94.
Zaterdag 1 Maart 1919.
34e Jaar
f?'
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuw sch-Yla an deren.
J. C. VINK - Axel.
De Statenverkiezing.
Nederland en België.
III RAM
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 Maanden 75 Cent; franco per post 877s Cent
Afzonderlijke Noe. 5 Cent
DRUKKER—UITGEVER
Bureau Markt C 4.
Telefoon Xr. 56. - Postbox 6.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 50 Cent; voor
eiken regel meer 10 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentién worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagmiddag TWAALF nre.
Dinsdag was het de dag, waarop de
candidaten werden gesteld voor de
vervulling van plaatsen in de Provin
ciale Staten, welke den eersten Dinsdag
van Juli moeten aftreden.
Deze candidaatstelling heeft thans
ook plaats gehad volgens de bepalingen
van de nieuwe kieswet, dus volgens
de Evenredige Vertegenwoordiging.
Er zyn door de verschillende partyen
in de verschillende kieskringen lysten
ingediend. Sommige partijen volstonden
met één lijst voor alle districten, andere
partijen vormden verschillende lijsten,
rekening houdend met bekendheid of
geschiktheid der candidaten voor een
bepaalde streek. De candidaatstelling
had Dinsdag in het geheele land plaats.
De stemming zal in Zeeland geschie
den op 9 April.
-We achten het niet noodig de lange
namenlyst van alle candidaten in onze
provincie op te nemen. Wie zooveel
liefhebberij in de politiek heeft, dat hij
deze wenscht te kennen, vindt die wel
in zyn partyblad.
We bepalen ons alleen tot onze streek,
d. i. de beide Zeeuwsch-Vlaanderens
die ons vooral in deze tijden het meeste
belang inboezemende plek, waar
onze wieg eens stond.
Candidaat gesteld werden voor alle
districten door
a de Christel.-Hiitorischen:
W. van Oeveren, aftr.H. J. van den
Oudenmr. H. P. LantsheerC. J.
BoogerdF. L. HenselA. M. Geluk
Mz.C. J. SchippersD. J. DeesC.
B. Koolhaas A. C. van der HooftL.
Duvekot Cz.W. L. HusonJ. van
Brugge M. M. Schippers M. W. Koster
O. de Jonge Cz. en A. E. Stykel
b de V r y-L i b e r a 1 e n jhr. mr.
E. A. O. de Casembroot, aftr.J. D.
Virulyjhr. W. Z. van Teijlingen, aftr.
J. L. Richel; W. J. KapteijnM. Q.
Buys Ballot en J. G. van Nieuwen-
huijzen
ede Vr ij zinnig-Democraten:
J. G. van Niftrik Jr., aftr.J. Welle-
raan; mr. J. Adriaanse; mevr. Bergsma
BergsmaA. C. M. PoppeM. Kole
Jzn.P. J. Pole ijA. Verhags; J. J.
van BeverenP. de BreeH. van
Gelderen en dr. A. Staverman
d de Sociaal-Democraten: G.
F. Lindeijer; L. Onderdijk Dien Dui
ker; P. A. PerrelsA. M. Overboff;
W. P. ComelisseJ. de Mey M. Pols
en C. L. Verbeke
e den Gereformeerden Bond:
P. Dekker Az., Terneuzen C. Hartog,
YersekeJ. de Visset-, AagtekerkeL.
Overbeeke, Wolfaartsdijk H. Dekker,
Koudekerke; M. de Jager, Wolfaarts
dijk D. Joziasse, 's Gravenpolder D.
de Bree, Middelburg; C. Janse, Koude
kerke Adr. Mol, Yerseke Chr. Ver-
hage, Middelburg en A. Butijn, Krabben-
dijke.
Verder werden candidaat gesteld in
den kieskring
Hulst
door de R.-Katholieken: P. F.
Fruytier, E. B. Dumoleijn, F. van
Waesberghe, J. A. van Rompu, B. C.
Puylaert, allen aftr.Em. Lockefeer
F. Hombach, aftr.L. W. G. Hoefnagels
en A. Bal
door de Liberale Unie: R. G.
E. Nolson Ph. J. van DixhoornL. J.
GeelhoedtJ. Stolk en G. Vogelvanger
door de A n t i-R e v.mr. P. Diele-
man, aftr.D. Scheele Azn.J. Huizinga
en J. J. de Jager
en in den kieskring
Sluis
door de R.-K a t h o 1 i e k e n A.
HendrikseA. H. de MillianoE. C.
Martens en A. F. Aernaudts
door de Liberale Unie: P.
Erasmus, M. A. Bleiker, D. H. van
Zuijen, allen attr.P. M. Dikkenberg
A. I. LeenhoutsC. van DixhoornJ.
de HulluI. BrevetJ. B. Becu Sr.
en Verplanke- Van Eoute
door de A n t i-R c v.P. J. van
Bortel, J. C. Quist en I. Catsman.
Nog steeds houdt het aan. Het vuur
blijft smeulen en nu en dan waaien er
nog vonken over van uit België, waar
uit de annexatie-lust nog doorblinkt.
Daarom moeten ook wij Nederlanders
blijven hameren op het aanbeeld „wij
willen niet". En in 't bijzonder moet
daartoe de Nederlaudsche pers en
dus niet alleen de Zeeuwsche en Litn-
burgsche kranten onophoudelijk
protesteeren en weerleggen de ver
keerde maeningen die men in België
over onze historie tracht te verspreiden.
Want nog dagelijks blijkt, hoe onbe
trouwbaar de Belgische leuzen zyn.
Zoo lazen wij tot heden, dat de soci
alisten in België, met minister Van der
Velde voorop, tegen alle annexatie
wareD en wat zien we
Een Nederlandsch socialist, ons Ka
merlid Vliegen schrijft kalmeerend in
een Brusselsche krant „Le Peuple",
dat Maastricht en Heerlen en eveneens
Zeeland Hollandsch willen blyven.
Maar de redactie van „Le Peuple" is
het daar niet mede eens en schrijfc:
„Nederlandsch Limburg is Belgisch
geweest. Het werd gewelddadig van
België afgescheurd en in 1839, ten spijt
van hartroerende protesten der bevol
king. Het was een soort Hollandsch
imperialisme dat bewijst dat onze Ba-
taafsche broeders goed vast houden wat
ze eenmaal hebben".
We onderschrijven ten volle het
antwoord, dat de Midd. Crt. hierop geeft,
nl. dat dit een besliste onwaarheid is.
In 1839 is er niets nieuws gebeurd
met Maastricht en de meeste andere
deelen van Limburg. Die stad was
toen bijna twee eeuwen Nederlandsch,
met uitgestrekte andere streken. En
van de overige deelen van Limburg
behoorden de meeste tot Duitsch gebied,
en zeker nooit tot België, op enkele
kleine stukjes na. Toch uit het Belgisch
blad die bewering alsof er geen twijfel
aan mogelijk is.
Elke goede historische atlas kan de
Belgen van die nauwkeurig vaststaande
feiten overtuigen. En in lijnrechte
tegenstelling met die beweerde hart
roerende protesten der Limburgenaars
in 1839, kunnen ze uit de geschiedenis
leeren, dat in 1830 de Belgen wel hard
nekkig maar geheel tevergeefs hebben
getracht Maastricht te vermeesteren.
Wel hebben een pootje de Belgische
troepen een deel van Limburg over
stroomd, maar reeds in de eerste dagen
van den tiendaagschen veldtocht waren
die verdreven tot voorbij Maastricht.
Tot heden echter «aren het slechts
persberichten die aanleiding gaven tot
onze verontwaardiging en hadden we
altijd nog al te wachten, wat de Bel
gische Regeering omtrent de annexatie
plannen zegt.
Tot Woensdag de Minister van Bin-
nenlandsche Zaken ons uit den droom
hielp en bleek, dat de Belgische Regee-
ring ons land totaal negeert.
Zij wenscht op de door de Neder
land8che regeering gedane vragen
slechts te antwoorden, dat we onzen
tyd maar moeten afwachten. Dit kun
nen we tenminste lezen in de volgende
Regeeringsverklaring.
De Min. van Buitenlandsche Zaken
heeft Woensdag in de Tweede Ka
mer bij den aanvang der vergadering
verklaard, dat in autwoord op zijn ver
zoek om nadere inlichtingen nopens
de mededeeling door de Belgische re
geering te Parijs gedaan op 22 Februari,
hem is geautwoord, dat de Belgische
delegatie ter conferentie te Parys by
de vertegenwoordigers der vyf groote
geallieerde en geassocieerde mogend
heden een voorstel heelt aanhangig
gemaakt om onderhandelingen te openen
tot herziening van zekere bepalingen
der tractaten van 19 April 1839. De
Belgische delegatie heeft den wensch
geuit, dat Nederland aan de onderhan
delingen zou deelnemen als ondertee
kenaar van die tractaten. Indien hst
voorstel van België door de conferentie
wordt aangenomen, zou de Belgische
delegatie in de gelegenheid zyn de
Nederlandsche regeering bekend te
maken met de Belgische zienswijze
inzake de vraagstukken, die in het
bijzonder voor Nederlandvanbelangzijn.
De Minister constateerde, dat de
Belgische regeering dus niet heeft vol
daan aan de uitnoodiging der Neder
landsche regeering om opening van
zaken te geven, hetgeen hij voor een
goede verstandhouding tusschen beide
landen betreurde. Mocht hierdoor de
aangelegenheid in een fase komen, aan
die verstandhouding minder bevorder
lijk, dan wijst de regeering alle aan
sprakelijkheid daarvoor af.
Tegenover afwenteling door België
vau de verantwoordelijkheid op de
vertegenwoordigers der vyf groote
mogendheden te Parys, herinnert de
Minister eraan, dat aan de regeeringen
dier mogendheden het Nederlandsche
standpunt, ten aanzien van gebiedsaf-
stand en aantasting van vaststaande
rechten, geformuleerd iu zyu verklaring
vau 14 Februari op 18 dezer, ia mede
gedeeld.
Ook de hi er afgelógde verklaring
zal haar worden medegedeeld.
't Is fraai. We zullen er maar geen
commentaar over schrijven en vertrou
wen maar, dat onze Regeering tegen
een dergelijk optreden van een vriend-
schappelijken nabuur wel zal weten
wat haar te doen staat.
Eén ding weten we, dat als men
werkelijk ons grondgebied tracht te
benaderen, dit zal zijn over de ljjken
der Nederlandsche soldaten. We kun
nen geen andere houding aannemen,
dan die welke België tegen Duitschland
aannam. Wie het recht aantast, moet
maar weten, wat hem dit kost.
Een protestbeweging,
In sommige bladen het ware beter
geweest dat het aan allen ware toege
zonden komt de volgende oproeping
voor
De ondergeteekenden roepen by de
zen hunne landgenooten op tot het
uiten van een krachtig protest tegen
de in België aan het licht getreden
begeerte naar annexatie van Neder
landsch gebied.
Het is hun wel bekend, dat een
aantal Belgea, onder wie prof. Frede-
ricq, Frans van Cauwelaert en andere
mannen van naam en invloed, van
dergelijke begeerten niet willen weten,
en dat de Belgische regeering zelve
zich daarover vooralsnog niet duidelijk
heeft uitgelaten, maar tegenover de
annexatie-beweging, die door een aan
zienlijk deel der Belgische pers in een
of anderen vorm wordt bevorderd, en
door menigen invloedrijken Belg wordt
gesteund, dient huns inziens thans van
onze zijde algemeen en openlijk verzet
te worden aangeteekend.
Dergelijke begeerten toch zyn ten
eenenmale strijdig met sinds eeuwen
bestaande en erkende historische rech
ten, met plechtig gesloten en herhaal
delijk bevestigde verdragen, met den
ondubbelzinnig geuiten wil der bewoners
vau de betrokken Nederlandsche ge-
biedsdeelen, dus met het thaus zoo op
den voorgrond tredende zelfbeschik
kingsrecht der volkeren, in het kort
met alle rede en recht.
Ais oprechte vaderlanders protestee
ren daarom ondergeteekenden hoogst
ernstig tegen dergelijke heiilooze be
geerten, die ontegenzeggelijk de goede
verstandhouding moeten verstoren
tusschen twee zusternaiiën, welke door
haar verleden zoowel als door hare
belangen van dezen tijd en van de
toekomst tot hartelijke samenwerking
als voorbestemd zijn.
Ondergeteekenden meenen op deze
gronden dergelijke begeerten als onrecht
en als noodlottig te moeten kenmerken,
noodlottig voor Belgen en Nederlanders
beiden.
Ondergeteekenden verzoeken alle
Nederlandsche bladen, van welke
richting ook, dit hun protest te willen
opnemen en hopen, dat ten deze alle
met hem gelijkgezinde Nederlandsche
tnannen en vrouwen van huune in
stemming blyk zullen willen geven
door toezending aan ééu van heu vau
hun naamkaartje, en wel vóór Donder
dag 27 dezer. De uitkomst vau dit
naar ondergeteekenden hoopvol ver-