Axelsche Courant
BIJVOEGSEL
Zaterdag 4 October 1919. No. 52.
Raadsverslag.
VAN DE
VAN
(Vervolg.)
VII. Verzoek van C. B. Antbeunis
alhier, om aan hem grond van de
gemeente in koop at te staan.
De Voorz. zegt, dat van ds gelegen
heid om binnen den vereischten termijn
bezwaren in te dienen, geen gebruik
gemaakt is. Mitsdien stellen B. enW.
voor om het bedoelde gedeelte van de
Markt aan den publieken dienst te ont
trekken.
Dhr. Kruysse is er niet voor om dit
punt aan den publieken dienst te ont
trekken. Het is een samenkomst van
riolen. Te wachten is, als er iets aan
de afwatering hapert, er voortdurend
klachten inkomen. Zoo ook over de
viscbmarkt; adressant zegt nü nog dat
deze hem niet hindert, maar spr. is
overtuigd, dat als er gebouwd wordt,
het geen jaar zal duren of er is een
verzoek om verplaatsing van de visch
bank. Het is ook niet onmogelijk, dat
er een schilderswerkplaats komt en men
voortdurend rytuigen op de Markt ziet
staan.
Er wordt gesproken over den vuilen
hoek, maar wie zegt, dat dia er moet
blijven? De gemeente heeft ten allen
tyde gelegenheid om die op te knappen
Dhr. Baert meent, dat het in de
bedoeling van den vrager is om de
rioleering te verleggen, de pomp te
plaatsen en al wat noodig is volgens
voorschrift van den opzichter en op
eigen kosten. Bovendien gelooft hij
dat met het bouwen van een winkel
de Markt daar veel verfraaien zal. Ten
opzichte van zijn vak als schilder,
gelooft spr. niet, dat er vrees bestaat
dat Antheunis daar rijtuigen zal plaat
sen. De adressant heeft zyn Bchilders
plaats op den anderen kant en heeft
de bedoeling in den hoek een winkel
front te bouwen.
Dhr. KruysseIs het wel een zaak
van wijs beleid om op een rioleering
te bouwen Dit moet toch tot groote
moeilijkheden aanleiding geven, als er
herstellingen moeten geschieden. En
wat de verfraaiing betreft merkt spr
op, dat de Raad nog nooit veel aan
verfraaiing gedaan heeft; het is nog
altijd gebleken, dat men daar weinig
voor over heeft en ook weinig voor
voeltdit kan dus ook hier niet veel
indruk geven.
Dhr. Baert voert daartegen aan, dat
de rioleering niet bebouwd wordtdeze
komt alleen onder de paai, welke noodig
is voor de pomp.
Dhr. Kruysse herhaaltEr is geen
kwestie van, dat later klachten inkomen
De gemeente beeft al veel te veel erf
verkocht en zich daardoor de vrijheid
van bandelen benomen.
Dhr. Van de Bilt maaktde opmerking
dat als dhr. Kruysse zegt, dat er nooit
iets voor verfraaiing van onze gemeente
gedaan is, het dan tijd is, om daar eens
aan te beginnen en acht het nu juist een
geschikte gelegenheid, nu het koste
loos kan.
Dhr. Van Dixhoorn ziet in de rio
«leering ea ook in de verfraaiing niet
het grootste bezwaar. Maar wie
zekerheid gever., dat het zoo blijft
misschien dat de opvolger er een
koestal maakt. De vischmarkt kan
weliswaar verplaatst worden, maar dit
kost ook weer enkele honderden gul
dens. Hij kan meegaan met het prin
cipe van dhr. Kruysse, dat de gemeente
teveel grond verkocht heeft, en vindt
ook diens bezwaar omtrent latere
klachten niet denkbeeldig.
Indien men wil be- gemeente-opzichter hieromtrent wordt
aangeraden om de goot dieper te leggen
de chiffon te vervangen door een
gemetselde put.
Dhr. Van de BiltAls dan maar
weer niet geklaagd wordt, dat de goot
te diep ligt, want zoo is er altyd wat.
Bij mij staat de stoep ook blank, als
het hard regentdat is op voel plaatsen
zoo, maar dan legt men eenvoudig den
dorpel wat hooger.
Dhr. de Kraker: Dat zou hier niet
helpenen als de waterafvoer in uw
buurt niet deugt, dient deze even goed
verbeterd te wordeD. Waarvoor dient
rioleering aHders Hy kan zich ver
eenigen met het rapport van den gem.-
opzichter, als dit ook wordt uitgevoerd.
Öhr. Kruysse
ginnen met verfraaien, laat men dan
liever zelf perceelen aankoopen en af
breken en er dan een plantsoen aan log
gen, in plaats van op een koopje uit te
illeD.
Hij hoort een stem, dat men nu wèl
voor verfraaien is; hij zal dit in zijn
oor knoopeD, en afwachten of men er
ets voor over heeft.
Dhr. De Kraker zou aan den verkoop
de voorwaarde willen verbinden, dat
op bedoelde plaats een nette woning
met winkelfroct komt. Hij kan ook
niet gelooven, dat er rytuigen zouden
kunnen staan.
Dhr. Van Dixhoorn Is er ook een
teekening van het te bouwen front
De Voorz.Neen, niet van het front,
maar er is een plattegrond, waarop
de verdeeling is aangegeven. Uit de
g-evoerde besprekingen blykt, dat we
het er allen over eens zijn, dat het
een vuilen heek is. Onze markt is
mooi en het is jammer, dat die hoek
s. Overigens gelooft by ook wel,
dat het er veel mede verbeteren zou,
als dat gedeelte netjes bebouwd werd.
Nu is het de bedoeling van B. en W.
om de zaak met den gemeente-opzichter
zoodanig te regelen, dat in geen enkel
opzicht de rioleering belemmerd wordt.
Dhr. Van Dixhoorn zou in de eerste
plaats daaromtrent zekerheid verlangen
en in de tweede plaats een teekening
willen zien van het front. Het is een
mooie stand en omtrent de gevels in
Axel heeft hij geen groot vertrouwen
Spr. wenscht geen namen te noemen,
maar er staan op voorname punten ia
onze gemeente huizen, die nergens op
trekken en waarvan misschien de ont
werper toch ook gedacht zal hebben,
dat het mooi of fraai was.
Dhr. Kruysse wil ook nog wijzen op
de pomp, die nu zuiver water geeft
maar misschien als de put verplaatst
wordt niet, want deze komt naast het
riool. Dit zijn'alle toch bezwaren, die
niet opwegen tegen het sommetje geld,
dat door dien verkoop wordt opgebracht.
De Voorz. zal dan in omvraag brengen
het voorstel van B. en W. om den
rond aan den publieken dienst te
onttrekken.
Dhr. Van Dixhoorn Is de bedqeling
dat onvoorwaardelijk te doen?
Voorz.Er kunnen ook voorwaarden
aan verbonden worden, b.v. met be
trekking tot de rioleering, de pomp en
den gevel.
Na eenige bespreking geeft de Voorz,
in overweging dat B. en W. zich zulleH
vergewissen omtrent die zaken, en aan
de voorwaarden ook te verbinden, dat
er een fraai front wordt gebouwd.
Dhr. De Peijter vindt dit een zeer
bezwarende bepaling, omdat het idee
fraai zoo rekbaar is.
Ten slotte wordt het voorstel aange
nomen met op één na algemeene
stemmenalleen dhr. Kruysse stemt
tegen.
VIII. Verzoek van M. van den
Ouden om verbetering van waterafvoer.
De Voorz. deelt mede, dat B. en W.
dien toestand hebben onderzocht en
persoonlijk bekeken. Het college ge-
loott dat door verolaatsing van den
rooster de afvoer afdoend zal zijn ver
beterd.
Dhr. De KrakerJa, mijnheer de
voorzitter, afdoend voor Van den Ouden,
maar niet voor de andere bewoners ia
die buurt. Ik heb daar zelf een berg
plaats voor rijtuigen, waar by regenval
het water binnen loopt en ken dus den
toestand, die door verplaatsing van den
rooster niet verbetert voor de bewoners
aan den overkaut der straat.
Dbr. OggelDeze menschen hebben
toch niet geklaagd en ook -U niet
Dhr. De KrakerNeen, ik achtte
dat niet noodig, omdat ik samen met
den gemeente-opzichter die zaak ter
plaatse heb besproken en deze ver
betering toezegde.
De Voorz. wijst erop, dat die ook
zal kdmen, daar in het rapport van den
IX. Vaststellen kohier schoolgeld
m. u. 1. o.
Dit wordt vastgesteld op een bedrag
van 253.20. Er zijn 16 aanslagen
van 0.30 tot j 2 per maand.
X. Vaststellen kohier schoolgeld 1. o.
Hierbij zijn 99 aanslagen van 0,30
tot 2,35 per maand, opbrengende
totaal 691,20.
De punten IX en X worden zonder
hoofdelijke stemming ongewijzigd aan
genomen.
XI. Vaststellen suppletoir kohier
Hoofdelyken Omslag.
De Voorz. zegt dat dit punt in be
sloten zitting zal worden behandeld.
Hij vraagt of nog iemand het woord
verlangt voor de openbare vergadering.
Dhr. Kruysse zou gaarne zien
dat voortaan by de agenda voor de
raadsvergadering ook bekend werden
gemaakt de desbetreffende voorstellen
van Burg. en Weth. Hij acht zulkB
zelfs noodzakelijk, daar de leden er dan
hy de bestudeering der pnnten rekening
mede kannen houden. Sommige be
staren gaan zelfs zoover, dat ze in de
krant gepubliceerd worden. Toen spr.
zelt wethouder was, is het niet gebeurd,
doch werd er ook niet naar gevraagd.
Thans doet hy een voorstel ertoe.
De Voorz. antwoordt, dat er zijner-
zijds geen bezwaar tegen bestaat en
desgevraagd ook niet bjj de wethouders
de heer Oggel vindt het zelf ook zeer
wenschelijk.
Dhr. Dieleman vraagt, of het niet
mogelijk zou zyn, om des Zaterdags
gedurende den markttyd, van 11 tot
2 uur b.v., de lange straat gedeeltelijk
voor het publiek verkeer met rytnigen
enz. at te sluiten. Vooral met de a. s
beetencampagne is het zeer moeilijk
en ook gevaarlijk, dat er rijtuigen door
het volk rijden.
De Voorz. geeft toe, dat het een
practische maatregel zou zijn, maar
deze in te voeren is niet zoo eenvoudig,
ais het ljjkt. Hij betwijfelt ook ot Ged,
Staten toestemming zouden geven tot
het afsluiten van een weg, die de hoofd
verbinding vormt.
Want de markt is daar wel, maar
ze hoort daar niet. De straat is niet
de plaats om zaken af te handelen als
daar gesloten worden. Spr. heeft zich
dikwijls afgevraagd, hoe het toch nooit
verkeerd liep, dat zulke belangrijke
zaken op straat werden afgehandeld
te midden van een menigte menschen
Misschien is er aanleiding om de
menschen hierop te wijzen en dat ze
dan binnenshuis gaan of op het Markt
plein, dat toch groot genoeg is.
Want het is niet het publiek, dat de
markt hindert, maar de marktmenschen
hinderen het publiek. De straat is vry
voor iedereen.
Dhr. van Dixhoorn: Zeer juist. Het
schijnt een oude gewoonte, dat de markt
bij café's moet gehouden worden, maar
die toestaud is niet gezond. Er moest
een afzonderlijke plaats voor zyn, waar
men niet gehiuderd kon worden en ook
niet hinderlijk is voor anderen.
Dbr. Dieleman denkt toch, dat het
wel te beproeven was om de straat vrij
te hebben. De markt zelf verplaatsen,
dat gaat niet gemakkelijkhet is een
oude gewoonte daar te markten en die
niet uit te roeien. We hebben het
voorbeeld in Terneuzen. Wat is daar
niet gedaan, om de markt te verplaatsen,
die eveneens op een ongeschikte plaats
wordt gehouden. Maar de verkoopers
soeken toch weer de koopers op.
Voorz.Ja, maar dan hebben ze
ook geen reden tot klagen.
Dhr. DielemanDat is zoo, maar
als er een ongeluk moest gebeuren,
wie is dan verantwoordelijk Ik vind
dat we in 't belang van de veiligheid
toch iets mochten doen en niet de put
dempen, als het kalf verdronken is.
Voorz.Juist, maar dan geen lap
middel, maar de oorzaak wegnemen en
dan zou men de straat moeten ontrui
men desnoods met politie, wat hij niet
wenschelyk acht.
Dhr. van DixhoornWe moesten
een beurs hebben, mynheer de voor
zitter.
Dhr. Dieleman Als het niet anders
kan, dan dat men de menschen met
geweld moet verjageB, dan vind ik het
beter om den toestand maar bij het
oude te laten.
Daar niemand meer het woord ver
langt, gaat de openbare vergadering
over tot eene met gesloten deuren.
Na de zitting heropend te hebben
segt de Voorz., dat bet suppletoir kohier
van den hoofd, omslag is vastgesteld
ep een nader te bepalen bedrag. Daarop
wordt de vergadering gesloten.
AXEL, 3 October 1919.
Bij beschikking van den Minister
van Arbeid d.d. 22 Sept. zyn voor zes
jaren (onverminderd het bepaalde bij
art. 97 der Radenwet) aangewezen tot
werkgever-lid plv. werkgever-lid, arbei
der-lid en plv. arbeider-lid van den
Raad van Arbeid te Middelburg:
Werkgevers leden en plaats ver
vangende werkgevers-leden.
1. lid Mr. J. Smit Azn., Vlissingen
pl.-lid P. Doets, Middelburg2. lid A.
J. Leenhouts, Retranchementpl.-lid
Ph. J. van Dixhoorn Axel3. lid P.
B. G. de Meijer, Ter Neuzenpl.-lid
Emile Lockefeer, Hulst4. lid A. Hu-
son, Vlissingee pl.-lid G. C. A. Schulte,
Middelburg.
Arbeiders-leden en plaatsvervangen
de arbeiders-leden.
1. lid, J. J. Joose, pl.-lid L. Back,
beiden te Vlissingen 2. lid C. Joziasse,
pl.-lid W. A. Hollander, beiden te Mid
delburg 3. lid A. König, Vlissingen;
pl. lid L. J. Adriaanse, Middelburg4.
lid P. Vermorken, Hontenissepl.-lid
J. Kuipers, Middelburg.
In het begin der vorige week
werd zekere B. te St. Jansteen bij het
voederen van zijn paard door het dier
in den duim gebeten. Een paar dagen
later begon de duim en vervolgens de
arm vreeselijk op te zwellen door ern
stige bloedvergiftiging. Hoogstwaar
schijnlijk moet de arm afgezet worden.
Door Gedeputeerde Staten zijn
in onderstaande geldleeningen de
daarop volgende nummers uitgeloot
Leening (1889) ad 490.000, de num
mers 49, 75, 167, 172, 207, 259, 292,
299, 302, 335, 410, 428, 442.
Leening (1905) ad ten hoogste
245.000 de nummers 3, 19, 50, 92, 99,
117, 164, 171, 175, 196.
Leening (1908) ad ten hoogste
175000, de nummers 25, 113 A en B.
Leening (1909) ad ten hoogste
265000 de nummers 35, 51, 53, 106,
115, 127, 129, 143, 152.
Leening 1910 ad 100.000, de num
mers 9.
Leening (1911) ad 185.000, de num
mers 18, 22, 39, 42, 55, 114, 133, 136
A en B, 142 A en B, 168 A en B.
Leening (1913) ad 105000. de num
mers 3, 31, 38, 74, 95.
Leening (1914) ad 81,000 de num
mers 40.
Leening (19141918) ad ten hoogste
590.000, de nummers 20, 100, 125,
199, 259, 278, 284, 314, 348, 390.