No. 79. Vrijdag 5 Januari 1923. 38e Jaarg. ij is ER1ESCHE BAAI Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. J. GRUNO'S J. C. VINK - Axel. De Zaaigraanhandel. FEUILLETON. Winschoterkade 13 - GRONINGEN. Ou blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS:- Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Portgiro 60363. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 60 Cent; voor eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiön worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en VriJdagvoormiddag ELF ure. Bi] dit blad behoort een bijvoegsel. In de laatste 25 jaar zijn vele oudere graansoorten vervangen door nieuwe en betere, voortgebracht door bekwame kweekers. Aan alle eenigszins inge wijden is het bekend, dat alle betere soorten in verreweg de meeste gevallen slechts na langdurig vorschen en zoeken worden verkregen. Aanvankelijk werd het kweekersbedrijf hoofdzakelijk ter band genomen door mannen, die zich bij dien arbeid voornamelijk lieten leiden door eigen groote liefhebberij en vooral ook door hun zeer specialen en bijzonderen aanleg, zonder welke uitblinkende eigenschappen byua nim mer iets in die richting zou kunnen worden bereikt. Naast dien byzonderen aanleg voor voortbrenging van betere cultuurgewas- sen is natuurlijk vooral van groote be- teekenis, dat de kweeker zich geheel laat leiden door altruïstische gedachten, namelijk in dezen zin, dat hij door zyn arbeid het algemeen belang dieDt. Slechts steunend op eigen bekwaam heid en op initiatief zouden de voort brengers onzer nieuwere graansoorten hun arbeid steeds met enthousiasme voortzetten, iDdien deze arbeid niet eene voortdurende aaneenschakeling van teleurstellende resultaten was. In verhouding tot de groote noeite, die elke kweeker zich voortdurend moet getroosten, verkrygt hij slechts (Vrij uit het Duitsch.) Zij lieten een huis in de stad bouwen en deden Tannensee verfraaien op een wijze, die meer overeenkwam met de gewoonten van het echtpaar, dan met de voornemens van den eigenlijken bezitter. Daarbij verslonden reizen en onbekrompen gastvrijheid beduidende som men en de eenige zoon wist weinig af van bezuiniging. Een reeks van jaren bleef de jonge graaf Herbert ook eenig kind en de ouders, om hem niet eenzaam te laten opgroeien, gaven hem een speel- en Ieermakker in den zoon van een welgestelden opperhoutvester, die het zich tot een hooge eer toerekende, door zijn chef op zulk een wijze uitgekozen te worden. Eerst na langen tijd, toen Herbert reeds zestien jaar oud was, werd den opperjachtmeester nog een dochter geboren en ter wille van dit kind, dat nu tien jaar was en een gouvernante moest krijgen was Magdalena naarTannenseeontboden. Het was een schoone zomerdag, vol bloe mengeur en vogelenzang, waarop het jonge meisje haren intocht houden moest en het landschap, in den purpergloed der avondzon zich badend, lag daar even schitterend en vreedzaam, als de beelden der toekomst, die Magdalena's ziel vervulden. De laatste zonnestralen fonkelden in de spie gelruiten van het huis en deden die schitteren als ijdel goud, een -verblindende en ondoor dringbare hinderpaal voor den onderzoekenden blik. Maar naar de zijde van den tuin, aan den achterkant van het huis, waren de vensters en glazen deuren, die leidden naar een met steen bepleisterd en met standbeelden versierd terras, wijdgeopend en gaven de zoele lucht van den zelden voor de praktijk waardevolle successen. Indien een kweeker van aanleg en met veel ambitie bovendien is toegerust met byna onuitputtelijke geldmiddelen, dan is bet denkbaar, dat hy louter uit altruïsme zich ten volle geeft aan zijn veelomvattende taak, maar dergelijke voorbeelden zullen natuurlijk slechts uiterst sporadisch voorkomen. Indien 't kweekersbedrijf dus tot de grootst mogelijke hoogte cal worden opgevoerd tengevolge van het kweekersbedrijf zeer veel hooger kan worden opgevoerd, zou men meenen, dat de overheid met voortvarendheid de gelegenheid zou aangrijpen, om dit bedrijf door in stelling van een officieel handelsprivi legie voor de kweekers zoo krachtig mogelijk te steunen. En toch was zulks tot nu toe geenszins het geval 1 Werd in dat opzicht bier en daar in het buitenland een goed voorbeeld ge geven, dit vond nog lang niet overal Letter A Letter B Letter C Letter D per ons 40 cent 36 30 36 in dien zin, dat iedereen, die daarvoor Bpecialen aanleg bezit, er zich geheel aan kan geven, zonder dat de finan- cieele factor als een overwegend be zwaar behoeft te gelden, dan zou in de eerste plaats de overheid moeten ingrijpen, om door het scheppen van een bepaald handelsprivilegie zulks mogelijk te maken. Mede omdat in den loop der jareD is gebleken, dat de bodemproductie juist laten namiddag ongehinderd toegang. Een reeks min of meer kostbaar ingerichte vertrekken bevonden zich hier, alle uiterst smaakvol en elegant ingericht. Hier schenen zich de woonkamers en kleine ontvangkamers der familie te bevinden de wijdgeopende tuin- salon met de prachtige wandversieringen, de schoone kleine marmeren standbeelden, die aan de purperzijden gordijnen een warmen levens adem ontleenden, diende zeker tot algemeen familiegebruik en als de inrichting eener kamer tuigt van het karakter der bewoners, dan kon dit vertrek gevoegelijk spreken van den smaak en van de gewoonten der familie. Op een met mozaïek ingelegde tafel lag een nieuwe Fransche roman opengeslagen en op den geopenden concertvleugel lag een salon stuk zonder bijzondere waarde. Men zag hier een mengsel van schitterende oppervlakkigheid en werkelijke kunst, want het heerlijke portret, dat in het midden van den salon hing, moest een ieder bekoren. Als een echt kunststuk sprak het onmiddellijk tot het hart en verrukte ook het oog van een leek door kleur en tee- kening. Het stelde een Ariadne voor, die met een uitdrukking van stomme vertwijfeling in de wonderschoone trekken het schip nablikte, welks zeilen aan den verren horizont nog zicht baar waren. Op dit oogenblik rustte geen bewonderende blik erop, de kamer was stil en verlaten en wachtte op de aankomst der jonge gouvernante, die hierheen gebracht zou worden, als zij zou aankomen vóór het grafelijk paar van zijn wandeling terug zou zijn. Zij waren ver weg gegaan, langs het meer, welks kleine gekrulde gtlven als zilver glansden, tot aan den donkeren zoom van het woud, dat zijn toppen en zijn rijkdommen telkens opnieuw aan de smachtend verlangende blikken van den opperjachtmeester toonde, als een verbodene vrucht. De koele schaduwen der boomen lokten er toe uit om de wandeling te verlengen en met een lichten zucht dwaalden de blikken van den graaf naar de prachtige stammen, die voor hem een zoo navolging. Ook in Nederlaud worden de kweekersbelangen voortdurend zon der officiöele bescherming gelaten. Elke poging in die richting scheen steeds op onoverkomelijke bezwaren te stuiten; althans de lang verbeide're geling liet steeds op zich wachten. Gelukkig heeft de zaaigraan handel zelve, voor zooverre dit zonder wette lijke bescherming mogelijk was, den kweekers het noodige privilegie be- veilige brug zouden zijn, om heen te komen over zijn voortdurend geldgebrek. Juist wilden zij wederkeeren, toen het rollen van een rijtuig den opperjachtmeester stil deed staan. Onmiddellijk daarop werd een licht voertuig zichtbaar, waarin naast de groene uniform van den houtvester, die zelf de teugels in handen had, een ouder heer gezeten was. Beiden groeten eerbiedig,deopperjachtmeester lichtte even den grauwen vilten hoed en bleef staan. „Ziedaar, heer Ruben, zijt gij hier om alles op te nemen," vroeg hij vriendelijk. „Zijt gij tevreden over den Heer die de boomen zoo prachtig doet groeien en over den houtvester die ze omhakt?" De heer had bij deze toespraak nogmaals hoffelijk den hoed afgenomen en een oogenblik zag men onbeschaduwd het flinke gelaat met de levendige onmiskenbaar Joodsche trekken. Zijn haar begon reeds grijs te worden, maar de zware wenkbrouwen boven de donkere schitterende oogen waren nog zwart en toen hij lachte om de woorden van den opperjacht meester, toonde hij twee rijen onberispelijke tanden. „Wie zou dit niet zijn, excellentie, de ééne is een goed Heer, de andere een trouwe knecht, wat kan men meer wenschen." „Het woud van Tannensee is een ware parel, dat heb ik mijn vader vaak hooren zeggen," zei de opperjachtmeester. „Jammer, dat mijn broeder er zoo weinig plezier van heeft en het nooit ziet." „Nu, wat niet is, kan worden, excellentie. Mijnheer de graaf zal toch mettertijd het zwer ven wel eens moede worden en als hij komt, zal hij zich niet alleen verheugen over datgene, wat de natuur in het woud, maar ook over datgene, wat gij in Tannensee hebt gedaan. In het voorbijrijden leek het mij een klein paradijs geworden te zijn, Kattenstein moet zich schamen, zoover als het in schoonheid bij Tannensee ten achter staat." De opperjachtmeester verbeet meesterlijk zorgd, door hen bij usantie het recht toe te kennen, dat slechts hij zyn'voor- raden der door hem voortgebrachte soorten als origineele waar mag pre senteeren, en zoo vervolgens zijn directe afnemers het daarop volgend jaar hunne oogsten als eersten nabouw. By het groote gemis aan overheids bescherming is dit on-officiëele privile gie door den kweeker nu reeds sedert jaren als een onmisbaar recht gewaar deerd, maar daartegenover spreekt het vanzelf, dat zoodanig privilegie in de groote praktijk een uiterst zwak en derhalve allesbehalve afdoend middel was, en was de zaaigraanhandel in dit opzicht nog verre van ideaal. Juist de kweekers en hun directe afnemers werden hierdoor immer het meest ge dupeerd. Gelukkig schijnt die verwar rende en onregelmatige toestand nu spoedig zyn einde te naderen. Door het Proefstation voor Zaadcon- tróle te Wageningen is n.l. bepaald, dat alle zaaigaanverkoopers, die hun goedgekeurde veredelde voorraden on der A.H.V.Z. aanbieden, voortaan ver plicht zyn den duur van den nabouw hunner partyen volledig mede te deelen. Door deze bepaling zien de kweekers het sinds lang nagestreefde ideaal ein delijk verwezenlijkt. De zaaigraan- handel zal daardoor in zuiverder en reëeler banen worden geleid, en dus eindelyk ontdaan worden van vele tot nu toe bestaande groote misstanden. Mogen nu alle direct en indirect belanghebbenden er krachtig toe mede werken, dat bedoelde oificiëele handels bepalingen spoedig en algemeen ingang vinden een geheim verdriet over deze opmerking en antwoordde bedaard„Dat zijn meer verblin dende en in het oog vallende, dan wel kost bare verfraaiingen, die met geringe opoffering van moeite en geld ook in Kattenstein aan te brengen zouden zijn. Het effect ligt alleen in een gelukkige en smaakvolle schikking. Ove rigens ben ik zeer tevreden met het talent, om met weinig veel te doen, want, wie als ik een volwassen zoon heeft, die reeds een zelfstan dige betrekking bekleedt, attaché is bij een gezantschap en verplicht menige uitgave te doen ter wille zijner carrière, zoo iemand mag zich geen buitengewone uitgaven veroorloven." Een vluchtige spotlach vertoonde zich een oogenblik op het gelaat van den zaakwaar nemer. „Het lot ruimt alle zwarigheden uit den weg, excellentie; den een geeft het rijkdom, den ander talent om zich het leven te veraange namen den een geeft het vreugd door het bezit van kinderen, den ander bespaart het zorg door hun gemis." De opperjachtmeester gevoelde aan een lichten druk op zijn arm, dat zijn gemalin het gesprek wenschte geëindigd te zien, ofschoon zij geen enkel woord daartusschen gesproken had, maar even onverschillig in de verte blikte, als sprak de graaf met zijn jachthonden. Maar deze scheen niet willig het onderhoud af te breken, alleen veranderde hij van onder werp. „Niets nieuws van mijn broeder," vroeg hij en deed zijn best om zijn toon zoo zorgeloos mogelijk te maken. „Niets, excellentie, of ge moest het als iets persoonlijks beschouwen, dat men bezig is Kattenstein niet te verfraaien in bouw.en aanleg maar van binnen te vernieuwen en in orde te brengen," (Wordt vervolgd). AXELSCHG COl 99 99 99

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1923 | | pagina 1