il
89.
'Zaterdag 12 Februari 1921
,10" Jaar*:
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
J. C. VINK - Axel.
De hand gereikt?
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:.
Per 3 Maanden 75 Centfranco per post 877, Cent.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telefoon Mr. 36. - Poetfcox 6.
ADVERTENTLEN van 1 tot 5 regels 60 Cent: voor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advartentiên worden fratwo ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagvoor middag ELF ore.
De Belgische minister van Koloniën
Franck, tevens leider van da Vlaamsch-
liberale Kadergroep, beeit dezer dagen
ie Antwerpen een rede gehouden die
ten volle de algemeene aandacht ver
dient an naar aanleiding waarvan de
Tel. o.m. het volgende schryft, waar
mede we ons goed kunnen vereenigen.
In besliste termen heeft minister
Franck to verstaan gegeven, dat het
noodzakelijk is de Nederlandsch-Belgi
iche kwestie, die nu reeds zoo langen
tijd eeu hartelijke verstandhouding
tusschea beide landen in den weg
«tast, zoo spoedig mogelijk uit de
wereld te helpen. Bij heeft daarbij
niet geschroomd zijn landgenooten te
wijzen op den öankbaai heidsplicht,
dien zij het Nederlandsche volk ver
schuldigd zijn, Een bevredigende
regeling, vau het hangende geschil
zou, volgens hem, met goeden wil van
beide zijden, ongetwijfeld mogelijk zijn.
Indien de heer Franck met zijn
rede bedeeld heeft de geesten wakker
te schudden voor het gevaar, dat et-
in eeiegen is, door het wederzijdscb
boudeeren in een hopelooze impasse
te geraken indien deze manifestatie
mag worden uitgelegd als een .geste"
gedaan door een vooraanstaand Bel
gisch regeeringapersoou om nogmaals
de mogelijkheid te scheppen tot een
toenadering, welke aan de ougewenschte
gespannen verhouding definitie! een
eiaae maaktindien de heer Franck
mot deze .geste" dus opnieuw de hand
naar ons uitstrekt, dan«nag ook onzer
zijds deze gelegenheid om tot toenade
ring te komen, niet verzuimd wofden
en moeten wij die hand grijpen,
Wij hopen dat deze overtuiging ook
in Den Haag zal doordringen en een
onzer vooraanstaande regeeringsper-
soonlijkheden eveneene da juiste woor-
deu zal spreken, welker verzoenings
gezinde geest aan de andere zijde van
den Moerdijk zal worden verstaan.
Onze lezers kennen ons standpunt;
wjj gelooven, dat zelfs de meest inge
wikkelde problemen, die zich hierbij
voordoen, gemakkelijk kunnen worden
opgelest, wanneer men aan beide
zijden niet volhardt in een eng-natio-
naai standpunt, dat gevoed wordt door
gekwetste ijdelhedea.
Is bet wel noodzakelijk om de ver
schillende kwesties eu kwestietjes, di.e
te ramen het Nederlandsch Belgische
vraagstuk vormen ten zooveelsten
mala de rev ut te laten passeeren
Een breeds geest van elkaar begry
pen is voor den goeden gang van
zaken niet alleen voldoende, maar ook
noodzakelijk. Daarbij aaag niet
werden vergeten, dat men elkaar veel
verweten heeft, dat de geïrriteerde
gemoedstoestand aan beide zijden ver
klaarbaar maakt, al ontbreekt veelal
de gegrondheid hiervoo*| Evenals
men in België moet inzien, dat de
Bflgische regeering een fout beging
door het anaexiouisme niet krachtig
genoeg te verloochenen, evenzoo moet
men in Holland begrip toonen voer de
mentaliteit, waarvan na den oorlog
vele Belgen ten opzichte vau ons land
blijk hebben gegeven.
Men heeft den Belgen hier ondank
baarheid verweten en inderdaad deed
het pijnlijk aan te zien, heeveleu in
België vergaten, op welke wijze het
Nederlandsche volk de Belgische vluch
telingen in 1914 heeft ontvangen.
Doch laten wy er ook aau denken,
dat de Belgen, die vieren-een half jaar
lang gezucht hebben onder den bijna
ondragelijken druk dej^ Duitsche bezet
ting, gedurende dien tijd zekere Hei-
landsche elementen, die in België
waren achtergebleven het waren
voorzeker de slechtste handlangers
diensten voor den vijand zagen ver
richten, dat zij er getuige van waren,
hoe de bezetter poogde den prachtiger*
geest van weerstand der Belgische
bevolking te breken, door het versprei
den van Nederlandsche dagbladen,
w er .neutrale" houding in den grooten
strjjd tegen het Duitsche imperalisme
nog versch in het geheugen ligt. Kan
men het dan kwalijk nemen, dat zij,
afgaande op den schyu van hetgeen
zich onder hun «ogen afspeelde en
toegevend aan een verschoonbaren
drang tot generaliseeren, ons land en
valk een minder goed hart toedroegen
Onze gedwongen militaire neutraliteit
stemt tet bescheidenheid in desen en
geeft allerminst een vrijbrief om zich
smalend uit te laten ever do Balgen,
dio hu a nationaliteit door bloed en
tranen aan den IJzer nebben bevestigd,
al zjju ze dan ook dooi hun patriet
t stne «enigszins verblind.
Ook moeten wij in Holland inzien,
fl!?.
Historisch verhaal.
•Ik heb er alle reden toe, mylord.
Villeroy is mijn tegenstander en toch
geeft hij zulk een luisterrijk feest ter
mijner eert.»
>Het is maar jammer dat een staats
man als Uwe Hoogheid zich niet lang
achtereen aan zijn bezigheden kan ont
trekken,* merkte de Engeischman veel-
beteekeneud aan. »Ook lieden avond
wachten Uwe Hoogheid nog gewichtige
overleggingen.»
»Wat bedoelt ge, mylord vroeg de
ragent met een knorrigen oogopslag.
Als Uwer Hoogheids bevelen stipt
zijn nagekomen, zal de luitenant de
Contades op dit oogenblik met den ge
vangen pretendent de poort van Parijs
Dinneurijden,» antwoordde Stairs met
akeligs koelbloedigheid.
De regent trad een schrede achteruit.
Hij had inderdaad niet meer aan'den
last gedacht, dien hij ter wille van zijn
bondgenoot had beloven, en nu kwam
die vervelende geschiedenis hem op
eens weer in de gedachte. Zijn gelaat
betrokte midden van dat vroolijke
feest was de herinnering hetu uiterst
onaangenaam, dat een slachtoffer naar
Parys werd gesleept, hetwelk hjjzelf in
handen van de vervolgers had overge
leverd.
Lord Stairs bemerkte zeer goed den
indruk, dien zijn woorden teweeg hadden
gebracht en achtte het raadzaam
zich voor eeDige minuten te verwijderen
en den regent in een gesprek met den
geestigen kapitein Caniliae achtnr te
laten. Hij begaf zich naar een dor
buffetten.
Niet ver bier vandaan stond Madamo
Parabère met Novè. »Zeg mij toch,» ver
zocht do sehoona vrouw aan haar cava
lier, »wre die officier in zijn glinsterende
uniform is, dio ginds bij de veranda
staat. Voor acht dagen heb ik hem
ook al op de soiréa by de hertogin van
Berry gezien, later op het diner van de
generaals in het Palais-Royal, eu nu
weer hier. Wie is hij toch?»
De aangeduide persoon was iemand
t&d een groot rijiig postuur. Zijn bleek
en mager gelaat, de gebogen haviksneus
en zwarte baard eu knevel maakten
geen gunstigen indruk c»p den basehou
wer, al werd men oawillekeurig door
dat uiterlijk geboeid. Hij droeg de
rijk geborduurde, donkerroode uniform
van het in Franschen dienst staaude
Iersche regiment infanterie, terwyl de
vergulde kwasten op de schouders en de
halskraag met do drie lelies op het
gouden veld hem als den aanvoerder
dat wij het verschil tusschea Vlamen
en Walen aiet als een tagenstolliag
hebben uit te buiten, evenmin als
and.ren de vrijheid hebben hat Neder
landerschap van Zeeuwen en Limbur
gers ta betwijfelen.
Waar het Nederlandsche standpunt
zoowordt gesteld behoeft er van
Belgische zijde o.i. geen reden meer
tot wantreuwen te zij
De Belg moet niet aannemen, dat
achter een Nederlandsche Schelde
alleen een Duitgch Rotterdam tegen
over een geallieerd Antwerpen kan
staanvrijhandel is internationaal,
waarmede eeu nationaal monopolie op
een natuurlijken waterweg envereenig-
baar is. De Hollander moet een pro
blematische sou vereiaiteit over de
Wielingen evenmin tet ia het abstracte
analyseeren, maar een open oog hou
den voor de practische noodzakelijk
beid, dat Zeebrugge een vryen uittocht
naar zeo behoeft. Ee als gemeen
schappelijk overleg hier geen overeen
stemmieg kan brengen, ligt de weg
■aar dea Volkenbond open.
In plaats van naar politieke twist
punten te zoeken, dia een definitieve
overeenkomst tusschea België en
Nederland beletten dient de pers ia
beide landen elke gelegenheid ie ge
bruiken, die zich op hel gebied van
kunst, wetenschap en sport voordoet,
om de oude vriendschapsbanden te her
stellen en nauwer aan te halen.
Hier ligt de weg tet een vriendschap,
die niet de bezegeling van papieren
tractateu behoeft om hecat en duur
zaam te zijn.
van dit regement deden kennen.
Wel, kent ge dien niet antwoordde
Nové. Dat is kapitein Douglas, de
overste van het Iersche regiment. Hy
eeu wonderlijk man hy maakt
«chuiden als een verdreven rijkvorst en
heeft toch altijd geld in overvloed, hij
is in alle vergaderingen te vinden en
wordt toch door niemand als eeti per
sooa van gewicht beschouwd, ieder kent
hem en toch wil niemand met hem te
doen hebben. Sedert een tialf jaar is
hij nu te Parijs. Zie, daar spreekt
Lord Stairs hem aan.»
Sir Donglas,» zeide deze, den overste
ter zijde nemend, »neem mij niet kwa
lijk dat ik uw belangrijk schrijven niet
beantwoord heb, maar de zaak vereischte
spoed. Zoodra ik dat bericht van u
had ontvangen, heb ik het den regent
medegedeeld. Zijne Hoogheid heeft
aanstonds een atdeeling soldaten naar
Cbateau-Thiarry afgevaardigd, em den
beddefl-sebprins in verzekerde bewaring
te nemen. Op dit oogenblik zal de
gevangene wei ia de Bastille zijn
verondersteld ten minste dat uwe in
lichtingen juist zijn geweest.»
Mylord,» antwoordde Douglas, »Zijna
Majesteit koning George betaalt mij
voor mijn diensten als agent eD het is
dus mijn plicht nauwkeurig op de hoogte
van de zaken te zijn. Ik kan u ook
nu verzekeren, dat de pretendent op
het bepaalde uur te Chateau Thieiiy ie
aangekomen sh dat hij, wel verre van
in hechtenis te zijn genomen, zich thans
op het landgoed van deD heer Lauzun
bevindt, waar hy met zijn moeder ver
dere plannen beraamt om zijn deel te
bereiken.»
Stairs keek verbaasd op. »Hoe is
dat mogelijk Ik zeif heb de Contades
de prachtigste beloften gedaan in geval
hij
Hy was verliefd, mylord. en ver
praatte zijn tijd ep het kasteel La Ferté
bij zyoe uitverkorene, freule de Maiily.
Ai de edellieden in den omtrek zijn op
de hand van de oude regeeriog en deden
al wat zij konden om de reis van, den
pretendent voortgang te doen hebben.
Zoo is mijnheer Stuart ontsnapt. Nog
éen oogenblik, wel is waar, en de luite
nant zou het rijtuig van den vluchtelieg
hebben ingehaald daar werd zijn
paard door eeu schot getroffen, zoodat
het stuiptrekkend neerviel eu de
pretendent reed kalm en geregeld door
naar Chaillot.»
Hoe? Heelt men het durven wagen,
zioti gewapenderhand tegen de bevelen
der regeeriog te verzetten riep Stairs.
En boe weet gij dat allee nu reeds
zoo in bijzonderheden
I Wordt vervolgd.