2
Woensdag 12 1920.
36e Jaarg.
^0. ft.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
J. C. VINK - AxeL
Buitenland.
FEUILLETON.
dat-
art
AXELSCHE
Dit blad verscmjni eiken Dinsüae- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 75 Gent; franco per post 877s Cent.
Afzonderlijke Nos. 5 Crnt.
DRUKKER—UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telefoon Ir. AH. - Ponthox H.
aDVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 50 Cent; voor
eiken regei meer 10 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Auvortfcutiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Mnsdag- er Vrgdagvoormiddag ELF ure.
aisl
sell
das
Slechte vooruitzichten. Volgens den
Times corresp. te New York staan de
Var. Staten voor een economische en
industrieels crisis. Alles wyst op het
langzaam naderen van een moeilijken
tijd. Overal worden da fabrieken
deerlijk banadoeld door de opoenhoo-
ping op de spoorwegen «u everal
heerscht de ontevredenheid over de
hooge prijzen. Niet alleen lijden de
spoorwegen onder een tekort aan
materiaal, maar het aanwezige materi
aal wordt meer dan ooit te voren in
beslag genomen ten gevolge van de
verwarring, voortvloeiend uit de jongste
staking.
De toestand wordt nog verergerd
door de schier fantastische arbeids
leoneu. Te New-York krijgen metse
laars 2 guines (ruim 24 gulden) per
dag, terwijl de laatste categorie van
ongeschoolde arbeiders niet meer dan
28 sh. (16.80) krijgt. Te Chicago zijn
de loonen in een twintigtal categoriëa
van het bouwbedrijf verhoogd van 4
tot 5 sh. 2 40 tot 3) per uar, met
dubbel loon voor overwerk.
Het onmiddellijk gevolg dezer ver
hoogingen is volgens een telegram aan
New-York Times" geweest, dat or in
de laatste paar maanden slechts half
zooveel is gebouwd, zoodat de moge
lijkheid bestaat, dat de arbeiders wel
eene hooge loonschaal, maar geen
werk hebben.
In de wolnij verheid verklaren de
werkgevers openlijk, dat, als de textiel
arbeiders nieuwe looneischen indienen,
Moeder meeDt, antwoordde zij, dat
zulks niet mogelijk is; want, als men
een gelaat slechts voor de helft gezien
heeft, is het herkennen moeilijk.
En waarom zal ik u dan niet weder
zien, niet herkennen Ze weende bij
deze vraag, drukte mijne hand en zeide,
het mag niet zijn Wat kan er u aaD
gelegen zijn een ongelukkig meisje te
herkennen En neen, moeder heeft
gelijk, het is beter zoo.
Ik zeide haar, dat mijne reis niet
lang zou duren, dat ik wellicht reeds
na twee maaadeu weder te Parijs kon
zijn, dat ik hoopte haar weder te zien,
Ze weende heviger en ontkende bet.
Ik drong haar mij té zeggeD, waarom
zij dacht dat ik haar nooit weer zou zien
Het is mij, hernam ze, als zag ik t
heden voor het laatstik geloof, da.
mijne moeder niet lang meer zal leven,
de dokter zeide het mij gisteren, -
en dan, ja dan is alles voorbij En al
leeft zij ook langer, in Londen zult gij
een arm schepsel als ik ben reeds lang
vergeten zijn.
Hare smart maakte my onuitsprekelijk
gevoelig. Ik sprak haar moed in, ik
zooals se dreigen te doen, zij genood
zaakt zullen xijn, hun fabrieken
te sluiten.
Tegelijk met de berichteH nopens een
algemeeue vermindering in de iudustrie
worden er statistieken gepubliceerd,
welke een enorme toeneming toonen
van den invoer van weelde-artikelen.
Weer wat nieuws. Dezer dagen is
gebleken, dat Fannie Hurst, een
bekende Amerikaansche schrijfster, die
doorging voor ongehuwd, reeds 5 jaar
is gehuwd met Jacques S. Danielson
een musicus. Het huwelijk is echter
;esloten onder de volgende voorwaar
den: De vrouw zou haar meisjesnaam
blijven dragen; de kinderen uit het
huwelijk zouden den naam dragen van
hun vader met het recht, bij hun
meerderjarigheid te kiezen of ze liever
den naam vau hun moeder droegen
het echtpaar bleef afzonderlijk wonen
en zou slechts samenkomen uit neiging
en niet uit plichthet echtpaar zou
afzonderlijke vrienden hebben.
Aan deze overeenkomst houdt het
echtpaar zich reeds gedurende vijf jaar.
In plaats vau zeven keer per week,
luucheu man en vrouw slechts twee
keer per week samen, hetgeen de
onderlinge vergoeding zeer ten goede
Komt. Fannie Hurst beweert, dat dit
leven zoowel haar als haar echtgenoot
uitstekend bevalt.
Ter gelegenheid van den 94sten
verjaardag van ex keizerin Eugenie
herinnert de ,N. R. Ct." aan het diner
der twintig schoonheden.
Het was tijdens de schitterendste
periode van het keizerlijk hof, dat
keizerin Engenie den keizer, aan wien
zy een philippiue verloren had, een
diner aanbood, waarvan de vrouwelijke
gasten allen scboon zouden zyn. De
invitaties werden dus, voorzoover de
dames betrof, beperkt tot de aller
schoonste dames uit de hotkriugon.
Het resultaat was zulk een overstelping
van schoonheid, als zelden rond één
tafel verzameld zal zijn geweest.
De historie heeft de namen der
schoons twintig bewaard. Het waren
tien Fransche vrouwen, twee Russischo,
twee Italiaansche, een Oostenrijksche,
een Creoolsche, een Schotsche (do
vrouw van maarschalck Canrobert),
prinses Anne Murat, die van Ameri-
kaanschen, mevrouw de Gallifei, die
van Engelsehen bloede was. En ten
slotte was er keizerin Eugenie zelf
met Spaansch en Sshots bloed in de
aderen, om den krans van schoone
dames te voltooien.
Loon naar bekwaamheid. De invoe
ring van arbeidsdwang in de soviet-
republiek schijnt weinig ta geven.
Nenin klaagt althans de „Pawdra"
steen en been over den weinigen ijver
van de werklieden en schrijft o.a.
„Onze moelykste taak ligt nog vóór
ons. Wij moeten werken en bet
vervloekte beginsel van „help uzelf en
God zal u helpen" uitroeien. Wy
moeten een einde maken aan de
meening, dat werken een last is en er
daarom flink voor moet worden betaald.
Wy moeten in het bewustzyn der
massa het beginsel doen postvatten
van „elk naar bekwaamheid" in plaats
van „elk naar zyn behoeften".
Activisten veroordeeld.
Zaterdag is te Brussel voor het
assisenhof vau Brabaud het proces
behandeld tegen een 14-tal activisten,
die sinds den wapenstilstand naar
Nederland of Duitsehland gevlucht zyn.
Bijna allen waren proffessoren aan de
Gentsche universiteit en leden van den
raad van Vlaanderen.
Kimpe en dr. Van Bockstale werden
ter dood veroordeeld, dr. Borms, een
broer van den ter dood veroordeelde,
Brnlez, Foamier, Claus en Hypolythe
Meert tot 20 jaar dwangarbeid Van-
derbrande tot levenslange opsluiting
dr. Domry, Goddee-Molsbergen eu
Picard tol 15 jaar, August Thier en dr.
Schönveld tot 10 jaar gevangenisstraf.
Verder werd de regeering als civiele
partij een schadevergoeding van
300.000 fr. toegewezen.
In de acte van beschuldiging kwam
•en speciaal hoofdstuk voor, gewijd
aan deu beklaagde Goddee-Molsbergen
die Nederlander is. Hij kwam bij de
bezetting naar België en werd niet
alleen benoemd tot proffessor aau de
Gentsche universiteit, maar ook, niet
tegenstaande hij Nederlander was, tot
vertegeuwoorder vau Oud-Vlaauderen
ia deu Raad van Vlaanderen.
Volgens de „Nieuwe Geutsche Cou
rant" van 9 April 1918 had Goddee
zich niet alleen voorstander verklaard
van een cultureele unie tussehen
Vlaanderen eu Nederland, maar ook
van een politieke unie.
beloofde haar, dat ik haar zeker nooit
zou vergeten. Ik liet haar beloven, steeds
den eersten en den vijftienden van
Iedere maand op deze plaats te zullen
komen, opdat ik haar zou wederzien
Zij beloofde het half schreiend, half
schreiend, helf lachend, alsof zij weinig
hoop had.
Nu dan, leef wel, lot wederzien, zeide
ik terwijl ik haar in mjjne armen sloot
en een kleinen eenvoudigen ring aan den
vinger stak, leef wel en denk aan mij.
Eo vergeet het nietden eersten en
den vijftienden
Hoe zou ik u kannen vergeten, riep
zij uit terwijl ze mij weenend aanzag.
Maar ik zal u nooit wederzienge
neemt afscheid voor immer.
Ik kon mij niet weerhouden, haren
schoonen mond te kussen ze
bloosde, maar liet het gednldig toe; ik
stak baar een schatkistbiljet in de
kleine hand. Nog eens zag ze mij zeer
oplettend aau en omklemde mij vaster.
Tot wederzien, zeide ik terwijl ik mij
zacht uit hare armen losmaakte. Het
oogenblik van scheiden scheëD haar moed
te gevennog eens trok zij mij aan
haar hart eD ik voelde een vurig6u kus
op mijne lippen. Voor immer! Leef
gelukkig, voor immer riep zij smartelijk,
rukte zich los en ijlde heen over het
plein.
Nooit zag ik haar weer 1 Na een
oponthoud van drie maanden keerde ik
van Londen naar Parys terug; den
vijftienden ging ik naar de Place de
l'Ecole de Médecine en wachtte meer
dan een nur. Mijn meisje kwam niet.
Nog dikwijls deed ik dezen gang den
eersten en den vijftienden. Hoe vaak
ging ik door de rue Saint Séveren, keek
op naar de huizen en vroeg naar eene
arme Duitsche vrouw en hare dochter 1
Maar nooit heb ik meer iets van hen
gehoord, en het bekoorlijke wezeu had
gelijk, toen zij mij bij het afscheid nemen
toeriep: Voor immer!
De jonge mau had zijn verbaal gedaan
met een vuur, dat er deu schijn van
zuivere waarheid aan verleende en ten
minste op bet vrouwelijk gedeelte van
het gezelschap diepen indruk scheen te
maken. Josepbe weende bitter, en ook
de andere meisjes en vrouwen pinkten
nu en dan een traan weg. De mannen
waren ernstiger geworden eu schenen
met groote aandacht te luisteren alleen
de barou lachte nu eu dan, stiet by
enkele gedeelten van het verhaal zijne
opmerkingen toe. Toen nu Fröben
geëindigd had, barstte hij in een luid
lachen uit. Dat noem ik du zich goed
er üit reddeD, riep hy. Ik heb het
altijd wel gezegd, dat mijn vriend een
slimmerd is. Ziet nu, hoe hij de dames
weet te roeren, die schelm Waarlijk,
myne vrouw weent, als was haar een
groot ongeluk overkomen, 't Is prachtig,
op mijne eer Waarheid en verdichting
Ja, dat hebt ge van uwen Goetbe geleerd,
waarheid en verdichting, het is een
kostelijke grap.
Fröben gevoelde zich door deze woor
den opnieuw gekwetst. Ik zeide u reeds
zeide hij misnoegd, dat ik de verdichting
geheel ter zijde stelde en de waarheid
sprak ik hoop, dat ge het voor waar
zult houdea.
De hemel beware me, zeide de baron
lachende. Waarheid ge hebt u kostelijk
met het meisje geamuseerd, mijn beste,
dat is de gansche geschiedenis, en uit
uwe avondbezoeken bij haar hebt ge ons
een kleinen roman gemaakt. Maar bet
is goed verhaald, zeer goed verhaald,
dat is waar.
De jonge man werd rood van toorn
hij zag, hoe Josephe haren echtgenoot
strak angstig aankeek hij meende te
zien, dat ook zij wellicht zijn argwaan
deelde en slecht over hem dacht; de
achting dezer vrouw wilde hij zich ten
minste door deze lage scherts niet laten
ontnemen. Ik bid u, laat ons er over
zwijgen riep hijik heb mijn geheele
leven nooit reden gehad, om iets te
bemantelen of te verdraaien, maar kan
het ook niet dulden, dat andereD dit
voor mij willen doen. Ik zeg u ten
laasten male, Faldner, op mijn woord
van eer, dat alles zich heeft toegedragen,
cooals ik het heb verhaald.
Wordt vervolgd).