.\o. 19.
Vrijdag 2 1922
38® Jaarg
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
Chr. Boeren- en Tuindersbond.
Tejpttggekemtea.
JS
J. C. VINK - Axel.
FEUILLETON.
Aï
f
1)
fa
"f
Vil
e
I
AXELSCHEMCOIIRANT.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telefoon Nr. SB. - Postbox B.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 60 Cent; voor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Aövertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
DiftKdag- en Vrtjdagvoormiddag ELF ure.
i
BU dit blad behoort een bijvoegsel.
Wegens het Pinksterfeest
verschijnt a.s. Dinsdagavond
de AXELSCHE COURANT niet.
Dinsdag werd te Middelburg de jaar
vergadering geboudeD van bovenge-
Doemden Bond, geleid door den heer
K Timmers, bij afwezigheid door onge
steldheid van den voorzitter, prof. mr.
P. A. Diepenhorst.
Uit het jaarverslag bleek, dat ondanks
de moeilijke omstandigheden het leden
tal en ook bet aantal plaatselijke
atdeelingen iets steeg
Daarna sprak in plaats van prof.
Diepenhorst de heer Cbr. v. d Heuvel
over de vraag Is er voor de Christen
boeren en tuinders reden tot ontrouw
aan de recbtscbe regeering
In de middagvergadering heette de
voorzitter, de heer Van den Heuvel
welkom den Minister van Landbouw,
den heer Van IJsselstein, den Commis
saris der Koningin in Zeeland, jhr. mr.
J. W Quarles vaD Ufford, den directeur
generaal van den Landbouw, dr. H. J.
Lovink en even later ook den heer
A. W. P IdeDburg.
De Minister van Landbouw dankte
voor de ontvaDgst en sprak zijn leed
wezen uit over de ziekte van den beer
Diepenhorst. Spr. ziet terug op de
dagen van September 1918, toen het
ministerie optrad bij heeft toen direct
vertrouwen in de boeren gesteld bij
bet opheffen van het verbod om graan
voor eigen gebruik te behouden. Het
bleek juist gezien, er werd 20 pet. meer
graan ingeleverd. Ook ten opzichte
van de gevreesde afslachting van vee
stelde spr. vertrouwen in de boeren en
ook dit vertrouwen werd niet beschaamd.
Men wil vrij zijn, ook in de opvoeding
zijner kinderen en spr. is verheugd
mede te kunnen werken aan het Cür.
landbouwonderwijs, nu ook in Axel, in
dat deel van het land, waar men ook
de traditie gaarae boog houdt. Dit
wordt ook begrepen in het vorstelijk
gezin en Prinses Juliana liet zich foto
grafeeren in Axelsch costuum, uit de
streek waar men in 1918 en 1919 zoo
getoond heeft bij Nederland te bebooren.
De Commissaris der Koningin wees
er o.a op, dat het hem aangenaam is,
dat in den Bond Gods woord tot richt
snoer en leidiDg dient.
Vervolgens sprak dr. H. Lovink over
De Landbouw en de tegenwoordige
tijdsomstandigheden. Spr. herinnerde
eraan in 1915 te hebben betoogd, dat
de landbouw meer bedrijfsleiding noo-
dig had en de inmenging van de over
heid moest verdwyneu. Maar de cri
sis zelf verdween daardoor niet. Men
traebt nu van alle kanten bet zieke
Europa te herstellen, zocals te Genua
en spr. juicht het toe, dat al had Genua
weinig resultaat, iu Den Haag de po
gingen zullen worden voortgezet.
De pachten zijn te hoog, er is te
duur gekocht, de paebtprijzeu hebben
altijd verband gehouden met den toe
stand in den landbouw, als er depressie
is in dien toestand, dan is er ook daling
door Chaklotte.
Rollend en bruisend en sehuivend over
eD door elkander, als in dollen wedstrijd,
wie het eerst zich breken zal tegen de
kust en vliegen over het atrand, om in
vochtig zand te vervloeien, komen ze
nader en nader, de schuimende golveD
hun kruinen gepurperd door het, heel
in de verte, wegzinkende zonlicht.
Zacht eerst en klagend, dan luider en
voller, of krachtig en zwellend in mach
tiger accoordeD, blinkt hun aangrijpende
zang. Een lied van weemoed, soms een
gehuil, als van uitbrullende smarte, ot
dot brommend geruisch vaD ingehouden
toorn waartusschen weer klanken van
lach en van scherts, van gestoei en ge
tuimel in eeuwigen rondedans onder
elkander.
Luüa ziet het aaD, en ze trekt haar
sluier van doorschijnende wittige wolkjes
van het schalk lachend gezicht. De
-• sterren, ze komen ééoije voor ééntje te
voorschijn uit hun onzichtbaarheid, als
een schitterende bruidstoet voor haar, de
bleebe godin van den nacht.
De ronde, roode schijf aan den horizon
verdronk in het meer en de ramen der
huisjes in het duin cd het dorpke, ze
van de pachtprijzen. Er moet verla
ging komen en spr. juicht daarom de
Dachtcommissies toe zooals er ook in
Zeeland zyn. Wat betreft de sociale
maatregelen waarschuwt spr. er
voor deu landbouw nog zwaarder te
belasten.
Een der goede maatregelen is een
sociale voorlichtingsdienst voor den
landbouw. Ook voor den export, waar
Nederl. 't exportland bij uitnemendheid
ia, moet de voorlichting goed zijn.
De jachtwet staat eindelijk veranderd
te worden, waarbij rekening is gehouden
met de wenscbeu der landbouwers en
waarbij een einde wordt gemaakt aan
vele wantoestanden.
Een belangrijk werk is ook de ont
ginning der woeste gronden, daardoor
komt er meer grond voor nieuwe boer
derijen, waarvan reeds 160 tot 200 zijn
opgericht, maar er is nog wel aanvrage
en eteun van het rijk voer tweemaal
twee honderd. Vooral in het Oosten
van ons land is in aezen veel te doen.
Spr. betoogt in den breede de groote
wen8cbelijkbeid van een landbouwraad,
van samenwerking der Verschillende
landbouworganisaties in het belang van
den landbouw.
Men kan niet zeggen hoe men uit
de misère zal komen, maar iri ieder
geval zal men er uit komen, ais men
krachtig samenwerkt, goed oplet wat
iu het buitenland geschiedt, en dan
zal men ook dezen crisis te boven
komen zooals vroeger ook steeds het
geval was. Men moet de regeering
steunen, spr. hoopt, dat de Bond daarin
vooraan zal staan.
staan niet meer als in brand, de gloeiende
tinteling is langzaam gedoofd en donker
wordt het alom. De wind steekt op en
dwarrelt het zand in de hoogte eD buigt
de dunne helmspiieten naar omlaag. Hij
blaast door reten en scheureü, overat
waar hij die vindtgiert door de schoor-
steenen en waDdeD der slecht gebouwde,
tochtige visschershutteD, hier een deur
opengooiende, daar van een dak een
bundeltje stroo meevoerende in speelsche
driestheid. Hij zet de wolken achterna
en jaagt ze bijééo, gelijk een herder zijn
verspreide kudde en dan gaat het in
optocht voort, al maar voort, voorbij
Luna, die zich w< êr even dekt, terwijl
die wilde horde voorbij vaart, totdat zij
uit het gezicht is verdwenen. Dan lacht
ze weer als te voren om wind- en gol-
veDspel, en ze werpt haar zilverig licht
wat breeder uit over alles, wat ze regeeren
eo weldadig beschyuen zal, als koningin
vau den nacht.
Uit eeu der stroohuttea, die aan den
voet der duinen zijn neergezet, evenals
kleine huisjes op een legkaart, komt
een donkere gestalte naar buiten, in de
eene hand, dicht bij den grond, een
groote lantaarn dragende. Een breede
streep weitelend licht valt bij eiken stap
over een klein gedeelte vaD den weg,
die naar het strand voert.
Het is eeu vrouw. De wijde baaien
10k boldert en slaat tegen de lantaarn,
zoodat de scnaduwen op het pad voor
Nadat de heer dr. Lovink, onder
applaus was geëindigd, spraken de
heer Heemskerk voor de A.-R, Kamer
club en de heer Bom voor de Cbr.
werkgeversorganisatiëo, waarop de beer
Idenburg een slocwoord sprak waarin
hij ook waarschuwde tegen belangen
groepen en zeker mogen zij niet daarbij
gaan, die eerst het koninkrijk Gods
willen zoeken.
Tot zoover ontleenden we dit verslag
aan de Midi. Crt.
Na de vergadering werd een auto
tocht gemaakt door Walcheren, waarna
men zich vereenigde aan een maaltijd
te Vlissingan in het Grand Hotel.
Woensdag werd een autotocht onder
nomen door Oostelijk Zeeuwsch Vlaan
deren.
Excursie van den Chr. Roeren
en Tuindersbond.
Omtrent deze autotocht schrijft men
ons van bevriende zijde het volgende
Na de algemeene vergadering zijn
vele heeren uit verschillende streken
van ons vaderland over de Schelde
gekomen, om het Land van Axel te
bezichtigen. Deze tocht, welke volgens
een vooropgemaakt plan werd afge
werkt, was georganiseerd door het
Gem. bestuur van voornoemden bond.
Na aankomst van de Prov. boor werd
na verwelkoming van bet gezelscbap
de tocht aanvaard onder leiding van
den voorzitter den Ed.Achtb. heer Joh.
de Feyier. In negen auto's reed men
langs den Prov. weg in de richting
Axel, over de hofstede van den heer
een oogenblik verdwijnen, daar het glas
wordt bedekt. Met de andere nand trekt
zij den wollen doek, welks einden onder
de kin zijn vastgeknoopt, nog wat verder
over het hoofd, omdat de sterke wind
hem haar telkens in den Dek wil gooien
Met moeite stapt zij verder, de schelp
jes tot gruis vermaleode onder haar
zwaren slap. Plotseling blijft ze staan,
steekt het hoofd in den wiDd en luistert.
Het bleekblauwe licht der maan valt
over de donkere figuur eu geeft iets
spookachtigs aan het oude, verweerde
gelaat, vermagerd en vol rimpels. Een
paar holle, oozeker zoekende, waterige
oogen kijken eerst een poos naar de lucht
en dan naar de zee, wier klagend steu-
Den overstemd wordt door den aan wak
kerenden wind, die giert langs de zandige
hoogten en die het vlokkig golvenschuim,
opgezweept tegen het strand, terugdrijft
in den oometeiyken schoot, waar het
werd geboren.
Ze tilt het licht in de hoogte, om bet
pad, dat ze gaan moet, nog beter te
kunnen overzien en veentende tegen de
windhoos, die de vlam dreigt uit te blazen,
stapt ze haastig, doch behoedzaam verder.
Bijna is het strand bereikt. Ze sleept
zich hygend voort, de wind beneemt
haar bijna den adem en de borst zwoegt
ouder het gaan. Ze kent den weg eo ze
hoort de zee. Daar moet het zyu Daa°-1
De maan is weer weggescholen acuter
eeu gorüyu van donkere wolken. Het
wordt onstuimig, slecht weer.
De grijze oogen trachten vorschend het
duister te doorboren, terwijl ze zacht
kermt en steunt bij het gehuil, dat al
nader en nader komt en bij iedere
nieuwe windvlaag, die haar snerpend
langs het gezicht gaat.
De tocht is ten einde. »Ik kom, ik
kom !c roept ze met heesche stem, zoo
luid ze kan. »Hier ben ik al, hier
't Is, alsof de zee spot met die men-
schelijke stem en antwoordt, machtig
trotsch »Hier ben ik 1< En dan mede
lijdend, vragend, haar reuzenschouders
scnuddende onder hooDgelach en spotter
nij »Dus wat wilt gij
Ze noort het niet, de arme waanzin
nige Ze bukt zich daar, waar het
zeewater haar niet meer bereikeo kan,
terwyl ze de lantaarn zooveel mogelijk
beschuttend met haar rokken tracht te
dekken, en ze krabt met haar nagels
het natte zaDd uit den weeken bodem,
tot ze een gat krijgt, groot genoeg, om
er de lautaam in te zetten, opdat de
wind haar niet zal wegslingeren.
Terwijl ze het logge voorwerp in de
gegraven holte plaatst, valt over het
bleekgele gelaat een zwakke flikkering.
Demoui8cn glinsteren de wijd openge
sperde oogen en het dunne grijze haar,
üat het mutsje is ontsprongen, fladdert,
aan weerskanten ouder deu doek uit
komende, om haar hoofd.
Wordt vervolgd
e
e
a
u 1
ir
3l-
hij
ff.»
nj
f
V*- 1
h
t
,'teJ
dsl
e'
L,
r
J3teQ|
WL
.6D
0'
:UYÏ-
jirae-J
ül
Oantf-*
jjJiizt1
c.ten!
pi,ra(l
lervl
li d
tl' erl
tpen.
l(der,l
in
del
Jjlde ei I
1.
urwerkl
gc+elsï
I
veurel
teetn
ttroa
I
leuf