heb
nog een lange reeks van jaren voor mij, eer
ik zal zijn, waar gij nu zijt ea zou u kunnen
toevoegen, dat ik ze anders zou besteden. Gij
klaag', dat gij mij uw hulp onttrekken moet
ik heb die niet meer noodigwenscht gij
echter mijn bijstand voor u dan is het iets
anders en dan komt het vóór alles daar op
aan, dat wij bedaard met elkander spreken."
De opperjichtmeester onderdrukte een heftig
antwo >rd, want hij kende zijn zoon, hij maakte
een teeken van overeenstemming en de zoon
ging voort:
„Het komt er voor alles op aan, den lieden
zand in de oogen te strooienHet plan, dat
u zoo na aan 't harte ligt, zal ook der wereld
de mogelijke ontknooping toeschijnen en de
vermoedelijke schoonzoon zal nog voorzichtiger
behandeld worden dan de neef. ik sla u
daarom voor, alle bittere gewaarwordingen te
onderdrukken en ons, mama er bij begrepen,
naar Kettenstein te begeven, om hen te ont
vangen. Dit mag oom Wolf moeielijk vallen,
wellicht even moeielijk als ons. maar toonen
kan hij dit niet en vreemde oogen zullen daarin
reeds een zekere verstandhouding zien. Ik
stel mij niet veel voor van het jonge meisje,
zeldzaamheden, ten minste kostbare, verbergt
men niet zoolang. Maar zij moge zijn hoe zij
wil, huwbaar of niet, toch blijft een vriend
schappelijke verstandhouding met uwen broeder
voor u van waarde."
„Mama zal niet willen," hernam de opper
jachtmeester, „ik ken haar hieromtrent."
„Mama moet willen, reeds mijnentwege,"
hernam de zoon, „kent gij haar goed ik
ken haar beter."
Hiermede was het onderhoud afgeloopen en
Herbert ging naar buiten in den tuin, om fris-
sche lucht te scheppen en over zijn eigen plannen
na te denken. Hij was niet meer inTannensee
geweest, sedert hij twee jaar geleden naar
Engeland ging. Hij bevond zich nu in d<e
liefelijke omgeving met de gewaarwording,
waarmede men op bekende plaatsen naar iets
zoekt, dat aan het beeld, hetwelk in onze her
innering leefde, in werkelijkheid ontbreekt. De
schoone tuin lag daar met zijn boomgroepen
en grasperken, waarin de bloembedden als
bonte edelgesteenten schitterden, siil en vreed
zaam als voorheende kleine fontein klaterde
met haastige snelheid en evenals vroeger vlogen
de roodborstjes om het bekken om de muggen
te vangen, die daar dansten in den zonneschijn.
Zijn blikken dwaalden naar de vensterrijen van
het kasteel en dan opwaarts naar de dakvensters
die gesloten waren. Ja, dat was het, daar had
z(j gestaan en vandaar had zij naar beneden
gekeken en alles, wat daar bloeide en geurde
in het goud der zon, dat alles was slechts de
omlijsting geweest harer schoonheid. Meteen
toornig gevoel werd hij plotseling zich hiervan
bewust. De gang naar het meer, dien hij had
willen doen, vond geen plaats, als zou dat
beeld vol verleidelijke bekoorlijkneid, waarvan
hij zich nu zoo misnoegd afwendde, hem daar
verschijnen.
Hij dacht en zon, zijn toestand kwam hem
vertwijfeld voor en hij was het destemeer,
daar hij hem zoo zorgvuldig moest verbergen.
Een enkel oogenblik dacht hij daaraan, alles
aan zijn oom te zeggenhij hoopte, dat de
gelijkenis van de geschiedenis hunner jeugd,
hem gunstiger zou stemmen. Maar weldra
verwierp hij dit plan met het koeie overleg
van zijn karakter, dat ééns slechts hem inden
steek gelaten had, ééns, toen de gloeiende
begeerte om Maguaiena te bezitten, hem ver
vulde en toen zijn natuurlijk gevoel geen stand
gehouden had voor de koele berekening.
(Wordt vervolgd).