to
li
1'
1
Vrijt
Binnenland.
D»
Stati
van
31 I
volk
waa
mee
bew
D
vro«
gem
een
Hng
peli
wer
De
n.l.
de
woc
ont
Dir
die
ove
gre
vas
ziji
die
gel
lijk
die
rat
n
ie
U
ste
be
ne-
zot
op
vo
3a
Hi
lie
nc
ie
te
Pl
te
ee
a:
t>
t!
Ifj
Naar aanleiding hiervan stellen B.
en W. voor om de open ruimte ter
zijde van de school, hiervoor te benut
ten. Deze ruimte zou aan overkapt
worden, waarvan de kosten worden
geraamd op 1500. De Voorz. zegt
dat hieraan vooral voor de buitenkin-
ders beboette bestaat.
Dhr. DielemanHebben B. en W.
ook overwogen, dat ook andere scholen
met zoo'n verzoek kunnen komen Er
zouden dan wel 4 verzoeken inkomen.
De Voorz: Zeker, de wet scnrytt
voor, dat er bij een school een be
hoorlijke speelplaats moet zijn en bet
verwondert my, dat de inspectie van
onderwijs er bier nog niet op gewezen
heelt. Het is een tegemoetkoming aan
een bestaande beboette.
Dhr. Kruysse is ook overtuigd, dat
het noodig is. Als het regent kruipen
de kinderen in alle portalen en boekjes
om droog te blijven.
Dhr. Weijns zou liever de school
straat atbakenen voor voertuigen, dan
hadden de kinderen een ruime speel
plaats en bij regen kon de gang der
school openblijven.
Dhr. Kruysse weet niet oi dhr.
Weijns wel eens in een school was
geweest, als de lessen pas klaar waren,
maar dan zou hij weten, dat de school
wel vrij mocht blijven voor het ver-
verschen der lucht.
Dhr. Weijns De kinderen spelen
toch liever op straat en die straat kan
voor het vervoer gemist worden.
De VoorzJa, maar de hootdzaak
is, dat de speelplaats overdekt is en
dat kan met de straat niet.
Dhr. Dieleman vindt het toch erg,
dat met slecht weer de schooldeuren
niet open kunnen staanhet was
toch een kleinigheid voor de onder
wijzers om in zoo n geval eens beur
telings toezicht te houden
Dhr. Oggel vindt het beter, dat de
kinderen na schooltijd die bedompte
atmosfeer kunnen verlaten.
De Voorz. zegt, dat de school er
keurig uitziet en er alleen nog maar
een speelplaats aan ontbreekt. Daar
niemand verder het woord of hoofd,
stemming verlangt, wordt net voorstel
als aangenomen beschouwd.
15. Wflziging begrooting 1932.
Deze wijziging wordt noodig geacht
o a. voor aankoop van de woning van
den Rijksveldwachter te Kijkuit; de
uitbetaling van lOüOO als Rijks bij
drage voor de bouwvereenigiug en een
aandeel van 309.13 in demobilisatie
voorschotten.
Op een vraag van dhr. De Feijter
of er ook de verleende subsidie aan
de Chr. landbouwschool niet bij kan
gevoegd worden, antwoordt de Voorz
gunstig, zoodat deze voor dit jatsr reeds
116,66 ontvangt.
De af- en o-erschrijving bedraagt
alzoo totaal 19878,12.
Omvraag.
Dhr. Van Dixhoorn zegt, dat er ver
loopen Zondag een paard was gestorven,
dat niet vervoerd mocht worden en
door goedheid van den eigenaar
van het terreiD, waarop het paard
lag, daar mocht worden begraven. Hij
vraagt of voor zoo'n geval niet een
algemeene plaats kan worden bepaald
zooals men vroeger het paardenkerk-
hof had.
De Voorz. zegt, dat daarvoor het
Nieuwediep kan worden aangewezen.
Dan wijst dhr. Van Dixboorn nog
op het werpen van vuil op het terrein
van dhr. De Kraker aan de Zeestraat,
waarover de Duren klagen, dat het
zoo'n onaangename lucht verspreidt.
De Voorz. zegt, dat het zooyeel mo
gelijk wordt afgedext.
Ten derde zegt dhr. Van Dixhoorn
tot zijne verbazing een schrijven te
hebben ontvangen van B. en W. over
de grensscheiding tusschen zijn terrein
en dat van de gemeente en waarin
staat, dat hij meer grond zou hebben
genomen dan hem toekomt. Op zijn
Holl. gezegd breekt mij hier de klomp,
alzoo vervolgt dbr. Van Dixhoorn. Ik
heb mij van begin af geplaatst op het
standpunt liever roeden te geven, dan
centimeters grond te nemen, als het
maar opknapte en nu het klaar en
zoo goed als voltooid is, komt men
met zoo'n schrijven. Ik begrijp niet
hoe 't mogelijk is en ik kan geen woor
den genoeg viudea om daartegen te
protesteeren. Er is in tegenwoordig
heid van B. en W., den secretaris en
den gem. opzichter een draad gespan
nen om aan te toonen hoe de schei
ding zou loopen, en nu komt men
zeggen, dat ik te véél heb genomen.
Spr. voelt zich er zeer door beleedigd.
De Voorz. zegt, dat die zaak reeds
aanhangig was, vóór hij te Axel
was. Later is hem op dat feit gewezen
en gezegd, dat er meer grond was ge
nomen dan was overeengekomen. Men
deelde ook in het college dat gevoelen,
zoodat ik gezegd heb, dan moet er
over geschreven worden.
Dhr. Oggel zegt, dat de gem. opzich
ter zulks had geadviseerd en de Voorz.
heeft toen toch ook de teekening ge
zien en zich ervan overtuigd, zoodat
deze er dus niet heelemaal buiten
staat.
De Voorz.Dat is juist. De teeke
ning heb ik laten komen en toen gezegd,
als het zoo is, dan moet daarover ge
schreven worden. Het is veel beter
daarin klaarheid te brengen.
Dhr. Van Dixhoorn Ik heb absoluut
geen wenk noodig van B. en W., dat
ik niet meer mag nemen, dan mij
toekomt. Dat hebben mijn ouders mij
al geleerd en als het gebeurd was, dan
nog zou het een bespotting zijn er zoo
over te schrijven. Bovendien heb ik
op voorstel van mijnheer Van de Bilt
nog eens 75 extra kunnen geven om
de zaak daar op te knappen en behoorlijk
te verbeteren. Iedereen zal zeggen, dat er
een ideëele toestand geschapen is en
moest dankbaar zijn, dat er nog men
schen zijn, die onze gemeente op der
gelijke manier een oogelijk aanzien geven
De Voorz. herhaalt, dat B. en W. van
oordeel waren, dat er meer grond
genomen was dan er is overeengekomen,
dat is nog iets anders dan dat het zoo is
Dhr. Van Dixhoorn Dat zegt toch
het schrijven en hij vraagt nog eens
hoe durven zy dat zeggen Dan
moeten ze dat bewijzen en hadden ze
het moeten zeggen toen de draad daar
gespannen was.
Dhr. OggelWe zouden den gem
opzichter een teekening kunnen laten
maken overeenkomstig de genomen
besluiten.
Dhr. Van Dixhoorn noemt het een
schandaal om zoo op te treden, het is
kwajongenswerk en hij kan er geen
andere termen voor vinden om het uit
te drukken.
De Voorz.U moet niet boos worden,
de zaak zal
Dhr. Van DixhoornJa, daar ben ik
zeker boos om, dat is iemand
De Voorz.Als voorzitter kan ik niet
alle door u gebruikte uitlatingen toe
laten en ik stel voor dat in de eerst
volgende vergadering die zaak uitge
maakt zal worden. Als het blijkt, dat
U niet meer grond heeft genomen dan
is overeengekomen, dan is vanzelf de
zaak uit de wereld.
Dhr. Van de Bilt: Maar het gaat niet
voer nemen van grond.
Dhr. Van Dixhoorn Daar gaat het
wel over, het staat er zwart op wit, dat
ik meer genomen zou hebben.
Dhr. Kruysse Laten we nu wachten
tot er bewijzen zijn, dan kunnen we
oordeelen. Wij als raadsleden staan
er buiten en weten er nu niets van.
Als er een teekening is kan het uitge
maakt worden.
Dhr. Van Dixhoorn: Die teekening
dateert al van vóór twee jaar, toen de
oerste ruiling gemaakt is, maar van de
tweede is nooit teeekening gemaakt.
Dhr. Oggel't Loopt ook over den
eersten ruil en toen heeft u persoonlijk
gezegd, dat er door die grensscheiding
een groote verbetering zou komen, maar
die grens is misschien te ver getrokken
Dhr. Van Dixhoorn Als u zich -zoo
had uitgedrukt, dan was het wat anders,
dan was er van nemen geen sprake.
Maar van den beginne af al heeft de
bouwmeester een fout gemaakt, die
nooit is erkend, maar toen heett hij al
zeven roeden grond van mij te veel
genomen, ofschoon ik het erbij liet. Ik
wil nog ééu ding vragen, mijnheer de
Voorzitter nl. of de raadsleden de
moeite eens willen nemen, om eens te
kijken aan de Zeestraat, ot daar een
misdaad is gepleegd en ik beklaag mij
erover, èn ais notabel burger van
Axel èn als raadslid, dat iemand, cie
den moed heeft om een dergelijk stuk
werk te leveren, zóó door het Dage-
lijksch Bestuur van Axel wordt be
handeld.
De Voorz. sluit de discussie over
dat punt.
Dhr. Weyns vestigt de aandacht op
het Spuipadje, dat hier en daar putten
vertoont, die nu nog met kleine kosten
zyn te verandoren.
De Voorz. zal er nota van nemen.
Dhr. De Kraker deelt naar aanlei
ding van het ophoogen aan de Zee
straat met vuil. meue, dat hij steeds
last geeft, om wanneer er vuil wordt
gestort, die dadelijk te bedekken met
poldergrond, waaraan streng de hand
wordt gehouden.
Dhr. Dieleman heeft vernomen, dat
op de gasfabriek de werkuren van het
personeel zóó geregeld zijü, dat het
personeel niet kan voldoen aau zyn
Godsdienstplichten.
De Voorz.Dat is mij niet bekend,
maar het zal dadelijk onderzocht worden
Dhr. DielemaD zou ook wenschen,
dat er voortaan voor verteer van keu
ringscommissiën bij veemarkten enz
een vast bedrag werd bepaald.
De Voorz.Dat is reeds in deze
vergadering besloten.
Dhr. Koster vraagt, hoe het staat met
de ziekenbarak, want als die nog eeni
gen tijd blijft staan, schiet er niets
meer van over.
De Voorz. zegt, dat dit in de volgende
vergadering zal besproken worden. Er
is ook aanbieding gedaan door de aan
nemers Van 't Hoff en Van Luijk voor
een andere barak doch daar is nog niet
op ingegaan.
De Voorz. sluit hierna de vergadering
met dankzegging.
Kon. bezoek aan de Provinciën.
Naar het Huisgezin verneemt moet
hei in het voornemen liggen van H. M.
de Koningin om het volgend jaar, na
de officieele viering van Haar zilveren
regeeriugsjubileum een officieel bezoek
te brengen aan alle hoofdsteden der
elf prov. van ons land.
De Koningin in Denemarken.
Dinsdagmiddag is de Koningin en
Prins Hendrik te Kopenhagen aange
komen. Onder het spelen van het
WilhelmuV' reed de Kon trein het
station binnen, waar koning Christiaan
met al de prinsen en prinsessen van
het Deensche hot ter begroeting aan
wezig waren.
Nadat koning ChristiaaD en Koningin
Wilhelmina de eerewacht hadden geïn
specteerd, begaf het gezelschap zich
naar het Raadhuis. De opperpresident
De Jonquières heette H. M. welkom,
waarna de Koningin daokte voor de
hartelijke ontvangst en gewaagde van
de hartelijke vriendschap, die de vor
stenhuizen en de volken van Denemar
ken en Nederland verbindt.
De bladen heetten Koningin Wilhel
mina welkom, sommige met in de Neder-
landsche taal geschreven artikelen.
Woensdag is te Kopenhagen een
vliegtuig uit Nederland aangekomen
met eeD zending bloemen voor de ont
vangst van de Koningin op da tentoon
stelling.
Burg.
Rrd.
Brd.
AJ&EL, 8 September 1922.
De uitslag der heden alhier gehouden
loting voor de Nat. militie is als volgt:
56 C. E. Aerens.
W. P. Antheunis.
B. C. Baert.
R. J. A. Boon.
F. J. de Boy.
B. P. v. d.
P. j. Casteels.
A. J. de Clercq.
J. van Damme.
Jan Dieleman.
Joh. Dieleman.
M. Dieleman.
S. J. Dieleman.
G. Dobbelaar.
A. van Driel.
M. Dijkwel.
P. Le Feber.
A. J. de Feijter.
P. de Feijter.
C. van Hoeve Sz.
P. van Hoeve Az.
F. Jansen van Rosendaal.
F. Koster.
Jac. Koster.
Jasp. Koster.
P. van Langevelde.-
A. J. Lensen.
D. J. Marijs.
A. M. Mattelé.
P. J. Olijslager.
B. van Oordt.
C. J. Overdulve.
H. Overdulve.
Jan Overdulve.
J. D. Porreij.
C. Rieinens.
L. Riemens.
C. Rhinn.
J. Ruben.
Ch. Scheele.
H. Schieman.
P. B. Segers.
S. C. Sol.
B. F. Steel.
Fr. J. v. Tatenhove.
J. v. d. Velde.
K. P. v. d. Velde.
A. Verhelst.
J. Verhelst.
J. Verstraten
A. J. Vettenburg
J. de Visser.
Jos. de Vos.
J Wieland.
L. J. Wiemes.
W. E. Wouters.
Het nummer voor de namen is het
lotingsnummer; brd. achter de namen
beteekent broederdienst, kw. kostwinner
Afgekeurd waren M. van Arenthals,
A. Bakker, J Bolleman, L. A. de Groote,
L. W. Haak, J. Hamelink, M. de Koeijer,
J. C. van Luijk, E. A. de Maat, P. F. J.
Naessens, C. J. Naeije, J. J. de Ruijter,
J. J. Verlinde en Q. Zegers.
Door ds. N. G. Kerssies, predikant
aan de Geref. kerk te Wezep (Geld.)
is bedankt voor het beroep naar die
kerk te Axel.
Onze vroegere stadgenoot, de heer
C. J. Bakker, thans hoofd der openbare
lagere school J te Middelburg, is bij
Kon. besluit benoemd tot onderwyzer
aan de Rijkskweekschool voor onder
wijzers aldaar.
12
44
32
48
1
42
36
45
3
55
6
34
23
11
31
46
37
33
50
54
25
19
26
7
41
27
40
52
18
15
29
4
49
47
51
10
8
21
2
14
35
39
9
43
53
28
24
20
22
13
38
30
5
16
17
Brd.
Brd.
Brd.
Brd.
Brd.
Brd.
Brd.
Brd.
Brd.
Kw.
Brd.
Brd.
Brd.
Kw.
Kw.
Brd.
Brd.
Brd.
Brd.
-
;ie
i
iii
Wl
0
SC
51
n
dat in belang der schoolgaande kinderen
niet overbodig wordt geacht, dat aan genoemde
school was verbonden een speel- en schuil
plaats
dat die in 'tbijzonder ten goede zou komen aan
de kinderen, die door den verren afstand, ge
legen tusschen school en hais, nu genoodzaakt
zijn tusschen de schooluren op striat te ver
blijven
dat de grond, gelegen achter de tchool, als
tuingrond toch niets oplevert
dat nu voor de kinderen bij he naderen
van tram, auto, enz. nergens voldoende uit
vlucht is.
Redenen, waarom de Oommissie zich beleefd
tot Uwen Raad wendt met beleefd verzoek,
het daarheen te willen leiden, dat aan ge
noemde tchool een speel- en schuilplaats
wordt verbonden.
Hetwelk doende, enz.